INEDERLAND
Het gaat niet in twee jaar
BOUWT OP
éMÊÊÊÊêt
Stadswoning gister
en morgen
Utrecht
zegt ir. J. A. Ringers
Wij deden veel, doch moeten meer doen!
zonder plannen
NIET JAMMEREN, NIET KLAGEN, NIET KANKEREN
Recapitulatie
HOE GROOT DEf
I SCHADE WAS -1
Weg valse traditie,
eenheidscomfort,
salon-complex!
en hoe het herstel vordert
DE WONINGTOESTAND IN NEDERLAND
Zaterdag 17 Mei 1947
3
"C*x-minister Ir. J. A. Ringers be
hoort beslist niet tot het type
geïntervieuwden. dat eigener bewe
ging slechts schaarse en vage op
merkingen maakt. Integendeel: ik
ben nauwelijks de deur van zijn
werkkamer binnen of de snelle,
geestige cn sarcastische zinnen, die
tezamen zijn spreekwijze uitmaken,
rollen me reeds tegemoet.
„Ja, U komt voor de wederop
bouw. Daarin is tegenwoordig ook
al een mode. namelijk om te zeg
gen. dat het zo slecht gaat. Weet U,
die mensen kunnen niet rekenen."
„LI bedoelt de gemiddelde Ne
derlander?"
„Ja, ook. maar de autoriteiten
doen even hard mee. Alsof een
land, verwoest als het onze. in twee
jaar zou zijn op te bouwen. Vroe
ger zeiden we: het gaat, als we
maar aanpakken. Nu voor je: het
staat er slecht vorr."
„Maar is het met de wederop
bouw toch ook niet zo gegaan als
men gedacht had?"
„Inderdaad. Men heeft m.i. na de
bevrijding nagelaten alles op de op
bouw te zetten. Ik heb steeds ge
propageerd: denk nu maar hoofd
zakelijk aan huizen en fabrieken.
Maar dat is dan bar oncultureel en
onsociaal. Ik geloof, dat het ook
sociaal de grootste wijsheid is. We
beginnen nu zelfs met vordering
van woonruimte. U zult eens zien
hoe de productie inzakt als de men
sen op nog groter schaal bij elkaar
moeten gaan intrekken. Ja, er wa
ren vele plannen, die liefst allemaal
tegelijk moesten worden uitgevoerd.
Zo verdween het geld. Als LI wilt
weten waaraan, moet L' de begro
ting maar eens bekijken."
„Maar wij hadden allen gedacht,
het na de oorlog beter te krijgen,"
zeg ik lichtelijk onnadenkend.
Ir. Ringers stuift op.
INSPANNING
A H, daar hebben we dat ook
weer. Beter krijgen! Accoord:
maar dan toch pas nadat we met
inspanning van alle krachten heb
ben hersteld wat we vóór 1940 be
zaten. Dat doen we niet: we begin
nen met gejammer.
Ga eens naar Engeland, België,
Frankrijk of Duitsland, zc zijn er
niet half zo ver als wij. Maar wij
kankeren. Bezoek eens een stad. die
oorlogsschade heeft. Na vijf minu
ten heeft men U verteld, dat dit nu
de zwaarst getro.'fen plaats in Ne
derland is. Ik ken er zo 400! Ik kom
bij een mevrouw in een noodwo-
T_ÏQE staat 't na twee jaar? Hoe
A J ver is Nederland gevorderd in
zijn streven naar herstel en ver
nieuwing", hoe zijn de zichtbare en
tastbare resultaten \an de opbouw?
Er werd en wordt nog steeds naar
hartelust gemopperd. De verwijten
gericht aan het adres van de rege
ring, rijksbureaux en alle mogelijke
andere instanties zijn niet van de
lucht. Wij hebben ook zo'n haast en
het apparaat werkt stroef. Niemand
zal ontkennen, dat er fouten ge
maakt zijn maar niemand zal
durven beweren, dat Hit grootse
werk zonder fouten-tnaken tot
stand kan worden gebracht. De
mopperaars hebben gelijk en onge
lijk beide. Voor alles is echter nodig
de inspanning en de toewijding van
diezelfde mopperaars, waartoe wij
allen op onze beurt behoren.
T N dit nummer blijkt iets van de
inspanning gedurende twee ja
ren. Wij kunnen er eerbied voor
hebben, ook voor dat wat zij heeft
opgeleverd.
Het is een menselijke neiging om
datgene wat bereikt werj uit het
oog tp verliezen en zich blind te
staren op dat, wat nog gedaan moet
worden. Laat men de ogen richten
over de grenzen en zien wat daar
is verrichtHet kan tot troost
strekken zij het. da* het volgens
sommigen een schrale troost is.
Denk dan aan: Walcheren, Wierin-
gen, de Spoorwegen, enz. bruggen
en havens. Hoe stond 't er mee in
Mei 1943? Vergelijking niet de stand
van vandaag leidt tot de gevolg
trekking: hier is wat groots er-
richt.
De woningbouw. Elders wordt Pr
meer van verteld. Het is een schijn
baar onoplosbaar probleem. Er is ;n
zes jaren practisch niet gebouwd en
wat er dit jaar kan worden verricht
is nog niet voldoende oin de natuur
lijke bevolkingsaanwas op te van
gen. Gebrek aan geld, aan mate
riaal. aan geschoolde arbeiders, dat
zijn de remmende factoren en wat
er aan te doen? Export, rationalisa
tie, scholing
OF het ons gelukken zal de ex
port op te voeren, en daardoor
de invoer te verhogen, draait feite
lijk de gehele oplossing van het op-
bouwprobleem. Meer export wil zeg
gen: meer productie, daarom meer
toegew ijde arbeid.
Dat ons volk zich bewust worde
dat liet werken moet, niet in de eer
ste plaats voor de generatie van
nu, maar voor die van morgen.
Werken moeten we in het geloof
aan een betere toekomst, dan kun
nen we onbaatzuchtig werken voor
onze eigen kinderen en voor de
kinderen van onze landgenoten.
ning lief huisje, goed gemeubi
leerd cn vraag, hoe vindt U het
hier nu? Antwoord: veel te klein,
ik wilde dat ik mijn oude huis aan
de Markt zat. Ik zeg dan: zal ik U
eens een nieuwtje vertellen? Er is
oorlog geweest!"
„Maar de reacties van het publiek
zijn toch wel begrijpelijk, temeer
aangezien men dc indruk krijgt, dat
alles niet zo snel gaat."
„Natuurlijk. Er zijn tegenslagen
geweest. In het begin enorme trans
portmoeilijkheden cn daarna kregen
we het arbeidsprobleem. De Ne
derlandse bouwvakarbeider is cr
niet aan gewend buiten zijn woon
plaats te werken. Maar goed be
schouwd kon ik er toch niets aan
doen, dat juist die streken werden
verwoert. waar geen arbeiders be
schikbaar waren. Dat betekende
kampen, natuurlijk niet ideaal.
Daarna het vraagstuk: hoe moeten
al deze mensen naar huis en wan
neer? Bovendien hadden we niet
genoeg vakmensen. En om alles tc
vervolmaken liep het met de mate
riaalpositie mis."
'T GROTE TEKORT
T_T OE is het tekort aan bouw-
^-materialen eigenlijk ont
staan?"
„Rusland en de Baltische staten
vielen voor hout uit. Zweden moet
nu zo ongeveer de hele wereld
voorzien. Reken maar uit wat wij
zullen krijgen. En nu gaan we op
Borneo en Suriname kappen, maar
het duurt wel een paar jaar voor
zo'n exploitatie loopt. En wat het
staal betreft, hadden we gemeend,
dat Amerika na de oorlog grote
werkloosheid zou hebben cn heel
dankbaar zou zijn voor onze orders.
Het liep wel iets anders. Deson-
Dr. ir. .1. A. RINGERS:
„We zijn er nog niet".
danks zijn wij nog voor getrokken
boven andere landen, omdat we op
specificatie bestelden".
„Alles komt er dus eigenlijk op
neer, dat we tc grote resultaten ver
wachten op te korte termijn?"
„Zo is het. Maar ik vind, dat er
soms toch nog slecht gewerkt
wordt. We denken dat we er al zijn
cn gaan b.v. praten over een 40-
urige werkweek. We1 ja! Als we in
het tempo doorgaan van nu, zijn we
over 20 jaar uit de woningnood".
Ir. Ringers ziet mijn ontstelde ge
zicht cn zegt: „Och, het zal wel
meevallen, want eigenlijk zijn we
niet zulke lammelingen geloof ik
misschien kunnen we zelfs wel
wat meer dan een ander maar
we hebben vijf jaar lang een slecht
voorbeeH gehad. En laat ik er bij
zeggen: bij minister Neher is de
wederopbouw in goede handen, hij
denkt over dit onderwerp even fris
als helder.'"
Al pratende heeft Ir. Ringers me
naar zijn voordeur gebracht. Met
een humoristische blik kijkt hij me
aan en zegt ten afscheid: „Maak
het niet te gek in de krant, want ik
ben een loslippig mens geworden
nu ik v eer vrij man ben."
Waarvan acte.
Feiten en cijfers na
tuee jaar wederopbouw
(Van een bijzondere medewerker)
pj*TI is de laatste honderd jaai
veel veranderd in onze wo
ning. Bedstee, alcoof en pothuis
zijn verdwenen. De ponip maakte
plaats voor de waterleiding. Gas
en electrisch licht zijn een onmis
bare outillage geworden. En wel
dra zullen ook centrale verwar
ming en warmwatervoorziening
daartoe behoren. Maar de woning
zelf werd niet aangepast aan deze
en andere eisen van woonhescha-
ving. In strijd met de veranderde
technische mogelijkheden hand
haafde zich een cliché-woning met
de onerniijdeliike suite, de on-
practische keuken en het kabinet,
heter bekend onder de naam piipe-
laat je.
De afmetingen van alle vertrek
ken in het gros onzer stadswonin
gen kan men van te voren al oor
spellen als men de minimum
voorschriften der plaatselijke
bouwverordening kent. De bouw
cn exploitatie van deze woningen
was meestal in handen van zake
lijk geleide bedrijven N oor zover
daar ethische en aesthetische over-
wegingeij aanwezig waren, wer
den deze door de concurrentie-
dwang wel geëlimineerd. Ontwerp
en uitvoering kwam veelal in han
den van aannemers zonder vol
doende scholing. Waar dat voor
geschreven was, werd alleen de
gevel door een architect ontwor
pen. Het waren dan ook meer de
ongezonde verhoudingen in de
houwwereld en het gebrek aan
originaliteit dan de traditie, die
onze eenheidswoning creëerden,
waarin de minimumeisen tevens
als maximum fungeerden.
Zo niet langer
T~Ae gebreken van deze woning
behoeven wii haast niet meer
te noempn. Slecht verlichte, onge
zellige. kamers, die in verhouding
tot de breedte veel te diep zijn. In
de keuken staat meestal de goot
steen in de hoek, wat voor de
pomp zin had, maar nu niet meer
nodig is. Voor ruimtebesparing is
de glazenkast soms nog hoven de
aanrecht geplaatst. liet aantal
kasten en stopcontacten is streng
gerantsoeneerd. Was- en droogge-
iegenhpid, bergplaats voor fietsen
en kinderwagens zijn er niet. Dat
Het is alleszins nuttig thans, nu ons vaderland
bijna twee jaar bevrijd is, een summier over
zicht te geven van hetgeen in deze twee jaren op
het gebied van het materiele herstel is verricht.
Niet om ons zelf, als volk, op de schouders te klop
pen en te zeggen, dat wij het zo goed hebben ge
daan. Daarvoo.- zijn wij te vaak te kort geschoten
en te zwak gebleken. Maar wel is het vastleggen
van het geheel der feiten wenselijk, omdat wij dik
wijls de neiging hebben te veel te zien naar die
punten, waarop wij nog faalden cn te weinig oog
hebben voor die daden, welke :,15 grootse prestaties
in de annalen van onze na-oor-
logse herstel-arbeid geboekstaafd
zouden mogen worden. Indien dit
werd nagelaten, zouden wij wel
heel erg tekort doen aan de waar
dering van de toewijding en dc
energie van de tallozen, "die aan
deze wederopbouwarbcid hebben
gewerkt, hetzij geestelijk, hetzij
met de kracht hunner handen.
Om een billijk oordcel te vor
men over dc materiële wederop
bouw van Nederland is het nodig
zich opnieuw het rampzalige
beeld voor ogen tc halen, dat Ne
derland op die gelukkige dag der
bevrijding in Mei 1945 bood. Een
groot deel der bevolking aan de
rand der lichamelijke uitputting
levend; onze industrie beroofd van
machines en grondstoffen; I10
deel van onze cultuurgrond onder
water; tienduizenden huizen en
bedrijfsgebouwen verwoest of be
schadigd; het verkeersapparaat
volkomen ontwricht, zonder weg
verkeer, zonder treinverkeer; talloze bruggen ver
nield, onze havens zwaar geteisterd, onze koop
vaardijvloot gedecimeerd, duizenden binnenschepen
tot zinken gebracht. Wij waren afgesneden van ons
rijksgebied in het verre Oosten, onze welvaarts
bronnen waren drooggelegd.
\\7'j moesten in 1945 het herstel beginnen als het
»V ware met onze blote handen, met verzwakte
lichaamskracht en bijna zonder materieel en zonder
materiaal. Wie zich dit beeld nog voor de geest
weet te halen en voldoende fantasie bezit om be
grip te hebben voor de tienduizenden moeilijkheden
waarvoor wij stonden, zal, indien hij thans in Ne
derland rondziet, moeten oordelen, dat er veel, ja
zelfs heel veel is gedaan. Te weinig? Ongetwijfeld.
Gemaakte fouten? Wij erkennen ze. Maar wie,
rekening houdende met liet opgeroepen herinne
ringsbeeld. het verwijt zou willen maken, dat er
in Nederland niet of onvoldoende zou zijn gewerkt,
die vindt de feiten tegenover Jch.
De inundaties zijn alle ongedaan gemaakt en de
drooggemaakte gronden leveren weer oogst; de
havens zijn er zoverre hersteld, dat wij gaarne zou
den zien, dat de reeds weer beschikbare outillage
en faciliteiten dledig zouden worden gebruikt en
er dus meer schepen met meer goederen zouden
in- en uitvaren; de treinen rijden in steeds groter
aantal, de K.L.M. vliegt naar de verste delen der
wereld; herstelde bruggen spannen zich weer over
de rivieren en op die rivieren varen duizenden
schepen; industriële gebouwen zijn hersteld, 30U.OOO
licht beschadigde woningen weer bewoonbaar ge
maakt, 13.UÜU noodwoningen en noodboerderijen
gebouwd, nieuwe huizen zijn in aanbouw en enige
duizenden zijn gereed. Dat alles is geschied door
een volk, dat zwaar geslagen was, in een land, dat
door oorlog en bezetting diep verarmd is.
Bij het vele dat gedaan is, is de woningbouw
achtergebleven. Dat is op zichzelf niet zo verwon
derlijk, omdat de toekomst van ons land vóór alles
een hersteld verkeers-apparaat en een nieuwe cul
tivering van onze bodem eiste.
Dat werk is dikwijls geschied met
materialen, welke aan de woning
bouw werden onttrokken. Dat
was hard, maar in de gegeven
omstandigheden onvermijdelijk.
Maar de regering heeft bepaald,
dat thans de woningbouw voor
rang moet hebben cn dat de be
schikbaar komende materialen in
de eerste plaats voor uitbreiding
onzer huisvesting dienen te wor
den gebruikt.
De woning is in Nederland ge
lukkig meer dan een schuilgele-
genheid. Het is het omhulsel,
waarbinnen het gezin leeft, waar
in zich het gezinsleven kan ont
wikkelen. Slechte woningtoestan
den, samenwoningen zonder tal.
verstikken dit gezinsleven, dat de
basis en de kracht is van ons
volksbestaan.
MINISTER NEHER
Wij hebben in de maanden,
die achter ons liggen veel
gedaan. Wij zullen in de tijd, die voor ons
ligt, meer moeten doen, veel meer. A\aar wij moe
ten daarbij begrip hebben voor de feitelijke om
standigheden, die grenzen stellen aan onze werk-
mogelijkheid. Wij zullen klaar en duidelijk moeten,
beseffen, dat wij leven in een land, dat een zware
tol aan de oorlog heeft betaald en dat door en door
arm is geworden. Een tijd, die van alle Nederlan
ders eist: soberheid, volharding en bereidheid om
eigen belang ondergeschikt te maken aan het alge
mene volksbelang. Wij zullen niet al te veel moe
ten vertrouwen op hulp uit het buitenland wij
zullen vóór alles onze hoop moeten stellen op de
eigen werkkracht, op eigen ononderbroken harde
arbeid.
Hetgeen wij voor onze wederopbouw nodig heb
ben, zal ons niet geschonken worden. Wij zullen
het met onze hoofden en handen maar ook met
sterke harten moeten verdienen.
DE MINISTER VAN WEDEROPBOUW
EN VOLKSHUISVESTING
er kleine en grote gezinnen ziin en
mensen met en zonder salon-com
plex. mocht niet hinderen. Zn
moeten zich maar aan het een
heidsmodel aanpassen.
leder een landhuisje gaat niet.
Aan één ding werd echter bii al
dit. verval vast gehouden: de
schiin-zelfstandigheid van de in
lagen opgestapelde en in rijen aan
eengeregen étages werd een heilig
voorschrift. Maar wie toevallig
twist-, hoorspel- of jifterbug-zieke
buren heeft weet wel beter.
Vrij is men slechts in een land
huisje met een hectare tuin. Zo
kan men echter geen steden bou
wen. Voor Amsterdam alleen al
zou bet gehele Rijnland gean
nexeerd moeten worden En onze
steden breiden zich toch al veel
te veel uit ten koste van het om
ringende natuurschoon.
Hoe het wel moet
Het inzicht begint echter baan
te breken. Heeds voor de oor
log ging men in Amsterdam over
tot het scheppen van gemeen
schappelijke voorzieningen. Het
binnenterrein 'werd niet meer
door schuttingen in hokjes ver
deeld. Het tergend schouwspel
voor de bovenhuisbewoner op bloe
mentuin, kippenfokkerij, of vuil
nisbelt beneden hem behoorde
daarmee tot het. verleden. Ook van
hem en zijn kroost was de tuin en
het speelterrein. In de onderbouw
van bet huizenblok zipi gemeen
schappelijke bergplaatsen, speel
ruimten en was- en drooginrich-
tingen ondergebracht.
In Rotterdam bouwde men twee
volksflatgebouwen in hoogbouw
eveneens met gemeenschappelijke
voorzieningen. Noch over de berg
plaats, noch over dc wasmachine
ontstonden conflicten. De huis
vrouwen, die eerst de Vrijdag als
wasdag toegewezen kregen, wil
den aan het eind van de maand
niet eens veranderen. („Nota bene,
wie wast er nu op Vrijdag?").
Alleen het ontbreken van een
schoorsteenmantel in de centraal
verwarmde woningen was voor
velen een bezwaar. Maar die dra
gers van pendules en vazen wer
den dan wel door de bewoners
zelf getimmerd of gemetseld. Ook
niet gedifferentieerde bewoning
werd rekening gehouden. Het aan
tal slaapkamers der wroningen va
rieerde.
Het succes van de eerste pogin
gen beeft tot nieuwe plannen ge
leid. Zowel in Amsterdam als Rot
terdam zijn nieuwe woongebouwen
van dit type ontworpen. In een
nieuwe flat in Amsterdam worden
voor werkende echtparen desge
wenst de woningen schoon gehou
den en een „toko" op de parterre
voorziet in de dagelijkse levensbe-.
hoeften.
Door toepassing op groter schaal
van de flhtbouw zal er in een stad
meer plaats komen voor recrea
tieve doeleinden, wat vooral in het
centrum hard nodig is. Daar zal
het individuele huis als bouw-een-
licid op de duur verdwijnen.
Dit wil nog niet zeggen, dat de
gehele stad uit louter torenhuizen
moet bestaan. Dat zou een even
karaklerloos en onoprecht doel
zijn als de huidige étage-cultus.
Juist een eerlijk bekennen van de
in de bewoners levende uiteenloo-
pende wensen: een zinvolle afwis
seling van hoge en lage bebou
wing en van individuele en ge-
meenschapswoningen, zal de stad
weer stijl geven.
TT r is op de gang van zaken bij de wederopbouw veel,
en dikwijls gerechtvaardigde, critiek geuit. Dat heeft
bij velen in het land de indruk gevestigd alsof er schier
niets geschied is. Uit de brochure ..Feiten en cijfers omtrent
twee jaar wederopbouw", die het ministerie van Weder
opbouw en Volkshuisvesting uitgegeven heeft, blijkt toch
wel het tegendeel.
Licht beschadigd
Weet U. dat er op 5 Mei 1945
388.299 woningen licht beschadicd
waren? (bijna 18% van alle be
schikbare woningen in ons land);
dat oji 1 Januari 194? reeds
298.119 definitief of voorlopig her
steld waren? (77% van het
totaal)
dat 32.832 boerderijen. 1029
kerken. 1824 scholen en 223 zie
kenhuizen licht beschadigd wa
ren, waarvan op 1 Jan. 1947 her
steld: 26.261 boerdernen. 906 ker
ken. 1530 scholen en 175 zieken
huizen.
Zwaar beschadigd
Zwaar beschadigd waren
38.684 woningen. 5718 boerderijen,
705 kerken. 1354 scholen en 253
ziekenhuizen;
daarvan ziin definitief of
voorlopig hersteld: 22.305 wonin
gen. 3898 boerderijen. 482 kerken,
1110 scholen en 205 ziekenhuizen.
In de meest dringende ge
vallen (oorlogsslachtoffers) werd
na de bevrijding voorzien door de
bouw van 13.000 noodwoningen en
-boerderijen, verder rond 5000
noodstallen voor vee.
Onder water
WEET L* ook. dat op de
bevrijdingsdag 206,000
H.A. cultuurgrond (9van bet
spoorwegverkeer gepn sprake.
Uitkomst, zij het voorlopig,
brachten Bailey-bruggen.
schipbruggen en pontveren.
Nu is ongehinderd verkeer
naar schier alle delen van het
land weer mogelijk.
Uit dit korte overzicht blijkt,
dat heel veel werk is verricht,
hoewel op vele gebieden de voort
gang geen bevrediging schenkt.
Wij denken bierbij vooral aan het
bouwen van nieuwe woningen. De
brochure vermeldt, dat. bet directe
tekort geraamd wordt op 250.000
a 300.000 woningen, hetgeen bete
kent dat 10% der Nederlandse be
volking geen behoorlijk onderdak
heeft.
Deze ciifers liiken ons te op
timistisch. Om de normale bevol
kingsaanwas op te vangen ziin
per jaar 45.000 woningen nodig,
over zeven jaar berekend (in de
oorlogsjaren is toch heel weinig
gebouwd) rónd 300.000. Tel daarbij
de ruim 82.000 totaal verwoeste
woningen, de tvog v rij grote aan
tallen niet of tijdelijk herstelde
huizen en boerderijen, dan zou
met recht kunnen worden be
weerd. dat het aantal noodzake
lijke huizen niet ver van de
400.000 verw ijderd is.
WENS EN WERKELIJKHEID BIJ DE WEDEROPBOUW IN 1946
geraamde behoefte in 1946 -100 <Vo
E23 ontvangen door wederopbouw in 1945
rem ontvangen door wederopbouw in 1946 in october vrijgegeven [TPCLT
totaal) onder water stond?:
dat daarvan eind December
1945 reeds 204.000 H.A. was droog
gelegd?
Het laatste deel van Wal
cheren 12000 H.A.) Kwam in Fe
bruari 1940 droog. Alleen daar
werden 12.000 woningen min of
meer beschadigd door het water,
in de Wienngermeeipolder waren
drio gehele dorpen en 450 boerde
rijen verwoest. Rond 6000 mensen
werden daardoor in deze polder
dakloos, thans kunnen er reeds
weer ruim 3000 wonen.
Havenschade
Tijdens de Septemberdagen
1941 bliezen de Duitsers de haven
installaties van Amsterdam en
Rotterdam oj) Dp schade in geld
bedroeg: Amsterdam 19.2 mlllioen
gulden. Rotterdam 140 millioen.
In Rotterdam gi.igen verlo
ren: 1.095.000 M3. olietanks. 186.000
M2. opslagruimte. 123 wal kranen,
35 drijvende kranen, 7.5 K M. kade
voor zeeschepen en 5.9 K.M. kade
voor binnenschepen;
In Amsterdam: 242.000 M3.
olietanks. 67.000 M2. opslagruimte.
264 walkronen, 23 drijvende kra
nen, 8.1 K.M. kaden voor zeesche
pen, 2.9 K.M. kaden voor binnen
schepen en vier graanelevators. In
totaal zijn ruim 3000 schepen van
allerlei soorten en tonnages toi
zinken gebracht. Verder vernield
de sluis bij IJmuiden. de grootste
ter wereld.
Reeds in 1945 was via Rot
terdam een ongehinderd zeevaart-
verkeer mogelijk, terwijl Amster
dam. toen in Juli 1946 de sluis bij
IJniu' lcn hersteld was. weer de
grootste zeeschepen kon ontvan
gen. Het herstel in de havens vor
dert wel, maar de vooroorlogse
capaciteit is nog lang niet bereikt.
Bruggen
O LECHTS negen van de
0 vijftig voornaamste brug
gen bleven gespaard. Naast ae
droogleggingen zijn hier o.i.
de belangrijkste prestaties
verricht. In Mei 1945 was er
van enig regelmatig weg- of
ormscH woninoen 1
aantal inwoners] '_"ill"*n
1
'/Zón BESCHADIGD''/SS
/ZZZ/Z/ZZZ/ZZy/.
TOESTAND PEN 1000 WONINGEN
OP 1 JANUARI 1047
UTRECHT is twee maal over zo
wonderlijk gespaard gebleven,
dat het in een wederopbouw num-
mer maar weinig ruimte hoeft in
te nemen. Waren in de oorlogsja
ren wel een aantal huizen door
bommen of een neergestort vlieg
tuig vernield daartoe behoorden
panden aan de Van Egmontkade
en in de omgeving van de Bilt-
straat de harde klappen 'n
U trecht zijn eveneens pas gekomen
in de herfst 011 winter van 1944 '45
toen spoorwegknooppunten nabij
de stad en transporten met onder
delen voor de \Ts die op het em
placement stonden opgesteld, een
dankbaar doelwit voor de gealli
eerde luchtmacht. Bij dergelijke
bombardementen werd een aantal
huizen aan de Catharijnesingel bij
de Spoorstraat, op de hoek van
Catharijnesingel en Vleutcnseweg,
op het Paardenveld en aan de Koe
straat, terwijl het neerstorten van
een brandend vliegtuig in de om
geving van de Poortstraat onheil
aanrichtte. Ook de ingang van de
neurologische klinieken werd ver
woest.
Daarnaast ging een aantal wo
ningen in vlammen op, omdat de
Duitsers er bij wijze van strafge
richt een handgranaat in wierpen
of ontstond ernstige schade door
ontploffing bij het vervoer van
munitie (Erasmuslaan).
Wij zouden deze korte samen
vatting van de vernielingen in
onze stad graag laten volgen door
een opwekkender geluid, n.l. door
iets te vertellen van de plannen
die men koester ten aanzien van
de wederopbouw. Maar is men in
steden die voor een groot deel zjju
verwoest wel geslaagd, in Utrecht
met zijn incidentele schade mocht
het niet gelukken: er bestaan bij
de overheid blijkbaar geen plan
nen om bij het herstel leiding te
geven, wat dubbel te betreuren is
omdat de verwoesting van de 8tad
toch is ontstaan op enkele plaat
sen die van vitaal belang zijn en
men vraagt zich af of die leiding
niet dubbel gewenst zou zijn nu er
in onze stad nog altijd een grote
behoefte is aan hotels, restaurants
enz. Alles zal t.z.t worden beke
ken in het kader van het uitbrei
dingsplan, maar zover is men nog
niet.
Nu zijn er geen of weinig mate
rialen om te bouwen, straks zijn
die materialen er wel maar zijn er
misschien geen plannen en dan
zal naar wij vrezen en wellicht
\oor jaren het Leidseveer niet
de enige wonde plek zijn in een
6tad, die dankbaar heeft te zijn
voor het feit slechts in zo geringe
mate tol te hebben betaald aan de
oorlogsverwoesting. j