Prof. Van Everdingen leeft nog
geheel in de toekomst
6 JULI 1572 klopte de Vrijheid aan
op de poorten van Amersfoort
Feestprogram Mannenkoor'
2
Op de spelewei
Dankbare herinneringen van
een criticus
Ons Mannenkoor ging
Vele jaren hoofddirecteur van
K.N.M.I. te DeBilt
Eerste hoogleraar
in meteorologie
Veluwenaren in greep
der loodkoorts
SPLINTERTJE vertelt uit zijn jeugd
nieuwe wegen
Slechte bosbessenoogst
op de Veluwe
De Geuzen stonden voor de muren
van onze stad
Gilden in opstand
tegen stadsbestuur
Zaterdag 5 Juli 1947
Vijftig jaren doctor
Prof. Dr. E. VAN EVERD1NGEN
rentz), de Luchtvaartcommissie en
do eerste Radio-co nmissie. (.,Als ze
destijds, nu al een vijfentwintig jaar
geleden, ons advies hadden gevolgd,
was het noot zo n chaos n de radio
geworden"). Twintig jaar was hij
voorzitter van de Commissie voor
Landbouw-ecologi j.
Veel voordrachten voor weten
schappelijke instellingen beefy prof-
Van Everdingen gehouden en veel
UDER4VETS en deftig, goud op snee en gebonden in gebombeerd,
r ™art leer, ligt bet boek voor ons: „Metingen over het verschijnsel van
Hall en de toename van de weerstand in hel magnetische veld".
1't' '_5 hcl proefschrift, waarop de 24-jarigc E. van Evcrdingen op 7
Juli 1897 aan dc Lcidse Universiteit promoveerde tot doctor in do wis- en
natuurkunde.
En aan de ovcrzüde van dc tafel, in z\jn studeerkamer aan de Regentcsse-
laan tc Amersfoort, zit dc 74-jarige Prof. Dr. E. van Everdingen. oud-
h"°f "aar aan de Utrechtse Universiteit, oud-hoofddireoteur van het Ko-
iiuiklyk Meteorologisch Instituut te Dc Bilt, thans nog actief geleerde en
weerkundig medewerker aan ons blad.
NDANKS zijn hoge leeftijd heeft
zijn ongemene helderheid en
scherpte van geest prof. Van Ever-
dingen niet verlaten en het élan,
waarmee hij ous spfeekt over physi-
sche en weerkundige problemen, met
snelle invallen en onmiddellijk de
kern van de zaak grijpende, rake
opmerkingen, doet niet vermoeden,
dat deze wonderlijk vitale grijsaard
y.s. Maandag zijn gouden doctors-
jubileum viert.
Prof. Van Everdingen staat nog
midden in het leven. Iiij reist veel,
ook naar het buitenland en hij
maakt graag lange wandelingen in
'ie mooie omgeving van Amersfoort.
Hij leeft nog geheel voor zijn weten
schap. Dc boeken en papieren op
zijn schrijftafel getuigen er van en
de vruchten plukken o.a. de lezers
van zijn weerkundige beschouwin
gen in ons blad.
Deze geleerde leeft nog geheel in
de toekomst en het kost aan ook
enige moeite hem over het verleden
te laten vertellen. Maar tonslotto
krijgen w ij hem'' zo ver. Hij gaat
.snuffelen naar zijn dissertatie en an
dere schrifturen. „Mijn vrouw heeft
juist mijn boekenkasten opgeruimd",
moppert hij. „En u weet wei lioo dat
gaat. Dan kun je niets meer vin
den".
Maar zo langzamerhand komen
dan toch de gegevens los.
Van goede school
Studie bij Lorentz Kamerlingh
Onnes en Kluyyer te Leiden. Op
20-jarige leeftijd candidaatsexamen,.
met 22 jaar doctoraal en met 24 jaar
gepromoveerd. Id 1897 wordt de
jonge natuurkur.digo assistent bij
zijn promotor Kamerlingh Onnes,, de
bekende man van do lage tempera
turen (eryoge.en laboratorium waar
aan ook de naam \an Keesom ver
bonden ie) en in 1900 wordt hij te
Leiden privaat-docent.
Dan komt "n 1903 zijn benoeming
tot directeur van de eerste afdeling
(Waarnemingen te land) van het
Koninklijk Meteorologisch instituut
te De Bilt: in Februari 1905 wordt
hij tijdelijk en op 1 Januari 1907
definitief hoofddirecteur/ Tot enige
maanden' na het bereiken van zijrt
Gö-jarigc leeftijd, in 1938, heeft prof.
Van Everdingon hei KNMI geleid
en hij boekte daarmee de langste
diensttijd als hoofddirecteur na
Buys Ballot, .lie van 185-* tot 1890
de functie waarnam.
In 1910 werd aan dc Utrechtse
Universiteit een leerstoel in de me
teorologie ingesteld. Dr. Vau Ever
dingen werd de eerste (buitenge
woon) hoogleraar in dns land in de
meteorologie, de klimatologie en
oceanografie. Hij aanvaardde zijn
ambt op 17 October 1910 met een
rede over ..Dc derde, afmeting in de
weerkunde" en tot Februari 1946
heeft hij het professoraat waargeno
men.
Aller leermeester
Uit het bovenstaande is wel "dui
delijk dat vrijwel alle wetenschap
pelijk geschoolde meteorologen in
ons land door Prof. Van Everdin
gen zijn opgeleid. Lange tijd waren
er maar drie in ons land, behalve
Prof. Van Ever 'ingcn zei. de doc
toren Cannegieter en Bleeker. De
studenten die de colleges volgden,
waren meestal natuurkundigen en
geografen die meteorologie als bij
vak hadden genomen. De eerste ja
ren waren -er maar weinig liefheb
bers voor do colleges, het ene jaar
twee, het andere jaar tien en één
jaar geen enkele. Later is het aajj-
tal studenten in het va^ sterk toe
genomen en tenslotte had de «hoog
leraar er wel zestig onder zijn ge
hoor.
De grote vlucht, de de laatste
jaren het vliegwezen genomen heeft,
dped de behoefte aan geschoolde
meteorologen sterk toenemen en
deed de regering er. na veel ver- -
geèfs aandringen tenslotte toe be
sluiten het personeel van het KNMI
sterk uit te breiden. Tn 1897 was het
dertig man sterk, in 1938 vijftig.
Daarna, onder Cannegieter en Ve-
ning Meinesz, is eindelijk de ook
door Prof. Van Everdingen reeds
herhaaldelijk gevraagde noodza
kelijke utbredng gekomen waar
door het personeel thans uit 243
personen bestaat Waarvan er 43 eci\
wetenschappelijke opleiding hebben
gehad.
Velerlei arbeid
Hef is ondoenlijk de vele aange
legenheden te memoreren, waarmee
prof. Van Everdingen zich in de af
gelopen halve eeuw heeft bezig ge
houden. Wij sprvken over de eer
ste radio-weerberichtei. en nacht
vorstverwachtingen, »ver de storm-
Waarschuwingsdienst, die in 1916
naar De Bit kwam, ever de waar
schuwingsdienst bij aardappelziekte
etc. Maar behalve zijn professoraat
en zijn arbeid aan het "KNMI waren
er nog tal van andere zaken, die
"zijn wetenschanrelijke aandacht
vroegen. Zo was er ziin werk voor
het Norm; lisatiebureau en in ver
scheiden^ staatscommissies, de Wa-
terweg(?ornmissiv, de Zuiderzeecom-
missie (met zijn leermeester Lo-
heeft hij geschreven in buitenlandse
en binnenlandse tijdschriften („.He
mel en Dampkring" b.v.) en daarbij
zette hij zijn theorieën uiteen over
de depressies, de weervoorspelling
op lange termijn, de optische ver
schijnselen (kringen om de maaD
e.d.), het onweer etc* Bekend is zijn
boek .„Wolken, weer en winden"..
Een nieuw boek: „Algemene Klima
tologie'' i6 ter perse en aan een bio
grafie van Buys Ballot heeft de ge
leerde juist de laatste hand'gelegd.
Van verscheidene binnen- en bui
tenlandse wetenschappelijke acade
mies en colleges is prof. Van Ever
dingen-lid of erelid, van 1923 tot
1935 was bij b.v. president van bet
Internationaal Meteorologisch Co
mité. Hij is Ridder in de Orde van
de Nederlandse Leeuw en Comman
deur in do Orde van Oranje Nassau;
bovendien nog commandeur in de
Portugese Orde van San, Jago.
Het kan niet anders of wij komen
met prof. Van Everdingen nog te
spreken over de verschillende weer
kundige theorieën, o.a. over zijn
theorie met betrekking tot-de aard
en oorzaak der depressies. Volgens
do Noorse opvatting ziju deze lucht,
ilrukkingen afhankelijk van de golf
beweging aan het ZS- Poolfront,
waar do stromingen uit het Noor
don en Zuiden elkaar ontmoeten.
Volgens Van Everdingen is deze
echter van secundair belang en
moet de voornaamste oorzaak ge
zocht worden in temperatuurafwij
kingen in de stratosfeer.
Laten wij ons als leek echter
buiten de weerkundige prcblemen
houden. Laat ons dankbaar zijn dat
deze ver tuiten ons land bekende
Nederlander op hoge leeftijd niet
opgehouden heeft zijn veelomvatten
de kennis zijn grote intelligentie en
zijn nog jeugdige energie in dienst
te stellen van de wetenschap, voor
de geleerden ende leken.
De goudvondsten op de Noord
Veluwe hebben geen goldrush ten
gevolge gehad: hier baarden de
zandbergen een muis...*..
Maar volgens de laatste berich
ten bevindt zich op enkele plaatsen
in de Veluwse bodem thans een me
taal, dat een complete exodus van
mannen, vrouwen en kinderen ver
oorzaakt. Zelfs de bosbessen blijven
er voor staan.
Lood is het toverwoord, dat in
de schemeravond en. in dé vroege
morgenuren allerlei gelukzoekers
van heinde en ver haar de Hars
kamp lokt om daar op het uitge
strekte rijksschietterrein gewapend
met kolenschop of ander graafge-
reedscïiap, te pionieren, koortsach
tig de aarde om te woelen, op zoek
naar het zoal niet edele, dan.
toch kostbare metaal.
Achter de schietbanen liggen de
kogelvangers en in deze kunstma
tig - opgeworpen heuvels komt het
merendeel der afgeschoten projec
tielen terecht.
Daar zit het lood. Het lood van
de venijnige geweer- en mitrailleur
kogels, dat de vinder een prachtig
daggeld belooft, als het tenminste
waar is, dat sommige zwafte op
kopers er tot 8 gulden per kilo voor
neertellen en sommigen het tot 5
kilo per dag weten ,te brengen.
Natuurlijk is het verboden dat
loodzoeken, want de kogels behoren
zowel voor als na het gebruik aan
het Rijk en wie de vormloze klomp-
les of klompen uit de Harskambs
kogelvangers opdelft cc meeneemt
maakt zich aan diefstal schuldig.
Op de Noorderhei waren in het
begin van deze week zeker wel een
vijftigtal loodzoekers, groot en
klein, vol ambitie aan hot werk.
Delvers uit Otterloo en Kootwijk,
maar ook uit Arnhem en Apel
doorn. Driftig v/roetend, telkens
schuw op- en omkijkend, gereed op
het minste teken van onraad op
de vlucht te slaan, want oe mare
chaussee doet al het mogelijke om
deze merkwaardige invasie te ke
ren. Maar het lood lokt onweer
staanbaar, dc loodkoorts heeft vele
Veluwenaren aangestoken.
99
door
W. Meuldiik
384. We keken nog even tbe ho» die kranten
jongen zijn bladen weer bij elkaar zocht en lie
pen verder. „Hoe vindeu we nu die onzichtbare
vriend van jou, Splintertje?", bromde de pro-
fessoi: „Hoe moet je iemand vinicn, die jo niet
zien kunt, dat lukt nooit". Ik grinnikte en zei:
„We z|jn anders al aardig op het spoor, profes-,
sor. Daantje kunnen we niet zien, maar de stre
ken die hij uithaalt wèl. En dat geval hier met
die krantenjongen is vast zijn werk. Daantje zal
een beetje jaloers geworden zijn, omdat zijn
naam niet in de krant stond en die kranten
jongen heeft dat moeten ontgelden. „Aha", zei
Steekneus; „Dan is die Daantje nog niet *vèr
weg, want we waren vlakbij toen het gebeurde.
Kom mee, laten we vlug verder zoeken."
Wq begonnen te zoeken en liepen langzaam de
straten door, maar We dwaalden zoo een half
uur door de stad en zagen niets, wat op# de aan
wezigheid van Daantje kon duiden. Hoewel de
professor veel langer was dan ik, zonk de moed
hem toch veel sneller in de. schoenen. „Het is
hopeloos", zuchtte hij: „Laten we de kortste weg
terug nemen naar het station en naar huis gaan;
we vind'cn hem nooit". Ik sjokte achter de pro
fessor aan, wist niets ,te \erzinnen maar keek
toevallig in een zijstraat. Wat ik zag, deed me
dadelijk stilstaan. Op het terras van een café
stond een klant met grote ogen naar zijn lege
bord te kijken, het broodje dat hij pas besteld
had was voor zijn ogen in de lucht verdwenen.
Aan de andere kant van de straat, zat een slun-
-■gel van een jongen, die bezig geweest was een.
kleiner ventje te slaan, hard te huilen omdat hij
plotseling door een harde oorvijg gestoojd was..
„Kom mee, professor", riep ik blij: „Deze straat
in, Daantje is jn de buurt!" 4
ONS Mannenkoor gaat jubileren.
Ik herinnér my nog zeer goed
mijn eerste kennismaking met 't
koor als gewoon belangstellende
muziekminnaar. Het programma
was van die aard, zoals goede man
nenkoren waar ook ter wereld uit
voeren: echto.gebruiksmuziek, kun
dig geschreven door vakmensen,
niaar uit artistiek oogpunt niets bij.
zonders of nieuws. Er was ree.Is
een kentering gaande, maar nog
zewr weinig was daarvan te bespeu
ren in de programma's ook van
goede koren. En goed was de zang
van het Mannenkoor toen reeds.
Enkele jaren later tot het moei
lijke en vaak ondankbare ambt van
muziekrecensent geroepen, kon ik
mijn zienswijze officieel kenbaar
maken, moest 't zelfs doen op 't
gevaar af misverstand te bejfegenen.
Dat is dan. ook prompt gebeurd.
Maar niet bij de dirigent Gerrit van
den Burg, die mijn in het vuur van
"t gevecht misschien ietwat fel ge
formuleerde recensies en conclusies
steeds als mens en als musicus
heeft verdedigd. Ik wist van z|jn
stille strijd om de vernieuwing van
programma en mijn taak in een uog
stille vennootschap in deze strijd.
Met dat al was ik toch allengs de
„gevreesde" zou" een te grote
„eer" geweest z|jn niet graag
'geziene vijand van velen onzer
mannenkoor-zangers geworden,
wie de eer van hun koor boven al
les ging.
Toen ik naar aanleiding van mijn
toenmalige rubriek „Muzikale wa
ddingen'* in het vroegere Dagblad
odk eens ecn^ Mannenkoor-repetitie
binnenviel, was de kruitdamp nog
niet geheel van het strijdtoneel op
getrokken. Nog was ik niet de
vriend vaD het koor, die ik nu wel
mag heten. Maar wij hebben op die
avond elkaar beter begrepen.
Daarvoor ben ik dankbaar. Och,
het doet je goed, als je hulp wordt
aanvaard, als men het op z'n minst
gezegd, fie moeite waard vindt, om
het geschrevene te overdenken. An
ders blijft 't preken voor dovemans,
oren.
Artistieke balans
Gerrit van den Burg heeft reeds
op een andere plaats de artistieke
balans opgemaakt. Wat er nu eigen
lijk negatief is, weet ik niet, of hij
zou zijn volhardende strijd om ver
nieuwing en verbetering als zoda
nig willen beschouwen. Maar dit
zijn in ieder geval de onkosten, het
werk, dat in dè loop der jaren zo
menige mooie artistieke vrucht
heeft afgeworpen. En hier begint
mijn dankbare herinnering op volle
toeren te komen. Bij mijn opsom
ming maak ik geen aanspraak op
juiste chronologische volgorde. Bo
venaan staat het onvergetelijke her
denkingsconcert 1945 met een her
haling van de zeer interessante
Psalm 126 van Giovanni Legrenzi
en het grootse „Requiem" van
Luigi Cherubini. Aan de psalm.had
ik nog prettige herinneringen tijdens
een van de eerste kerkuitvoeringen,
die 't Mannenkoor in de St Joriskevk
gaf (op welke avond George Stam
,n meesterlijke samenwerking met
't orkest o.l.v. Gerrit v. d. Bur£ het
Hündel-concert in d kl. t. speelde).
Op deze plaats onder de wyde
acoustisch zo gevoelige gewelven
klonk ook de met elke uitvoering
groeiende groep „klassieke polv-
phonie" veel serener dan in de
concertzaal. Hoe gaaf was 't stem-
menweefse] van „SofLve", van „In-
nocentes", beide van Palestrina en
de aandoenlijke ingetogenheid van
tla Vittoria's „Miserere"!
In de rubriek kerkconcerten mag
ik dan ook niet vergeten de kaart
traditioneel geworden Kerstuitvoe
ringen op de middag van de tweede
Kerstdag.
De modernen
En dan de modefnen! Wij zijn er
zo langzaam aan geweend geraakt,
dat 't haast iets vanzelfsprekends
s Hieronder volgt het feest-programma van het Amersfoorts Man-
nenkoor bij de viering van het veertig-jarig bestaan.
5 Juli 1947: Zaterdag, des morgens 10.00 uur: reünie leden en dames,
oud-leden, i.i het repetitie-lokaal, Leusderweg 43.
Intieme herdenking 40-jarig bestaan.
Huldiging oprichters A.M.K.
Van 11—12 uur: CariUonbespeJing O.L. Vr. Toren.
's Middags 1.30 uur: opstellen van de koorleden bij het repetitie- j
lokaal. Vertrek 1.45 uur met begeleiding van de R.K. Muziek- j
vereniging „Wilskracht" en de Amersfoortse Politie-Harmonie, I
naar de Int. School voor Wijsbegeerte.
Van 3 tot 5 uur: receptie in de zaal van de Int. School voor
Wijsbegeerte.
Van 5 tot 6 uur: een korte verpozing.
Van 6 tot 8.30 uur: een maaltijd voor de leden en dames, aan-
geboden door de dames van de léden.
Van 8.30 tot een Bonte Avond met bal in en buiten de zaal j
van de Int School voor Wijsbegeerte.
7 Juli 1947: Maandag, des avonds van 8—10 uur: voor de leden, dames i
en genodigden een Feestconcert op het terras van „Amicitia", j
aangeboden door de Amersfoortse Gemeenschap aan het koor j
en de burgerij, verzorgd door de R.K. Muziekvereniging „Wils-
kracht", afgewisseld met enige zangnummers van A.M.K.
Van 1012 uur.' bal in de foyer van .Amicitia". -j
9 Juli 1947: Woensdag, des avonds 8 uur: Gala-avond „A.M.K.- j
Revue" in Amicitia, voor de leden, dames en genodigden.
10 Juli 1947: Donderdag, des avonds 8 uur: A.M.K.-Revue in Amicitia
voor de donateurs en dames.
11 Juli 1947: Vrijdag, des avonds 8 uur: A.M.K.-Revue in Amicitia
voor stadgenoten, tegen entrée.
12 Juli 1947: Zaterdagmiddag, autotocht met onbekende bestemming
voor de werkende leden.
Voor de kinderen van de leden een rijtour, verzorgd door het
dames-comité
16 Juli 1947: Woensdagmiddag, opvoering van een kinderoperette
voor de kinderen van de leden, verzorgd door het Dames-comité.
Tot slot 'in October 1947, groot feest-concert, met medewerking van'
solisten en een symphonie-orkest.
geworden is, .op een Mannenkoor-
prograröma ook" deeigentijdse
scheppingen te vinden: Sem Dres
den, Anna BordewykRoepman,
Henk Badings, Willem Pijper al
len waren op de. duur met ten min
ste een voor hun stijl typisch werk
vci'tegenwoordigd. En dat heeft stu
die" gekost, volharding van dirigent
en koorleden! Misschien is de echte
warme stemming tegenover deze
muziek nooit in die mate gegroeid
als b.v, tegenover de Volksliederen
uit Hongarije en Roemenië in Bol a
Bartok's meesterlijke koorzetting.
Maar dat geeft niet, dat zal nog
wel groeien. In ieder geval: het
Mannenkoor heeft ons op deze ma
nier op de hoogte des tijds gehou
den en overtuigd van zijn verant-
woordingsbewustzijn tegenover de
grote gemeenschap van zijn vrien
denkring.
Juist dit laatste moet iedereen
dankbaar stemmen. Nooit is er te
vergeefs beroep gedaan op het koor
als' 't gold voor een of ander 'goed
doel te concerteren of een volks
feest op te luisteren. Wel werden
bij -die gelegenheden soms wat erg
versleten paradepaarden van stal
gehaald, maar zelfs een notorischo
kritikaster begrijpt, dat 't bij de
vele vragen om medewerking on
mogelijk was. om telkens weer met
nieuw werk tc komen.
Een vaste plaats
Zelf een hechte grote familie
gemeenschap wonderlijk hecht
zelfs als men bedenkt uit hoeveel in
hun particuliere leven uiteenlopen
de mensen zij is samengesteld
heeft 't Mannenkoor van lieverlee
zijn vaste plaats in het culturele
leven van onze stedelijke gemeen
schap gekregen. Het Mannenkoor
trok en trekt nog uit naar
onze ziekenhuizen en gestichten,
om -de zieketi door zijn zang een
beetje schoonheidsontroering en
daarmede afleiding van hun lijden
te.brengen; Al dit spreekt niet zo
maar van zelf, zoals velen geneigd
zullen zijn aan te neqieii. En daar
om past hier een bijzonder woord
van dankbare erkenning, du ons
koor terug gaat zien op een veertig-
jarig verleden.
Moge het zo blijven, moge ons
Mannenkoor aan Innerlijke kracht
en artistiek vermogen blijven groei- j
en, onder de bekwame leiding van^
Gerrit van den Burg. Moge de feest
viering tót in alle finesses* slagen
en een niéuwe bron worden van
kracht voor het komende werk. Er
staan grote dingen op stapel. En
als die dan met verve van de artis
tieke helling i.c, het podium ruisend
de zaal in glijden, zal weer eens te
meer blijken, dat het „Mannenkoor"
werkelijk in' het midden van onze
genieenschap staaf.
H. M. S.
De bosbessenpluk In de bossen
in de omgeving van Apeldoorn,
welke Vrijdag j.l. officieel is be
gonnen, levert dit jaar slechts
geringe resultaten op.
Naar schatting bedraagt de op
brengst niet meèr dan een tiende
tot een kwart van 1946, Hoewel
de prijzen, dio de opkopers beta
len, weer stijgen van 75 cent
per pond tot 90 cent a een gulden
heeft de geringe opbrengst ook
de liefhebberij voor het plukken
reeds na d© eerste dag aanzien
lijk doen dalen.
Aller hoop is thans nog geves
tigd op jje riapluk. die als het
spoedig rijkelijk S^at regenen,
nog kan meevallen. Blijft het
droge weer echter aanhouden,
dan kap men gerust van een mis
lukt tiosbéssenjaar spreken.
smekend om binnengelaten te wor
den. Doch: „De Poorten wierden
voor haar gesloten, soodat sy van
de Geusen onder de muyren van de
Stadt doort „geschoten worden,
ende eenige gevangen.
Stadsregering contra
het gemene volk
Deze houding' van de stedelijke
overheid tegenover'de troepen van
de wettige regering had wel z'n
reden: de zeer sterke anti-Spaanse
gezindheid van het Amersfoortse
„gemene volk".
Tot de 5e Juli, dus de vorige
dag, had de stadsregering nog ge
staan aan de kant van de Spaanse
koning. Want reeds kort na de val
van Den Briel stelden vooraan
staande Amer3foortèrs, onder dg
leiding van oud-burgemeester
Adriaen van Egmont „een zeer
edel -man die het katholiek geloof
met hart en ziel was toegedaan"
(aldus de historieschrijver Van Is-
selt), alle pogingen in het werk
„om.de burgers binnen de perken
hunner plichten te houden." Maat
regelen werden genomen, om aan
elke aanval weerstand te kunnen
bieden. Zo werd op 5 Mei 1572 aan
de poorters bevolen, „de hameyden
gestadich gesloeten te houden op
de ghenen, die in en uyt comen."
In de Kamppoort werden twee nieu
we deuren gehangen, terwijl *n de
Sljjkpoort (de Arnhemse Poort)
een nieuwe hamey werd gemaakt.
Groeiende spanning
Op ié Juni gaf de Overheid last
tot het opwerpen van bolwerken bü
de Coppelpoort en de Triesgenpoort
(Hciligenbergerweg). De opgaHnde
wilgenbomen aan de stadsmuren
werden verkocht en omgehakt. Op
25 Juni werden in de verschillende
stadswijken personen aangesteld
om het aanwezige koren op te
schrijven en zozeer was men op de
komende gebeurtenissen voorbereid
dat op 26 Juni gelast werd. ,.aen
den Camppoort aen d'eerste deur
te doen maecken een slachboom,
in den Utrechtsche poort een schot
hek, terwijl by advys (advies)
van sestienen" (de 16 Raden) ge
ordonneerd werd, dat de Utrechtse
poort t.nae expae van dese week
eenmael daogs en de Slykpoort des
merekedags slechts geopend
mocht worden.
Op 1 Juli werd een resolutie aan
genomen, dat men de Stadhouder,
de bekende Graaf van Bossu die
in 1567 tijdelijk door Margaretha
van Parma in de plaats van de
uitgeweken Oranje over Holland.
Zeeland en Utrecht was aangesteld
zou verzoeken de stad te voor
zien van „crysvolk van zyn Majes
teit".
De 4e Juli verklaarden zich de
Regeerders der stad met de Raad
van zestienen cn andere van de
aanzienlijkste burgers bereid, een
JN den selven jare (1572) op
de Octave Petri ende Pauli
naar de middag worde de Kloeke
geslagen." Zo lezen we ip. de
oude kloosterkroniek van het
Amersfoortse Sint Aagten Cpn-
vent. ..Daar was groot gerugt in
de ..Stadt. alsoo de Geusen voor
de Stadt kwamen."
Drie maanden tevoren was, door
een stoutmoedige daad van een
paar honderd Watergeuzen, Den
Brlel In de handen van de opstan
delingen gevallen. Diep was de in
druk, welke deze inname op de
Hollanders maakte en overal sta
ken de aanhangers van Willem de
Zwijger het hoofd op. Vllssingen
zetfe z'n poorten wijd voor de Geu
zen open; het schippersvolk van
Enkhulzen verklaarde zich tegen
de zin van de stedelijke overheid
op 21 Mei 1572 voor de Prins, ge
volgd door de steden Hoorn, Alk
maar, Edam, Monnikendam en Pur-
morend.
Ook het Zuidelijk deel yan Hol
land raakte in grote beroering. Op
19 Juni overrompelde een kleine
bende Geuzen het. stadje Oudewa
ter; twee dagen later vólgde Gouda
en weer een paar dagen later ver
klaarde Leiden zich voor Oranje.
In het Gelderse had dc zwager van
Prins Willem, de Graaf van den
Berghr met een huurleger van bij
eengeraapte Duitse landsknechten
eerst Zutphen, Doetinchem en
Doesburg bezet en later 's Heeren-
berg en Harderwijk ingenomen.
Niet onwaarschijnlijk nu doel
de de non, die, gebogen over de
perkamenten bladen van de
kroniek, de belangrijke Amers
foortse gebeurtenissen dier da^
gen boekstaafde, op de vluch
tende Spaanse bezetting uit
laatstgenoemde plaats,'toen ze
haar relaas vervolgde: „Des
Coninks volk kwam verjaagd
van de Geusen, ende versogt
in de Stadt te koomen."
Voor onze geest zien we de
Spanjaarden vluchten uit Harder
wijk paar de veiligheid binnen de
sterke Amersfoortse muren, op de
hielen nagezeten door de krijgsben
den van de graaf Van den Bergh.
In gedachten zien we hen staan
voor Bloemendal en de Koppel,
CAn J»poo?7~
vendel Spaanse knechten in tc ne-
men en Bossu in alles te gehoor*
zamen. Dezelfde dag werd aan 137
Amersfoortérs de eed van trouw
afgenomen.
Verzet van 't gemeen volk
Doch de „treffelixste" burgers
hadden buiten de waard gerekend,
in dit geval buiten "tgemeen volk".
Want bij het horen van het voor
nemen der stadsregering om een
vaandel Spaanse soldaten binnen
de muren te ontvangen, liepen de
Amersfoortse ambachtslui te hoop.
Welke de reden was van het zo
plotseling oplaaiend verzet, weten
we niet. Misschien was het wel,
omdat ook toentertijd de oorlogs
lasten grotendeels neerkwamen op
do schouders van de eenvoudige
man, maar In elk geval was de
reactie op het besluit van de vroe
de vaderen bliksemsnel, want nog
dezelfde dag „des naemlddaegs"
verklaarden de ouderweden en bus-
meeslcrs van het Smedengilde, van
het Weefvcrsgllde, het Clcermae-
kersgild, der B.veihouwers en der
Creniers, dat hare gildebrocders
gemeen vergadert zyn. die welcke
geresolucert hadden, dat sylieden
nyet van menynge en waeren eeny-
ge knechten in dese stadt te laeten
coemen".
Het bleef niet alleen bij de nogal
tam gestejde verklaringen van de
Gilden. Het verhaal hetwelk de ge
schiedschrijvers Va*/ Bemmcl en
Van Rootselaar ons van de gebeur
tenissen dier dagen geven, leert
ons, dat zich bij de vuist-op-de-con-
fercntietafel van de smid Lubbert
■Francken het wapengekletter bui
ten op straat voedde. Het was dan
ook geen groot wonder, dat op 5
Juli reeds de dag dus na die
van de onderwerping aan de beve
len van Bossu de Regeerders,
de Raad van Zestienen en de ande
re „treffelixste borgeren" bakzeil
haalden en aan „mijn Heere van
Grousbeeck. Stadthouder over die
lande van Utrecht" berichtten, dat
zij zeer gaarne het vendel Spaanse
knechten zouden willen accepteren,
maar dat de uitvoering van hun
voornemen werd belet door het ge
wapend verzet van 't gemeen volk.
Als dan na een nacht van
spanning de zon boven de Gel
derse heuvels uitrijst en haar
eeuwoude schaduwenspel met
de prachtige lijnen van de hoge
Lieve Vrouwe toren herbegint,
wanneer de wachtposten op de
zeven poorten en de 38 rondee-
len zich voor de aflossing ge
reedmaken, ontwaakt Amers
foort op een dag, die gedenk
waardig zal worden in de ge
schiedenis der stad. Het is de
Zondag van de 6e Juli 1572, het
Octaaf van Petrus en Paulus,
waarop tegen de middag de
zware alarmklok van de Sint
Joris werd geluid en nu 375
jaren geleden de vrijheid
aanklopte op de poorten van
onze veste.
Dan slaat voor Amersfoort eêïi
dichtbeschreven blad van het oude
boek de geschiedenis om, en wordt
ook onze stad met heel haar maat
schappelijk en geestelijk leven ge
worpen in de maalstroom van de
Plattegrond van Amersfoort in 1560 naar de beroemde kaart van Jacob
van Deventer,.aanwezig in het bekendemaar veel te weinig bezochte
Amersfoortse museum Fléhite
grote Opstand.
P. S. TEELING.
Geeft U mij maar
een vliegtuig!
Een vliegtuig is In Australië
goedkoper en gemakkelijker te
krijgen dan een nieuwe auto.
De verkoopcommissie van het
gemenebest fyceft 20 Amerikaanse
Lockheed-IIudson bommenwer
pers te koop aangeboden voor
1000pond sterling (3.240 dollar
of ongeveer 8640 gulden) per stuk,
een prijs die lager is dan voor con
nieuw©, Amerikaanse* of Britse
luxe-wagen moet worden neerge
teld.
Volgens d© verkopers van de
commissie kunnen de toestellen,
die natuurlijk van hun oorlogs-
"uitrusting zijn ontdaan, ongeveer
210 kilometer per uur afleggen en
.gebruikt worden als passagiers-
en als vrachttoestellen op d© bin
nenlandse luchtlijnen.
De tentoonstelling van het werk
van de Franse schilder Pierre Bon-
nard in het Stedelijk Museum te
Amsterdam zal alsnog worden open
gesteld op 7 en 8 Juli.
Zaterdagmiddag opent de heer
H. van Wieringen een tentoonstel
ling van schilderijen door J. Meine
Jansen in d'Oude Lanteern, Muur-
huizen 227—229 Amersfoort.