Prof. Van Everdingen leeft nog geheel in de toekomst 6 JULI 1572 klopte de Vrijheid aan op de poorten van Amersfoort Feestprogram Mannenkoor' 2 Op de spelewei Dankbare herinneringen van een criticus Ons Mannenkoor ging Vele jaren hoofddirecteur van K.N.M.I. te DeBilt Eerste hoogleraar in meteorologie Veluwenaren in greep der loodkoorts SPLINTERTJE vertelt uit zijn jeugd nieuwe wegen Slechte bosbessenoogst op de Veluwe De Geuzen stonden voor de muren van onze stad Gilden in opstand tegen stadsbestuur Zaterdag 5 Juli 1947 Vijftig jaren doctor Prof. Dr. E. VAN EVERD1NGEN rentz), de Luchtvaartcommissie en do eerste Radio-co nmissie. (.,Als ze destijds, nu al een vijfentwintig jaar geleden, ons advies hadden gevolgd, was het noot zo n chaos n de radio geworden"). Twintig jaar was hij voorzitter van de Commissie voor Landbouw-ecologi j. Veel voordrachten voor weten schappelijke instellingen beefy prof- Van Everdingen gehouden en veel UDER4VETS en deftig, goud op snee en gebonden in gebombeerd, r ™art leer, ligt bet boek voor ons: „Metingen over het verschijnsel van Hall en de toename van de weerstand in hel magnetische veld". 1't' '_5 hcl proefschrift, waarop de 24-jarigc E. van Evcrdingen op 7 Juli 1897 aan dc Lcidse Universiteit promoveerde tot doctor in do wis- en natuurkunde. En aan de ovcrzüde van dc tafel, in z\jn studeerkamer aan de Regentcsse- laan tc Amersfoort, zit dc 74-jarige Prof. Dr. E. van Everdingen. oud- h"°f "aar aan de Utrechtse Universiteit, oud-hoofddireoteur van het Ko- iiuiklyk Meteorologisch Instituut te Dc Bilt, thans nog actief geleerde en weerkundig medewerker aan ons blad. NDANKS zijn hoge leeftijd heeft zijn ongemene helderheid en scherpte van geest prof. Van Ever- dingen niet verlaten en het élan, waarmee hij ous spfeekt over physi- sche en weerkundige problemen, met snelle invallen en onmiddellijk de kern van de zaak grijpende, rake opmerkingen, doet niet vermoeden, dat deze wonderlijk vitale grijsaard y.s. Maandag zijn gouden doctors- jubileum viert. Prof. Van Everdingen staat nog midden in het leven. Iiij reist veel, ook naar het buitenland en hij maakt graag lange wandelingen in 'ie mooie omgeving van Amersfoort. Hij leeft nog geheel voor zijn weten schap. Dc boeken en papieren op zijn schrijftafel getuigen er van en de vruchten plukken o.a. de lezers van zijn weerkundige beschouwin gen in ons blad. Deze geleerde leeft nog geheel in de toekomst en het kost aan ook enige moeite hem over het verleden te laten vertellen. Maar tonslotto krijgen w ij hem'' zo ver. Hij gaat .snuffelen naar zijn dissertatie en an dere schrifturen. „Mijn vrouw heeft juist mijn boekenkasten opgeruimd", moppert hij. „En u weet wei lioo dat gaat. Dan kun je niets meer vin den". Maar zo langzamerhand komen dan toch de gegevens los. Van goede school Studie bij Lorentz Kamerlingh Onnes en Kluyyer te Leiden. Op 20-jarige leeftijd candidaatsexamen,. met 22 jaar doctoraal en met 24 jaar gepromoveerd. Id 1897 wordt de jonge natuurkur.digo assistent bij zijn promotor Kamerlingh Onnes,, de bekende man van do lage tempera turen (eryoge.en laboratorium waar aan ook de naam \an Keesom ver bonden ie) en in 1900 wordt hij te Leiden privaat-docent. Dan komt "n 1903 zijn benoeming tot directeur van de eerste afdeling (Waarnemingen te land) van het Koninklijk Meteorologisch instituut te De Bilt: in Februari 1905 wordt hij tijdelijk en op 1 Januari 1907 definitief hoofddirecteur/ Tot enige maanden' na het bereiken van zijrt Gö-jarigc leeftijd, in 1938, heeft prof. Van Everdingon hei KNMI geleid en hij boekte daarmee de langste diensttijd als hoofddirecteur na Buys Ballot, .lie van 185-* tot 1890 de functie waarnam. In 1910 werd aan dc Utrechtse Universiteit een leerstoel in de me teorologie ingesteld. Dr. Vau Ever dingen werd de eerste (buitenge woon) hoogleraar in dns land in de meteorologie, de klimatologie en oceanografie. Hij aanvaardde zijn ambt op 17 October 1910 met een rede over ..Dc derde, afmeting in de weerkunde" en tot Februari 1946 heeft hij het professoraat waargeno men. Aller leermeester Uit het bovenstaande is wel "dui delijk dat vrijwel alle wetenschap pelijk geschoolde meteorologen in ons land door Prof. Van Everdin gen zijn opgeleid. Lange tijd waren er maar drie in ons land, behalve Prof. Van Ever 'ingcn zei. de doc toren Cannegieter en Bleeker. De studenten die de colleges volgden, waren meestal natuurkundigen en geografen die meteorologie als bij vak hadden genomen. De eerste ja ren waren -er maar weinig liefheb bers voor do colleges, het ene jaar twee, het andere jaar tien en één jaar geen enkele. Later is het aajj- tal studenten in het va^ sterk toe genomen en tenslotte had de «hoog leraar er wel zestig onder zijn ge hoor. De grote vlucht, de de laatste jaren het vliegwezen genomen heeft, dped de behoefte aan geschoolde meteorologen sterk toenemen en deed de regering er. na veel ver- - geèfs aandringen tenslotte toe be sluiten het personeel van het KNMI sterk uit te breiden. Tn 1897 was het dertig man sterk, in 1938 vijftig. Daarna, onder Cannegieter en Ve- ning Meinesz, is eindelijk de ook door Prof. Van Everdingen reeds herhaaldelijk gevraagde noodza kelijke utbredng gekomen waar door het personeel thans uit 243 personen bestaat Waarvan er 43 eci\ wetenschappelijke opleiding hebben gehad. Velerlei arbeid Hef is ondoenlijk de vele aange legenheden te memoreren, waarmee prof. Van Everdingen zich in de af gelopen halve eeuw heeft bezig ge houden. Wij sprvken over de eer ste radio-weerberichtei. en nacht vorstverwachtingen, »ver de storm- Waarschuwingsdienst, die in 1916 naar De Bit kwam, ever de waar schuwingsdienst bij aardappelziekte etc. Maar behalve zijn professoraat en zijn arbeid aan het "KNMI waren er nog tal van andere zaken, die "zijn wetenschanrelijke aandacht vroegen. Zo was er ziin werk voor het Norm; lisatiebureau en in ver scheiden^ staatscommissies, de Wa- terweg(?ornmissiv, de Zuiderzeecom- missie (met zijn leermeester Lo- heeft hij geschreven in buitenlandse en binnenlandse tijdschriften („.He mel en Dampkring" b.v.) en daarbij zette hij zijn theorieën uiteen over de depressies, de weervoorspelling op lange termijn, de optische ver schijnselen (kringen om de maaD e.d.), het onweer etc* Bekend is zijn boek .„Wolken, weer en winden".. Een nieuw boek: „Algemene Klima tologie'' i6 ter perse en aan een bio grafie van Buys Ballot heeft de ge leerde juist de laatste hand'gelegd. Van verscheidene binnen- en bui tenlandse wetenschappelijke acade mies en colleges is prof. Van Ever dingen-lid of erelid, van 1923 tot 1935 was bij b.v. president van bet Internationaal Meteorologisch Co mité. Hij is Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw en Comman deur in do Orde van Oranje Nassau; bovendien nog commandeur in de Portugese Orde van San, Jago. Het kan niet anders of wij komen met prof. Van Everdingen nog te spreken over de verschillende weer kundige theorieën, o.a. over zijn theorie met betrekking tot-de aard en oorzaak der depressies. Volgens do Noorse opvatting ziju deze lucht, ilrukkingen afhankelijk van de golf beweging aan het ZS- Poolfront, waar do stromingen uit het Noor don en Zuiden elkaar ontmoeten. Volgens Van Everdingen is deze echter van secundair belang en moet de voornaamste oorzaak ge zocht worden in temperatuurafwij kingen in de stratosfeer. Laten wij ons als leek echter buiten de weerkundige prcblemen houden. Laat ons dankbaar zijn dat deze ver tuiten ons land bekende Nederlander op hoge leeftijd niet opgehouden heeft zijn veelomvatten de kennis zijn grote intelligentie en zijn nog jeugdige energie in dienst te stellen van de wetenschap, voor de geleerden ende leken. De goudvondsten op de Noord Veluwe hebben geen goldrush ten gevolge gehad: hier baarden de zandbergen een muis...*.. Maar volgens de laatste berich ten bevindt zich op enkele plaatsen in de Veluwse bodem thans een me taal, dat een complete exodus van mannen, vrouwen en kinderen ver oorzaakt. Zelfs de bosbessen blijven er voor staan. Lood is het toverwoord, dat in de schemeravond en. in dé vroege morgenuren allerlei gelukzoekers van heinde en ver haar de Hars kamp lokt om daar op het uitge strekte rijksschietterrein gewapend met kolenschop of ander graafge- reedscïiap, te pionieren, koortsach tig de aarde om te woelen, op zoek naar het zoal niet edele, dan. toch kostbare metaal. Achter de schietbanen liggen de kogelvangers en in deze kunstma tig - opgeworpen heuvels komt het merendeel der afgeschoten projec tielen terecht. Daar zit het lood. Het lood van de venijnige geweer- en mitrailleur kogels, dat de vinder een prachtig daggeld belooft, als het tenminste waar is, dat sommige zwafte op kopers er tot 8 gulden per kilo voor neertellen en sommigen het tot 5 kilo per dag weten ,te brengen. Natuurlijk is het verboden dat loodzoeken, want de kogels behoren zowel voor als na het gebruik aan het Rijk en wie de vormloze klomp- les of klompen uit de Harskambs kogelvangers opdelft cc meeneemt maakt zich aan diefstal schuldig. Op de Noorderhei waren in het begin van deze week zeker wel een vijftigtal loodzoekers, groot en klein, vol ambitie aan hot werk. Delvers uit Otterloo en Kootwijk, maar ook uit Arnhem en Apel doorn. Driftig v/roetend, telkens schuw op- en omkijkend, gereed op het minste teken van onraad op de vlucht te slaan, want oe mare chaussee doet al het mogelijke om deze merkwaardige invasie te ke ren. Maar het lood lokt onweer staanbaar, dc loodkoorts heeft vele Veluwenaren aangestoken. 99 door W. Meuldiik 384. We keken nog even tbe ho» die kranten jongen zijn bladen weer bij elkaar zocht en lie pen verder. „Hoe vindeu we nu die onzichtbare vriend van jou, Splintertje?", bromde de pro- fessoi: „Hoe moet je iemand vinicn, die jo niet zien kunt, dat lukt nooit". Ik grinnikte en zei: „We z|jn anders al aardig op het spoor, profes-, sor. Daantje kunnen we niet zien, maar de stre ken die hij uithaalt wèl. En dat geval hier met die krantenjongen is vast zijn werk. Daantje zal een beetje jaloers geworden zijn, omdat zijn naam niet in de krant stond en die kranten jongen heeft dat moeten ontgelden. „Aha", zei Steekneus; „Dan is die Daantje nog niet *vèr weg, want we waren vlakbij toen het gebeurde. Kom mee, laten we vlug verder zoeken." Wq begonnen te zoeken en liepen langzaam de straten door, maar We dwaalden zoo een half uur door de stad en zagen niets, wat op# de aan wezigheid van Daantje kon duiden. Hoewel de professor veel langer was dan ik, zonk de moed hem toch veel sneller in de. schoenen. „Het is hopeloos", zuchtte hij: „Laten we de kortste weg terug nemen naar het station en naar huis gaan; we vind'cn hem nooit". Ik sjokte achter de pro fessor aan, wist niets ,te \erzinnen maar keek toevallig in een zijstraat. Wat ik zag, deed me dadelijk stilstaan. Op het terras van een café stond een klant met grote ogen naar zijn lege bord te kijken, het broodje dat hij pas besteld had was voor zijn ogen in de lucht verdwenen. Aan de andere kant van de straat, zat een slun- -■gel van een jongen, die bezig geweest was een. kleiner ventje te slaan, hard te huilen omdat hij plotseling door een harde oorvijg gestoojd was.. „Kom mee, professor", riep ik blij: „Deze straat in, Daantje is jn de buurt!" 4 ONS Mannenkoor gaat jubileren. Ik herinnér my nog zeer goed mijn eerste kennismaking met 't koor als gewoon belangstellende muziekminnaar. Het programma was van die aard, zoals goede man nenkoren waar ook ter wereld uit voeren: echto.gebruiksmuziek, kun dig geschreven door vakmensen, niaar uit artistiek oogpunt niets bij. zonders of nieuws. Er was ree.Is een kentering gaande, maar nog zewr weinig was daarvan te bespeu ren in de programma's ook van goede koren. En goed was de zang van het Mannenkoor toen reeds. Enkele jaren later tot het moei lijke en vaak ondankbare ambt van muziekrecensent geroepen, kon ik mijn zienswijze officieel kenbaar maken, moest 't zelfs doen op 't gevaar af misverstand te bejfegenen. Dat is dan. ook prompt gebeurd. Maar niet bij de dirigent Gerrit van den Burg, die mijn in het vuur van "t gevecht misschien ietwat fel ge formuleerde recensies en conclusies steeds als mens en als musicus heeft verdedigd. Ik wist van z|jn stille strijd om de vernieuwing van programma en mijn taak in een uog stille vennootschap in deze strijd. Met dat al was ik toch allengs de „gevreesde" zou" een te grote „eer" geweest z|jn niet graag 'geziene vijand van velen onzer mannenkoor-zangers geworden, wie de eer van hun koor boven al les ging. Toen ik naar aanleiding van mijn toenmalige rubriek „Muzikale wa ddingen'* in het vroegere Dagblad odk eens ecn^ Mannenkoor-repetitie binnenviel, was de kruitdamp nog niet geheel van het strijdtoneel op getrokken. Nog was ik niet de vriend vaD het koor, die ik nu wel mag heten. Maar wij hebben op die avond elkaar beter begrepen. Daarvoor ben ik dankbaar. Och, het doet je goed, als je hulp wordt aanvaard, als men het op z'n minst gezegd, fie moeite waard vindt, om het geschrevene te overdenken. An ders blijft 't preken voor dovemans, oren. Artistieke balans Gerrit van den Burg heeft reeds op een andere plaats de artistieke balans opgemaakt. Wat er nu eigen lijk negatief is, weet ik niet, of hij zou zijn volhardende strijd om ver nieuwing en verbetering als zoda nig willen beschouwen. Maar dit zijn in ieder geval de onkosten, het werk, dat in dè loop der jaren zo menige mooie artistieke vrucht heeft afgeworpen. En hier begint mijn dankbare herinnering op volle toeren te komen. Bij mijn opsom ming maak ik geen aanspraak op juiste chronologische volgorde. Bo venaan staat het onvergetelijke her denkingsconcert 1945 met een her haling van de zeer interessante Psalm 126 van Giovanni Legrenzi en het grootse „Requiem" van Luigi Cherubini. Aan de psalm.had ik nog prettige herinneringen tijdens een van de eerste kerkuitvoeringen, die 't Mannenkoor in de St Joriskevk gaf (op welke avond George Stam ,n meesterlijke samenwerking met 't orkest o.l.v. Gerrit v. d. Bur£ het Hündel-concert in d kl. t. speelde). Op deze plaats onder de wyde acoustisch zo gevoelige gewelven klonk ook de met elke uitvoering groeiende groep „klassieke polv- phonie" veel serener dan in de concertzaal. Hoe gaaf was 't stem- menweefse] van „SofLve", van „In- nocentes", beide van Palestrina en de aandoenlijke ingetogenheid van tla Vittoria's „Miserere"! In de rubriek kerkconcerten mag ik dan ook niet vergeten de kaart traditioneel geworden Kerstuitvoe ringen op de middag van de tweede Kerstdag. De modernen En dan de modefnen! Wij zijn er zo langzaam aan geweend geraakt, dat 't haast iets vanzelfsprekends s Hieronder volgt het feest-programma van het Amersfoorts Man- nenkoor bij de viering van het veertig-jarig bestaan. 5 Juli 1947: Zaterdag, des morgens 10.00 uur: reünie leden en dames, oud-leden, i.i het repetitie-lokaal, Leusderweg 43. Intieme herdenking 40-jarig bestaan. Huldiging oprichters A.M.K. Van 11—12 uur: CariUonbespeJing O.L. Vr. Toren. 's Middags 1.30 uur: opstellen van de koorleden bij het repetitie- j lokaal. Vertrek 1.45 uur met begeleiding van de R.K. Muziek- j vereniging „Wilskracht" en de Amersfoortse Politie-Harmonie, I naar de Int. School voor Wijsbegeerte. Van 3 tot 5 uur: receptie in de zaal van de Int. School voor Wijsbegeerte. Van 5 tot 6 uur: een korte verpozing. Van 6 tot 8.30 uur: een maaltijd voor de leden en dames, aan- geboden door de dames van de léden. Van 8.30 tot een Bonte Avond met bal in en buiten de zaal j van de Int School voor Wijsbegeerte. 7 Juli 1947: Maandag, des avonds van 8—10 uur: voor de leden, dames i en genodigden een Feestconcert op het terras van „Amicitia", j aangeboden door de Amersfoortse Gemeenschap aan het koor j en de burgerij, verzorgd door de R.K. Muziekvereniging „Wils- kracht", afgewisseld met enige zangnummers van A.M.K. Van 1012 uur.' bal in de foyer van .Amicitia". -j 9 Juli 1947: Woensdag, des avonds 8 uur: Gala-avond „A.M.K.- j Revue" in Amicitia, voor de leden, dames en genodigden. 10 Juli 1947: Donderdag, des avonds 8 uur: A.M.K.-Revue in Amicitia voor de donateurs en dames. 11 Juli 1947: Vrijdag, des avonds 8 uur: A.M.K.-Revue in Amicitia voor stadgenoten, tegen entrée. 12 Juli 1947: Zaterdagmiddag, autotocht met onbekende bestemming voor de werkende leden. Voor de kinderen van de leden een rijtour, verzorgd door het dames-comité 16 Juli 1947: Woensdagmiddag, opvoering van een kinderoperette voor de kinderen van de leden, verzorgd door het Dames-comité. Tot slot 'in October 1947, groot feest-concert, met medewerking van' solisten en een symphonie-orkest. geworden is, .op een Mannenkoor- prograröma ook" deeigentijdse scheppingen te vinden: Sem Dres den, Anna BordewykRoepman, Henk Badings, Willem Pijper al len waren op de. duur met ten min ste een voor hun stijl typisch werk vci'tegenwoordigd. En dat heeft stu die" gekost, volharding van dirigent en koorleden! Misschien is de echte warme stemming tegenover deze muziek nooit in die mate gegroeid als b.v, tegenover de Volksliederen uit Hongarije en Roemenië in Bol a Bartok's meesterlijke koorzetting. Maar dat geeft niet, dat zal nog wel groeien. In ieder geval: het Mannenkoor heeft ons op deze ma nier op de hoogte des tijds gehou den en overtuigd van zijn verant- woordingsbewustzijn tegenover de grote gemeenschap van zijn vrien denkring. Juist dit laatste moet iedereen dankbaar stemmen. Nooit is er te vergeefs beroep gedaan op het koor als' 't gold voor een of ander 'goed doel te concerteren of een volks feest op te luisteren. Wel werden bij -die gelegenheden soms wat erg versleten paradepaarden van stal gehaald, maar zelfs een notorischo kritikaster begrijpt, dat 't bij de vele vragen om medewerking on mogelijk was. om telkens weer met nieuw werk tc komen. Een vaste plaats Zelf een hechte grote familie gemeenschap wonderlijk hecht zelfs als men bedenkt uit hoeveel in hun particuliere leven uiteenlopen de mensen zij is samengesteld heeft 't Mannenkoor van lieverlee zijn vaste plaats in het culturele leven van onze stedelijke gemeen schap gekregen. Het Mannenkoor trok en trekt nog uit naar onze ziekenhuizen en gestichten, om -de zieketi door zijn zang een beetje schoonheidsontroering en daarmede afleiding van hun lijden te.brengen; Al dit spreekt niet zo maar van zelf, zoals velen geneigd zullen zijn aan te neqieii. En daar om past hier een bijzonder woord van dankbare erkenning, du ons koor terug gaat zien op een veertig- jarig verleden. Moge het zo blijven, moge ons Mannenkoor aan Innerlijke kracht en artistiek vermogen blijven groei- j en, onder de bekwame leiding van^ Gerrit van den Burg. Moge de feest viering tót in alle finesses* slagen en een niéuwe bron worden van kracht voor het komende werk. Er staan grote dingen op stapel. En als die dan met verve van de artis tieke helling i.c, het podium ruisend de zaal in glijden, zal weer eens te meer blijken, dat het „Mannenkoor" werkelijk in' het midden van onze genieenschap staaf. H. M. S. De bosbessenpluk In de bossen in de omgeving van Apeldoorn, welke Vrijdag j.l. officieel is be gonnen, levert dit jaar slechts geringe resultaten op. Naar schatting bedraagt de op brengst niet meèr dan een tiende tot een kwart van 1946, Hoewel de prijzen, dio de opkopers beta len, weer stijgen van 75 cent per pond tot 90 cent a een gulden heeft de geringe opbrengst ook de liefhebberij voor het plukken reeds na d© eerste dag aanzien lijk doen dalen. Aller hoop is thans nog geves tigd op jje riapluk. die als het spoedig rijkelijk S^at regenen, nog kan meevallen. Blijft het droge weer echter aanhouden, dan kap men gerust van een mis lukt tiosbéssenjaar spreken. smekend om binnengelaten te wor den. Doch: „De Poorten wierden voor haar gesloten, soodat sy van de Geusen onder de muyren van de Stadt doort „geschoten worden, ende eenige gevangen. Stadsregering contra het gemene volk Deze houding' van de stedelijke overheid tegenover'de troepen van de wettige regering had wel z'n reden: de zeer sterke anti-Spaanse gezindheid van het Amersfoortse „gemene volk". Tot de 5e Juli, dus de vorige dag, had de stadsregering nog ge staan aan de kant van de Spaanse koning. Want reeds kort na de val van Den Briel stelden vooraan staande Amer3foortèrs, onder dg leiding van oud-burgemeester Adriaen van Egmont „een zeer edel -man die het katholiek geloof met hart en ziel was toegedaan" (aldus de historieschrijver Van Is- selt), alle pogingen in het werk „om.de burgers binnen de perken hunner plichten te houden." Maat regelen werden genomen, om aan elke aanval weerstand te kunnen bieden. Zo werd op 5 Mei 1572 aan de poorters bevolen, „de hameyden gestadich gesloeten te houden op de ghenen, die in en uyt comen." In de Kamppoort werden twee nieu we deuren gehangen, terwijl *n de Sljjkpoort (de Arnhemse Poort) een nieuwe hamey werd gemaakt. Groeiende spanning Op ié Juni gaf de Overheid last tot het opwerpen van bolwerken bü de Coppelpoort en de Triesgenpoort (Hciligenbergerweg). De opgaHnde wilgenbomen aan de stadsmuren werden verkocht en omgehakt. Op 25 Juni werden in de verschillende stadswijken personen aangesteld om het aanwezige koren op te schrijven en zozeer was men op de komende gebeurtenissen voorbereid dat op 26 Juni gelast werd. ,.aen den Camppoort aen d'eerste deur te doen maecken een slachboom, in den Utrechtsche poort een schot hek, terwijl by advys (advies) van sestienen" (de 16 Raden) ge ordonneerd werd, dat de Utrechtse poort t.nae expae van dese week eenmael daogs en de Slykpoort des merekedags slechts geopend mocht worden. Op 1 Juli werd een resolutie aan genomen, dat men de Stadhouder, de bekende Graaf van Bossu die in 1567 tijdelijk door Margaretha van Parma in de plaats van de uitgeweken Oranje over Holland. Zeeland en Utrecht was aangesteld zou verzoeken de stad te voor zien van „crysvolk van zyn Majes teit". De 4e Juli verklaarden zich de Regeerders der stad met de Raad van zestienen cn andere van de aanzienlijkste burgers bereid, een JN den selven jare (1572) op de Octave Petri ende Pauli naar de middag worde de Kloeke geslagen." Zo lezen we ip. de oude kloosterkroniek van het Amersfoortse Sint Aagten Cpn- vent. ..Daar was groot gerugt in de ..Stadt. alsoo de Geusen voor de Stadt kwamen." Drie maanden tevoren was, door een stoutmoedige daad van een paar honderd Watergeuzen, Den Brlel In de handen van de opstan delingen gevallen. Diep was de in druk, welke deze inname op de Hollanders maakte en overal sta ken de aanhangers van Willem de Zwijger het hoofd op. Vllssingen zetfe z'n poorten wijd voor de Geu zen open; het schippersvolk van Enkhulzen verklaarde zich tegen de zin van de stedelijke overheid op 21 Mei 1572 voor de Prins, ge volgd door de steden Hoorn, Alk maar, Edam, Monnikendam en Pur- morend. Ook het Zuidelijk deel yan Hol land raakte in grote beroering. Op 19 Juni overrompelde een kleine bende Geuzen het. stadje Oudewa ter; twee dagen later vólgde Gouda en weer een paar dagen later ver klaarde Leiden zich voor Oranje. In het Gelderse had dc zwager van Prins Willem, de Graaf van den Berghr met een huurleger van bij eengeraapte Duitse landsknechten eerst Zutphen, Doetinchem en Doesburg bezet en later 's Heeren- berg en Harderwijk ingenomen. Niet onwaarschijnlijk nu doel de de non, die, gebogen over de perkamenten bladen van de kroniek, de belangrijke Amers foortse gebeurtenissen dier da^ gen boekstaafde, op de vluch tende Spaanse bezetting uit laatstgenoemde plaats,'toen ze haar relaas vervolgde: „Des Coninks volk kwam verjaagd van de Geusen, ende versogt in de Stadt te koomen." Voor onze geest zien we de Spanjaarden vluchten uit Harder wijk paar de veiligheid binnen de sterke Amersfoortse muren, op de hielen nagezeten door de krijgsben den van de graaf Van den Bergh. In gedachten zien we hen staan voor Bloemendal en de Koppel, CAn J»poo?7~ vendel Spaanse knechten in tc ne- men en Bossu in alles te gehoor* zamen. Dezelfde dag werd aan 137 Amersfoortérs de eed van trouw afgenomen. Verzet van 't gemeen volk Doch de „treffelixste" burgers hadden buiten de waard gerekend, in dit geval buiten "tgemeen volk". Want bij het horen van het voor nemen der stadsregering om een vaandel Spaanse soldaten binnen de muren te ontvangen, liepen de Amersfoortse ambachtslui te hoop. Welke de reden was van het zo plotseling oplaaiend verzet, weten we niet. Misschien was het wel, omdat ook toentertijd de oorlogs lasten grotendeels neerkwamen op do schouders van de eenvoudige man, maar In elk geval was de reactie op het besluit van de vroe de vaderen bliksemsnel, want nog dezelfde dag „des naemlddaegs" verklaarden de ouderweden en bus- meeslcrs van het Smedengilde, van het Weefvcrsgllde, het Clcermae- kersgild, der B.veihouwers en der Creniers, dat hare gildebrocders gemeen vergadert zyn. die welcke geresolucert hadden, dat sylieden nyet van menynge en waeren eeny- ge knechten in dese stadt te laeten coemen". Het bleef niet alleen bij de nogal tam gestejde verklaringen van de Gilden. Het verhaal hetwelk de ge schiedschrijvers Va*/ Bemmcl en Van Rootselaar ons van de gebeur tenissen dier dagen geven, leert ons, dat zich bij de vuist-op-de-con- fercntietafel van de smid Lubbert ■Francken het wapengekletter bui ten op straat voedde. Het was dan ook geen groot wonder, dat op 5 Juli reeds de dag dus na die van de onderwerping aan de beve len van Bossu de Regeerders, de Raad van Zestienen en de ande re „treffelixste borgeren" bakzeil haalden en aan „mijn Heere van Grousbeeck. Stadthouder over die lande van Utrecht" berichtten, dat zij zeer gaarne het vendel Spaanse knechten zouden willen accepteren, maar dat de uitvoering van hun voornemen werd belet door het ge wapend verzet van 't gemeen volk. Als dan na een nacht van spanning de zon boven de Gel derse heuvels uitrijst en haar eeuwoude schaduwenspel met de prachtige lijnen van de hoge Lieve Vrouwe toren herbegint, wanneer de wachtposten op de zeven poorten en de 38 rondee- len zich voor de aflossing ge reedmaken, ontwaakt Amers foort op een dag, die gedenk waardig zal worden in de ge schiedenis der stad. Het is de Zondag van de 6e Juli 1572, het Octaaf van Petrus en Paulus, waarop tegen de middag de zware alarmklok van de Sint Joris werd geluid en nu 375 jaren geleden de vrijheid aanklopte op de poorten van onze veste. Dan slaat voor Amersfoort eêïi dichtbeschreven blad van het oude boek de geschiedenis om, en wordt ook onze stad met heel haar maat schappelijk en geestelijk leven ge worpen in de maalstroom van de Plattegrond van Amersfoort in 1560 naar de beroemde kaart van Jacob van Deventer,.aanwezig in het bekendemaar veel te weinig bezochte Amersfoortse museum Fléhite grote Opstand. P. S. TEELING. Geeft U mij maar een vliegtuig! Een vliegtuig is In Australië goedkoper en gemakkelijker te krijgen dan een nieuwe auto. De verkoopcommissie van het gemenebest fyceft 20 Amerikaanse Lockheed-IIudson bommenwer pers te koop aangeboden voor 1000pond sterling (3.240 dollar of ongeveer 8640 gulden) per stuk, een prijs die lager is dan voor con nieuw©, Amerikaanse* of Britse luxe-wagen moet worden neerge teld. Volgens d© verkopers van de commissie kunnen de toestellen, die natuurlijk van hun oorlogs- "uitrusting zijn ontdaan, ongeveer 210 kilometer per uur afleggen en .gebruikt worden als passagiers- en als vrachttoestellen op d© bin nenlandse luchtlijnen. De tentoonstelling van het werk van de Franse schilder Pierre Bon- nard in het Stedelijk Museum te Amsterdam zal alsnog worden open gesteld op 7 en 8 Juli. Zaterdagmiddag opent de heer H. van Wieringen een tentoonstel ling van schilderijen door J. Meine Jansen in d'Oude Lanteern, Muur- huizen 227—229 Amersfoort.

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1947 | | pagina 2