De boot was acht meter lang
en het weer was slecht
OM TWEE UUR IN DE NACHT
WERD ER GEBELD
Toen ik de vlag uit de
lappenkist haalde
Naar zo'n stad moet men
heimwee krijgen
Hollandse jongen als spion
in Engelse dienst
Bij de grote baas
op Zandbergen
Evacuatie
„Ik ga er uit", riep mijn broer,
„de Canadezen komen
Over brillantine,
sigaretten en
zuurkool
Er
was weer een
toekomst
4
Zaterdag .3 Mei 1947.
Stil zullen de versterven schimmen
Uit namentoze graven klimmci
Om langs de levenden te gaan.
P een avond in Juni 1941. als de
jongens van ..Zandbergen"
juist hun slaapkamers hebben be
trokken en hun directeur nog eens
de ronde «oei door zijn kleine repu
bliek. slentert een jongeman de tuin
in Hij komt op „de grote baas" af
en vraagt naar de heer Mulock Hou
wer Deze is niet erg toeschietelijk.
In die tijd immers, was iedere
vreemde een vijand en de grote
baas moet niet veel van onbekende
snoeshanen hebben Hij heeft de
handen vol met zijn eigen jongens.
Maar dan zegt de onbekende en
zijn stem is dringend:. ..Ik kom met
een boodschap van Cees Sisselaar".
^nISSELAAR is een van de weini-
gen. waarvan Mulock Houwer
weet, dat ze wèl betrouwbaar zijn.
Dan zitten ze samen in het prive-
kantoor. Mulock Houwer luistert,
de late gast praat. Hij maakt zich
bekend. Hij heet Schrage, maar die
naam moet zijn gastheer maar
meteen weer vergeten Hij moet hem
maar Visser noemen. Kees Visser.
Visser heeft een verzoek: Hij moet
onderdak hebben in Amersfoort. Er
is gevaar aan verbonden. En nu is
zijn vraag. Heeft Mulock Houwer
een bed voor hem?
Ja Mulock Houwer hééft een
bed voor hem en fourage ook. als
dat nodig is. Hij zal piet de enige
ongeregelde gast zijn Zaïylbergen
wemelde toen al van de onderdui
kers.
Nachtelijk gesprek
Tot laat in de nacht zitten ze dan
samen in het sanctum sanctorum van
de grote baas. pe jonge Vaandrig
Wiek Schrage vertelt. hoe hij in
1940 naar Engeland ontkwam. Van
daaruit wilde hij vechten hoè dat
zou gaan wist hij nog niet maar
hij moest en zou de strijd tegen de
gehate onderdrukker voortzetten.
De ontvangst aan de overkant was
nu niet bepaald wat je noemt harte
lijk geweest. De Engelsen onder
schatten geenszins het gevaar van
een vijfde colonne en iedere Enge
landvaarder werd eerst aan een in
tens en vaak dagenlang verhoor on
derworpen. Wiek Schrage ook.
Maar toen hij tot in hart en nieren
beproefd was. werd hij bij de En
gelse geheime dienst geplaatst, de
zogenaamde Intelligence Service
Daar is hij opgeleid en getraind voor
het werk, waaraan hij zich nu hier
in het vaderland zal wijden.
Van Hamels lot
Hij moet de taak voortzetten van
de jonge luitenant-ter-zee Van Ha
mel, Deze van Hamel heeft hier het
radiografische contact met Engeland
gelegd) maar toen hij de 1*4e Octo
ber 1D40 naar Engeland wilde ver
trekken is dit mislukt De afspraak
was. dat een Engels watervlieg
tuig hem mét enkele andere officie
ren óp een van de Friese meren zou
oppikken Maar door de ontijdige
zware mist kon het vliegtuig niet
landen. De.igroep werd aangehouden
door „plichtsgetrouwe" Nederland
se politie en die wist godbetert
niets beters te doen dan de man
nen aan de Duitsers over te geven!
Twee maanden geleden is Van
Hamel door een krijgsraad ter dood
veroordeeld en gisterende' stem
van de jonge Wiek Schrage verraadt
zijn ontroering.gisteren is het
vonnis op de Larense hei voltrok
ken
Waaruit zijn werk precies bestaat
kan en mag Wiek Schrage niet ver
tellen. Mulock Houwer moet daar
ook niet naar vragen. Maar behalve
een bed en eén hap eten kan deze
hem nog i*ts anders verschaffen
Hij heeft gehoord, dat „de grote
baas" nogal eens tussen de wielen
zit. Ja dat komt uit, Mulock Hou
wer is vèak op pad wegens gezins
verzorging. Prachtig. Dan moet
hij voortaan eens nauwkeurig letten
op troepen-onderdelen. Vooral de
ligging is van belang en de wisse
ling.
Het begint al te schemeren als de
mannen gaan slapen.
Sinds die avond is Kees Visser ge
regeld op Zandbergen Soms zien ze
hem een week lang niet en dan
wordt de grote baas onrustig Hij js
van de zwijgzame, betrouwbare jon
gen gaan houden. Er worden er zo
veel gepakt En de Duitsers, kennen
geen genade zeker niet voor: een
officier-spion.
Contact verbroken
Maar het contact met Engeland
wordt niet hersteld. En dat zit de
jonge Schrage dwars. Want hij heeft
dag en nacht gewerkt en hij beschikt
over een boekdeel gegevehs. Over
het vliegkamp Soesterberg. Over de
'mogelijkheid om in de streek om
Achterveld te parachuteren. Over
de militaire situatie om en bij
Amersfoort. Hij heeft de situatie-
kaarten betreffende vijandelijke ob
jecten. spoorwegverbindingen en
verdedigingswerken. Over een half
jaar hebben deze actuele inlichtin
gen j»een waarde meer.
Er is nog een andere reden* waar
om hij weg wil. Men heeft hem in
Engeland geboden, om onder geen
enkele voorwaarde contact te zoe
ken met zijn familie. En hij heeft
zich daar stipt aan gehouden. Maar
Een ivaar verhaal uit
de bezettingstijd
door
dr. J. B. Drewes en
G. DreweS'Brinkmap
hij is bang, dat hij, nu hij zo lang
hier is, wel eens een oom of een
tante tegen zou kunnen komen. Het
gevaar is lang niet denkbeeldig.
Want onlangs stond hij in Amster
dam op de tram en opeens zag hij
zijn broer lopen. En impulsief
sprong hij toen van lijn 2. want hij
had zijn broer, aan wie hij erg ge
hecht was. al in een goed jaar niet
meer gezien. Ja,- hij vergat zijn in
structies uit Engeland en wilde juist
met uitgestoken hand op zijn broer
toelopen, toen hij tot bezinhing
kwam. Dat was verboden
Toen had hij zich maar gauw af
gewend en was tussen de mensen
verdwenen.
Er is. helaas nóg een reden, waar
om Schrage wil eclipseren.- Een van
zijn contacten gedraagt zich. op zijn
dachtst uitgedrukt, wonderlijk. Deze.
een zekere H.. lanceert in de groep
allerlei fantastische verhalen, die bij
nader onderzoek van a tot z gelogen
blijken. H. wordt door de groep ge
wantrouwd en hij weet veel over
Schrage.
Aan boord
Nee, Schrage moet weg. Desnoods
per boot. En zo gebeurt het ook.
Op Woensdag 13 November 1941
neemt hy afscheid van Zandbergen.
Hij is niet alleen. Eén zekere Staung
gaat mee. Bij Petten ligt een acht
meter lange boot, die verstopt was
geweest en nu. zee-waardig is ge
maakt. Een open boot. met zeil afge
dekt. Staring is kapitein en stuur
man en machinist, want Wiek
Schrage kan spionneren en uit een
vliegtuig omlaag springen, maar hij
is geen navigator. Maar 'met Gods
hulp hopèn ze de overkant te berei
ken. •'Er is voedsel aan bpord. Er is
een kompas. En vooral: er is een
koffertje met waardevol materiaal.
Ze hebben het koffertje met stenen
bezwaard. Dreigt er onafwendbaar
onraad, dan gaat het overboord....
Zonder veel drukte, net zoals hij
gekomen was. vertrekt Schrage op
die vochtige nevelige dag in Novem
ber. De afspraak was. dat de Flit
spuit. die niet vanuit Nederland
werkt, zoals men indertijd geloofde,
maar vanuit Engeland, door een van
haar voor niet-ingewijden onbegrij
pelijke slagzinnen de behouden
aankomst zou melden. Die slagzin
was: „Het bier in Engeland smaakt
lekket".
Maar de Flitspuit zond deze zin
nooit uit. Wiek Schrage is gestart
vanaf de Hondsbossche Zeewering
Het weer was beestachtig slecht. De
boot was acht meter lang
Men heeft nooit meer iets van de
twee Engelandvaarders vernomen.
Zij trokken evenals de Malbrough
uit. het Franse liedje ten oorlog en
keerden niet....
Hun vrienden, hun ouders, „de
grote baas", hebben te vergeefs op
hen gewacht Zo als overal, in ons
land, ja m alle landen, waar de
Duitse tyran zijn plompe laarzen
neerbonkte. tevergeefs gewacht werd
op vrienden, mannen-, vaders en zo
nen. Zij trokken ten oorlog en keer
den niet.
Gedreven door de drang naar lijfsbehoud
gaan zij wet moede voeten
langs vernielde huizen en geblakerd hout,
het spoor der eindeloze stoeten.
Gebogen onder 't saamgebundèld goed
de zorgen\ast der zwaje jaren,
gaan zij het slepend rhythms van de stoet,
de schpifel pas van vele voetenparen.
Maar, tegen het. koesterend moederlijf
ligt stil in doeken weggedoken
'een gaOe Gods, het broze kind:
het nieuwe leven is ontloken!
(Tekening W. v. Dam)
C. Frauenfelder
Herinneringen van een onderduiker
IK herinner me, dat op de 'mor
gen van 17 April 1943. toen de
kapper mijn haar knipte in de
tuin achter ons huis, de buur-
vrotiw over de schutting keek en
ritp: „Hé duikelaar, heb je het
laatste nieuws al gehoord? De
luchtbescherming heeft op de to
ren van Rarneveld het' róod-wit-
biauw gezien en ze zeggen, dat.
Barnevèid vrij is!"
Mijn* kapper ïxnakte een gevaar
lijke beweging met de tondeuse
'mi liet een volzin horen, waarin
het .woord „alwaar" voorkwam.
Ik lachte en Jceek naar de smette-
doken. werden groter, werden van
zilverwit geleidelijk aan zwart,
dreigend zwart. Een zware rook
wolk. nog een. nog een. dicht bij
elkaar. Vier knallen., gerinkel van
ruiten, dichtslaan van deuren.
„Je wilde geen brillantine, he9"
vroeg mijn kapper en ik zag zijn
hoofd twee meter verder hoven de
rand van een vervallen schuilkel
der uitsteken, die ik een paar we
ken tevoren had gegraven
T K geloof niet, dot Barne\eld
>>-*-vrij is en ik geloof voorlopig"
ook niet. dat wij vrij zullen zijn.
Ze zeggen nu al drie weken lang,
rfat het elke dag kan gebeuren",
zei mijn vriend Diets We waren
in de tuin aan het zwikken, be
haaglijk vooroyér liggend op het
eras in de warme voorjaarszo^.
Ik keek de rook van mijn eigen-
bouw-sigoret na en zei:
De officier-spion is niet gepakt,
maar hij heeft pech Hij ligt name
lijk met roodvonk.hp de zolder van
de .garage der familie B in Den Dol-
öer. Hij is te ziek om naar Engeland
te seinen. Als hij zich, na een dag
of tien weer een beetje fit voelt,
geeft Engeland geen antwoord meer.
Het contact is verbroken
Dat is om dol van te worden. Het
contact moet hersteld worden. Hij is
nog lang niet beter, maar hij wil
weer aan de slag En pm van zijn
treiterende. zeurende. geniepige
roodvonk 'af te komen"neemt hij.
lysol baden. Onherkenbaar door een
vreselijke vervelling. mager en af-
stoteliik. staat hij dan op een avond
in Augustus weer 'op de stoep van
Zandbergen. En werpt zich weer op
het werk.
Niemand weet ondertussen, dat hij"
hier in Amersfoort zit. Zijn vrien
den. zijn ouders hebben de vaste
overtuiging, dat hij ..aan de over
kant" is. Hij is trouwens van plan.
om. zodra hi| genoeg gegevens heeft,
inderdaad terug te gaan Hoe. dat
wegjt hy nog niet. Misschien kunnen
ze hem op dezelfde plaats, waar ze
hem.in Mei 1941 „uitgooiden" ten
Noorden van Steen wijk weer op
pikken. Dat zijn zorgen voor" later
Eer^t moet hij contacten leggen. Het
gelukt hem ij komt in verbinding
met Jaap Roell. houtvester van de
kroondomeinen m Apeldoorn la
ter gefusilleerd met Kees Ver-
maat. radiolelegrafist later gefu
silleerd met Damrpe. handelsrei
ziger later gefusilleerd. met
During uit UcheVen. met de gebroe
ders jfr.n Hat tem. allen gefusilleerd
Het verhaal dreigt .eentonig te
worden.
loos blauwe hemel.'
„Mooi weer voor vliegtuigen",
zei de kapper, toen hij mijn blik
volgde Hij zwaaide een pluk
haai op de grond en vroeg:
„Brillantine?"
Ik wilde „neen" zeggen, maa-
-r wks geen tijd en geen gelegen
heid voor. Boven onze hoofden
barstte de hel los. Het hlanw van
Ue hemel was niet langer smette
loos. Er verschenen kleine, paffe
rige wolkjes, zwart en wit, groot
en klein. Paartus&en speelden een
paar vliegtuigen een spelletje van
Kat en muis. Plotseling kwam het
geluid van gierende motoren en
het staccato geroffel van -machi
negeweren Boven alles uit klon
ken de. machtige knallen van het
luchtafweergescshut. Het sner
pende. door merg en been drin
gende; gieren van de motoren nam
1 toe. Twee, drie, vier vliegtuigen-
„Maar. volgpn^ de radio wordt
er in Hoevelaken gevookten en je
kunt ze toch ook in de richting
Hoogland horen schieten. Luister
maar."
We hoorden inderdaad het> dof
fe geratel van mitrailleurs, nu en
dan onderbroken door het venij
nige geknal van tankgescbut.
^.De Moffen houden oefeningen.
Dicht je, dat ze werkelijk al in
Hoogland zijn? De radio, ja, die
zegt het" antwoordde Diets sma
lend. \,Maar die zegt ook. dat ze
-jn de buitenwijken \an Amers
foort zijn doorgedrongen".
Dat vwa8 zo, de avond tevoren
had ik me over dat bericht' ver
baasd.
„Merk jij er som« iets. vai)?"
vroeg Diets. Ik moest toegeven,
dat zulks niet het geval was. We
draaiden nog een „sjekkie" uit
de tabaksdoos van mijn vriend.
HET was Mei geworden. Himm-
ler had aan Engeland en
Amevika de capitulatie aangebo
den, maaj- er werd nog gevochten.
De Duitsers schenen met de Wes
terse geallieerden tegen de Rus
sen te willeij vechten.
Als onderduiker kon je" op
straat -lopen zonder kans om op
gepakt te worden. Rondom Amers
foort was het rustig, eigenlijk te
rustig. Er gebeurde niets. Af en
toe, 's avonds of 's nachts hoorde
je een .schot. Tot voor kort'werd
er geschoten op de Lange Jan.
Maar dat was nok afgelopen Een
enkele keer vloog er een Typhoon
boven de stad, maar de machines
plachten te verdwijnen zonder
iets te doen.
Moeder zat krap met'het' eten.
Dc zuurkool, die we uit een schip
in de Eem „georganiseerd" had
den, was op.
Ik glimlach, als ik terugdenk
aan dat schip. Het was lek ge
maakt door de Duitsers, mis
schien ook wel -door de Hollan
ders. Daar vroeg je niet naar in
rüe 4ijd, Er zaten torjnen met
augurken, zuurkool, azijn-extract
en zilver-uieen in. Typische Duitse
kost. Iemand hakte met een qyl
ue vaten kapot. De azijn stroom
de ,er uit en de bodem van het
schip stond blank van het kwa
lijk riekende vocht. Vijftig man
nen worstelden om emmers vol
te krijgen met zuurkool. Augur
ken en uitjes vond men overbo
dige luxe. Honderden stonden
langs de wal. bang voor de Duit
sers of bang voor een nat pak,
want het schip zonk langzaam
maar ?eker. Toen er niets meer te
halen viel, trokken stoeten man
nen en vrouwen naar huis, em
mers vol zuurkoql torsend. Vijf
minuten-later verscheen een Duit
se patrouille.
Moeder wjst waaraan ik dacht.
Ze kende het verhaal. -Opeens
hoorden we het geluid van rade
rende vliegtuigen. Het motoren'-
geronk zwol aan. We renden naar
buiten en toen... vliegtuigen,
adembenemend laag vliegend.
„Die brengen eten. Hoera!"
schreeuwde iemand. We zwaaiden
met zakdoeken, en met handdoe
ken. Ik dacht, dat ik al een grote
kerel Was met mijn achttien jaar,
toen.^Maar de tranen schoten me
in de ogen en ik schaamde me
cr niet voor. Een Duitser joeg ons
naar binnen. „Munitie voor de
terroristen", schreeuwde hij.
Nichte Fressen".
HET was Zondag 6 Me!. In onze
straat wapperden de vlaggen.
De Duitsers, die er ingekwartierd
waren, vroegeji wat de Oranje
wimpels betekenden. -
.Dat is het symbóo] van ons
vorstenhuis", zei 'mijn broer, die
voor het eerst van zijn leven ieta
tegen een Duitser zei.
„Is het waar, dat de terroristen
banden om fle arm dragen?",
vroeg de Duitser. -
„Dat zeggen 2e", antwoordde
mijn broer en hij keerde zich om.
Je kon nooit weten.
„Verfluchte Terróriste". hoorde
h\j nog.
Thuis praatten we over de
schietpartij van Zaterdagmorgen
op de Varkènsmarkt, die gevolgd
was op het nieuws van de capi
tulatie van de Duitse troepen in
Noord-west Holland. We vroegen
ons af. wanneer de Engelsen zou
den komen. Toen de avond viel
vertrokken de Duitsers uit onze
straat. Op het moment, dat 'ze
wegreden, kwam mijn broer er
aan rijden/Hij had een band van
de BS. om de arm.
Om twee uur in de nacht werd
er gebeld. Iemand vroeg* naar
mijn broer. Hij ging naar beneden
en kwam even later weer boven."
Ik ga weg", schreeuwde- hij. „Ze
komen!"
Drie uur later rookte Amers
foort de eerste Engelse sigarettèn
ui haalden wij de eerste Canade
zen- binnen.
CTEEK nog een Cadi op",
zegt Diets. We zitten samen
op een krib in een Amersfoortse
kazerne.
„Wat vérgeet een mejis toch
veel in twee jaar", filosofeert hij.
„D_rie jaar geleden zaten we naast
elkaar in de schoolbapk, Twee
jaar geleden waren we samen
ondergedoken. Een jaar geleden
w erkten w© samen- bij de krant.
•Nu zijn we -allebei dienstplichtig
soldaat en volgend jaar.
„Vertel jij ergens in een cantine
in de Oost, hoe eendrachtig we
Iyer in Holland kunnen zijn. hoe
goed we kunnen samenwerken
voor'de wederopbouw van ons
land
„Dat heb ik ook wel eens ergens
gelezen, ouwe jongen", zegt Diets
en hij stopt z'jn Cadi-peukje in
zijn tabaksdoos.
Herinneringen van een huisvrouw
I»K weet nóg heel goed wat ik tocm
allemaal dacht. Heeft het eigen-
\7ANPAAG is het twee jaar ge-
leden, dat ik onze vlag uit de
lappenkist te voorschijn haalde. Ik
had haar daar in Mei 1940, na onze
terugkeer uit Hoogwoud, toen
alles verloren scheen, verstopt.
Het was juist zulk een avond als
deze: de berkeboompjes in onze
laan glansden in het late zonlicht
en in de tuin van mijn buurman
jubelde de merel. Uit de keukpn
l^wam de geur van gebakken spek.
De zes moffen, die hun dagen ver
deelden tussen 'hun kanon en mijn
Duitse romans ze Waren- toen
al veertien dagen bij ons ingekwar
tierd hadden ergens een stuk
varken gestolen en als ze niet lazen
of schoten bakten (ze spek.
Ik stond op mijn noodkachel rog
gepap te koken en ik was tevreden,
want die dag had IK het gevecht
met de zenuwfik ook genaamd
RUS gewonnen. Meestal was dit
andersom en was het voor hem vic
torie op "alle fronten. Want de rus
kon geweldig goed saboteren. Als
dat niet hielp Ontwikkelde hij zulke
rookgordijnen, dat ik mij tenslotte
hijgend en hoestend, óp van de ze
nuwen, met roetzwarte handen uit
de voeten maakte. Maar op de dag
van de vlag dééd hij het. Hij fikte
dat het een lieve lust was. De rog
gepap was niet al te waterig en ik
vond toen dat hij lekker rook.
Toen werd er op straat geroepen
dat Barneveld bevrijd was. En hoe
ik er toe kwam, ik weet het niët.
maar ik liet mijn Rus in de steek
en ging naar boven, naar de zolder.'
waar de lappenkist stond. Mijn rog
gepap kon mij niets meer 'schelen.
Ik haalde or^ze vlag te voorschijn en
ontvouwde haar. En ik dacht aan de
dag dat ik haar daar had weggebor-
g%n. Heel lang stond ik er mee in
mijn handen. Ik stond bij het open
zolderraam en keek naar buiten. De,
zon ging onder eu het torentje van
Onze-Lieve-VroiTwe-tcr-Eem tcJ
kende zich zo rank en fijn af te
gen de paarlemoeren lucht. Uit dc
tuinen achter on^huis steeg de krui
dige voorjaarslucht op. Der Hans
und der Willy und der Hermann
zaten op de bank buiten en consu
meerden hun varken.
De Canadeezen zitten in Huizen!
Ze rukken in snel tempo op naar Amsterdam!
De Duitschers zetten de springladingen op scherp en gooien deslui-
zen bij Amsterdam en IJmuiden open!
Amsterdam loopt onder wtjfér!
De toren van Amersfoort is weggeschoten
ciat het front dichterbij
Amersfoorter ging in
ballingschap
DEZE en honderd andere- ge
ruchten drongen tOfde Amers
foorters-in-ballingschap door.
In November 1944 trokken zij
noordwaarts, op de vlucht voor
de Duitsers, die meedogenloos
huishielden in Amersfoort. Met
valse papieren kwamen zij door
djp gevaarlijke zone. een veilig
heenkomen zoekend voor terreur,
honger en moordend lood. Uitge
put van ontberilfg berëikten, zij
een stil Westfries dorpje, schar-
rieden ««en schamelen inboedel bij
elkaar en vonden een onderdak
iu een oude schuur.
Wat een» intens geluk je veilig
te .weten, ver van de stad-der-tra-
nen waar de Duitschers je zoch
ten. Wat een voorrecht om niet
tevergeefs naar brood te grijpen.
Maar wat eén intens heimwee
besloop o'n8 daf in dag uit naar
de öude woonplaats. In ons ka
mertje van twee vierkante meters
bérekenden wij de kansen, gebo
gen over een beduimelde -kaart.
Hoe lang zou het nog duren?
Als we uren in den omtrek de
dorschmachines opzochten voor 'n
zakje graan, of door het koude,
mistige polderland zwierven op
zoek naar aardappelen, dan ver
toefden de gedachten in Amers
foort. Tergend langzaam kwam
de post door. Brieven werden
twee, driemaal overgelezen, De
spanning was dan voor een oogen-
blik gebroken. O. zeker, we had
den een leven uit duizenden. We
gevoelden ons thuis bij de West-
friezen. Het leve» was er goed.
De stem over-zce
Het heimwee bteef en werd met
den dag sterker Het illegale „Pa
rool" ging in het dorp van hand
tot hand en verscholen op een
enorme graanzolder luisterden we
naar de stem-over-zee. De bevrij
ding was nabij. Even meenden we
Maar het was het gedreun van de
kanonnen in den ongelijken strijd,
die de Russen op Texel streden.
En toen viel er plotseling een
beklemmende stilte. De geallieer
den-zaten vlak voor Amersfoort.
Elk oogenblik kon de strijd weer
ontbranden en dan... dan bleef
er in onze stad geen steen meer
op de andere. De spanning werd
ondraaglijk
Amersfoort was een ander en
beter 'lot beschoren. De vuurmon
den bleven zwijgen. De beklem
ming viel weg De Duitschers
slaakten den strijd. Jubelend ging
de blijde 'mare door het land, van
hoeve tot hoeve, van huis tot huis.
Op de molenwieken werd#de drie
kleur' gehèschen. Van de oude
do~pstoren beierden de klokken.
Vrij, eindelijk vrij!
Op een vehikel met massieve
tanden snelde Ik r»aar Amers
foort. Overal waren nog de Duit
schers, maar van hun tergende
zelfverzekerdheid was niet vee*
meer over. In allerlei voertuigen
trokken zij in de richting Amster
dam. De mannen lachten, waren
ook zij gelukkig?
Het weerzien van de stad en
zijn jubelende burgers stemde mij
beurtelings droevig en opgewekt.
Droevig om het lot van de jonge
kerels, die hun vrijheidsdrang
met de dood bekochten, droevig
pm de wonden, die hier en daar
jn de stad waren geslagen. Ge
schonden. maar toch nog als een
massief bjok stond de Lieve Vrou-
we-toren tegen de blauwe voor
jaarshemel. Opgewekt gevoelde
ik me door de laaiende feest
vreugde, de vrijheidsroes waarin
A'rnersfoorts burgers verkeerden.
Nu zijn'we twee jaar verder.
Geen heimwee meer naar Amers
foort. We staan er middenin. Het
oude Amersfoort vernieuwt zich.
De toekomst van de stad is lich
tend. Frisch lentegroen omzoomt
de wegen. Hoejiet ook zij, in bal
lingschap moej men naar zulk
'een stad wel heimwee krijgen.
allemaal dacht. Heeft het eigen
lijk wel zin het voor U op ,te schrij-
ven? Het zijn dezelfde gedachten
geweest, die elke man en stellig elke
vrouw in onze straat, in onze stad
en ïn ons land Had in die dagen.
Het was bijna i oorbij. Alle angst'
was voorbij. En alleen God wist,
hoe wurgend die angst was geweest
als er weer een razzia gehouden
werd en je man niet thuis was of
als er des avonds op eens met gie
rende remmen een auto stil Hield
voor je .huis en je man wèl thuis*
vas. Voorbij waren de vernederin
gen. Voorbij dc honger en de kou.
Je zou veer rustig en diep en wel
dadig kunnen slapen. Jc zou niet
meer.bij het geringste geluid wak
ker schrikken en rechtop in je bed.
luisteren naar wat dat geluid in do
nacht te betekenen had
Je gezin zou weer herenigd wor-
de'n en de kinderen zouden eindelijk
ondervinden hoe rijk en warm en
veilig het normale gezinsleven was.
De kinderen! Hoe krankzinnig moe-,
ten zij onze wereld vinden. Ze,
waren nog te klein om er veel van
te begrijpen. Maar groot genoeg om
te weten dat je altijd op je hoede
moest zijn. Dat je iedereen die je
niet héél goed kende moest wan
trouwen. Dat ie altijd en overal op
je woorden moest letten, piet alleen
als je in de rij stond voor je portie
koolraapsoep maar opk als je met
je vriendjes onderduikertje of bom-
bardementje speelde.
Wij hadden ze geleerd, dat je, als
je een behoorlijk mens wilde wor
gden, eerlijk moest zijn. Liegen was
slecht. Tegenover*ons moesten ze
altijd waarheid spreken. Maar te-
genovei de Duitsers mochten ze
liegen, néc, moesten ze liegen. Dap
was de leugen een deugd. En het
was verbijsterend, hot goed en van
zelfsprekend dit ze af ging. dit ge--
Ijeg. Bij een razzia, als ze jc juist'
geholpen hadden Vaders schuilhok
te camoufleren: Néc, Meneer,
Pappie is er niet. Hij ia gaan spit
ten. meneer.
Bij een Huiszoeking naar radio's:
Néé, Meneer Wij hebben nooit
een radio gehad
Dit alles moest weer anders wor
den! Onze kinderen moesten wtjer
leren, dat „ja" altijd „ja" was en
,;nee" altijd „nee".
Ze moesten weer leren vertrou
wen te hebben inr dc mensen. En
wij, hun Vaders en Moeders moes
ten ze dat bijbrengen. Door ons
voorbeeld. Dat zou niet gemakke
lijk zijn. Want wij 'waren allemaal
zelf ontsnoord Maar wij. waren sa
men gebleven. Ik had mijn man
mogen behouden. Ik dacht aan de
vele vrouwen d;e voortaan alleen
zouden zijn. Die alleen het leven
verder aan moesten en van dat
leven iets -'.aeds moesten maken
vpor de kinderen. Zoals ze dat
samen van plan waren gejvecst. Wat
een moed was daarvoor nodig.
PVT alles ging door mij heen.
toen ik daar zo met onze vlag
alleen op zolder stond. Ik dacht ook
aan he.' andere dingen. Zodra er
weer gas was schopte ik die ellen
dige no«dfik de'deur uit. Ik dacht
aan de schoei.cn 'die ik voor de kin
deren wilde kopen. Aa. het goede,
gulle brood, dat ik ze 's morgens
voor zou ietten. Er waren ook dwa
ze geda-htcn. die ik eigenlijk maar
piet móc' opschrijven. -Oyer fan
tastische porties chqcola. waarop ik
mijzelf en mijn man en de kindeken
zou tracteren. Fn .hoe ik. zodra de
PUEM eer stroom le\erdc in alle
kamers van het huis de lampen aan
zou steken.' En dan wilde ik naar
buiten 'aan cn naar ons verlichte
huis kijken.
Ik wist dat het moeilijkste pog
komen moest. Het geschut kwam
al nader en nader en soms gierde er
des nachts ee*-» „bevriende" granaat
over het huis. Maar ik' beleefde al
bij de naderende bevrijding. Mijn ge
dachten hadden mij ajs het ware
boven de zorgen, boven de nood,
boven het wurgende leed van de
laatste maanden uitgeheven. Dc
stad was nog bezet. Maar ik zelf
voelde mij bevrijd-bevrijd van de
loden lost dezer rampspoedige jaren.
Ik had de stem van de vrijheid ge
hooid. Er was weer een toekomst.
En ik wist nu pas, nu ik aan de
lijve de verschrikkingen van de on
vrijheid had ondergaan wat dit
woord „vrvheid" inhield.
"LXET wds helemaal^donker gewor-
den. De merel zweeg. Der Her
mann stond aan de trap te schreeu
wen, of ik een koffiemolen voor ze
had. Ze vilden Bohncnkaffee drin
ken. Der l.ans moest een pan heb
ben voor rasierwasser. Der Willy
vertelde me, dat Duitsland binnen
kort met een nieuw geheim wapen
uit zou komen. Und in 14 Tagen
ist schlusz. Sie werden sehen!"
Met de vlag dicht tegen mij aan.
ging ik de tj-ap af De noodfik was
uit en de roggepap vtas verstijfd tot
een bruine, muffe, klonterpudding.
Maar het 'leven ging opnieuw pe-
ginnen
GREET DREWES