1 Augustus: Eenden jacht geopend
In Batavia op de eerste
dag der actie
Het Probleem van de Liefde
Moord ie de Ree Morgeel
Radio-programma
2
Nauw verbonden
met de natuur
Rood-witte vlaggen zijn uit de
stad verdwenen
De sfeer van Djogja
- door EDGAR ALLAN POE
Donderdag 31 Juli 1947
Vreemde onrust komt over enige
duizenden landgenoten
fi*EN vreemde onrust is in enige duizenden landgenoten gevaren. Gewe-
ren u-orden voor de zoveelste maal nageziende rubberlaarzen wor-
der nagekeken, riemen en ander leerwerk worden gecontroleerd en krij
gen met de leren laarzen een extra smeerseltje. Eenzelfde onrust is over
de kond \omendie iedere beweging zijns meesters met aandacht volgt
ۥ- als deze hel geweer ter hand neemt een korte roffel met zijn staart
slaat. Wat betekent deze merkwaardige spanning bij mens en dier? Is het
dan zulk een aangenaam en spannend werk zijn medeschepselen te do
den? Want dat toch is volgens veler mening de betekenis en het doel
van de jacht
tamme lokeenden h-ilen en gierend
omlaag suizen, Zij kunnen genieten
van onbeschrijflijk mooie zonsop
gangen boven ons heerlijk water
land. Weer anderen laten hun trou
we hond de rustige rietkragen door
zoeken, om later de gesprongen
eenden, die in de vlucht zijn ge
stuit, te zoeken en ter hand te bren
gen.
Jammer, dat de plaatsruimte be
let van dit alles te verhalen. Echter
geenszins om reclame te maken voor
deze mooie sport! Als wij tenminste
dit woord gebruiken mogen. Want
ware do jacht slechts sport, aan wel
ke schepselen Gods ten offer vallen,
zij zou niet te verdedigen zijn. De
jager weet dit en behoort dit te we
ten en daarom is zijn taak niet al
leen bet wild te bemachtigen, doch
voor alles het wild te beschutten en
te verzorgen, opdat de natuur niet
verarmt. Nauw verhonden met de
natuur, heeft de ware jager meer
eerbied voor het geschapene dan
menig ander. Scoieters en aasjagers
kunnen wij missen al: kiespjjn.
Geen misbruik
Nu Da de bevrijding het aantak
jachtaktebouders ontstellend is toe
genomen, voor een deel met lieden,
die aangelokt door te hoge wild-
prijzen slechts roofbouw plegen,
heeft de minister van landbouw in
overleg met Je minister van justi
tie dit jaar strenge eisen gesteld
voor de afgifte van jachtakten en
bepaald, dat ieder, die 'n jachtakte
ontvangt, moet hebben aangetoond
in de gelegenheid te zijn een aan
eengesloten veldje van tenminste
40 ha, waarin een cirkel beschreven
kan worden met eon straal van ten
minste 150 m, to bejagen. Voor zui
vere waterwildjacht, indien op het
terrein geen ander wild van bete
kenis voorkomt, is echter 1 ha vol
doende. Voorts zal er streng op wor-
1 Augustus! De eendenjacht ge
opend! In de regel Raat de eenden-
jacht even na half Juli open. De
lange cn barre wiotei is oorzaak
geweest, dat de broedtijd later dan
anders begonnen is en bet is dus
rationeel de jachttijd voor de
eenden later te doen aanvangen.
Wanneer de jacht opengaat moeten
de eenden jaagbaarzijn, d.w.z. goed
kunnen vliegen en voldoende wild
braad opleveren. Zo is dan nu de
opening op Vrijdag 1 Augustus ge
steld.
Laat ons een enkele momentop
name van de eendenjacht maken.
Ginds op het veld staat een mens
tegen een der niet erwten opgetaste
ruiters geleund, dio in lange rechte
rijen op de akker staan. Met welbe
hagen rookt hij zijn pijpje en zijn
spiedend oog glijdt langs do hemel,
die reeds avondtintcn begint te ver
tonen. al is de zon nog niet achter
de kim gedaald. Zyn luw zit naast
hem en laaf eveneens zijn blikken
rondwaren, doch verkent bovendien
met zijn gevoelige neus de omtrek.
Nauwelijks hoorbaar
Eensklaps wecrkl nkt een nauw-
lijks hoorbaar gesuis. Sneller dan
de gedachte beseft d© :r>ai» van wel
ke kant het komt; een vlugge blik
en dan drukt hij zich tegen de ach
terzijde van de ruiter. Met een kort
fluitsignaal waarschuwt hij zijn
makker, die aan de andere zijde van
het veld staat. Het gesuis neemt
snel toe en wordt fluitend van toon.
Zes eenden gieren met duizeling
wekkende snelheid omlaag en wil
len, een boog beschri|\ende, tussen
de crwtenruiters invallen. Dan be
speuren zij do tweede jager aan het
einde van het stuk en iflfct grote
vaart werpen zij zich weer omhoog
Eén eend schijnt een ogenblik in de
lucht t© be\rieztn, laat kon en nek
hangen en valt, voortijlend op haar
vaart, met een boog naar de aarde.
Eén wijkt terzijde uit vier andere
komen steeds klimmend op onze.
eerste vriend aan. die als uit steen
gehouwen wacht. Dan vliegt het ge
weer aan de wang, een kort rukje
omhoog en het schot is eruit; dan
zuigt het geweer zich vast aan de
vliegrichting van een tweede eend;
met oen snolle zwaai wordt de eend
achterhaald en gepasseerd on op
het moment, dat het geweer bijna
steil omhoog wijst, valt het tweede
6cbot. Een ogenblik later valt de
eerste eend kor* voor de voeten van
de schutte en even later slaat de
tweede met het peluid van een voet
bal in de tarwe. De bond is niets
ontgaan. Op het bvel: „apport!"
springt hij over de sloot en spoedig
komt -hij uit hot dichte gewas te
voorschijn met de eend los in zijn
vang. Dan zet hij zich neer voor
zijn baas en laat do zware bout !n
de eronder gehouden hand vallen.
Een prijzend woord en van vreug
de kwispelend loopt hij even rond.
l5an wordt weer gewacht op de
dingen die komen zullen, want ob
servatie in de vorige avond beeft
geleerd, dat de eendon hier de val
hebben en by tienwïllon de kroppen
tot berstens toe met erwten komen
laden.
Op de plassen
Ditissfechts één tafereel. Anderen
bejagen de eenden aan de plassen,
als zij in de vroege morgen op de
Zigeunerkoningin ter
aarde besteld
Honderden Zigeuners uit geheel
Australië zijn kort geleden naar
Sydney gekomen voor de begrafe
nis van de koningin van de Sterio-
stam der zigeuners, de 75-jarige
mevrouw Mary Sterlo.
Onder onafgebroken gebabbel,
nadat volgens het aloude gebruik
wijn over de kist was uitgegoten
eu zilveren munten in het graf wa
ren geworpen, werd de zigeuner-
koningin te rusten gelegd op het
Rookwoodkerkhof te Sydney.
Het lichaam van de koningin, In
kostbare zijde gewikkeld was acht
dagen lang In een rouwkamer te
Sydney opgebaard geweest in een
cederhouten vergulde kist, die ver
sierd was met zilverkleurige orna
menten volgens do begrafenisonder
neming was deze kist, die groter
dan normaal was, een van de duur
ste die in Jaren te Sydney waren
vervaardigd.
Op de dag van de begrafenis ver
zamelden tal van zigeuners zich in
de rouwkamer om bij het Ujk te
zingen en te weeklagen. Een vrouw
rookte een lange pyp tussen haar
snikken door en een man dronk
met lange teugen uit een fles, ter
wijl zyn tranen op de kist druppel
den. De rouwstoet werd voorafge
gaan door het plaatselijke fanfare
korps, dat de zigeuners voor deze
gelegenheid hadden afgehuurd. Alle
juwelen en sieradon der overleden
koningin waren in de kist gelegd.
Toen de kist in het graf werd
neergelaten, goot een vrouwelijk lid
van de stam er een fles wijn op
leeg en op een gegeven teken
wierpen allen zilveren munten in
lieten zich ln het graf zakken om
het graf. Verscheidene aanwezigen
de kist te kussen.
den toegezien, dat van do akte geen
misbruik wordt gemaakt om de
wildstand te vernietigen. Er is dus
geen sprake van toewijzingen door
commissies of door veie ambtena
ren, doch de jagers worden gedwon
gen door onderling overleg en door
ruiling tot een betero verdeling der
jachtvelden te komen. Daar kleine
re stukken niet mogen worden be
jaagd, kunnen doze feite!y< alleen
toevallen aan hen, die ermede bun
terrein kunnen completeren en inet
name ook aan de kleine jagers is
daardoor een kans geboden als
nooit te voren om een redelijk \eld
je te vormen, waarin zij wild kun
nen sparen en dat zij kunnen ver
zorgen.
„Ruilverkaveling"
In enkele strekca heeft reeds een
ware „ruilverkaveling" plaats ge
had, omdat samenwerking thans fil
ler belang is. Natuurlijk is de rege
ling lang niet volmaakt en zij zal
wellicht 'n menig opzicht gewijzigd
moeten worder. maar het is in ieder
geval verheugend, dat van over
heidswege wordt ingezien, dat bet
behoud van een matige wildstand,
voorzover met het landbouwbelang
verenigbaar, een nationaal belang
is.
Vermelden wij nog, dat van 1
Augustus af geschoten mogen wor
den de gewone wilde eend en de
houtduif, die niet tot he* wild be
hoort, doch in de broedt jd door do
Vogelwot wordt besc1 "rmd. Op 15
Augustus gaat do jacht open op de
talingen, slobben en do andere zgn.
„halve eenden" en op de watersnip
pen. 1 Septemher volgen dan de
patrijzen en de rest van het kleine
wild op 1 October. De jacht ou her
ten. die gedurende de bezetting
zeer geleden hebben, wordt dit jaar
niet geopend, terwijl thans gedu
rende een weck reebokken mogen
worden geschoten, terwijl in Janu
ari veertien dagen de jacht op ree-
geiten wordt geopend.
(Ingezonden mededeling)
prstf*'
A kef**
- Ti s;-JM
Na enige ogenblikken van volkomen spanning het wachten op het
opvliegen, het bepalen van afstand en -ichtcndan schieten, tot drie
maal toe C'.rcct achter elkaar. De h ond apporteert. Zie hier de buit.,..
(Van onze correspondent)
BATAVIA, 22 Juli 1947.
HET langverwachte militaire op
treden van de Nederlandse troe
pen is een feit geworden. De span
ning in Batavia was de laatste da
gen gestegen tot het kookpunt. Men
voelde dat er iets stond te gebeu
ren.
Geruchten over het aftreden van
generaal Spoor en niet bevestigde
verhalen over vernielingen, die de
T.R.I. zou uitvoeren op de hoog
vlakte bij Bandoeng deden er de
stemming niet beter op worden. Ook
de zeer kleine groep voorstanders
van de regeringspolitiek in dit land
werd het steeds duidelijker, dat
slechts een dramatische koerswijzi
ging van de regering Sjarifoeddin
nog uitkomst kon brengen.
Het isolement van het republi
keinse regeringscentrum, Djogja,
heeft niet weinig tot deze ongeluk
kige gang van zaken bijgedragen.
Immers wat in de cosmopolitische
sfeer van Batavia aannemelijk en
billijk leek, werd in Djogja als een
aanslag tegen de vrijheid en zelf
standigheid van de Republiek be
schouwd.
Als de geschiedschrijver zich later
een objectief beeld zal willen vor
men van wat er zich nu onder onze
ogen heeft afgespeeld dan zal hij er
verstandig aan doen zich goed in
te werken in de sfeer van Djogja.
In ieder geval is de teerling ge
worpen en wij kunnen slechts hopen,
dat het voor de Nederlandse rege
ring ongetwijfeld moeilijke besluit
niet zal leiden tot een verbreken
van de eeuwenoude band tussen
Nederlanders en Indonesiërs. Beide
landen zouden cr een onherstelbaar
verlies door lijden.
Uur van operatie N.
HET v/as opvallend stil in de an
ders zo drukke straten van
Batavia, die Zondagavond van de
20ste Juli. Reeds tegen een uur of
tien lagen de boulevards en pleinen
verlaten. Het leven leek verstild en
slechts het gesjirp van de krekels
en het karakteristieke geluid van de
tokeh was hoorbaar. Om ongeveer
half elf werd deze onnatuurlijke
stilte plotseling verbroken. Een aan
tal militaire trucks reden met grote
Letterkundige richtlijnen
door
Prof. W. A. P. SMIT
belicht door S. Vestdijk en Jean
ne van Schaik-U illink in hun
roman „De Overnachting"
(Uitg. Ent. Querido, A'dam '47)
EEDS meermalen is ons geble-
ken. hoe belangrijk de plaats
is. die Vestdijk onder de moderne
Nederlandse prozaïsten inneemt.
Telkens weer komt men met hem
in aanraking, hetzij rechtstreeks
(door zijn eigen werk), hetzij indi
rect (door zijn invloed). Voor een
evenwichtige ontwikkeling en een
veelzijdige bloei van ons proza zou
het intussen zeer te wensen zijn,
dat zijn dominerende persoonlijk
heid een natuurlijk tegenwicht vond
in een prozaïst van even groot allu
re. maar vin heel andere geaard
heid. -Sedert de dood van Arthur
van Schendel, die in de laatste tijd
zijn hoogtepunt trouwens reeds
voorbij was, is daarvan echter geen
sprake. Misschien zou op de duur
iemand als Rogier van Aerde
vcor wie ik een volgende maal Uw
aandacht hoop te vragen een der-
gelijk tegenwicht kunnen gaan vor
men, maai voorlopig is hij daaraan
toch niet toe en blijft Vestdijk on
der onze romanciers de onbetwiste
meester.
Enige tijd geleden heb ik (naar
aanleiding van de verschijning van
„Stomme getuigen") getracht het
eigenaardige karakter van zijn werk
te typeren; mijn conclusie luidde
toen: „de koude objectiviteit van de
zuiver wetenschappelijke werker is
voor hem kenmerkend. Zijn werk
is bijna altijd zeldzaam knap, maar
het mist elk spoor van mededogen
en persoonlijke belangstelling voor
zijn objecten". De nieuwe roman,
die hij tezamen met Jeanne van
Schaik-Willing schreef, bevestigt
opnieuw deze conclusie, zonder ver
der in enig opzicht een verrassing
te brengen.
Het is niet de eerste maal, dat
Vestdijk in samenwerking met een
ander een roman-in-brieven schreef.
In 1936 verscheen Heden ik. mor
gen g ij, waarbij de dichter Mars
man zijn partner was. Dit experi
ment heeft toen tot een mislukking
geleld: Marsman werd door Vest-
dijks felle en uitdagende analyse
van het „geval" te zeer op de ach
tergrond gedrongen dan dat van
een evenwichtige compositie nog
sprake kon zijn In De over
nachting heeft een dergelijke
overvleugeling van de partner zich
niet voorgedaan. Jeanne van Schaik
krijgt cr, meer dan indertijd Mars
man, haar kans of liever: zij
weet zich, romancière als zij Is,
sterker te doen gelden dan deze, die
ook in zijn roman-concepten in we
zen toch altijd lyrisch dichter bleef.
Volgens het apergu op de omslag
dat blijkbaar door de auteurs zelf
werd opgesteld, hebben zij hier een
poging willen wagen, om een ana
lyse te geven van de verschillende
aspecten der liefde: „verre van te
pretenderen, dat deze staalkaart dor
liefde volledig zou zijn, hebben zij
toch de illusie, van de voornaamste
vormen, waaronder liefde tussen
man en" vrouw zich voordoet, gewag
te hebben gemaakt". Tegen de ach
tergrond van deze bedoeling moet
men dus het korte overzicht van de
inhoud zien, dat ik hier volgen laat.
Overzicht van de
inhoud
Line Brose. studente in het En
gels, ontmoet op een vacantiereis in
Tirol, twee jonge Nederlanders: de
idealistische Egbert van Rheenen
en de cynische Justus Breevoort,
met wie zij een bergtocht onder-
neemt. Zij worden door de nacht
overvallen, terwijl bovendien Line
van een ijshelling afglijdt en op een
richel terecht komt, vanwaar terug
keer zonder hulp van een reddings
ploeg onmogelijk is. Egbert laat zich
dadelijk naar haar afglijden, om
haar gedurende de onvermijdelijke
overnachting, voordat er hulp komt
opdagen, door zijn nabijheid te be
moedigen en warm te houden; Jus
tus blijft boven om de hulpexpeditie
de weg te wijzen.
Dit gezamenlijke avontuur heeft
beide jongens liefde voor Line doen
opvatten. Zij wijst echter beiden of.
omdat zij niet tussen hen weet te
kiezen, cn trouwt kort daarop on
verwacht met de uitgever Marcel
Tuyl. Haar huwelijk met hem is
moeilijk, Marcel is een decadente fi
guur die haar telkens ontrouw is,
maar zij vindt een ietwat bitter ge
luk in het besef, dat hij haar nodig
heeft: „Want dat is het bijzondere
in Marcel, dat zijn liefdesavonturen
voor hem de noodzakelijke stimu
lans zijn om het leven te verkennen.
Het resultaat van deze verkenning
had een filosofische neerslag van
ideeën; die in hem in verband met
zijn belevingen werden geboren en
waarover hij later met rruj sprak en
waarvoor hij begrip bij mij ver
wachtte. Ik heb me altijd trots ge
voeld als hij me betrok in de gees
telijke werking van zijn leven,
daarin voelde ik een band. die hem
met mij verbond."
Door de plotselinge dood van Eg-
bert van Rheenen gaat Line zich
opnieuw in het verleden verdiepen;
zij zoekt schriftelijk contact met
Justus Breevoort, die romancier is
geworden cn in Parijs woont. Tot
zover is de gehele ontwikkeling
door Jeanne van Sehaik bepaald,
althans door haar beschreven. In de
brieven van Justus komt dan ech
ter Vestdijk aan het woord.
Justus* oude liefde voor Line is
door haar schrijven herleefd en be
wust stelt hij zich ten doel. haar
thans definitief voor zich te winnen.
Daartoe moet hij zowel haar roman-
tisch-dwepende herinnering aan de
idealistische Egbert -als haar bin
ding aan Marcel afdoende neutrali
seren. Hij doet dit. typisch Vest-
dijkiaans, niet zozeer langs positie
ve, als wel langs negatieve weg:
meer door de kracht van zijn argu
menten, dan door die van zijn lief
de. Uitgaande van dc zekerheid, dat
Line steeds van hèm gehouden
heeft, ook al is zij zich daarvan niet
bewust geweest, dwingt hij haar
door een meedogenloze analyse van
haar huwelijks- en gevoelsleven, tot
het tiekken van de consequenties
en het doen van de onafwendbare
keuze. Hij ontmaskert (met weinig
kiese middelen) Marcel als een per
verse bedrieger, die in zijn „beken
tenissen" aan Line niet uit reële
ervaringen, maar slechts uit zijn
fantasie putte om zodoende „van
de werkelijkheid geen last te heb
ben"': deze figuur, wiens huwelijks
verhouding mot Line toch al gecom
pliceerd en decadent genoeg was,
wordt dus nadrukkelijk nóg gecom
pliceerder cn decadcnter gemaakt.
Geen wonder dat Line hem verlaat
Een scheiding cn een huwelijk met
Justus volgen.
Knap, maar toch
onbevredigend
Vinden wij in dit verhaal nu wer
kelijk de „voornaamste vormen
waaronder liefde tussen man en
vrouw zich voordoet"? Maar de
normale, zo men wil de banale,
vorm dan? Of moeten wij aannemen
dat deze vertegenwoordigd wordt
door de liefde tussen Line en Jus
tus? Dat is toch nauwelijks aan
vaardbaar. Want is Line na haar
tienjarig „huwelijk" met Marcel nog
wel blijvend tot een dergelijke nor
male liefde in staat? En heeft zij
gelijk, wanneer zij ten slotte toe
geeft dat Egbert een naïeve dilet
tant was en dat achter het cynisme
van Justus de werkelijke idealist
schuilt, die „als kunstenaar en den
ker, gehoorzaam de duisternis door
vorst en doorworstelt om misschien
als het mag. ooit bij dat lichtend
doel te komen"9 Wij raken van dit
alles niet overtuigd en vragen ons
bezorgd af. hoe het met het „nor
male" huwelijk van Line en Justus
zal gaan op dc duur.
Symptomatisch is. dat De over
nachting. hoewel in de eerste
helft van 1946 geschreven, zich tus
sen 1926 en 1939 afspeelt. Want het
is typisch een roman uit dc sfeer
van vóór de wereldoorlog: ongetwij
feld een knap boek. waarin mooie
bladzijden voorkomen (vooral de
dagboekbladen van Lino over het
avontuur in de bergen», maar dat
toch niet bevredigen kan. Daarvoor
is het te weinig verzorgd (soms
zelfs slordig) van stijl, en vooral
daarvoor wordt het leven er te een
zijdig en dus te klein gezien.
In het Vlaamse tijdschrift D 1 e t-
sche War an de en Belfort
schreef Dr. Oskar van der Hallen
onlangs met betrekking tot de mo
derne literatoren: „Het menselijk
„geval" is in hun werken ogen
schijnlijk zuiver aangevoeld, maar
in feite is het dank zij de pimente-
ring bijvoeging van gepeperde
kruiden, Sm.), dat hun schepping
de indruk verwekt van het dui-
zendgestaltig. onvatbaar, raadselach
tig. nutteloos Leven".
Geldt dit ook niet hier?
A. Vestdijk: ..Het eeuwige
te laat", uitg. Contact,
Amsterdam 1946.
Amsterdam, 1946)
Ondanks het uitgeversjaartal 1946
is deze bundel eerst onlangs ver
schenen. Hij bevat acht dialogen in
Platonische trant, waarin de 60-
jarlge Arminius voor en met zijn
30-jarige vriend Godard ondogma
tisch cn spelenderwijs filosofeert
over het begrip: tijd. Uitgangspunt
is de stelling: „De mens is gebonden
aan het telaat, en daarom begint hij,
in zijn allervroegste ontwikkelings
stadia. enig besef van de tijd tc
krijgen. Niet omdat hij de tijd kent,
wordt hij zich bewust te laat te
zijn. maar juist andersom". Aan de
hand van vaak alleraardigst gevon
den anecdotische voorbeelden wordt
dit „rctardistisch wereldbeeld"
steeds verder opgebouwd. Het uit
gesproken hoogtepunt vormt de
uitvoerige, analyserende en inter
preterende. bespreking van het be
kende mythologische verhaal over
Prometheus, Epimetheus en Pan
dora.
Vestdijk bewijst met dit boekje
eens te meer zijn grote eruditie en
het gemak waarmee hij een nieuwe
vorm hanteert. Bovendien maakt hij
telkens treffende opmerkingen, die
de moeite van een nadere overwe
ging waard zijn. In hoeverre hier
echter, zoals het apergu op de om
slag doet, gesproken kan worden
van „een kleine cultuurphilosophie",
laat ik in dit verband in het mid
den. Het komt mij voor, dat de pro
blemen daarvoor te spelend en ter
loops worden aangeroerd. Vestdijks
retard istisch wereldbeeld is meer
een geestig vernuftspel dan een con
sequent doorgedachte levensvisie.
Ook hier blijft deze auteur zichzelf
gelijk: knap, koel en op een af
stand. Daarin ligt zyn kracht zowel
als zijn beperktheid.
Populaire kanarie
overleden
De trouwste kanarie Van 'Je
Engelse koning, en de enige ai
zijn soort die het gehele Engelse
volkslied kon fluiten, is op ruim
15-jarige leeftijd gestorven. Het
dier heeft grote bekendheid ver
worven toen hef in 1937 op een
dierententoonstelling in het
Crystal Palace het %>Goi save
the king" ten gehore bracht.
FEUILLETON
(Vrye bewerking)
Dit neemt alle twijfel van
ons dat de oude dame eerst haar
dochter vermoord zou hebben om
daarna de hand aan zichzelf to
slaan. Dit ls een zuiver problema-
tischo gedachte, want Madame
L'Espanaye zou er zeker niet do
kracht toe gehad hebben om het
lichaam van haar dochter zo ver de
schoorsteen in te duwen en boven
dien is het gezien haar eigen ver
minkingen uitgesloten, dat zij zelf
moord gepleegd zou hebben. De
moord moet derhalve door een
derde of door derden verricht zijn.
En aan dezen behoorden de stem
men die men in dc boze conver
satie beluisterd heeft. Laten wij
nu eens even stilstaan bij dc getui
genverklaringen en dan alleen bij
wat men over die stemmen wist te
vertellen. Wat is jou daarbij nu als
zeer byzonder opgevallen?"
Ik merkte op, dat men het er wel
iswaar over eens was, dat de zwaro
stem die van een Fransman was,
maar dat men totaal verschillende
opvattingen had over de schrille, of,
zoals een van do getuigen het uit
drukte: dc hese stem.
„Juist", zei Dupln, „maar je ver
geet het belangrijkste. Over die
schrille stem la hot merkwaardige,
het bijzondere, niet dat men het er
niet over eens was, maar dat een
Italiaan, een Engelsman, een Span
jaard, een Fransman, en een man
uit Amsterdam, de stem beschrij
vende, haar verklaarden als „van
een vreemdeling" tc zijn. Ieder was
er voor zich zeker van, dat het niet
de stem van een landgenoot was.
De Fransman zegt: „Het was een
Spanjaard" en dat hij sommige
woorden zou hebben kunnen onder
scheiden als hjj maar do Spaanse
taal machtig was geweest. De Am
sterdammer meent, dat het een
Fransman was, maar zelf verstaat
hij geen Frans, behalve een paar
vloeken. Hij werd immers met be
hulp van een tolk verhoord. De
Engelsman zei met een Duitser te
maken te hebben, maar hy spreekt
goen syllabe Duits. De Spanjaard
beweert by hoog en bij laag dat het
een Engelsman was, maar oordeelt
op de intonatie van de stem. om
dat hij zelf geen Engels spreekt. De
Italiaan daarentegen houdt het op
een Rus. doch hij heeft nog nimmer
een woord in de Russische taal ge
sproken. Een tweede Fransman is
het niet eens met zijn eigen land
genoot. want hij beschuldigt een
Italiaan. Nu, hoe zeer ongewoon
moet die stem dan in werkelijkheid
geweest zijn? Aangezien mensen
van v\jf grote Europese stammen
cr niets, maar dan ook niets be
kends in opgevallen ls. Nu zou jij
beweren, dat het de stem van eèn
Aziaat of een Afrikaan moet zijn
geweest. In de eerste plaats zijn er
noch veel Oosterlingen, noch veel
Afrikanen in Parijs, maar behalve
dat moet je je aandacht eens even
richten op nog drie opmerkelijke
punten. Een van de getuigen noemt
de stem „eerder hees dan schril".
Twee anderen beschrijven haar nis
snel en onregelmatig. Geen woor
den, geen geluiden, die op woorden
leken, werden door een der getui
gen als verstaanbaar beschreven".
„Ik weet niet", vervolgde Dupin,
„welke Indruk mijn uiteenzetting op
je fantasie gemaakt heeft, maar
wat ik naar voren breng is op zich
zelf voldoende om argwaan te krij
gen welke onze gedachten over dit
mysterie ln geheel nieuwe banen
moet leiden. Daarover zal ik nu
niet verder uitweiden, doch laten
wy ons eerst eens verplaatsen naar
de kamer waar het misdrijf ge
pleegd ls".
„Wat zullen wij er eerst zoeken?
De weg waar langs de moordenaars
toegang verkregen. Het is niet
moeilijk te veronderstellen, dat
geen van ons beiden aan bovenna
tuurlijke gebeurtenissen in dit ver
band 'gelooft. Madame noch made
moiselle L'Espanaye werden door
geesten vernietigd. De daders van
het misdrijf waren stoffelijk en ont
snapten op een materiële wijze.
Maar hoe? Het is duidelijk dat de
moordenaars in de kamer zijn ge
weest waar mademoiselle L'E. ge
vonden werd en dat zij er nog wa
ren toen de buren dc trappen be
klommen. Hoogstens waren zij in
de voorkamer, maar dat maakt
geen verschil uit, omdat beide ver
trekken door een niet afgesloten
deur verbonden waren, doch van
de buitenkant ontoegankelijk. De
politie heeft de vloeren opengelegd
en de zolderingen en ze onderzocht
de muren zo zorgvuldig, dat het ze
ker is, dat er geen geheime deuren
of gangen waren. Laten we ons dan
keren naar da schoorstenen. Deze
zijn van de gewone breedte doch
hoewel zij onderaan wat wijder zjjn
kan er van boven naar beneden,
dus van het dak naar de kamer,
hoogstens een grote kat doorheen.
Dus ook de schoorstenen schakelen
wy even uit. Wat overblijft zijn de
ramen. Door die aan de straatzijde
zou niemand hebben kunnen ont
snappen zonder door de menigte
buiten gezien to worden. De moor
denaars moeten derhalve door die
van de achterkamer weggekomen
zyn. Daar zijn twee ramen, een er
van is geheel toegankelijk terwijl
het onderste deel van het tweede
niet zichtbaar is door het hoofd
einde van het zware bed. dat er te
genaan staat. Maar het eerste
raam was van binnen uit solide
vergrendeld. Met grote kracht kon
de politie het nog niet opschuiven.
Maar ook het andere raam waarbij
men niet zo gemakkelijk kon ko
men, leverde gelijke moeilijkheden
op. Het was verzegeld met een ste
vige pin, eveneens van de binnen
zijde. Do politie redeneerde, dat de
moordenaars toch door een van de
ramen ontsnapt moesten zijn, maar
daarna zouden zy dus de vensters
van de binnenkant uit verzekerd
moeten hebben, en dat zou alleen
maar mogelijk zyn als deze ramen
zodanig geconstrueerd waren, dat
zy zich automatisch vergrendelen.
Tot deze gedachte moest men wel
komen.' Nu heb ik, toen wy er gis
teren waren, nauwkeurig de ramen
onderzocht en vond daar by het vol
gende.
De politie had geprobeerd de ra
men op te schuiven en bevonden,
dat het niet mogelijk was en toen
zij zag. dat bovendien nog de pin
nen ln het hout zaten, concludeerde
zij, dat een uitgang door een van
de ramen onmogelijk moet zyn ge
weest.
(Wordt vervolgd)
snelheid in allerlei richtingen door
Batavia. Zwaar bewapende militai
ren stonden als schimmen opeenge
pakt en klommen bijna geruisloos
naar beneden als het gevaarte dat
hen vervoerde tot stilstand kwam.
Onder hun camouflagejassen bolden
de ongelijke vormen van stengun
of karabijn als een luguber teken
van hun zending. De republikeinse
gebouwen der stad werden door de
Nederlanders overgenomen. De ope
ratie N verliep vrijwel zonder strub
belingen. De rood-witte vlag van de
republiek werd naar beneden ge
haald en het personeel werd in de
meeste gevallen de toegang tot het
gebouw ontzegd.
Toen Maandagochtend de Batavia-
nen naar hun werk gingen, zagen
velen tot hun niet geringe verba
zing wat er in de afgelopen nacht
was gebeurd. Zo vernamen zij welk
een dramatische loop de gebeurte
nissen hadden genomen. De radio
had reeds bij de aanvang van haar
programma om zes uur in de ochtend
in een extra nieuws-uitzending mee
gedeeld, dat om twaalf uur 's nachts
Nederlandse troepen de demarca
tielijn hadden overschreden, maar-
een radio is in het na-oorlogse
Batavia nog een luxe-artikel en dus
hadden slechts enkelen via deze weg
het nieuws vernomen.
Tc weinig nieuwi
DE zenders van radio Repoeblik
Indonesia op het Koningsplein
te Batavia waren om half acht die
Maandagmorgen weer in de lucht,
maar nu met de nieuwsberichten
van radio Batavia. Verschillende
leden van het republikeinse perso
neel boden aan te blijven werken
voor de Nederlanders. Hierover ls
tot nu toe nog geen beslissing ge
nomen. Ook de telefooncentrale ver
anderde van eigenaar al bleef het
meeste personeel op zyn post. Voor
de argeloze telefoneerder was het
anders vreemd toen hij 's morgens
in het Hollands werd toegesproken
door een telefoniste, die hern ver
telde, dat hij sprak met de centrale
Weltevreden. Gisteren was het nog
Djakarta.
De electriciteitsvoorziening der
stad; die toch al niet schitterend
was, is ernstig gestoord. Enkele
centrales zijn nog steeds in handen
van de T.R.I. en de directie van het
electriciteitsbedryf hoopt er het
beste van. Er wordt met man en
macht gewerkt om in ieder geval
de essentiële instellingen doorlopend
van stroom te voorzien. De burgerij
moet zich echter offers getroosten
en hele wijken zitten 's avonds in
het donker. Het is dan ook te hopen,
dat de centrales onbeschadigd uit de
strijd te voorschijn komen. Anders
zou de lichtloze periode in Batavia
wel eens ongedacht lang kunnen
duren.
De Batavianen hebben rustig ge-
reageeid op de jongste gebeurtenis
sen. Het werk vindt normaal voort
gang en slechts hét stilzwijgen van
de militaire autoriteiten over het
verloop der acties wekt nogal wat
bevreemding en critiek. Iedereen
vraagt dan ook voortdurend naar
nieuws. Hopelijk komt het spoedig
en zal het ons moed geven de toe
komst met vertrouwen tegemoet te
zien. Slechts vreedzaam overleg zal
de breuk weer kunnen helen. Wan
neer zal Sjahrir weer op het toneel
verschijnen.
DONDERDAG 31 JULI'
Avondprogramma
HILVERSUM I: 19.00 Nieuws.
19.45 Voorlichtingsdienst. 20.00
Nieuws. 20.15 De Mariniers! 21.00
Melodieus verzoekprogr. 21.30 „De
vaart der volken". 22.30 Nieuws.
23.00 Boedapester-Strijkkwartet.
23.2024.00 „Tegen middernacht".
HILVERSUM II19.10 Zomer
Confetti. 20.00 Nieuws. 20.05 Reizen
naar het buitenland. 20.15 Concert
gebouworkest. 22.00 „In de schijn
werper". 22.30 Pierre Palla, orgel.
23.00 Nieuws. 23.15 Zone Schaak-
tournooi. 23.25 Orkest Piet van
Dijk.
VRIJDAG 1 AUG.
Ochtend- en middagprogramma
HILVERSUM I: 7.00 Nieuws.
7.15 Gymnastiek. 8.00 Nieuws. 8.30
„AugustusVac an tie maand".
9.00 Mineapolis Symph. Orkest.
10.30 Morgendienst. 11.00 Zangreci-
tal. 11.45 Pianospel. 12.00 Fritz
Kreisler. 12.15 „Holanda-Sextet".
13.00 Herdenkingsdienst. 14.40
Fluitrecital. 15.15 „Van alles wat".
16.00 Declamatie. 16.20 Domstad
Strijkkwartet. 17.00 Piano-duo.
17.20 „Voor het diner17.45
„All Round Sextet". 18.30 Strijd
krachten.
HILVERSUM n: 7.00 Nieuws.
7.30 Muziek b(j het ontbijt. 8.00
Nieuws. 8.18 Opera-progr. 8.50
Voor de huisvrouw. 9.00 Lichte
Morgenklanken. 10.00 Morgenwij
ding. 10.20 „De Regenboog". 10.45
Sopraan en piano. 11.05 Philharmo-
nisch orkest van Londen. 11.30 Or
gelspel. 12.00 „The Skymasters".
12.30 Sportagenda. 12.35 Pierre
Palla. orgel. 13.00 Nieuws. 13.15
The Rhythm Club. 14.00 Kook
kunst. 14.20 Mozart-Concert. 15.10
Ons volk in zijn dichters. 15.30 Mid
dagconcert. 17.00 Koorzang. 17.30
Muzikaal babbeltje. 18.00 Nieuws.
18.20 Dr. Jan v. d. Tempel 70 jaar,
18.30 Metropole orkest.
TUIN KA LENDER
DONDERDAG 31 JUU. Rulnt
een eeuw geledenwerd in Sussex
in Engeland een nieuwe pruim ge*
wonnen die later een zeer grote be
kendheid zou verwerven. Het Was de
pruim Reine Victoria, die in de
tweede helft van Augustus wordt
geplukt en thans nog °en der meest
gekweekte soorten ls. De vruchten,
van dit soort zijn rood van kleur
groot van afmeting en goed van
smaak. Ze is rijkdragend en zelffer-
Hel* Dit laatste betekent, dat
voor de vruchtzetting et eigen
stuifmeel kan volstaan. Door al
deze hoedanigheden verdient deze
pruim voor de aanplanting in parti
culiere tuinen ook bijzondere aanbe
veling. WH men eerst <le vruchten
eens leren kennendan bestaat daar
voor binnenkort, in de pluktijd vol
op gelegenheid. S, L