NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
ERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG
REDACTIE-ADRES: Mr. i. H. VAN D00RNE, LANGE BERGSTRAAT 5, TEL. 2048, SOESTDIJK
HOTEL OKHUYSEN
Keurig zittend Haar
MIJNHARDT's
VENEMA
Zachtmoedigheid.
9t
K
9i
s*
BANKIERS
1 - SOEST
BEHANDELEN ALLE BANK
EN EFFECTENZAKEN
SAFE-DEPOSIT
ié
9
9
m
Oe financieele verhouding
tusschen het Rijk en
de Gemeenten
ALGEM. BEGRAFENIS-ONDERNEMING „SOEST"
ÉLm van üieursi
Bij Examens en Openbaar Optredi
No. 23
Zeventiend* «Jaargang
Zaterdag 8 Juni 1829
BUREAU VOOR ADMINISTRATIE VAN WEEDE8TRAAT 7 - SOESTDIJK
ADVERTENTIËN WORDEN INC1EWACHT TOT UITERLIJK DONDERDAOS
INGEZONDEN STUKKEN TOT DINSDAGAVONDS 9 UUR AAN HET BUREAU
UITGAVE: EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ v.h. G. v.d. BOVEN KAMP, TEL. 2062, SOESTDIJK
ADVERTENTIËN: VAN 1 TOT 5 REGELS 75 CENT. ELKE REGEL MEER 15 CtiXT
GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE. BIJ ABONNEM. GROOTE KORTING
ABONNEMENTSPRIJS 50 CENT PER DRIE MAANDEN FRANCO PER POST
HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN. OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 15 VAN DE AUTEURSWET lifl'J (STAATSBLAD NUMMER 308)
UITRGE..IEEST13R GROTHKSIRAAT 3:2 SOESTDIJK
TELEFOON 2173
Stroomend-, warm- en koud water, alle kamers centraal verwarmd
Afzonderlijke zaal voor Diners, Soupers en Vergaderingen
Restaurant la minute
Verkiezingen.
Deelneming aan cie stemming in
eene andere Gemeente.
De Burgemeester van Soest, herin
nerende aan zijn bekendmaking van 24
April 1929, brengt ter algemeene keu
nis, dat de kiezer bij de aanstaande ver
kiezing voor de Tweede Kamer der Sia-
teu-lieneraal op Woensdag 3 Juii 1929,
in plaats van in de gemeente op welker
kiezerslijst hij (zy) voorkomt, in eene
andere gemeente aan de stemming kan_
deelenemen.
De kiezer, die gebruik wil maken van
gezegde bevoegdheid, deelt vóór of op
18 juni 1929 in persoon ter Secretarie
van een gemeente (.derhalve geheel ter
keuze van belanghebbenden), aan den
Burgemeester of aau deu daartoe door
dezen aangewezen ambtenaar mede, in
welke gemeente hy (zij) aan de stemming
deelnemen wil.
Tot het doen van gemelde mededeeling
kunnen belanghebbenuen zich alhier aan
melden ter secretarie op werkdagen, van
Maandag tot en met Vrydag van des
voorm. 912.20 uur en des nam. van
23 uur eu op Zaterdag van des voorm.
912.30 uur.
8o.es t, 5 Juui 1929.
De Burgemeester voornoemd,
G. Deketh.
BEKENDMAKING.
Burgemeester eu Wethouders van Soest
brengen ter openbare kennis, dat de
liaau dier gemeente, in zijne vergadering
van 29 Mei 1929, heelt besioten liet
gedeelte van den Verlengde jfostweg,
loopende van de Van Maarenstraat tot
de Kadermakerstraat gesloten te verkla
ren voor het berijden niet motorytuigen
op meer dan twee wielen, zuiks in beide
richtingen. Van dit besluit staat voor
leuer ueianghebbende beroep open bin
nen dertig dagen na heden, liet adres
van beroep wordt aan de Koningin ge
richt, maar ingediend bij den Commis
saris der Koningin.
Soest, 3 Juni 1929.
Burgeni. eu Weth. voornoemd.
De Burgemeester, G. Deketh.
De Secretaris, J. Batenburg.
Kami
liek
Nu de Tweede Kamer uit wan
delen is, zorgt de Eerste voor
sensatie Ministerplagen
Een ambtenaar met löu bazen
Varia.
De praatzieke meneeren van de Twee
de Kamer zijn naar huis gegaan, en ver
schillende van hen hebben hun laatste
voetstapjes liggen in de vergaderzaal des
lands. VVant zij komen niet meer terug.
Zij wandelen nu in Scheveningen en laten
Doorzitten
Stukloop
Zonnebrand j
zich in de zon braden en snuiven de zee
lucht op eu drinken allerlei vertrisschende
en opwekkende vochten in groote en
kleine glaasjes, en de andere, de ambi-
lieuse en hardnekkige leden, die weer
„candidaat" zijn, die spreken op warme
vergaderingen, en de kamer-chroniqueur
boeit er lekker geen woord van te schry-
veii. Laat ze maar praten, kan hij rus
tig denken. En hij zou óók in Schevenin
gen op de Bier kunnen gaan wandelen
en allerlei groote en kleine glaasjes leeg
drinken en zich in de zon koesteren, als
er nog niet altijd de plichtgetrouwe Eer
ste Kamer was. Natuurlijk, we hebben een
senaat, om bij elkaar te komen, want an
ders is het geen echte senaat. En dut
hebben we van die wereldschokkende ver
gaderingen van de Eerste Kamer, waar
in alleen de voorzitter wat zegt, en dan
nog maar een bitter beetje. Dat een
zekere Heer Dobbelman wegens ongesteld-
Onder degenen die blij zullen zijn, als
de extra-parlementaire periode voorbij zal
zijn, kan zeker minister van der Vegte be-
hooren. VVant als er eenmaal weer een
parlementair kabinet zijn zal, zal er ook
een waterstaatminister zijn, die ten min
ste een deel van de Kamers achter zich
heeft. Maar meneer van der Vegte krijgt
momenteel den wind van alle kanten. Wat
door weerkundigen misschien voor een on
mogelijkheid gehouden wordt, maar by
een extra-parlementair kabinet wel moge
lijk is. In de Eerste Kamer, die zich bin
nenskamers met het Wegenfonds 1929
bezig hield, werd van verschillende zijden
geklaagd. De minister werkte veel te
langzaam! De minister werkte zonder lijn.
(Dat klopt niet: als de minister wel met
een lijn werkte, zou een oneerbiedig
mensch van lijntrekken kunnen spreken.
Maar zonder lijn kan dat niet.) Gedurende
zijn bewind was vrijwel niets van betee-
Als men zoo nu en dan des morgens slechts een
weinig Purol even tusschen de handen wrijft,
dan wordt dit Dij het uitstrijken door de
haren, onmiddelijk daarin opgenomen en het
gevolg hiervan is dat na het kammen Uw
haar den geheelen dag keurig blijft zitten
kenis tot stand gebracht, noch op het
gebied van bruggenbouw, noch wat de af
schaffing van de tollen betreft. Alles
de schuid van den minister? Er worden
onder ons, ridders van de pen, met be
roepshalve groote ooren en lange neuzen,
die overal in gestoken worden, wel eens
andere noten gekraakt. Men hoort wel
eens van autocratische hoofdambtenaar
tjes, van heele „hooge" ambenaartjes,
die baas spelen en zaken ophouden, en
„regeerinkje" spelen, alsof er geen mi
nister bestond. En dan mompelt men wel
eens van kwaad hazen vangen, en on
willige honden.
„Nee, zóó is het geen pretje, minister
te zijn. En op een nette manier en in
vage termen voor een menschenslachter
te worden uitgefoeterd, vanwege de on
bewaakte overwegen. De minister had er
toch pas een commissie op uitgestuurd,
om de kwestie „bewaakt oi onbewaakt"
uit te zoeken? En waren de heeren van
de commissie niet tot de slotsom geko
men, dat het goed was, zooals de toe
stand nu was? Wat kan een minister dan
meer doen? Maar de 150 Eerste en Twee-
Zomersproeten ver
dwijnen spoedig door een pot
SprutOl. Bij alle Drogisten.
Hoofdpijn-1 abletten 60 ct.
Laxeer-Tabletten60 ct.
Zenuw-Tabletten75 ct.
Staal-Tabletten90 ct.
Maag-Tabletten75 ct.
Hij Apoth. en Drogisten.
heid deze week de vergaderingen niet
zal bgwonen. Tjonge, zeggen we tegen
elkaar, jammer voor dien armen meneer
Dobbelman. En we schudden bedroefd
onze hoofden, en knikken meewarig. Maai
wie mocht denken, dat we daarmee aan
het einde van onze sensationeele lands
vergadering zijn gekomen, die heeft hel
mis. Die rekende buiten den voorzitter,
die de sensatie-prikkels zoo maar uit
zijn mouw schudt! Hoor, wat zegt hy
daar: overeenkomstig besluit van de cen
trale afdeeling zullen morgen eenige reeds
bekend gemaakte ontwerpen in de afdee-
lingen worden behandeld, en Donderdag
andere, eveneens reeds bekend gemaakte
ontwerpen in openbare vergadering.
Drommels, zoo'n voorzitter toch. Hij zegt
dat alles zoo kalm, alsof het niet bijster
veel te beduiden had. En toch gaat het
over niets minder dan „reeds bekend
gemaakte onderwerpen". En terwijl we
nog nasidderen van de emotie, valt wa
rempel zyn hamer al, en voor we goed
en wel beseffen, dat we een vergadering
van de Eerste Kamer hebben meegemaakt,
staan we alweer buiten op de kleine
steentjes en puffen in de Ifaagsche zon.
die altyd weer even deftiger is dan de
?oq elders.
de Kamerleden willen ook op hun beurt
baas spelen tegen den minister, en hem
kapittelen, en standjes geven en vragen
doen. En telkens als een onvoorzichtige
automobielist op een overweg, die wel
iswaar onbewaakt, maar volkomen over
zichtelijk is, in een gevaarlyk optimisme
den baan oversteekt, denkende dat hel
nog wel kan, en tot splinters gereden
wordt, dan is er één van de 150 bazen
van den minister, die verontwaardigd
vraagt zooals jhr. de Muralt dezer
dagen of die vreeselijke ramp niet
voorkomen zou zijn, als de overweg be
waakt was geweest. Ja, het antwoord
op deze scherpzinnige vraag is niet moei
lijk. Was de overweg bewaakt geweest,
dan zou het niet gebeurd zijn. En als alle
auto's in de Noordzee geworpen wer
den, of gebruikt om de Zuiderzee te dem
pen, dan kwamen er vast nooit meer
auto-ongelukken voor. Maar dan zouden
er toch nog altijd menschen gevonden
worden, die zichzelf rnet een kruiwagen
overreden! En in sensatie-kranten konden
dan trelfende schreeuwerige platen staan,
van den dood, die loerde achter het pie
pende kruiwagenwiel
Gelukkig zijn er ook nog ministers, die
wel eens een pluimpje krijgen. En dal
houdt den moed er in. Zoo kreeg de aan
sprakelijke minister voor zijn wetsont
werp tot wijziging der Ziektewet een een
goede aanteekening van de senatoren.
Hem werd hulde gebracht voor het feit,
dat hy het zoover had weten te leiden,
dat een voorstel tot wijziging van de Ziek
te-wet Talma de Eerste Kamer bereikt
had. Al waren er natuurlijk ook weer ve
le bezwaren tegen het ontwerp-zelf. Om
dat de bijzondere ziekenkassen niet als
uitvoeringsorganen werden opgenomen, en
de wet beperkt is tot arbeiders in een on
derneming werkzaam, waardoor 400.000
personen minder de bescherming van de
ze wet krygen.
Maar de hoofdzaak was toch, dat de
wet er kwam. Ook met de tekortko
mingen.
POLITICUS.
Heeren- en Dameskleermakerij
Costuumatelier
F. C. KUYPERSTR. 10 TELEF. 2169
Zomerco8tuums in
Katoen, Palmbeach, Flanel, Luster.
Onze zaak in het leven is niet.
andere mensehen voorbij te stre
ven, maar ons zelf vooruit te ko
men. Ons eigen record te verbe
ren, de giaterens door de hedens
te overtreffen, onze beproevingen
mooier te dragen dan we ooit
droomden te kunnen doendit
is de juiste gedachte ons zelf
voorbij te komen.
MALTBIE D. BABCOCK.
Evenals het begrip „dienen" in de
hoogste beteekenis Tan het woord, ia het
Jfc GROOTE SORTEERING
«fc HOEDEN
BOORDEN
X DASSEN
JJj OVERHEMDEN, enz
Burgm. Grothestraat 28a
Telefoon 2212 -J
Si
Si
Si
begrip „zachtmoedigheid" dikwijls onder
werp van misverstand. Zuuais sommigen
het „dienen" van hun medemenschen op
vatten als te zijn hel toegeven aan alle
mogelijke grillen en wenschen van hun
medemensch, blinde toegeeflijkheid en
dwaze sentimentaliteit, zoo zijn er ook,-
die meenen, dal zachtmoedigheid een vorm
van toegeeilijkheid is, feitelijk dus zoo
iets als karakterloosheid, gebrek aan
durf en moed om op te treden, om een
eenmaal als juist aanvaard standpunt te
blyven innemen en te handhaven. Doch
niets is minder waar. Integendeel staat
zachtmoedigheid juist voor de hoogste
soort van moed. Het is de vrucht van
die volmaakte liefde, die alle vrees bui
ten werpt, zooals een scribent het eens
in de Chicago Evening Post uitdrukte.
Zij is kalm, doch vreest niet. Zij is nede
rig, maar geeft zich niet over. Zij is
altijd de geestelijke overwinnaar in elk
conflict. Haar triomf kan misschien niet
altijd dadelyk waarneembaar zijn voor
het oog, dat alleen maar de oppervlakte
ziet, maar is geschreven in de eeuwige
annalen. Geweld bereikt doeleinden, doch
nooit het verheven einde. Geweld heeft
zijn overwinningen, maar nooit de eenige
eeuwig waardevolle overwinninghet
verheven einde is het geestelijk einde,
de uiteindelijke beheerschmg van het le
ven door liefdezachtmoedigheid is
een verheven uiting van vertrouwen. Dit
vertrouwen heeft het leven in de hoede
van den Albestuurder geplaatst, en laat
het daar. Het bekommert zich slechts
om Diens wil te doen, niet om de gevol
gen. En dit is geen zwakke berusting,
maar sterk en positief volgen van een
program volgens de methode die zeker
tot- het goede einde zal voeren. Zacht
moedigheid is een gevoelen, dat tegen
gesteld is aan het ruwe, het grove en
het opdringerige; een gevoelen dat rus
tig en kalm doet handelen, zach doet
spreken, en eerder doet terug trekken,
dan zich op den voorgrond doet stellen,
wanneer het er om gaat, de eigen belan
gen voor te staan. Consideratie voor de
gevoelens van anderen is daarbij de grond
toon. Zachtmoedigheid zal niet bewust
ergenis geven of kwetsen. Zachtmoedig
heid is niet zoozeer een kenmerk van
drag bepaalde. Deze wet werd in 1879
vervangen door een nieuwe regeling van
Minister Spreiiger van Eyk, welKe tot
heden ten dage is blyven gelden. Aan de
hand van een formule, rekening houdende
niet bepaalde uitgaven en niet den be
lastingdruk, wordt het gedrag bepaald,
dat aan elke gemeente jaarlijks per inwo
ner wordt uitgekeerd, liet juiste bezwaar
van deze regeling is, dat als grondslag
van berekening wordt genomen de toe
stand, bij het m werking treden van de
wet bestaande, waardoor de uitKeermgen
tnans de wonderlijkste verschillen te zien
geven. Terwijl zwaarbelaste gemeenten
als Anloo, Beilen, Emmen, Kolde een
uilkeering van i' 1.50 tot f 1.80 per in
woner ontvangen, krygen gemeenten, die
thans veel welvarender zyn als Dokkum,
Ferwerderadeel, Amsterdam, een uitkee-
ring van meer dan f 4 per inwoner.
Voorts wordt als bezwaar gevoeld, dat
de wet van 1897 geen rekening houdt
niet den groei van de gemeentelijke be
moeiingen.
Intusschen ging het Ryk voort de ge
meenten met hoogere uitgaven te belasten.
Bezuinigen op de Rijksbegrooting werden
soms ten laste van de gemeenten tot
stand gebracht. Men denke aan de in
trekking van het subsidie aan de gemeen
ten in ue kosten van verpleging van arm
lastige krankzinnigen. De klachten over
den financieelen noodtoestand in verschil
lende gemeenten werden hoe langer hoe
sterker. De uitbreiding van het gemeente
lijke belastinggebied in 1920, als redmid
del voor den financieelen noodtoestand,
legde den ingezetenen der zwaarst belas
te gemeenten des te zwaarder lasten op.
Een en ander veroorzaakte in die gemeen
ten een uittocht van ingezetenen die tot
de meest gegoeden behoorden en niet door
beroep of bedrijf tot het wonen aldaar
waren verplicht. De lasten voor de ach-
terblijvenden werden daardoor des
zwaarder. De gestadige uittocht uit deze
gemeenten werd bevorderd, doordat zij
meestal weinig aantrekkelijks aan haar
ingezetenen konden aanbieden. De ver
schillen in belastingdruk tusschen de on
derscheidene gemeenten werden daardoor
buitensporig hoog. Zoo betaalt in de ge
meente Oude-Pekela een echtpaar zonder
Rentevergoeding voor Deposito's:
o.a. voor een maand vast 47»
s jaars.
9
8
9
8
8
sociale beschaving, dan wel van geeste
lijke beschaving; zij verraadt een welop
gevoed hart meer dan een welopgevoed
hart meer dan een welopgevoed hoofd,
ofschoon zij beide kan omvatten. Zij staat
voor verfijning tot in den kern, niet naar
het uiterlijk alleen. Het is een van de
schoonste waaiden welke mogelijk zi.in
voor het geestelijk geleide leven en te
vens een van de moeilijkst te verwerven
Levens, voor vele van ons
Men kan zich in den aard der ware
zachtmoedigheid feitelijk nooit vergissen.
De omstandigheden wijzen te eëniger tijci
of we met werkelijke zachtmoedigheid,
de uiting van inderdaad verworven gees
telijke beschaving, te doen hebben dan
wel met een misleidend vernisje, dat ver
dwijnt by de minste wrijving en de ware
innerlijke mensch bloot geeft. Want den
werkelijk zachtmoedige herkent men in
tyd van moeilijkheid, omdat hij dan moe
diger is dan anderen, omdat hij gedul
diger is bij tegenslag, meer hoopvol bij
tegenspoed, omdat hij kortom zacht van
gemoed is, bescheiden, nederig en onver
schillig voor klasse-onderscheid. Het is
degene, die vraagt niet naar zijn woor
den, doch alleen naar zyn daden beoor
deeld te worden. De zachtmoedige, is
degeen die de barmhartigheid kent. die
zyn vijand vergeeft, en zijn schuldenaar,
die onder zijn last wankelt, bevrijdt.
De barmhartigheid, waaraan Shakespeare
zeide
Zij valt, als de zachte regen van
den hemel naar de plaats beneden;
Zij is twee keer gezegend;
Zij zegent hem die geeft
En hem die meent
FLORIS C.
door
Mr. Dr. R. H. Bar. de Vos van Steenwijk.
De eerste wettelijke regeling van dal
vraagstuk dagteekent uit het midden dei-
vorige eeuw. Toen in 1865 de plaatse
lijke accijnzen werden afgeschaft, wilde
men daarvoor een vergoeding aan de ge
meenten geven en werd bepaald, dat het
Rijk viervijfde van de opbrengst der Per-
soneele belasting aan de gemeenten zou
afstaan. In 1885 kwam de fixatiewei,
welke deze uitkeering op een vast be-
kinderen met een inkomen van f 10.000
alleen aan gemeentelijke inkomstenbelas
ting ruim f 1800, in Groningen ruim f 600.
Niet alleen voor de achterblijvers in
de zwaar belaste gemeenten, ook uit een
algemeen maatschappelijk oogpunt is dit
een nadeel. Vele plattelandsgemeenten be
lmoren tot de armlastige gemeenten. De
bovenbedoelde uittocht komt dus neer op
een ontvolking van het platteland, dat ver
laten wordt door hen, die daar op cultu
reel maatschappelijk gebied een belang
rijke plaats zouden kunnen innemen, liet
platteland wordt verwaarloosd, terwijl toch
een gezond platteland voor een Staat een
eerste vereischte is.
De wel eens verkondigde opvatting,
dat de gemeenten, die in financieelen
nood verkeeren, dit aan de royale wijze
van besturen te wyten hebben, is on
juist. Het zijn juist de armste gemeenten,
die de uiterste zuinigheid hebben betracht
en ook hebben moeten betrachten, maar
daardoor ook weinig hebben aan te bie
den. De rijkste gemeenten hebben haar
welstand meestal niet aan zuinig beheer
te danken.
In 1921 werd door Minister de Geer een
Staatscommissie ingesteld de Staats
commissie-van Lynden van Sandenburg
om het vraagstuk der financieele ver
houding te onderzoeken, welke in 1927
rapport uitbracht. Haar voorstellen strek
ten voornamelijk om aan de gemeenten
Kyksuitkeeringen voor bepaalde uitgaven
toe te kennen en waren ontegenzeggelijk
in liet voordeel van de groolere gemeen
ten.
De Regeering kon zich met deze voor
stellen niet vereenigen. Op 29 September
1928 is dan ook een wetsontwerp inge
diend, dat van geheel andere denkbeelden
uitgaat. In de Memorie van toelichting
wordt betoogd, dat het vraagstuk der fi
nancieele verhouding er in hoofdzaak een
is van meer gelijkmatige behandeling van
's Rijks ingezetenen en dat daarom bij het
vaststellen van de Itijksuitkeeringen niet
alleen met gedane uitgaven der gemeen
ten rekening moet word.-n gehouden, zoo
als door de Staatscommissie was geschied,
maar ook met het buitengewoon groote
verschil in belastingdruk, dat thans in de
verschillende gemeenten bestaat.
Na de daarin aangebrachte wijzigingen
bevat dit wetsontwerp de navolgende be
palingen. Ingetrokken wordt de Ryksuit-
keeringswet van 1879. Ingesteld wordt
een gemeentefonds, waarvan de opbrengst
Kantoor: TUKtNSIKAAI telet. 2uöb
Directie J- ARt.NL) WlLRsMA, ïoienstraat 8, 'lel. 208Ö.
J. KULlS, Spoorstraat 24, leieïoon 2220.
fierste aanspreker W. VAN LHtRMuN, Taiinalaan 17, Telefoon 2290
jaarlijks onder de gemeenten wordt ver
deeld. in dal fonds worden gestort de op
brengst vau een nieuwe Rijksbelasting
naai net inkomen, de gemeenicioiuisbelas-
ting genaamd, benevens oü opcenten op de
veiniugeusb'-lasting. i^ezu beide h-iii.gcii
Vormen dus een nieuwe berusting Vau aile
KijKsuigczetenen, maar daai icgcuovei'
staat, uat aan de gemeenten de bevoegd
heid wordt ontnomen een eigen gemeente
lijke inkomsieiiberasang te nellen en iuai
bevoegdheid tot hexien van HM opcenten
op de vermogensbelasting wordt beperkt
tot «ju. De gemeenten Ki^gen voons dr
vierde van ue opbrengst van de gronobe-
ïastiug binnen haar gebied geheven, ter
wijl cie personeele berusting wel door het
Kijk zaï biyven geneven worden, maai
ten behoeve van de gemeente, waar bin
nen zy verschuldigd is en volgens een ta-
nex, door de gemeente zelf bepaaid.
uaarenDoven Krygen de gemeenten de be-
voegüneid opcenten op de geintenieioiius-
beiasiing te henen, maai niet meer uan
80.
De ingezetenen in de zwaarst belaste
gemeenten worden dus onuasi van de
zwaar diukkende gemeentelyKe inkomsten
belasting. Weliswaar komt daarvoor in de
plaats ue door het Ryk geheven genieente-
ïondsbeiasung, maar ook al wordt daarop
uoor de gemeente het maximum vau 80
opcenten geheven, dan zaï dit in verschei
dene gemeenten toch nog een aanmerkt-
lyKe vermindering van uruk beteeKent-n.
xn gemeenten met lagen beiastmgdruK za.
net wetsontweip in omgekeerue rienting
zoeken.
net wetsontwerp heeft dus de streKking
de groote verschillen ia belas dagdruK *in
ue versehiliende gemeenten te verminde
ren, maar met de msien in ahe gemeenten
geiyk te maken. Dit laats ue zou ook mei
gewenscht zyn. ieuere gemeente behoort
ui den druk der gemeentelijke lasten den
invloed te ondervinden van de wijze, waar
op hel bestuur der gemeente gevoerd
wordi. Slechts de verscnilien in belasting
druk, die bestaan ouarhankeiyk van hec
beleid der gemeentebesturen en die ver
oorzaakt woruen door de ongelijke ver
ueelmg van gegotden en in t-gegoeden
over ue verscinLende gemeenten, bcüooxen
zuoveei m..geiyk te worden weggenomen.
Daartoe werkt ook mede de wyze, waar
op ue opbrengst van het gemeentefonds
jaarlijks tusscnen de gemeenten zal wor
den verdeeld. Deze geschiedt volgens een
iorniule, welke beheersciii worut door
twee iactoren. In de eerste plaats
uugaven voor politie, lager onderwys en
armenzorg, met inbegrip van de voorzie
ningen legen werkloosheid. Berekend
woxut wat in iedere gemeente gemiddeld
per inwoner daarvoor wordt uitgegeven,
is uit hooger dan het gemiddelde per
inwoner in het geheele Ryk, dan wordt
de uitkeering aan de gemeente naar even
redigheid booger, is het lager dan is ook
de ü.tkeering naar evenredigueid lager. De
tweede iactui' is het gemiddelde belast
baar inkomen volgens de Kyksinkoinsten-
belastmg per aangeslagene iu die belas
ting en per inwoner, llct gemiddelde wordt
voor iedere gemeente berekend, is het
hooger dan het gemiddelde per aangesla
gene en per inwoner in het geheele Ryk,
aan blykt daaruit, dat men met een ge
meente te doen heeft, waarin veel vveige-
stelden wonen en wordt de uitkeering aan
de gemeente naar evenredigheid lager, xs
net gemiddelde in een gemeente jager
dan het Kyksgemiddelde, uan is de draag
kracht der ingezetenen in een dergelijke
gemeente naar verhouding gering en wordt
de Kyksuitkeering aan de gemeente naai
evenredigheid hooger. Om de vijf jaren
worden de berekeningen herzien, waai dooi,
de herziening van de uitkeering de
fout, die aan de wet van 1879 kleefde
wordt voorkomen. Alvorens jaarlijks tot
verdeeling van het geineentexonds wordt
overgegaan, wordt aan de gemeenten uit
gekeerd de halve som van de jaarwedden
van den burgemeester en den secretaris,
welke uitkeering nochtans een bedrag van
f 25U0 niet te boven mag gaan. Een be
paling, die in het bijzonder ten goede
komt aan de kleine praLeJandsgemecnien,
op wier begrooting deze salarissen een
veel belangryker aandeel vormen dan in
de groote gemeenten het geval is.
Als principieel bezwaar tegen het wets
ontwerp is aangevoerd, dat liet ontnemen
aan de gemeenten van de bevoegdheid tol
het heffen van een eigen gemeentelijke
inkomstenbelasting een ontoelaatbare be
perking vau' de gemeentelijke autonomie
zou zyn. De Reguering heeft zich bi
haar overleg met de commissie van voor
bereiding uit de Tweede Kamer zeer te
recht tegen de mogelijkheid van een eigen
gemeentelyke inkomstenbelasting verzet.
Er wordt gestreefd naar een zekere ega
lisatie van belastingdruk tusschen de ver
schillende gemeenten, ten koste van de
gemeenten met lagen belastingdruk - - dt
z.g. fiscale vluchtheuvels. Voor de inge
zetenen van laatstbedoelde gemeenten is
dit een nadeel, dat slechts gerechtvaar
digd is, wanneer het groote re voordeel
van tempering van de belastingverschillen
daarmede ook inderdaad bereikt wordt.
Werd de mogelijkheid van een eigen ge
meentelijke inkomstenbelasting open gela
ten. dan zou die tempering van belasting
verschillen weer licht ongedaan kunnen
worden gemaakt. De ingezetenen der ge
nieenten met lagen belastingdruk, dit mei
dit wetsontwerp meer moeten betalen,
moeten den waarborg hebben, dat dit
nooit tot ongerymde heffingen kan leiden.
De gemeenten behouden overigens door
de bevoegdheid tot het heffen van een
beperkt aantal opcenten op de gemeen
tefondsbelasting, en door haar medezeg
genschap over de tarieven der personeele
vens nug het voordeel, dat ouk de furen-
senóeia&ung zal verdwijnen.
Voorts ia als üezwaar tegen het wets
ontwerp auiigcVoeru, dat de gemeenten ge-
ureveix zuuuen worden tut nuogere uit
gaven vuur lager ouderwijs, puutie eu
armenzorg, nu na o jaieii met ueze uitga
ven reKemug zaï worden gehuuden uy
net Uepaien van Haar aandeel iu liet ge-
uieenteiunus. Dit bezwaar is niet sieoK-
nuuuend. Ueen gemeente zaï een gmuen
uugeveu UKsiUilcnu omdat zij iiel vooi-
uiuicht beert later daar vau een duüoe-iije
en minder terug te untvangeu.
.tengevolge \uu dit iveKoutiverp zuiieu
de lügezeteueu vau de meeste geinetaueu
minuei aan gemeentelijke belasting behoe
ven te betalen door de ruimere uukeexing
uit het gemeenieionus. crleoins voor eu-
keie gemeenten zmien de hellingen stijgen,
o.a. omdat de voortaan geheven geuit-eii-
leiondsbeiasling booger zaï zyn dan de
tnans aiüaar uestaaude gemeentelijke xn-
Komstenbeiasting. jje verlaging vau de
gemeentelijke beiasting worui mogelijk ge-
maaKt door üet bedrag, dat het xajk in de
kosten van dit wetsontwerp bijdraagt, im
mers de alstand van drie-vierde van de
opbrengst der grondbelasting en van de
geheele opbrengst der peisoneeie belas
ting door net xujk is veel meer dan üet
voordeel, dat net Ryk geniet door het
vervallen van de uitkeering volgens de
wet van 1879. ue Kegeenng verwacht
echter, dat dit niet tot verzwaiiug van de
ïiyksbeiastingeu aanleiding zaï geven, om
dat zy üoopt, dat hei benoodigde bedrag
over twee jaar wanneer üet weisoni-
werp in werking treedt zal kunnen
worden gevonden uit het natuurjyk accres
van de middelen. De hier en daar geuite
PiAlNOLEERAKEH
bEGHLEiDlx>u.
Condities tb.—, ta.óu, td.— per maand.
Muziek jji bruikleen.
Spreekuur: 's Zaterdags van 1-2
iNlixLi WEKHutlVo 1 1 z.
opmerking, dat door dit wetsontwerp de
ingezetenen van een aantal rijKe gemeen
ten veel meer zouden moeten gaan be
talen in de Ryksbeiastingen ten behoeve
van de zwaar bernste gemeenten, is dan
ook niet juist. Slechts kan worden er
kend, dat zy door dit wetsontwerp zich
de mogelijkheid van een verlaging van de
Rijksbelasting zien ontnomen, die anders
wellicht over een paar jaar tot stand zou
kunnen komen. Dit bezwaar is echter
niet klemmend. Er worden herhaaldelijk
uit de Kyksmiddelen gelden beschikbaar
«gesteld voor maatregelen in bepaalde ge
meenten, waarvan de ingezetenen van an
dere gemeenten niet proxiteeren.
Het aanhangige wetsontwerp tracht dus
een oplossing voor de iinancieele verhou
ding te geven, welke de strekking heelt
van te komen tot een tempering van de
abnormaal houge belastingverschillen tus
schen de onderscheidene gemeenten, in
net bijzonder de zwaarbelaste plattelands
gemeenten zullen daarvan proiiteeren, al
iS, zoolang het wetsontwerp nog niet in
werking is getreden, nog niet te zeggen,
,n welke mate dit het geval zal zijn. De
voorgestelde regeling is in dit opzicht
mg aanmerkelijk verbeterd door de daarin
omgebrachte wijzigingen, waarop ook door
iet Koninklijk Nederlandsoh Landbouw-
omité is aangedrongen.
Het is dan ook te hoepn, dat dit wets
ontwerp, dat binnenkort in openbare be-
•andeling zal komen, spoedig tot wet
al worden verheven.
ifl£CHIT SZAKEN
.ANTOEGERECHT TE AMERSFOORT.
Verslag van de Zitting.
Oud Soest en Nieuw Soest.
We hebben zoo'n idee, dat ondanks
iet veroordeeleud vonnis van héden, het
•endrachtig samen grazen, d.w.z. van el-
'Canders vee, nog niet zal zijn bereikt.
A. J. de Ridder, de verkooper van
len grond, is wegens het toch lateu
grazen van zijn vee op het bewuste ter
rein veroordeeld tot f 5 en voor het
iweede feit tot f 10 en thans voor het
oeden behandelde derde feit nogmaals
ot f 10.
De aanwezige rechtskundige meende,
iat het niet aanging van een herhaling
e spreken. Verd. geloofde in zyn recht
e zyn en heeft zyn vee steeds door la-
en grazen; er is alzoo slechts sprake van
en enkel geval.
Nu, dit tot daaraan toe.
De Rechter baseerde zijn vt-roordeelend
,'onnis op het volgende:
Verd. A. J. de li. had niet aanneme-
ijk welen te maken, dat dit gratis
.razen, tol het terrein bebouwd zou zyn,
>edongen was by den verkoop. De gc-
uige gemachtigde had daarentegen zeer
litdrukkelijk verklaard onder eede, dut
ie vergunning slechts gold, zoolang dat
•Ou goedgevonden worden.
De nieuwe huurder M. van Dyk had
mg geen gebruik van het land kunnen
taken omdat afgesloten hekken dit he
etten. Hij wilde zich niet branden door
ie sloten te verbreken, daar hekken en
loten toebehoorden aan A. J. de R.
Deze had die hekken wel moeten af
fluiten, daar anders open gemeenscha])
vas geweest met een onbewaakten spoov-
vergang en met den publieken weg.
Hoe komen we nu aan het vermoeden
lat nog meer justitiezaken in zicht zyn?
A. J. de R. heeft een grensheining i
üntef rio
0ge-
plaatst na d en verkoop op eigen grond.
Tot tweemaal toe wilde hp den Rechter
belasting, nog een voldoende mate van be-1 er toe brengen zich te uitten over de
wegingsvrijheid. Het vervallen van de ge- rechtsquaestie of een ander gerechtigd
meentelijke inkomstenbelasting heeft te-lis tegen die scheiding aan te laten gra-
blijlt men kalm en helder door het gebruik van Mljnhardt's Zenuwtabletten. Olazen buisje 75 ct.