Het
glorieuze
gobelin
SPAANSCHE VOLK ALLEEN KAN HET
PROBLEEM NIET OPLOSSEN
Binnenkort nationalisatie der
Nederlandsche Bank?
TENTOONSTELLING IN HET RIJKSMUSEUM
Verhouding met particuliere banken
blijft practisch ongewijzigd
Montpellier huldigde de Koningin om
haar christelijke inspiratie
4
Zaterdag 14 December 1946
F)E laatste jaren is hier te lan-
de uitdrukking „glorieus
glas" in zwang gekomen. Zij ty-
houding en waardecring hervon-
in onze waardecring van de
prachtige glasschilderkunst. In de
lSe en 19e eeuw was deze kunst
namelijk in tel en de beoefenaars
ervan waren vervallen in een na
bootsende en starre schablone.
Wij wisten nauwelijks meer welke
éclatante mogelijkheden in deze
schitterende kunst te bereiken
waren. Eerst de 20e eeuw is dit
weer gaan zien en heeft de juiste
houding en .waardeering hrvon-
den.
Mutatis mutandis is het in
Frankrijk zoo gegaan met de ede
le tapijtkunst. Officieel stond deze
kunst ook in de lSe eeuw nog
hoog in aanzien, maar artistiek
deden zich toch' al^ duidelijke
symptomen van een verval gelden
dat in de 19e eeuw tot een vol
komen decadentie zou leiden. Ook
hier heeft de 20e eeuw met haar
hernieuwden eerbied voor het
handwerk èn met haar nieuw be
grip voor de middeleeuwen een
kentering teweeg gebracht, die be
langrijke perspectieven opent. Na
de tentoonstelling in het Rijks
museum, die zoo'n fameuze open
baring is geworden voor de edele
en triomfantelijke aspecten van
deze kunst, zullen wij mogen
spreken van het „glorieuze gobe
lin" en ieder landgenoot, die een
klein beetje kunstgevoelig [s, zal
begrijpen waarop wij doelen.
Veel belangstelling
XJ ET is waarlijk verbijsterend,
wat in de groote zalenreeks
van het Rijksmuseum is bijeenge
bracht. Een wandeling langs deze
doeken van vaak énorme afme
ting brengt de eene verrassing na
de andere, en al vergt zij een ste
vige inspanning het naar boven
staren is op den duur vermoeiend
des te verheugender is de ge
weldige belangstelling, die zich
uit alle windstreken van het land
hier dag aan dag openbaart. Trou
wens, het zijn niet alleen Neder
landers, die hier den cijns hunner
bewondering betalen aan dit spe
ciale facet, van Fransche cultuur.
Men hoort Fransch en Engelsch
spreken, Deensch en andere talen,
die voor 't oor niet zoo gemakke
lijk te determineeren zijn.
Wanneer wij spreken van Go-
thiek, dan meenen wij te werken
met een hanteerbaar, vrij nauw*
omschreven begrip. Op deze ten
toonstelling wordt het ons weer
eens tastbaar duidelijk, hoé veel
omvattend en uiteenloopend dit
terrein is. Men heeft het gevoel
werelden te hebben doorloopen,
wanneer men na de historie van
Koning Clovis. een verwarrend en
bijna onoverzichtelijk geheel van
figuren dio elkaar overschrijden,
enkele zalen verder stgat voor de
zooveel rustiger beelden uit het
hoofsche leven, waar de aardsche
schoonheid het reeds van de he-
melsche wint en wellicht nog ver
rassender voor de tapijtpnreeks.
„La Dame a la Licorne". waar een
enkele vrouw, une grande dame*,
bij elke voorstelliner in het mid
delpunt staat cn ook door haar
proporties domineerend werkt.
Men zegt dat Jean de Chabannes—
Vandenesse deze tapijten heeft
besteld ter eere van zijn a.s-
vrouw Claude Le Viste, weduwe
van Geoffroy de Balzac. Als het
een bewijs is, dat d#ze edelman
men leeft in den tijd der^trou-
badours veel van zijn bruid
heeft gehouden, dan zou men ook
tot de conclusie kunnen komen,
•dat de kunstenaar, die de op
dracht had uit te voeren, in be
wondering "n vereerins: weinig
voor die van zijn meester onder
deed. De gratie van het Bourgon
dische hof met zijn keur van
Vlaamsche schilders wordt door
deze Fransche gratie in stralend
gebleven kleuren geëvenaard zoo
niet overtroffen.
Men moet naar de Florentijnen
en de Japanners om een gratie te
vinden in-de vrouwenvereerirjr.
die men deze Fransche hoofsch-
heid op één lijn geplaatst kan
worden.
Meer perspectief
VEEL meer dan in de historie
van Koning Clovis waar het
perspectief vrijwel geen rol speelt
en de figuren welhaast op elkaar
gestapeld zijn teneinde ze in één
en hetzelfde vlak te houden, is
hier reeds eenigc diepte gegeven,
hoewel de wand met zijn twee
dimensies toch nog regeert.
De zucht tot vertellen door
de eeuwen heen een belangrijke
trek in de beeldende kunst
doet zich ook in de kunst van
het tapijt in hooge mate gelden,
en het spreekt vanzelf, dat de
Bijbelverhalen en de legenden
daarin een belangrijk aandeel
nemen, Niet voor niets zijn de
oudste drie tapijten, die op deze
tentoonstelling te zien zijn. en
zeker niet de minste, afkomstig
uit de kathedraal van St. An
gers, gewijd aan de Openbarin
gen van Johannes. Oorspronk<?r
lijk l>eeft deze reeks een wand
beslagen van 150 meter breedte;
thans is er nog 100 meter van
over). De Bijbelsche stof vormt
ook het hoofdmotief van de fa
meuze tapijten 'met hun typische
architectuur uit de kathedraal
van Reims.
Wereldlijke motieven
Gaandeweg nemen de wereld
lijke motieven de overhand en
de ontwikkeling, die het gobelin
met steun van de absolute vor
sten in Frankrijk, doorloopt,
krijgt rneer en meer een proble
matiek karakter. Ook cfe primi
tieven namen bij hun tafereelen
bepaalde schilderijen en minia
turen tot voorbeeld, maar zoo
lang deze zelf zich beperken tot
betrekkelijk weinig kleuren en
zich bepalen tot twee dimensies,
levert dit geen gevaar op voor
het eigen leven van de tapijt-
kunst. Zij raakt echter op dwaal
wegen (vaak verblindend mooie!)
wanneer zij het driedimensionale
schilderij meer en meer op den
voet giat volgen, en zich beij
vert om de kleur tot in haar
fijnste schakeeringen en tus-
schentinten te verfijnen.
Het Zwitsersche blad Ga-
zette de Lausanne be-
vat in zijn nummer van 19 j
November een gesprek met
een persoonlijkheid uit Ar
gentinië (het is begrijpelijk,
dat zijn naam verzwegen
wordt) over de situatie ih
Spanje, dat zulke belang
wekkende gegevens bevat,
dat wij het onze lezers niet
willen onthouden.
—„Dus, U künt er ziek in het te
genwoordige Spanje niet meer
oriënt eer en?
„Wel", zegt de man. met wien
wij spreken, „ik ben in Spanje
geboren, ik heb er mijn halve
leven gewoond, ik heb er mijn
ziken. ik ben er ieder jaar heen
gegaan maar neen, ik weet
er den weg niet meer. Buiten
Spanje gelooft men, dat het land
verdeeld is in aanhangers van
Franco en in communisten. En
ik vind er noch den een noch
den ander. Ongetwijfeld, er zijn
wat partijfunctionarissen van de
Phalanx, eenige hooge militairen
er. een aantal geestelijken, die
verwoede aanhangers van Franco
zijn. Maar er zijn er evenveel,
die tegen hem zijn en wat be
treft de kringen van landbouw,
industrie en niet te vergeten
vooral den handel, die zouden
graag willen, dat er een regiem
kwam van persoonlijke en rna-
terieele *zekerheid. dat' den ar
beid en het behoorlijk function-
neeren van de voedselvoorzie
ning zou garandeeren. Zij zouden
willen, dat er een eind kwam
aan do afschuwelijke corruptie
in de' Partij en in de officieele
instellingen, waardóór zij geruï
neerd werden. Deze kringen, groot
*cn klein, verlangen naar vrede
en stabiliteit; zij hebben een
even grooten afkeer van de com
munistische dictatuur als van
die van Franco.
Onder de arbeiders, dat is zoo,
zijn veel extremisten, om zeer
begrijpelijke redenen trouwens.
Hun looncn zijn laag, hun rant
soenen onvoldoende en de prij
zen heel hoog. Maar de arbeiders
zijn ook verdeeld in hun politie
ke sympathieën. Er zijn commu
nisten van Moskou, communis
ten van de oppositie (Trotskvïs-
ten e. d.), verder de groote anar
chistische partij (die zonder twij
fel vee] beter past bij het S'paan-
srhc karakter dan de communis
tische discipline) en tenslotte nog
Je beide vleugels van de socialis
tische partij, waarvan de link-
sche samenwerking met de com
munisten wil. iets. waar de
rechtsche fel tégen is."
„En de republikeinen?"
De reiftiblikeinen? Die zijn er
nauwelijks! Een paar dozijn libe
ralen, die thuis pralen of in hun
café's, maar die geen, enkele or
ganisatie hebben. Zeker, de par-
'tjj van Azana is nog altijd wel
georganiseerd (clandestien na
tuurlijk. zooals alle partijen bui
ten de Phalanx), maar zij wekt
geen geestdrift en zij heeft niet
den steun van bet leger. En het
leger heeft den sleutel van de
situatie in handen."
Het leger beslist
„Zou de legerleiding den ko
ning niet graag terugzien?"
„Ja, onder de oude officieren
van hoogen rang telt men er
heel wat. die aanhangers zijn
van de monarchie. De jongere of
ficieren zijn opgevoed in de be
ginselen van den modernen au-
toritairen staat (die in Spanje
eerder clerico-militair is dan wat
men gewoonlijk onder fascis
tisch verstaal), maar de Duitsche
militairen zijn er zelf nooit toe
gekomen 011 het Hitler-rcgiem
omver te werpen. "Rn in Spanje
is het wel ongeveer net zoo. De
discipline en den eed dien zij heb
ben afgelegd, houden hen om te
beginnen terug. Bovendien velen
hunner zijn bang om hun post
te verliezen, hun bevoorrechte
situatie, hun hoogere rantsoenen
of hun meer of minder wettig
aandeel in de zaken kwijt te ra
ken. Hun betaling op zichzelf is
riiet schitterend, maar vandaag
ten dag komt het in de aller eer
ste plaats op invloed aan. De mi
litair kan clan grondstoffen, aan
transportmiddelen komen, hij
kan zich vrij door het heele land
bewegen (wat* een burger alleen
Schijnbaar bereiken de tap'jtcn
misdoende' een oogverblindend
effect, in wezen offeren ze bun
eigen zelfstandigheid meer en
rneer op, al brengt deze tentoon
stelling menig treffend staal,
dat nog altijd tot bewondering
dwingt.
Moderne uitingen
1\/T ET het eind van de 19e
iVI eeuw besluit het historische
gedeelte van deze tentoonstelling,
maar gelukkig is dat niet\ het
laatste woord, dat het Fransche
gobelin heeft te spreken. Met
gerechten trots kunnen de Fran*
schen er op wijzen, dat in de hui
dige periode de mogelijkheid is
hervonden om de aloude technie
ken tot nieuw leven te brengen.
De kunstenaars en uitvoerders
leggen zich daarbij groote» beper
kingen op. Het aantal kleuren,
dat tot in de honderden was toe
genomen. is weer tot een beschei
den cijfer teruggebracht. Men ge
bruikt doorgaans uitsluitend wol,
terwijl vorige generaties (ook in
de middeleeuwen trouwens) aan
de .wollen "draad vaak een zijden
■dito toevoegden. En toch zijn de
effecten, die de modernen herei
ken. in hooge mate éclatant. Men
denkt vaak aan glanzende zijde,
fluweel of damast en ziet. dichtbij
gekomen, dat de gebezigde draad
wol is en niets dan wol.
Beperkingen in 'de composities
zijn er alleen in dien zin, dat men
het vlak weer zooveel mogelijk
eerbiedigt- Overigens kost het
blijkbaar moeite voor meer dan
één, om niet te gaan zwelgen in
de formaten en het monumentale
nog to overtroeven. Zelfs Savin,
die overigens blijk geeft den juis-
ten stijl te kennen, maakt af en
tóe reuzen, die Assyrisclie afme
tingen krijgen. Anderen klaroenen
met de kleur, zoodat het iemand
groen en geel voor de oogen
wordt (men bedenke intusschen
dat de kleuren in de toekomst
nog heel wat verzwakken). Wie d
tentoonstelling in omgekeerde
volgorde teruggaat, na de moder
nen in zich te hebben opgenomen
vindt plotseling veel van het oude
werk mat en dof. en zelfs weinig
interessant meer.
Toch geloof ik, dat men Lurqat
en de zijnen, die wel als de groot
meesters der modernen worden
beschouwd, niet moet overschat
ten. Ik ben heelèmaal niet zeker,
dat Lurgat met zijn brillante fan
tasterijen op den goeden weg is
Een der schoonste voorbeelden van de Fransche tap*]* weef kunst', een gobelinwaarvan men zegt dat het om
streeks 1500 door Thomas Bohier, kamerheer van den koning is besteld bij de ateliers genaamd „de oevers van
de Loire". Het maakt deel uit. van een serie „Hoofsche landelijkheid,".
Uit het feit, dat eenigen tijd geleden de beurshandel in de
aandeelen van de Nederlandsche Bank is stopgezet, valt
af te leiden, dat binnen niet al te langen tijd een wetsvoorstel tot
nationalisatie van onze centrale bank verwacht kan worden. Het
heeft zin zich af te vragen, of met deze nationalisatie een min
of meer grondige wijziging van ons geld- en bankwezen te ver
wachten valt.
Het lijkt ons, dat men deze vraag
onmiddellijk ontkennend kan beant
woorden, omdat het nationaliseeren
an de Nederlandsche Bank vermoe
delijk nagenoeg geen principieele
veranderingen .in ons monetair sys
teem zal brengen, doch uitsluitend
bestaande nog niet wettig vast
gelegde regelingen zal legalisee-
ren.
Immers sedert het vorige jaar
berust het uiteindelijke beheer
van de Nederlandsche Bank
voor zoover het monetaire aan
gelegenheden betreft b\j den mi
nister van financiën, zoodat het
op dit punt weinig zal uitmaken
of men de Bank nationaliseert
of niet.
Omdat de monetaire politiek van
de centrale bank een zeer grooten
invloed uitoefent op de welvaart van
een land, kan men deze politiek on
mogelijk voeren indien de richtlij-
evenmin als sommige anderen
met hun rhetorische en individua-
listiséhe gewelddadigheden. Een
kunst als deze zal pas dan tot de
vroegere hoogte kunnen stijgen,
als het experiment heeft plaats
gemaakt voorevenwicht in de
vormgeving en een zinrijke beel
dentaal. toegepast op thema's die
door de massa worden gedragen
Het is intusschen al veel waard,
dat deze kunst, die eertijds tot de
„arts mineurs" werd gerekend
thans in het centrum der belang
stelling is getrokken cn weer zul
ke eminente beoefenaars vindt.
C. A- S
nen niet overeenstemmen met de
aljremeene economische landspoli-
tiek.
Iets anders is het echter of de ver.
houding tusschen de Nederlandsche
Bank en de particuliere banken door
de nationalisering gewijzigd zal
worden. Op het oogenblik is de ver
houding aldus, dat de particuliere
bajiken éénmaal per maand een
overzicht van den gang van zaken
aan de Nederlandsche Bank doen
toekomen, terwijl zij verder de ver
plichting hebben (by gentleman's
agreement) om .credieten boven één
millioen gulden door de Nederland
sche Bank te laten goedkeuren. Ter
loops zij. echter vermeld, dat ban
ken nagenoeg nooit credieten van
een dusdanigen omvang verleenen.
Dwang
DE Nederlandsche Bank kan, in
dien zij. dat wenscht, de parti
culiere banken steeds dwingen om
haar wil te volgen, omdat zij indien
een particuliere bank weerspannig
zou zijn, in de eerste plaats haar het
herdisconteeren van wissels onmo
gelijk zóu kunnen maken en in de
tweede plaats, doch dit geldt eerst
sedert betrekkelijk korten tijd, haar
het recht om als deviezenbank op te
treden kan ontnemen.
Het lijkt ons waarschijnlijk,
dat bij de nationalisatie van de
Nederlandsche Bank dergelijke
verhoudingen wettelijk zullen
worden geregeld.
Doch wij gelooven niet dat, ge
zien de huidige politieke verhoudin
gen inaons land, aangenomen mag
worden, dat de bevoegdheden van de
Nederlandsche Bank om zich te
mengen in het beleid der particu
liere banken voorloopig zullen wor
den uitgebreid.
Indien men, wat wel zeer waar
schijnlijk is. de nationaliseering van
de Bank of Engeland als voorbeeld
zal nemen, zullen de aandeelhoude-'s
hun aandeelen zien converteeren in
Staatsobligaties, waarbij, evenals dat
in Engeland het geval is geweest,
eventueel discussies kunnen ont
staan over de Vraag, in welke ver
houding zij moeten worden omge
ruild. 1
Op het interne beleid van de
Bank zal de nationaliseerin^
vermoedelijk, evenals dat in
Engeland het geval is geweest,
in het geheel geen invloed heb
ben.
Samenvattend moet men dus con-
cludeeren. dat een nationalisatie van
de Nederlandsche Bank niets anders
is dan het wettelijk regelen van een
aantal bestaande toestanden, terwijl
het uiterst onwaarschijnlijk Ls, dat
ecnigszins belangrijke wyzigjngen
in ons monetair bestel en in ons
bankwezen, er het gevolg van zullen
zijn.'
kan met een vrijgeleide), hij kan
zich met een opdracht naar het
buitenland laten sturen, hij kan
deviezen krijgen, enz. Zeker, de
partijfunctionarissen hebben de
zelfde rechten, maar hun «ter is
aan het verbleeken. Zij houden
nog één voorrecht: de opvoeding
of beter de niet-opvoeding van
hun kinderen. Bij voorbeeld; in
d'? treinen van "het weekend kunt
u heele troepen kinderen zien,
die heel op hun gemak in de
coupé's zitten, terwijl stoeten
oude menschen moeten staan.
Ziet u, dit is Spanje niet. Al die
laarzen, al dat marchceren al
dat zingen met zijn afgebeten
rnythme, dat is een heel verschil
met wat men onder de Spaan-
sche cultuur placht te verstaan."
„Maar de geestelijkheid, pro
testeert, die niet?"
„Ja wel. zeker, die protes
teert. Er is zelfs een groote ver
rassing geweest: de Jezuiet Her-
reza. gedetacheerd bij tiet Vati-
euan. heeft voor de leiders van
de Katholieken een boodschap
van den paus meegebracht, waar
in hun wordt aangeraden, or.i
een opbouwende katholieko be
weging te organiseeren zon
der Franco: Maar toch, u weet,
ze zijn bang voor een burgeroor
log, bang om hun klooster* nog
maals te zien verbranden, bang
voor massamoorden. Ziedaar wat
zo terughoudt."
Vrees voor oorlog
„De vrees voor een nieuwen
burgeroorlog is dus de grootste
troef voor Franco
„Zonder eenigen twijfel. De
meeste Tienen, diê hem veraf
schuwen, zijn toch nog altijd be
nauwder vo'or een nieuwen bur
geroorlog Daarom 6likken zij al
les. En do Partij, de militairen
en de geestelijkheid profitecren
van het bestaande regiem. Alle
anderen lijden er onder, het eco
nomisch leven even goed als het
cultureele. De pers staat onder
censuur, het contact met het
buitenland is zeer beperkt. Om
uit zijn land te komen heeft de
Spanjaard een verklaring noodig
van den consul uit do plaats,
waarheen hij wil gaan. om een
paspoort te krijgen moeten er
twee aanhangers van het regiem
zijn, die voor hem instaan. Men
behandelt iedereen als verdachte.
En u kent. den Spaanschen trots!
Voor het oogenblik kan de mo
derne, georganiseerde -dictatuur
met haar politie, 'met al haar
machtsmiddelen het regiem nog
in stand houden. Maar de eco
nomische en sociale toestand
wordt met den dag slechter. De
gevoelens van wrok nemen hard
toe. Er zijn nog altijd een massa
politieke geVangenen en duizen
den lieden, die wel zgn. vr.j
jmr.dloopen. maar zich dagelijks
voor controle bij de politie moe
ten melden. Ik spreek hier na
tuurlijk niet ov.cr misdadigers.
Maar als je dan weet, dat een
decreet van 1939 het lidmaat
schap van een partij, die in 1934
volmaakt wettig was. tot een
■misdaad heeft verklaard, dan
hoeft u zich niet te verbazen,
wanneer men vele lieden, die
zich „vandaag" volkomen bèhi-
géHjk voelen in hun „wettige"
positie, „morgen" tot misdadi
gers verklaart."
„Gelooft U aan een nieuwen
burgeroorlog?"
„Ik ben geen profeet en ik
houd hem niet voor onvermijde
lijk. dat de eenigen. die oyer de
staat, ongetwiifeld- Zoolang er
geen constitutie is, die de rechten
waarborgt en precies de verant
woordelijkheid vaststelt van allen,-
regeerders en geregeerden. zoo
lang er geen wettige oppositie mo
gelijk is, zal die oppositie altijd
illegaal zijn cn genPigd om ge
weld te gebruiken. Het regiem is
in gevaar, omdat het streng is,
omdat hel zichzelf veroordeelt,
omdat het geen correcties toelaat
Geen staatsgreep
„Zouden de Spanjaarden met
geweld het regiem van Franco om.
ver kunnen werpen?"
Scheepstijdingen
Hilversum 1112 van R'dam naar
Buenos Aires. Van Osjade 10/12 te
Guanta; Westerdam 13/12 van New
York te R'dam verw Duivendijk 9-12
te Barranquilla; Indrapoera 10/12 te
Suez; Maaskerk p 10/12 Las Palrnas;
Volendam 9 12 te Mombasra. 18/12 te
Suez en 31/1. te Southampton verw
Aalsdijk 7 12 te Limitin; Aruba 8 12
van Trinidad; Barendrecht n. Aruba
p 10/12 PrawJe Point; Kerkplein
thuisreis 14/12 te Aden verw.Keile
haven ca. 21/12 van Landana te Rot
terdam verwacht- Prins Mauri'ts 18 12
van Chicago te Rotterdam verwacht
Talisse p 11 12 Gibraltar. Rondo 11/12
te Port Said; Celebes 11/12 van Lon
den; Picter de Hoogh 10/12 te Va
lencia. Theseus 11/12 te A'dam, Juno
12/12 te A'dam; Kemphaan 11 12
van Amcterdam n Antwerpen; Venus
11/12 te Istanboel; Iris 9/12 te Cadiz:
Noordwijk 10 12 van Ponta del Gada
naar Plymouth; Tiberius 11 '12 te Pa
ramaribo; Luna 10/12 van New- York
naar W* Indië; Trajanus 11/12.van
New Orleans naar W Indie; Pericles
11/12 van Montevideo.
„Er kunnen natuurlijk aan
slagen. incidenten voorkomen.
Maar het is niet erg waarschijn
lijk, dat de weinigen, die over de
macht beschikken voor een staats
greep, hem zullen plegen, n.l. de
militairen. Znkunnen immers
geen betere positie krijgen dan
die zij hebben. Zij zijn nitt onte
vreden enzij hebben de wa
pens. De anderen zijn ontevreden,
maarhebben geen voldoende
machtsmiddelen. Jrlet is overigens
wel duidelijk, dat er een echte cn
een Zoogenaamde onclergrondsche
beweging is. De laatste groep
wordt eenvoudig gevormd door
bandieten. Die sluipen buiten de
steden rond, die zitten in dc ber
gen, die verstoppen zich in de
dorpen, waar zij hun handlangers
hebben. Het is zeker, dat veel van
deze elementen naar een nieuwen
burgeroorlog haken; zij voeren
trouwens nu al een guerilla. Een
omwenteling ten voordeele van
uiterst links zou of een nieuwen
oorlog of een nieuwe dictatuur ten
gevolge hebben of beide!"
„Wat zijn de kansen voor de
republikeinen?''
„Er zijn onder hen veel fat
soenlijke lieden, maar te veel
theoretici, zooals de voormalige
minister van Justitie, Fernando
de los Rios.
De anderen zijn secretarissen, zoo
nis Martinez Barrio, of zwakke
figuren zonder persoonlijkheid^
zooals Giral. Prieto, de Baskische
socialist, zeer intelligent on zeer
populair, heeft het dan ook beter
geoordeeld om geen zitting te ne
men in het kabinet-Giral, dat
trouwens stuit op den tegenstand
van het leger, dat op het oogen
blik het lot van Spanje in dc hand
houdt. Ilelaas is het de hand
van een verblinden egoïst-"
Alleen maar anti
„Hoe denkt men in Zuid-Ame-
vika over Spanje en over Franco
„Wij houden nog altijd van
de Spanjaarden, van hun land.
•cat zoo rijk is aan hulpbronnen,
van hun nobelen treest. hun moed,
hun opofferingsgezindheid. Maar
wij begrijpen niet hun gebrek aan
constructief organisatievermogen.
Alle Spanjaarden zijn anti-Franco
of anti-communist, dus alleen
a n t i-iets. Noch dc een, noch de
ander is in staat om een positief
program op te stellen. En wie zou
de verzekering kunnen geven, dat
onder een meer liberaal regiem
de individuen, hoe achtenswaar
dig ook op zichzelf als individu,
voldoende sociale tucht zouden
hebben om zich vrijwillig te schik
ken onder hun verplichtingen als
burger? Ik geloof, dat dit een van
de voornaamste redenen iiy. waar
om het regiem-Franco blijft be
staan. Daar komt bij, laten we dit
vooral niet vergeten, de onmoge
lijkheid om het van binnen uit te
laten springen. Precies als het
Hitler-regiem kan het alleen maar
door dc kracht van het leger „ge
liquideerd" worden, oop dezelfde
manier dus als het tegen den wil
van de meerderheid der Spanjaar
den is gekomen. Na den burger
oorlog had men dc menschen nog
kunnen winnen voor Franco,
wanneer ipen degenen, die mis
daden hadden begaan, had ge
straft. maar do rest rechtvaardig
had behandeld. Maar het regiem
heeft zich zelf ontcerd door zijn
mecdogenloozc vervolgingen, zijn
systematische onderdrukking. Het
heeft den Christelijken geest, dien
het heette to vertegenwoordigen,
verraden.
Momenteel is het Stalin, die de
beste steun is Noor Franco. Dat
blijkt een paradox, maar het is
zeker; de buitenlandschc politiek
van Engeland en de Ver. Staten,
heeft Franco noodig in de Mid*
dellandschc Zee. Dit is de reden,
dat hij blijft-"
„En wat denken de Spanjaar
den zelf van hun regiem?"
„Zij denken, wat ik IJ net
verteld hebmaar zij houden
hun mond om door te kunne
gaan met denken! Vandaag dc
ciag zijn er in Europa alleen nc.
maar een paar kleine landen, zoo
als Zwitserland. Zweden, Nedei
land, Noorwegen, Denemarken,
waar men denken kan wat men
wilen zeggen, wat men denkt.
Dat is tenminste de indruk, die
een „vreemdeling" medeneemt uit
Europa
Zooals wij reeds gemeld hebben is
de Koningin door de theologische fa
culteit van Montpellier benoemd tot
cere-doctor. In een kort interview heef
de promotor prof. dr. Leenhardt aan
een verslaggever van het ANP dc cc
denen tot het aanbieden van deze
doctorsbul verklaard.
Prof. Leenhardt verklaarde, dat zijn
faculteit allereerst Hare Majesteit een
bewijs van dankbaarheid heeft willen
toonen voor de belangstelling, welke
zij aan d°.i dag heeft gelegd voor de
theologische faculteit van Montpellier.
Dit bleek o a.. toen vijftien jaar gele
den de studenten. buiten medeweten
der professoren. Koningin Wilhelmina
een bijdrage hadden ^gevraagd voor
den bouw eener kapel. De vostin had
aan dit verzoek gehoor gegeven cn
van haar gave werd toen het meubi
lair der.kapel g-kocht.
Bovendien hadden de studenten, die
uit de ..Lage Landen" colleges te
Montpellier kwamen volgen, den band
met Nederland versterkt. Daarbij had
men zich gedurende de bezettingsjaren
nauw met Nederland verwant ge
voeld. door dc verzetsbeweging, wel
ke niet alleen hier. maar ook in Mont
pellier krachtig was.
Wat echter vooral de faculteit
bewogen had om Hare Majesteit
tot eere-doctor tc benoemen, dat
was wat professor Leenhardt
noemde J'inspiration chrétien-
ne". welke zoo duidelijk tot uiting
kwam in de toespraken door de
^rstin tot haar volk gehouden en
wel speciaal in haar Kerstredevoc-
ringen.
Paarse toga
Dc overhandiging van de bul ging
gepaard met die der paarse toga (de
kleur der theologie) afgezet met drie
hermelijnen banen; het eereteeken der
Fransche doctores.
De faculteit van Montpellier werd
opgericht in 1.598. als academie 'van
Montauban voor letteren, kunsten en
wetenschappen.
Tijdens de vervolgingen, na de her
roeping van het edict van Nantes,
trok men zich terug in een klein dorp
je in de buurt van Montauban. Toen
de vervolging nog scherper vormen
ging aannemen, werden de predikanten
in een seminarium te Lausanne opge
leid. Onder Napoleon I werd de aca
demie van Montauban hersteld. Eerst
zetelde zij nog twee jaar in Genève,
daarna kwam zij op haar oude stand
plaats terug, waar rij tot 1919 bleef.
In dat jaar is zij naar Montpellier
overgebracht.