op vrijersvoeten Denk om de voetangels DAMRUBRIEK Beste filmspelers van 1946 onder leiding van B. Springer Een verhaal voor onze jonge lezers J. van Straten Zaterdag 11 Januari 1947 3 Hoe Montgomery besloot te trouwen, een vrouw ging zoeken, en slaagde volgens plan W MONTGOMERYdie tot zijn 38ste jaar vrouwen vooral be schouwde als een hindernis voor zijn loopbaan, besloot opeens te trouwen, en ondernam een veld tocht op zoek naar een. vrouw in de Zwitsersclie bergen. Hoe hij daarin slaagde vertelt Allan Moorhead in dit artikel. Han van Meegeren komt in Mei voor Naar wij vernemen zal het pro ces tegen den schilder Han van Meegeren in den loop van Mei worden gevoerd. Het chemisch onderzoek zou n.l. hebben uitge wezen dat de doeken, waarover zooveel is gesproken en geschre ven, geen origineele Vermeers zijn. De vereeniging van filmcritici te New York, wier oordeel veel gezag heeft, koos de Engclsche filmster Celia Johnson als beste actrice van 1916 voor haar vertol king in „Brief Encounter". Als beste acteur werd Laurence Oli vier gekozen voor zijn rol als „Hendrik de Vijfde" in de gelijk namige Engelschc film. De tweede plaats werd bezet dcor Frederic March („The best years of our lives") en Olivia de Havilland voor haar rol in „Te each his own". (Deze beide laat ste films werden nog niet in Ne derland vertoond.) De keuze van beste regisseurs viel op William Wvler voor „The best year of our lives", terwijl Laurence Olivier voor zijn regie van „Hendrik de Vijfde" de twee de regisseurs-plaats, innam. Als beste buitcnlandsche film kwam do Italiaansche film „Open stad" uit de bus. IN 1925 besloot Montgo mery plotseling dat 't lijd voor hem werd om te gaan trouwen. Tot nu too had hij hot vrouwelijk geslacht gemeden, liij ging door voor een vrouwenhater en over de emancipatie van dc vrouw hield hij er zeer bepaalde opvattingen op na. liet had er alles van, dat hij vrouwen vooral zag als een hindernis voor zijn loopbaan. Maar nu, op zijn 3Sstc jaar, veranderde hij van idee, nu heette een huwelijk voor hern niet alleen wenschelijk, maar zelfs noodzakelijk. En het grappige is, dat hij zich nu aan de verwerkelijking van zijn huwelijksvoornemens mol denzelfden ernst en toewijding zette als aan de uitwerking van een strategisch plan. Met eenige vrienden maakte hij een planne tje voor een uitstapje naar Dinard in Normandië kennelijk be schouwde hij Frankrijk als het meest geschikte terrein voor zijn experimenten en hij was het. die, zooals gewoonlijk, zich met de heelo voorbereiding belastte. Tïij zorgde voor dc reisbiljetten, hij regelde bij aankomst het ver blijf in het hotel. Toen hij dit voor elkaar had, liet hij zich door den hotelier een dansleeraar aan bevelen. En zoodra hij met zijn lessen begonnen was (zijn vorde ringen in de edelo danskunst wa ren overigens niet zeer groot!) zocht en verkreeg hij introducties bij de huwbare jonge dames, die op dat moment met vacantie in Dinard en omgeving waren. Wintersport T~Y EZE eerste raanoeu- vres hadden wel geen direct resultaat, ze leverden geen echtgenoote op, maar zij ga ven hem toch eenige ervaring op wat tot dusver een onbekend ter rein voor hem was geweest. Een paar maanden later vertrok hij kalmpjes naar Zwitserland, naar do wintersport, waarbij hij zich een eenvoudig hoofdkwartier, het hotel Wildstrubel te Lepk (kanton Bern) uitzocht. Met den besten wil van de we reld kan men van Montgomery niet zeggen, dat hij in deze om geving een romantische figuur was mot zijn skikleeding, bestaan de uit een wijde grijze broek, een vest zonder vorm of snit, dat tot over zijn middel reikte, verder uit slobkousen en niet te vergeten een zwarte Alpinomuts, die hij in een dorps winkelt je had opgediept en waarop hij het in signe van de plaatselijke skiclub had vastgeprikt. 's Morgens was hij vroeg uit zijn.bed en dan ging hij.op zijn ski's de bergen te lijf. Niet zoozeer de skdsport als zoodanig trok hem aan, dan wel het maken van lange tochten over de besneeuwde hel lingen. Het duurde dan ook niet lang, of hij was het, die in het hotel de skitochten organiseerde en die zijn mede.gasten in groep jes leidde door het landschap en langs steile hellingen. Was hij op deze wijze overdag toch wel een figuur in het hol el, daar stond he laas tegenover, dat hij nu net niet de eigenschappen bezat om ook een rol te spelen in het gezellig heidsleven 's avonds. Hij kon niet dansen, kaarten deed hij niet en de gewone conversatie van den ascetischen majoor-vrijgezel was allesbehalve levendig. Een ontmoeting T7 N toen maakte Mont- -^gomery daar kennis met een van die zeldzame vrou wen, die een massa vrienden heb ben en op wie haast iedereen, die ze leert kennen, onmiddellijk 'ge steld is. Zij was een dochter van een bestuursambtenaar in India, Belsv Carver, en toen Monty haar ontmoette was zij weduwe en moeder van tweo kleine jongetjes. Eigenlijk had zij zoo zou men geredeneerd hebben zoowat geen enkel punt van aanraking met Montgomery, zij leek zoo hee- lernaal niet zijn type. Haar man was in den oorlog 19141918 ge sneuveld op Gallipoli en van dat oogenblik af was zij een vurig pacifiste geworden. Zij had zoo'n afkeer van al wat militair was, dat zij haar kinderen nooit met looden soldaatjes had willen laten spelen. Behalve aan haar twee peuters was haar leven gewijd aan de kunst. Zij schilderde, zoo wel aquarellen als in olieverf, zij beeldhouwde en stelde verder veel belang in pastelteekencn en hout snijwerk. Zij was heel tevreden met haar bestaan in het dorpje Cchiswick aan de Thames, niet zoo heel ver van Montgomery's oude huis, temidden van een klei ne kolonie schilders en schrijvers. Betty Carver had heclcmaal niet de pretentie een mooie of een sjieke vrouw te zijn. maar ze was geestig en in het bezit van een zeer aantrekkelijke vroolijk- heid, waardoor al haar vrienden haar bijzonder graag mochten. Zij was zacht cn vriendelijk van aard en de eenige felle emotie, die haar beroerde, was wel die onwrikbare haat tegen alles, wat met oorlog te maken had. De kinderen A AN deze vrouw stel. de Montgomery zich op een gegeven oogenblik voor; het waren de kinderen, die hen met elkaar in contact brachten. Hij hield er n-1. van om kinderen iets hij te brengen en in Lenk bracht hij uren door met ze schaatsenrijden te leeren cn ze, in te wijden in de beginselen van het skiën. En de kinderen luister den vol geestdrift naar dien mijn heer, die nooit moe werd en altijd weer nieuwe spelletjes cn uitstap jes wist te bedenken. Het was dus niet heclemaal te verwonderen, dat de moeder van die kinderen, zich ook sterk voor Montgomery begon te intcresseeren. Zoodra de familie in Chiswick terug was. ging Montgomery ze opzoeken. Dit op zioh zelf was al een heele nieuwe ervaring voor hem. Schilders of schrijvers had hij nooit ontmoet, deze lieden had den tot nu toe volkomen buiten zijn gezichtskring gelegen" en zij lagen hem heclemaal niet met hun gepraat in de ruimte cn hun wonderlijke belangstelling voor de meest uiteenloopende en vreemde dingen. Al heel gauw vermeed hij dan ook zooveel mogelijk het huis van Betsv Carver binnen te gaan, veel liever wachtte hij met zijn auto voor hot huis, net zoo lang tot zij haar eigenaardige vrienden aan zichzelf overliet en naar bui ten, naar hem toe kwam. Het go- heel was zeker een niet alledaag. sche wijze om iemand het hof te maken. Monty trouwt ZOO voltrok zich, in die lente van 1927, een radicale verandering in Mont gomery's leven. Er werkte een kracht op hem in, die hij niet zelf had opgeroepen cn waarover hij ook geen zeggenschap had: de Liefde. In de muur van vooroor- dcelen, die hij om zich heen opge trokken had, in al die jaren, dat hij voortdurend op voet van oor log stond met zijn omgeving en tot die vooroordeclen hoorde juist ook zijn afkeer van de vrouw sloeg deze kracht een bres zon der dat hij precies wist, hoe dqt mogelijk was. En Betty Carvèr onderging dezo zelfde kracht al niet anders dan hij: haar afkeer van alles wat militair was en met den oorlog te maken had ver. dwecn al niet minder snel dan Monty's vrouwenhaat. Het was een gelukkig paar dat in 1927 in het huwelijk trad en zijn intrek nam in de kwartieren voor gehuwde officieren, vlak hij het gebouw, waar Montgomery in Camberley zijn lessen gaf. Allan Moorhead Montgomery (Nadruk verboden). SINDS ZIJN VEERTIGSTE JAAR is Monty, tevoren een overtuigd vrijgezel, echtgenoot en huisvader. Hier ziet men hem met vrouw en zoon Eenigen tijd geleden hebben we in deze rubriek de partij GhestemRoozenburg besproken. Deze partij werd gespeeld in de laatste ronde van den internatio nalen zeskamp te Rotterdam. Na den 12en zet. van Wit ont stond in deze partij de volgende stand: Zwart: 4, 11/13, 17/19, 22 23 32. Wit: 15, 26, 29, 31, 33 34, 36 39, 40, 46. ja Nu ik me vast voorgenomen heb de vele liefhebsters en liefhebbers van kruiswoordraadsels het volle pond te geven, mag ik dezen keer dus de aandacht vragen voor een dergelijke ongave. Er is niets bij. zonders bij te vertellen, omdat kef recept zoo overbekend is. U vult maar in en het gaat vanzelf. 1 eel succes en een groote portie pie- kerzin om de enkele voetangels en klemmen, aan dr. Pluizefs, brein ontsproten en in dit kruiswoord ver werkt, te doorgronden. De omschrijvingen luiden HORIZONTAAL: 1 Zuivelproduct 5 Plaats bij Lausanne, 9 Chefs, 13 Voorzetsel, 14 Deel van den romp, 15 Vader of moeder, 16 Muzieknoot, 17 Eershalve, 19 Leer Van Moham med, 21 Visch; 23 Uitroep, 24 Ge. i bak, 25 Zuidvrucht, 26 yiijtig, 2/ Vuurzee, 29 Een der USA, 31 Kleur, 33 Lager Onderwijs afk31 Ver trouwelijk, 35 Windstreekt 36 Noot volgend op Hor. 16, 37 Landbouw- werktuig, 39 Plaats in Friesland, 11 Gc.ed voor de huid, 43 Persoontijk I voornaamwoord. 44 Eiland in de Mid delf. Zee, 45 Deel van een et- maal, 46 Engelschc componist, 47 Volgorde, 49 Rivier in Frankrijk, 51 Samenvoeging van twee touwen, 53 Zie Hor. 37, 54 Lijst, 55 Immer, 5b I Vader, 57 Pluimveeproduct, 59 Soe- j pel, 61 Deel van Sumatra63 Num- I mei (afk.), 64 Deel van een vinger, 65 Vliegveld bij Groningen, 66 Knol. gewas. VERTICAAL: 1 Kromming2 Voorzetsel; 3 Lacg water4 Mcfaa- oxyde; 5 Jongensnaam: 6 Oude naam voor Hor16; 7 Halt8 Rivier Zwart aan zet. In deze stel ling vervolgde Zwart met 42.—, 2328;, waarna een eindspel be reikt werd. dat voor Zwart nog maar weinig kans op remise bood. De bekende I-Iaagsche meester W. C. J. Polman signaleert in dezen stand een offer, dat voor Zwart een zekere rcmi6e geeft en hem zelfs nog kansen laat indien Wit te lang op winst blijft spe len. Onze correspondent geeft het volgende: 42. 1924!!; 43. 29x20 22— 28!; 44. 33x22, 18x27; 45. 31x22, 14—10. (14—19 en 15—10 Iaat Wit piet 46. 2014 kan spelen wegens Zwart 46. 23—29!; 4. 34x23, 2Sxl0; met gelijk materiaal doch zeer voordeelig cindspe] voor Zwart. Het beste voor Wit lijkt nog: 46. 46—41, (A) 32—37!; 47. 41x32, 28x37: 48. 20—14, 13—19: 49. 14—10. ('19—4 en 15—10 laat Wit ook niets te hopen). 40.—, 37—42; 50. 10—5, 4248: cn dit eindspel laat Wit niet de minste kans op winst ondanks zijn materieel overwicht. A) 40. 40—35, 23—29: 47. 34x23, 28x19; 48. 46—41, (gedw.) 32—38; 49. 41—37, 12—17: 50. 36—31, 11—16; 51. 31-27, 13—18; 52. 35-30. 18-23; 53. 30-24 19x30; 54 20-14, 23-29; cnZwart uee/t zijn geofferd stuk terue in een vrijwel gelijkwaardig eind spel. in Alaska; 9 Geestelijke zuster; 10 Winter voertuig; 11 En dergelijke (afk.); 12 Nimmer; IS Plaats bi Egypte; 19 Prinses van Oranje; 20 Mdèlderij; 21 Dwingeland: 22 Wind. streek; 23 Bloem: 27 Visch; 28 Jachtgodin; 29 Contra; 30 Aard; 31 Gelaat schildering; 32 Zwarte; 38 Noorsch componist; 39 Begin40 Vlinder; 41 Aziatische republiek: 42 Groot hert: 43 Springloop; 47 Tril len; 48 Moubel; 49 Reeks; 50 Keur, 51 Binocle52 Kleur; 58 Dom gp- luid', 59 Lidwoord (Fransch); 60 Persoonlijk Voornaamwoord; 61 In 7 jaar onzes Heeren: 62 Oppervlak- temaat (afk.); 63 Afkorting voor New-York. OPLOSSING VORIGE PUZZLE Dc gevraagde woorden zijn: eenSgeZind aanGevUurd patRouIlle garAgeDeur uitVecHten bijeEnkOmst zonNebLoem LucHtaLarm slaApkAmer emiGraNten afbEelDing 's-GRAVENHAGE is dus de be deelde provinciehoofdstad, ZUID HOLLAND do gevraagd© provincie. Verkeersplan voor Londen van een taxi-chauffeur Een Londensche taxichauffeur hppft een plan uitgewerkt tot op heffing van de Londensche ver keerschaos. die de autoriteiten zooveel hoofdbrekens kost. De man, die met zijn wagen al twin tig jaar de Britschc hoofdstad doorkruist, kent elke meter van het met bussen, vrachtwagens en andere vehikels volgepropte. West end. Hij heeft alles nauwkeurig nagegaan, opgemeten en geno teerd. Zijn plan, dat eenrichtings verkeer op groote schaal bepleit, wordt nu in een der dagbladen gepubliceerd. ïï°€(Ekj}C'S> twee md 'ca t>o iitiu nar DIT is het verhaal van een Utrechts jongetje, Freekje. dat meer van de wereld wou zien, dus Maar laat ik van het begin af vertellen wat er gebeurde. Zo zaten aan tafel: moeder, va- der, Freekje en zijn grote zus An nie. Vader bad juist voor de twee de maal aardappels genomen, toen Moeder zei: „Zeg, onze nieu we buren komen uit Amsterdam." „Geef mii eens even de juskom aan," zei Vader. „Heb je gehoord wat ik zei?" „Had je het niet over buren of zoiets?" „Ja, ik zei, dat de nieuwe buren uit Amsterdam komen." „O," zei Vader en legde met een boos gezicht een ongepitte aard appel opzij, „die kijken je ook al aan tegenwoordig!" ,De nieuwe buren...", begon Moeder weer. „Nee, die aardappels," bromde Vader. Moeder zweeg, een beetje boos, Vader zweeg, omdat zijn mond vol was, Annie zweeg, omdat ze aan haar onvoldoende voor reke nen zat te denken, en Freekje was eigenlijk de enige die nog aan de nieuwe buren dacht Of liever, hij dacht er aan waar ze vandaan kwqmen: Amsterdam- Hoewel Freekje nog niet naar school ging, wist hij. dat Amster dam de grootste stad van Neder land is, dat had Annie hem ver teld. Jongens, wat moest het daar mooi zijn! Amsterdam was hele maal in het water gebouwd, zei Annie, je kon geen tien meter lo pen of je kwam een gracht le gen, zoals de Oude Gracht. En d'r was een groot palcis van de Ko ningin. Enne... de nieuwe buren kwamen uit Amsterdam. Gek toch eigenlijk, als jé in zo'n mooje stad woonde om dan te gaan ver huizen. Toen ikwam de verfamsanat© TC^EN paar dagen later stopte -Lv naast Freekjes huis een grote verhuisauto. Twee sterke mannen klommen uit dc wagen en belden aan. Tot Freekjes verbazing bleek de nieuwe buurvrouw al thuis te zijn, ze maakte de voordeur open en de mannen begonnen meubels en allerlei andere dingen naar binnen te dragen. Toen de mannen klaar waren, vroeg mevrouw of ze een kopje koffie lustten, de mannen zeiden: „Ja". De auto bleef open staan. Een stem in Freekje zei: „Am sterdam. die mooie stad. met al die grachten en het paleis," en voordat Freekje er verder over na dacht klom hu in de auto en her borg zich onder een stapel dekens, waarin do mooiste meubels ver pakt, waren geweest. Na een kwar tiertje kwamen de mannen naar buiten. Een vroeg: ,,Is t'r niks meer in de wage. Kees?"- „Nee, Hein," zei de ander, „hij is hele. maal leeg- Maar ik sal nop wel cffe kijke." En hup, sprong hij in de auto, keek bier en daar, roerde* met zijn voet in de dekens, vlak langs Freekjes billen cn zei: „Nee niks", sprong weer uit de auto, gooide de deuren in het slot, klom naast Hein, de mannen riepen: „Dag, mefrou," de motor sloeg aan endaar reed Freekje naar Amsterdam. Eerlijk gezegd, leuk vond hij het niet. want het was pikdonker in de auto. Freekje kon het puntje van zijn neus wel voelen, rna/r niet zien. Maarhij ging naar Amsterlam en hij lag lekker zacht tussen de dekens, zo zacht, dat hij in slaap viel. Of het nu dag of nacht was wist Freekje niet. toen hij wakker werd, maar één ding merkte hij wèl: dat de auto stilhield. „Vrachic afgeleverd, jongens?" „Ja, baas." „Mooi so. Laat de wage maar buite staan. Henk en Jan motte vannacht om twee uur weg, s-poed vrachie hale in Schoonhofe." Freekje hoorde de mannen weg lopen. Toen werd hij bang, al leen in de stikdonkere auto, hij had honger en dorst en „Ik wil d'r uit," schreeuwde Freekje. „ik wil naar m'n Moe der! Moeder!!!!' Het bleef stil, de mannen waren weg. F.n daar zat Freekje nu. Wat te doen? Schreeuwen, dat was het enige dat Freekje nog kon. dus schreeuwde, ja brulde hij: „Moe der. ik wil d'r uit- Ik wil naar m'n Moeder!" Stil bleef het. Freekje brulde eerst, schreeuwde toen. huilde la. tor en snikte ten slotte van narig heid en vermoeidheid. Van heel dat mooie Amsterdam zag hij niets, hij zat daar maar opgeslo ten in een donkere verhuisauto en niemand, niemand die hem hoor de- Van louter verdriet viel hij wéér in slaap. door PLOTSELING schrok hij wak ker, omdat de motor begon te draaien. Eerst wist hij niet wat zo'n lawaai maakte, toen... „Moeder, ik wil naar m'n Moe der!" „Wat hep ik nou an me kar hange?" hoorde hij een man zo;r gen, ,,'t spookt hier, geloof ik!" „Schei nou uit met je fiebcle- geintjes," zei een andere, „d'r sit een kind in dc wage." Do deuren werden opengegooid en een lange man met vuurrood haar keek naar binnen. „Waar sit je, knapie?" „Hier," huilde Freekje, ,ik wil naar m'n Moeder!" De man scheen met z'n zaklan taarn in Freekjes richting en zlg daar een klein half weggehuild hoopje mens dat Freekje bleek te heten. „Ook wat moois," zei de eerste man, die gitzwart haar had. „Wat motte we met dat vrachie?" „Waar woon je, knapie?", vroeg de rooie. „In Utrecht, meneer „So, daar motte wij ook langs." „Bén je" zei de zwarte, „ik ga ofer Gouda da's flugger." „Da wee'k nog niet so seker," zei de rooie, „we kunne toch ook ofer Utrecht?' „Kunne wol, maar ik hep geen sin," zei de zwarte. En toen be gonnen dc mannen tc kibbelen: „Utrecht—GoudaUtrecht Gou da". De rooie won het, want op 't laats^zei de zwarte: „Nou, allee dan. Utrecht maar, ik breng 'm niet thuis." „Daar komt ie fanself wel, niet knapie," zei de rooie on Freekje, die verschrikt naar de Utrecht— Gouda-ruzie had geluisterd, knik te blij: „Ja, meneer." „Nou, kom dan maar bij ons sitte, da's gesclligcr. Hep je hon ger?" ,Nou, meneer," zei Freekje en toen stopte de rooie hem een hele dikke boterham in z'n han den. Autotocht door de nacht T_T OEWEL Freekje geen gracht L 1 meer zag cn ook niet het pa leis van de Koningin genoot hij toch volop: de auto reed in volle vaart door de donkere nacht, de felle schijnwerpers verlichtten de wc honderden meters ver; de bomen, eerst flauw, daarna fel verlicht, schoten als snoken voor bij, alleen dc onderste takken kon Freekje zien, boven liet fplle auto licht was alles zwart. Een kat schoot rnet groen glanzende ogen vlak voor de auto over dc weg, waardoor de zwarte, die stuurde, zo schrok dat hij een lelijk woord zei. „U moet Uw mond spoelen." zei Freekje- „Hè," zei de zwarte, „waarom?" „U mag geen lelijke woorden zeggen." „Hahaha," schaterde de rooie, „laat.ie fijn siin. Dan kan-ic wel an de gang blijfe. knapie!" ,,0," zei Freekje, die niet alles begreep. Eén ding wist hu wèl: „Die rooie was veel aardiger dan de zwarte." Na een hele poos kwam de auto tussen huizen te rijden. „We siin d'r so, knapie," zei de rooie, „waar woon je?" „In de Prins Hendriklaan, me neer," zei Freekje. „Waar is dat persies?" Ja. hoe moest Freekje dat nu vertellen. „Bij het park." „Och, klet- niet," zei do zwarte, ,wc hebbe 'm nou naar Utrecht gebracht inaar ik breng 'm niet thuis." En weer zei hij een lelijk woord. „Maar je ken dat kind toch niet so maar, 's nachts om drie uur, op straat, scttc?" „Hoor 's rooie. ik fertik 't nou ferdrr. 'k Heb 'm naar Utrecht ge bracht, cn nou mot ie self maar ferder soeke. Hij sal wol 'n smeris finde, die 'm naar s'n moesio brengt- Bij de Jaarbeurs set ik 'm af. en geen meter ferder, wel hier en ginder." De rooie kon 'm niet meer vermurwen, op de CathariJ- nesingcl bij do Jaarbeurs remde dc zwarte, en voordat de rooie iets kon zeggen of doen, rukto do zwarte het portier open, greep Freekje hij z'n arm en zette hem op straat. „Geef de groote an je moeder,"' zei hij, sprong in de auto, gaf gas en reed weg. „Niet huile, hoor knapie, soek maar naar een smeris, „riep da rooie, „die brengt je wel thuisl" Freekje zocht een „smeris" DAAR stond Freekje nu, hij keek alle kanten op, maar er was geen mens op straat. Waar moest hij heen, hoe kwam hij in dc Prins Hendriklaan? Wat een. „s-meris" was wist Freekje niet* maar hij vermoedde: een politie* agent. Hij besloot maar eens te gnan zoeken. Freekje liep de brug over langs het Jaarbeursgebouw en kwam op liet Vreeburg Hij kwam geen mens tegen. En daar stond hij nu, moest hij rechtuit, linksaf, rechtsaf of weer terug? Frcekjo wist geen raad cn hij werd hoe langer hoe angstiger. „Moeder!" riep hij hard en „moeder-moeder- moeder" echode het van verschil lende kanten. Toen begon Frcekjo weer te huilen, waarom was er nu ge^n enkele politic-agent op Straat? Wat Freekje niet wist was, dat alle politic-agenten naar hem aan 't zoeken waren. Toen Freekje om zes uur niet thuis was, wat wel eens meer gebeurde, omdat hij dan in bet park speelde, was An nie gaan zoeken, maar ze kon hem nergens vinden. Toen was ook zijn moeder gaan zoeken, la ter ook zijn vader: geen Freekje. Daarna waren ze alle drie zo on gerust geworden dat vader de po litie opbelde. Onmiddellijk wSren alle agenten in ieder straatje paan zoeken, alle portieken had den ze. nagekeken, zelfs langs de pakhuizen onder aan de Oude Gracht hadden ze gezocht: geeru Freekje. Toen hadden ze de sleu* tels van alle grote winkels ge haald, hadden voor en achter de toonbanken gekeken, de magazij nen doorgesnuffeld: geen Frcekjo. Op de perrons van het station en ook in de tunnel hadden ze ge zocht en verschillende agenten hadden in 't water gekeken: geen Freekje. Toen had do commissaris Hil versum opgebeld en gevraagd of de radio een „extrapolitiebericht" wilde omroepen: „Vermist, t*en klein Utrechts jongetje, Frcekjo genaamd, hij heeft een blond kuifje en draagt 'n donker blauw broekje met een licht blauwo trui." En omdat heel Utrecht door. zocht was, waren dc agenten naar de omliggende weilanden gegaan om daar fe zoeken, daarom zag Freekje niet één „smeris", zoals de rnoic had gezegd. Freekje ging op de stoep voor hot Jaarbeurs gebouw zitten en huilde zachtjes, omdat hij naar z'n rnoerlcr cn z'n bedje verlangde, èn omdat hij het een beetje koud kreeg. (Volgende week kan je lezen wat Freekje verder beleefde) ^^oooooooooooooooooooooooooooooooooo oooooooooo« Q P 9 $3?) I O „Hé, ben jij niet onze kellner?" O <><'<>^<><>GOO'0<XXXXXXX>0<XXXX>0<>0000<>OOe<>Oö<X><x>0000<*

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1947 | | pagina 3