Toen ik Misdiener was Uoe het dat SPORT t>E EEMBODE ZATERDAG 13 AUGUSTUS 1938 Katholieke Kerk den eed niet b(«df, daar J«*w toch in de berg rede (Mattheu* 5: 33-34-36-37, zulks uitdrukkelijk doet. ANTWOORD: Op het eerste gezicht «ouden de woorden van Jezus (Matth. 33—37) Inderdaad leeren dat de eed volstrekt ongeoorlootd ls. Doch we St. Paulus meer dan eene ln rijn brl rijn woord onder «ede bevestigen <b.v. 2 Oor. 1, 23; 11, 31. ens.) De H. Kerk ver biedt den eed ln bepaalde omstandighe den niet» ia elscht hem sells van haar priesters (b.v. de antimodernisten eed) Welke ls dan de draagkracht van Jezus' verbod? Uit den Talmud blijkt, dat ln Jezus' tijd de Joden den eed misbruikten: nlel alleen deden zU een eed voor nietighe den, maar sells voor ongeoorloolde din gen. Daartegen reageert Jesus. HU elscht van zijn volgelingen dat hun woord waarachtig zou aUn en geelt, als alge meens regel, het verbod een eed te doen, daar de eed de onbetrouwbaarheid den mensch veronderstelt. Wie dan wU leven volgens Jezus' leer moet steeds waarachtig zijn en voor zoover het aan hem ligt, moet de eed voor hem overbo dig zijn. Moesten alle menschen Jezus' leer lel- telUk toepassen, dan zou de eed Inder daad overbodig zUn en sou het verbod van Jezus ln absoluten sin kunnen klaard worden. De feiten leeren echter, dat de menschen. In het algemeen ge nomen. onbetrouwbaar zUn. Daarom kan en mag Kerk of staat om gewichtige re denen en ln bepaalde omstandigheden De woorden van Jezus moeten dus verklaard worden: een leerling van zus moei steeds waarachtig aUn, zoodat toot hem de eed voor zoover het aan hem ligt overbodig ls Daarom mag hl. ln het gewone dagehjksche leven d.l voor nietigheden (laat staan ongeoor loofde dingen) geen eed doen. Maar de zwakheid van de menschelijke ni (lees: de onbetrouwbaarheid van menschen ln het algemeen' kan lt paalde omstandigheden verplichtingen noodzakelijk maken in den schoot var de Kerkelijke gemeenschap of van dt menschelijke samenleving in het alge meen. waaraan de volgeling van Christus zich niet onttrekken mag. C. V. INCEZONDEN STUKKEN Oranjezon óók aan het ziekbed Amersfoort, Augustus 1938. Gcacftfe Stadgenootcn. Zcoals ln de dag- en weekbladen ver meld. maakt het geheele volk zich op, cm het 40-jarlg regeerlngsjublleum van H M de Koningin op luisterrijke wUze te vieren. Overal waar oranjebesturen sUn. tref fen deze. reeds gerulmen tUd, voorberei dingen. en, (of) zUn huldlglngscomlté's opgericht, voor hetzelfde doel. Gelden zijn gevraagd en ln meer of mindere mate toegevloeid. Al deze feesten zijn echter voor de ge zonden naar lichaam en geest, wlen wij dat natuurlijk van harte gunnen. Toch komt onderstaande commissie uwe aandacht en hulp vragen voor de zieken, verpleegd ln de belde ziekenhui zen ter plaats», zoomede voor de zusters die hen in deze feestdagen verzorgen. Zij. de zieken, zijn uitgesloten van feestvreugde, en toch zouden zU. Indien ïfïnnd. er met hart en ziel aan deelne- Doch ook de zusters, die ln die dagen voor de verpleging zorg dragen. zUn ver doken van deelneming. Laten wU- gezonden, toonen. dat wij -■-* in onee feestvreugde. de zieken niet v-geten. WIJ verzoek..-, u een kleins uft te zenden aan het bureau van dit blad. onder motto „Vreugde voor de zle- n". of aan onderstaande adressen. Onze commissie hoopt docr uwe ga- ln staat te zijn. én op den verjaardag van H. M. de Koningin, én op den Jubi leumdag <6 September' aan de zieken D.K.R. WINT VAN A.Z. PC. P.O. behaald. In de eerste helft nem D.KJ CJoolen de leiding. A-Z. ii P.O. k DJUL A.z. éi P.O. bezet nu definitief de laatste plaats en zal de degradatiewedstrijden - ganlsaüe ven dezen ma rich toe. „Wllhel- mlna" t« Amersfoort die deze wandeltoch ten reeds voor den zesden maal organiseert krijgt thans reeds honderden deelnemers ln te schrijven. Reeds nu sljn alle provincies vertegenwoordigd door groepen of ln-"-1 dueele wandelaars. Ongetwijfeld zal wandeltocht ook dit Jaar weer een 8 feest worden. Niet aljeen dat de route de moohte plekjes ven Mearn en Austerlltrs voert, ook de tractatles onderweg en de vele belooningen bij de terugkomst i *-* het slagen van dezen wandelml gen. BI] de terugkeer ln „AmlclUa" worden de deelnemers verwelkomd met de HriafiMÏ terwijl .Juliana" haar het organlseeren der Z.U.T. 70 KAL NACHTMARSCH. Op veler verzoek - eerstiTnachtmarsch i L nachtmarsch. -t zal plaats vinden op Zaterdag 24 Sep- iber des avond» 11 uur vanaf gebouw „De 18 Jaar kunnen decl- .De Pedaalridderi" te Amersfoort Voor de tweede competlUerit van „De Pedaalrldden". te Amersfoort, was 'n sprint race gekozen. Van Iedere klasse kwam Iedere deelnemer afzonderlijk ln een match deux •"gen elk van de andere klassejenooten uit. In de A-klasse won A. de Gans alle -De dikwijls zeer rpan- icnde ritten hadden een vlot verloop. De uitslag luidt als volgt: Las «4; Aart Ktaak 63; J. H. Schuilen 74; J. Haarman» 79; W. Brandien 60: J. 11. Schellaert 87: A Verheuvel 89; Q. Schim mel 97. 100: Joh. Kaaperta 98. DE ZWALUW TS BA AUN 7 Aug. Is door de P. V. ..De Zwaluw" een wedvlucht gehouden vanaf NeufvlUaa, afsk 304 km Er waren 300 duiven ln conoours. Los 1.40 uur. Eente thuis 3.34.46; laatste puntendulf 4.17.38. De uitslag was als volgt: Th. Scholten 1 30 31. H. Dlja 3 14. J. Ma- nlfargaa 3 7 37 39. Qebr. Vlag 4 80. J. D. v. d. Vuurzt 3 43, O. Ouderdorp 6 10 13, O. J. Renee 8. J. J. v. Nteuwkssteel 0 33 16 45, a Hartog 11 38. J. Moolj 12 13 36 37 41 47. W. Klef» 13 10 24 30 30 44. J. de Ruiter 16 18 43. C. van Daataelaar 17 34 40 48 49, L. L van Dam 38 46, G. v. Eaten 39. N.N. S3 33. Zondag as. derby-vlucht (kring) vanaf Qulévraln DE POOL TE BAARN Door de P. V. .De Pool" ls Zondag 7 Aug. een wedvlucht gehouden vanaf Maastricht. Afstand pl.m. 185 k.m. Aantal duiven 243. Duiven ln vrijheid gesteld om 10 uur. Eer» duif 12 uur 11 min. 17 sec49ste duif 13 31 min. 46 aec. van Voorthulzen 1 5 12 26 30 36. J. van de Veer 2 7 24, P. van Kempen 3 21 41. A. Ouwendljk 4 16 ?2 29 31 37 46 48. O. Schou ten 8 19 23 39 40 43. H. Smit 8 25, Kof Me en Kapoen 9 10 33. E. A. Rlphagen 11 34, Jo ïuwkasteel 13 42, J. v, Gelder 14, G. v. d. ik 16 40, G. Sulk 17, G. Kruscman 18 27 28. A. Hllhors! 20 38 43, J. Dorland 32, B. Karhof 35. Jac. Kotfrie 44 47. Ook de Boesterbergsche Schaakclub, die ln competitie van den Btlchlech Qoolschen ihaakbond ln klasse IV-C etn fraaie twee- 'n winter5™'18' °rïluliseer<1L.tf<L*',ïl00" ranglijst1 te" komen Do wedstrijd Wi ad het volgende resultaat: 1. H. Raat; 2. J. Meynen; 3. H. V. Aalst: 4 O. Top; 6. B. den Brave; 6. W. Sterner- 7. .7 H. Oorthuys: 8. A H. Harnuen; H. Keyzer; 10. J. Veldman; 11. H. beëindigd la. /4Is Vrucht: de heiliging. Do trek tot de ïonde blijft, ook na het Doopeel. De wereld blUtt lokken met haar v&l- eche beginselen, die de hanitochten ln het geviel komen. Het schijnbaar gemakkelijk en genoe- geUjke leven van zoovelen, die het zoo nauw niet nemen, blijft op one lnwer- Zoo be teekent het leven v gedoopten, strijd, hevig som durlg- s, ale Maar wij leven onder de wet der ge nade 1 Dood voor de zond«, moeten we leven ln Christus Jezus, onzen Heer. We mogen onze ledematen niet aan bieden aan de zonde. We moeten ze Gode aanbieden tot werktuigen van do gerechtigheid. De vrucht van ons leven, als gedoop-1 ten, moet zijn de heiliging I En het einde: het eeuwig leven 1 Het komt cr niet op aan, of we in de wereld geklasseerd worden onder de rij ken of de armen, onder de intellectueelcn of de minder ontwikkelden, onder de werkgevers of de werknemers, onder de middenstanders of de hoogere standen. Dat ls van geen belang voor het leven, dat we, als gedoopten, moeten lelden. Voor alles blijft de Inzet: de heiliging. Onder de helligverklaarden vinden we Dippel: 12. J. Gaasbeek. Het kampioenschap 19j.,iasö wi behaald door den heer H. Raat. dustrieelen en werklieden, groote ge- leerden en ongeletterden. menschen van allen rang en stand.koningen en ko- nlngInnen, ook slaven en sjouwers. En hier op de wereld leven heilige zie len ln de steden en op het land. op uni versiteiten en op de lagere scholen, ln Iedere straat en ln elke steeg, ln de hee renhuizen en de arbeiderswoningen. Overal strijden mensehen, steunend op de kraoht van Jezus Christus, Mg<n eigen booze begeerlijkheid. t«gen de vnl- sche leuzen van een zondige wereld, tegen de bespotltng on de verguizing. Zelfheiliging ls de plicht van leder ge doopte. 8trUd om het behoud en de ont plooiing van de genade, die Jezus heef', verdiend. WU mogen de; wU behoorea Jezus Heer, Heer. „Niet Iedereen, die tot Mij zegtHeer, Heer zal binnengaan ln het rUk der hemelen; maar wel. die den wil van Mijn Vader volbrengt, die ln de hemelen is". (Matth. 7—21). Den mond vo'. hebben over Jezus, maar niet den wil doen van den Vader, niet Christus dienen, maar xlch-zelf. En die manier van doen typeert juist de valsche profeten. Ze hebben den mond vol over het christendomhun christendom Maar dat christendom ls er een van eigen maaksel. Een, dat zijzelf bepalen cn omschrUven. Een, dat zich te voegen heeft naar hün ideeën. Het gaat daarbU niet om het vervul len van den wil des Vaders, maar om het doorzetten van eigen wil. Ze vergeten geheel, wat Jezus sprak „gelUk de Vader MU gezonden heeft, zoo zend Ik u". „Wie u hoort, hoort MU wie u versmaadt, versmaadt MU". Den wil doen van den Vader betee- kent toch zeker ookrechtvaardig zUn Jegens den evenmensch.kind van God gelUk wU. Hoevelen, die wel gelooven, rijn on rechtvaardig ln hm gedragingen Jegens den evenmensch 1 Den wil doen van den Vader beteekent ook allen liefhebben om God, Die allen heeft geschapen, allen heeft verlost en aller geluk wil. Hoevelen, die wel gelooven .schieten elgenlUk te kort ln het groote gebod van naastenliefde I Bescheidenheid n de halv« Deaf riJn bescheiden m Maar de meesten - »rclc1 En zUn daarom brutaal .rUzen als een sieraad, doch liever zon der haar ..verder., willen komen. Toch ls de bescheidenheid een deugd die den mensch siert, en rilk maakt. RUk aan InnerlUk geluk, aan Innerlijke rus! En als ze grondt op bovennatUurlUkt beweegredenen, ls ze een achat, die aU« waarden van deze wereld overtreft. Wie bescheiden ls. ls r.let zwak! Nea nee. bescheidenheid vraagt veel zeiJ» leersehtng. zelfverloochening, karakter De bescheidenheid heeft, als Iedere an. t-ro deugd, haar grenzen. Bulten dl« grenzen zal de wa-TJk bescheiden* olUk geven van besliste wilskracht en De bescheldene zal terugtreden, al» standhouden hem niet bindt. Maar hU zal niet wUken, als plicht gebiedt naar s iets Dc bescheldene laat zich op n voorstaan. Omdat hij weet, dat DU allee heef; ontvangen, en elgenlUk niets het zllne noemen kan. De bescheldene dingt niet naar een clmpUmentje. een huldiging of een on derscheiding Omdat hij weet. dat hU niets meer deed dan zUn plicht, wel eem minder zelfs. De bescheldene verstaat, wat Jesus als voorwaarde stelde voor Zijn leerlingen: de zelfverloochening. HU.. wU.. achter ZUn Meester gaan. die rich nooit op den voorgrond stelde, zicht volkomen verloochende, om voor andere." alles te kunnen rijn. De bescheldene mist niet de eigen waarde. maar kent zijn eigen waarde die het grootste ls, als hU Jesus blijft volgen.In de ze Hoe dichter bU Jesus. d door Ernest Claes 5. R. Mees. (Ie C-kla6ser). WEDVLUCHTEN TE AMERSFOORT. A. P. V. „De Ordonnan Uitslag wedvlucht van Maastricht alstand 144 K.M. In concours 383 duiven Ijzen werden als volgt Keken 1, 22. 46, 47; A Groenevelt 2. 31. 81; J. Bj 88: G. de Graaf 4. 23, 26, 53, 64, 73; T. Kruis 48. 58, 71, 98. 97. 08; Lisdonk 11. 31, eld 8. 38. 86. I. Boeyen 10. 33, 81. 82: R 20, Chr. v. Putten 13. 49: C. Been. 28, 79: Joh. v. Voorst 13, a». «o M. Kaal 16; L. Henschel 17, 71 - d. Berg 18, 29. 51 54; A. Via] 19. ns 27. 67. 76: F. Jansen 30. 70; W. S 51. 62; A Terschegget 36, 55: J. in 37: J, Korlaar 39; A. Lablans 40. 41. tw:G. Blanke 42. 56. 61. 88: G. Wijnands 44, 73: A Koppen 67; H Waanöers 60: W. Geth 65. 87. 94: D. Nico laas 66. 95; K. La blans 66: L. v. d. Blezenbos 83, 84, 90; O. •en Kulve 92; J. v. Voorst 100. AP.V. De Reisduif 35. 45. Op die manier schijnt toch ook daar -.ris geliefd oranjezonnetje. Mogen wij op uw steun rekenen? Ta? dan reeds bU voorbaat hartelijk Mevr H J BRUGMAN, Heiilgenbergerweg 79 Mevr W J. SOETEKOUW, Kapelweg 24 Mevr. H. BERGSTEYN. St. Ansfrldu&straat 19. Mevr O RUYS. Utrechtschewcg 16S. Mevr. A. J. UDING. Zwaanstraat 40. Mevr. E. C. C. VAN DIJK, Van Bemmelstraat 108. VOORZITTER AMXRSF. BOYS. den heer E. Brouwer, ireltteniplaats heeft ln- I AMERSFOORT) TE H VC nam Zondag deel aan een voetbal- umool te Apeldoorn. De uitslagen van de gespeelde wedstrijden 'Jiden al» volgt: Robur et VelocltasRtjssun 1—al Apeldoomsche Boys—A. Z. C. 2—21 35- L. Krabs- uis 5. 7. 40. 52. 53. 56. 68. 75, 95. 98: Joh. ij'.sma 8. 28. 37. 39. 60. 81. 83. 89: H. A t Graaff 8, 13. 14, J. de V. 28. 64. 71. 78. 91. 92; T. de Vries 30: Th .Tuithof 32, 47: J. de W. 35: G. v. d Po! 36. 72; O. F. 48. 51. 79. 80: M. Koudljs 55: Gebr. 58: M. v. P.V. „De Postduir. NeufvlUes uit, sfstand 201 KM. In concours 125 duiven. De prijzen werden als volgt behaald: F. W. Harteman I. 7. 27; P. v. Laar 2; D v. Loveren 8, 8 13: J. Jagtenberg 4, 16: A. v. Boeyen 6. 21, 22. 26: U. A ZU1 6. 24; A. Wlekart 9; B. Baatje 10; H Hllhorat 11. 18: A J. Floor 12. 23. 31, 33: R schuit* 14: J. LIJnsveld 15, 29; J. Eikeler.burg 17. 19. 20. 25; P. H&gebeuk 28: O. L. ten Hoven 30. A.P.V. „Pro Palrla". „Pro Patria'-wedvlucht van Llbramont Belgléuit. Afstand 247 K.M. Uitslag als volgt: C. H. Jansen 1, 4, 5, 6. 8. 9: J. Schoonman 2, 7; M. H. Ruitenberg 3; H. Hop 10. 12; L. Roosendaal 11. „DE LUCHTPOST' TE AMERSFOORT. Wedvlucht van Neufvilles uit. afstand 200 KM. In concours 829 duiven. De prijzen werden gewonnen door: H. v. a Kooy 1. 61. 96; W. v. d. Riet 2. 3, 28. 42: h. Baartman 4. 6. 22. 29. 33, 68. 60; Alh. raak 6; D. Hubregtse 7; G. Kluwer 8, 68, I; A. Jansen 9. 84. 92; P. Bos 10. 30. 85. A de Goede 11. 47. 76; A. L. Verstraelen l; H. v. d. Linden 13; G. Harmans 14. 17, 45, 56. 86; F. van Winterswijk 15, 53. 81. 83; G. Bergman 16; N. H. Eglnk 18. 82. 90; A. van Heiningen 19; H. J. Hol 21; Jos Vor- 23, 52: M. Schellaert 24: G, Hagen- Linden Sr. 28, 36: Joh. er 27. 38, 93; M. v. d. Kul.. Dasselaar 31J. v. d. Heuvel 32. 37. 54. 3; H. v, Keulen 34; d, Berg t strafschoppen». i Linden Jr. «0. 59; J. A Vlsschers 41. 99; A. O. O. V. V. 2—H. V. C. 1 1-2 Verhoef 43; P. A. Don 49; F. Pijnenberg 50, A» Zondag worden gespeeld: H.V.C.— '8. 77. 78; J. Lablans 57. 87; W. Collet 58: Apeldoomsche Boyj en Rljssen—A.Z.C. 'J- Noorman 61; H. van Llmbeek 63; N. A Ja. ja. Ik weet het wel. daar «Un van die voddemannen die durven zeg gen dat een pastoor op een dorpke toch maar een schoon leventje heeft, goed eten en goed drinken, geen last van so cialisten of andere gevaarlUke parochia nen. en ver weg van Monseigneur den Bisschop, dat hU niets anders te doen heeft dan eiken dog een mlske lezen van een half uurke. een kindeke te doo- pen of een lUkmis te zingen van tijd tot tUd. ZUn brevier lezen al wande lend en in passant vrlendeUjk op de menschen te knikken. Zondags een kwartierke sermoon. van „In dien tUd zegde Jezus tot zUn discipelen en dat het u.mrmee amen en uit ls. Als ge die mannen, die natuurlUk allemaal van de tegenpartU zUn hoort klappen, zoudt ge bekanst gaan peinzen dat het voor een pwtoor lederen dag kermis ls, en dat zUn eeuwige zaligheld zoo ge bakken en gebraalen voor hem ligt. Ik zou zeggen: allo ja. ge kunt mis schien gelUk hebben ln een parochie waar al de parochianen brave menschen zUn. waar ze allemaal doen wat ln de ca techismus staat dat ze moeten doen op aarde, maar och heere, waar vindt ge die? Zelfs ln de Kempen, waar toch ledereen weet dat de beste menschen van Vlaanderen wonen, waa alle mannen lid zUn van den t Heilig Hert, en alle vrouwen lid van de Congregatie of van het Genootschap van de Krlstene Moeders - de. andere tellen niet mee - zelfs ln de Kempen, zeg lk. heeft een pastoor nog heel mertelarij met tn klanten. HetzU de fanfare te veel uittrekken en drin ken. of muziek spelen ln de danszalen: hetzijmet de tooneelmaatschappij stukken opvoeren waarin gekust wordt; hetzU met de kermis. te Jong vrUen en ln den donker naar huls gaan Jongens, dat geeft allemaal aan r heer pastoor veel meer kopbreeksel Iemand vermoedt. Zie. ge hebt daar per eksempel de dieners. Als ze twee weken eiken hun mis gediend hebben, dan peinzen die bengels dat heel de kerk van hen is, dat ze daar mogen rondloopen en klappen precies of ze zelf een toog droe gen. dat ze vrU mogen beschikken ovei de keersestompkes, het oude koper, de slechte centen van de offerblokken, ter- och alle ze leven een deel ge- 'an den koster zUn broodwin ning (slechte centen kunt ge altUd vermengen met goede centen .betaalt Uw pint met vlc-r goede centen en slechten cent. dan zegt de stamineebaas niks. die kan daar ook van af) en daarom zeg lk gelijk Mijnheer Cam pens zaliger altijd zei als ze van misdienaars spraken: ..Mlsdlenders?.. Snotjoeng!" Ik ben namelijk ook misdiener ge- eest- En lk was bavendlen „den hove- ler van menhlêr Pastoêr." MUn werk als hovenier bestond hoofd- zakelUk ln: de musschen van de ker- seboomen te Jagen, zonder zelf musch den mond kunt krijgen, de rupsen van de kooien te vangen en te vernietigen zonder koolbladeren te breken en de pa den schoffelen zonder de randblomme- kes van Rozallen. de meid van pastoor Campens. te beschadigen. Bovendien be hoorde bU dat hovenierswerk alle ander werk, eender van welken aard, binnen en bulten dc pastorij. Menheer Pastoor had mu zelfs een groote medaille gege ven, die lk onder mijn tuinwerk met een koordje om mUn hals moest hangen, en waarop ln het LatUn geschreven stond, zegde mUnheor Campens. dat hovenler- derij een werk was aangenaam ln de oogen van God. Het was zoo'n soort me- dalle lUk de fanfares krUgen als ze lererans naar een feslval zUn geweest, en die ze dan boven aan hun drapo han gen. Als de kersen rUp waren moest lk die. met mijn medaille rond mUn hals ook plukken. Maar terwUl Ik ln den boom zat moest lk zonder onderbreken fluiten of zingen. En ik deed dat trouw- hertig. Menheer Pastoor wandelde on- derwUI door de hofpaden en las zUn ■SS "~n in den boom za^ lk het zwart kalotje op zl en weer gaan. Als Bc soms eens ophield met zingen of fluiten, omdat lk mijn arm te ver moest rekken voor een trosje afstandsche kersen, keek menheer Pas toor lederen keer efkens omhoog. Wltte- kop, lk huêr niks" En hU had ook c-en manier van zich ineens om te draaien en terug onder den boom door te komen, terwUl hU elgenlUk had moeten recht door gaan tot aan t eind van het hof pad. Al heel gauw had lk echter geleerd dat ge met één kere ln den mond nog fluiten kunt. Met twee niet.(r heer Pastoor keek efken van z'n vier omhoog). Het klinkt dan wel klein beetje anders., toor kUkt weer efkens op van vleri maar het ls toch altUd gen. Soms schiet echter het kersèsap u zoo diep ln dc keel dat ge begint te hoesten, en als ge hoest bewijst ge toch ook dat ge geen kersen eet, Menheer Pastoor kwam dan eens onder den doorgetapt, en hU raapte twee natte kersepitjes op. HU bekeek ze aandachtig en loerde dan omhoog. Van tussct blaren zag Ik Juist zUn open hand In de twee verraderUjke kersesteentjes lagen. HU kon gelukkig niet zlr rood lk werd en niet hooren dat zelf voor stommerik schold. „Wittekop." riep meheer Pastoor naar den blarenkruln, daor moet oèk leveran: én mus ln de boain zltte." Ik begon on- mlddellUk te schreeuwen en door de bla ren te roeffelen, tot Menheer Pastoor weer riep: „Ze zal naa wel èweg z Wittekop. pluk maor voêrt," Ik lette nu wel op de gladde kerepltten tussch duim en wijsvinger van ln den boom weg te schieten tot ln den hof Voor die tweevoudige betrekking v hovenier en misdienaar trok lk vUf ci per week. drie sigaartjes en Zondags de vroegmis ontbUten op de pastorij. De vUf cent en de drie sigaartjes lagen dan eiken keer naast mijn tas. En het ls ln dien tUd dat lk bU men heer Pastoor een;; een diefstal heb ge pleegd. Het was ln 't voorjaar, daar kwamen nog geen rupsen op de kool blaren zitten om door mU wreedaardig vernietigd te worden, daar v geen rijpe kersen om de muss te jagen, de hofpaden moesten nog niet geschoffeld worden cn zoo deed Rozallen mU op een keer het onkruid uitwleden op een bedje jonge groenten. Wat groenten het waren weet lk niet i In leder geval, lk deed dat werk tegen mijn goesting, omdat wieden vooral omdat lk een hekel had aan alle groenten. Thuis een blad sala, boonen, of savooiekool doorslikken, mU al even erg als mUn eigen haar opeten. Ik wiedde dus met lange vingers dat bedje groenten en waara: niet verklaren, lk trok al de goede plantjes uit en een soort onkruid, mooie rechtopschletende plantjes, Het lk als „groente" staan. Ik had <T eerlUkheld voor de echte, eetbare groen- genomen. Menheer Pastoor, toen hU i van Rozalen vernam, had mij met misprijzen aangekeken en gezegd: „Ik doecht da' ge slimmer woart, Wittekop.". Ik heb er tranen om geschreid van ver driet- Rozallen heeft mU sedert dien dag En Zondags na de Vroegmis, lag daar wel het vUf cent stukje naast mUn tas. geen drie sigaartjes. Met 'n krop keel heb lk mUn boterhams met confituur blnnengewurgd. Mijn oogen nat Ik had er geen plezier van dien keer daai ln de schoone eetkamer pastorij, de eigen eetkamer van menheer Pastoor, waar al mUn kamera den jaloersch over waren, koffie te drin ken. De heele week dacht lk aan niks an ders. Ik had ln de pastorij vrijen ln- cn uitloop, als hovenier natuurlijk, en ei ken dag ging Ik heimelijk naar het bed je groenten kijken of het door mU ont- zlene onkruid misschien toch geen echte groenten waren, of zouden worden, en lk heb daar als een kwlebus heele ree- n lezen dat 't toch zouden boonen. erwten of radUsJes zUn wat daar zoo welig opschoot Ja. Onze Lieve Heer die moet soms hooren. Vrijdags moest lk Rozallen helpen ln de werkkamer van menheer Pastoor. Een kist vol gazetten en boeken - geleerde kast was me dat r gemaakt worden. Ik moest den Inhoud naar den zolder dragen en de kast moest daarna weg. Rozallen was ln de keuken bezig en menheer Pastoor was een ken parochiaan gaan bezoeken. En wUl lk nu mUn hoopje gazetten en schriften op een stoel bUeenlegde om te berngen. keek lk rond ln die wi kamer van menheer Pastoor, waa anders nooit komen mocht en lk sl< den lessenaar een kistje sigaartjes staan. Onmiddellijk schoot mjj ln het hoofd; zou het uit dat kistje zijn, dat lk Zon dags mUn drie sigaartjes kreeg? En lk ging dadelUk kijken. Inderdaad, dat ren dezelfde sigaartjes. Het kistje nog meer dan half vol. zoo 'n sch rijtje bovenaan. Ik bleef er met kloppend hart staan op zien. En eer lk wist wat ik deed was 't gedaan, - pikte drie sigaartjes en stopte die in En just was het bewustzUn van gedaan had. en het berouw in i hert aan 't omhoog kruipen, toen openging en menheer Pastoor thuts kwam. Toen hU met zUn vriendelijke oogen zei: ,.D8g Wihtekop!" ging steek dweers door mUn ziel. Maar och heere. 's anderendaags den Zaterdag moesten de kleine jongens mUn jaren bU menheer Pastoor ko- i biechten. Had lk dat daags te voren ir niet vergeten. Ik zou er nooit ol ooit die drie sigaartjes hebben dur- scheef slaan. En nu mag lk ln mUn n nog de grootste zonden begaan die lestaan, nooit of te nooit zal lk met zooveel schrik voor een biechtstoel zit ten wachten als den keer. Een heel zondige drie sigaartjes, en een half opgerookt was. staken nog ln mUn binnenzak, ze brandden mij op dit oogenbllk dweers door mUn huid, tot op mUn misdadige ziel. Ik deed den he mel geweld aan dat menheer Pastoor toch maar niet zou weten wie l kon bekanst niet meer asemen. Ik had dit oogenbllk alle sigaartjes wereld willen vernietigen, verpletteren, aan stukken bUten met mUn tanden, uit puur berouw. Toen lk elndelUk ln het biechthokje it, met tusschcn het gezicht menheer Pastoor en het mUne enkel de plank met gaatjes waardoor lk mUn zonden moest belUden. hield lk ni" klak zoo vast yoor mUn gezicht dat Juist nog een holleke was voor mUn mond. Want lk wist bU ondervinding dat menheer Pastoor voor sommige zonden onderzoekenden blik door de luister gaatjes wierp. Ik zegde mUn voorblecht i dan. DrU kierc geloge, menhler Pas- »êr, min of meër. Goed. mè mènneke. Twiê klére ongehoérzaam geweest in ons moeder, min of mier, menhier Pastoér. Goed, mène broave Joeng.. altUd luistere noar moeder Zes klére goan zwumme, menhlêr Pastoêr. min of mlêr. Moar mène Joeng, doar es et toch nog veel te kaad vcur ">a, moar et was verleê joar In de menhlêr Pastoêr. moar toen heb Ik et vergete te blechte. Ah zoêEn dan? Et wijwoaterfleske ultgegote men hlêr Pastoêr. Et wUwoaterfleskc?.. En woaveur hadde da gedoan. me Joengske? Wel, oem flcske te hemme veur te kallsse-zap menhlêr t wUwoater oep de grond zwaddere Pastoêr En hedde gegote? Neie. ncle, menhlêr Pastoêr.. In kocmeke en dan hem lk er kruskens mee gemoakt tot dat et oep was. Fn e Geen antwoord maar menhler Pas toor moest dien benauwden zucht zeker gehoord hebben Es er anders niet mièr, mè braaf menneke? Joa wel. menhlêr Pastoêr. Watte? Ge., stole, menhlêr Pastoêr Wa zegde me doar? lk merkte dat Pastoor Compcns probeerde door de gaatjes te loeren. En wat hedde ge- stole. mène Joeng? „Wel.. drU slgaarkens. menhler Pas- Dat meugde toch niet doen, me kind! Da wetc toch wel!.. En woaren et der moar drU? Joa, menhlêr Pastoêr, sjustekes drU et w - Zoê!. Zoê!. n die kl Van Joa. Joa.En hedde die alle drij al op- gesmoord'» Nele. menhlêr Pastoêr. lk hem nog lén hlêl en stumpke? Wel, ge moet restitutie doen van wat da ge gestole hed, en die slgarkes vroem droage woar ge ze gehoald hed. Joae menhlêr Pastoêr? Zeker hoorde hij mU weer zuchten Van eiges, da stumpken oêk! En leest drij weesgegroetjes veur oe zoallge penetense en ziet da ge 't n»elt nle mlêr doet. Toen lk uit de kerk kwam recht naar do pastorU- Rozallen. zei lk toen ze kwam open doen, menhlêr Pastoêr hee gezeid da 'k Zonder een woord trok ze terug naar de keuken. Ze liet mU zelfs de voordeur toedoen, als teeken van geringschatting. Ik sloop de werkkamer van menheer Pastoor binnen, het sigarenkistje stond nu op den schoorsteen, en heet voorzich tig legde lk het heele en het halve si gaartje waarvan Ik met mUn vinger rte asch had afgekrabd terug kistje. Het halve stopte lk een beetje onder de ondere. Met een verlicht gemoed trok lk stillekens weer weg. Alles was vergeten. 's Anderendaags na dc Mis zit lk op do pastorU aan tafel om te ontbijten Men- pastoor had zelf de vroegmis ge en zat bU me. Naast mijn tas lagen vUf cent. en drie sigaartjes Een daar van was het heele dat ik teruggelegd had. Ik herkende het aan het buiten blad dat half los zat van ln mUn zak te steken, en dat lk drie koeren met speek sel had moeten bUoenplakken. Toen ik hel merkte voelde Ik mijn ooren rood worden en het brood worgde me wat ln mUn keel. Menheer Pastoor gebaarde echter van niks. zoodat lk gerust, was Maar toen mUn boterhams binnen wa rn en menheer Pastoor zUn pijp al in ;n mond had. zegde hU opeens, terwijl lk mijn drie sigaartjes opnam cn aan dal van de biecht nog eens likte om het bUeen te houden: Wittekop, smoort naa da stumpke an gistere oêk maar oep. En omdat hU dal zoo gewoon zei zon- er me te bezien vond ik het ook ge- 'oon. Ik stond recht, slapte de werkka- ïer van menheer Pastoor ln. haalde et zwarte stompje sigaar uit het kistje - - - toen ik terug A,1°- dag. Wittekop, tot morgen. Dag menhlêr Pastoêr. En al rookend verliet ik de pastorU Dat Is al lang. al heel lang geleden iaau l, 'lmU 1?olt ult ral1" «egaan n Ik heb nooit Ran een mensch kun nen zeggen, goede menheer Campens zaliger, hoe veel, hoe onnoemelijk veel Ik ln die jaren van u gehouden heb. En zooals gij. en zooals alle goede pastoor* de Kempen (daar zijn geen an- zeg ik. als er som» over mlsdlo gesproken wordt: Mlsdlenders?.... Snotjoeng

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1938 | | pagina 4