Nieuws- en Advertentieblad
Verschijnt Woensdag en Zaterdag
S
Wie was zij toch?
Mevr. A. C. Postma-Schmidt
I M I M A
Bekendmakingen.
Steeds Beter.
Binnenland
Plaatselijk Nieuws
RESTANTEN HEEREN-
M9DE-ARTIKELEN
No. 4
Achttiende Jaargang
Woensdag 15 Januari 1930
FEUILLETON
Vervaardigt Dameskleeding naar maat.
Voorzichtig met vuurwapens.
Waarschuwing.
Verzakking van een Spoordijk.
EET MEER BROOD
GEOPEND
H NDEL IN AUTO-
ONDERDEELEN
BUREAU VOOR ADMINISTRATIE: VAN WEEDESTRAAT 7 SOESTDIJK
ADVERTENTIÊN EN INGEZONDEN STUKKEN WORDEN INGEWACHT TOT
UITERLIJK DINSDAGS- EN VRIJDAGSMORGENS 10 UUR AAN HET BUREAU
UITGAVE: EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ v.h. G. v. d. BOVENKAMP
ADVERTENTIÊN: VAN 1 TOT 5 REGELS 75 CTS., ELKE REGEL MEER 15 CTS.
GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE, BIJ ABONNEM. GROOTE KORTING
ABONNEMENTSPRIJS I 1— PER DRIE MAANDEN, FRANCO PER POST
REDACTIE- EN ADM.-ADRESVAN WEEDESTR. 7 - TEL. 2062 - SOESTDIJK
HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 15 VAN DE AUTEURSWET 1912 (STAATSBLAD NUMMER 380)
OFFICIEEL.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Soest
brengen ter openbare kennis, dat ter ge
meentesecretarie ter inzage ligt een ver
zoek met bijlagen van de N.V. Bataafsche
Import Mij., te 's-Gravenhage om ver
gunning tot het plaatsen van een benzine-
kluis op het perceel, kadastraal bekend
in sectie G, no. 3373.
Oo Dinsdag 21 Jan. 1930 a.s., des na
middags drie uur, zal ten gemeentehuize
gelegenheid bestaan om bezwaren tegen de
inwilliging van dit verzoek in te brengen
en deze mondeling en schriftelijk toe te
lichten.
Zoowel de verzoeker, als zij, die bezwa
ren hebben, kunnen gedurende drie dagen,
vóór het bovengemelde tijdstip, ter secre
tarie der gemeente kennis nemen van de
ter zake ingekomen schrifturen.
Soest, 7 Januari 1930.
Burgem. en Weth. voornoemd,
De Burgemeester, G. Deketh.
De Secretaris, J. Batenburg.
Burgemeester en Wethouders van Soest
brengen hierbij ter openbare kennis, dat
op heden is afgekondigd de door den Raad
dezer gemeente op 16 December 1929
vastgestelde verordening op flen Keu
ringsdienst van vee- en vleesch in de
gemeente Soest en dat deze verordening
gedurende drie maanden voor een ieder
ten raadhuize ter inzage ligt.
Soest, 10 Januari 1930.
Burgem. en Weth. voornoemd,
De Burgemeester G. Deketh.
De Secretaris, J. Batenburg.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Soest
brengen ter openbare kennis, dat op 9
Januari 1930 bij hen is ingekomen een
verzoekschrift van J. M. Kuik van be
roep Caféhouder, wonende te Soest, om
verlof tot den verkoop van alcoholhou
denden drank anderen dan sterken drank
in de navolgende localiteit, de benedenlo-
caliteit van het perceel, kadastraal bekend
alhier in sectie H. no. 2135 plaatselijk
gemerkt no. 6 en gelegen aan de Soester-
bergschestraat aldaar.
Binnen twee weken na de dagteekening
dezer bekendmaking kan ieder tegen het
verleenen van dit verlof schriftelijk be
zwaren bij Burgemeester en Wethouders
inbrengen.
Soest, 11 Januari 1930.
Burgem. en Weth. voornoemd,
De Burgemeester, G. Deketh.
De Secretaris, J. Batenburg.
op alle STOOM- en VERFPRIJZEN
VENEMA Tel. 2169 F. C. Kuijperstr. 10a
Naar het Engelach
van
CARL SWERDNA..
5)
„Ik geloof nier. dat ik thee verdien,
nu ik zoo laat ben!" schertste Haydon
die Warton wel had willen wegkijken
iets, wat anders zoo gemakkelijk nog
niet ging!
Tom Garland had die twee ook wel zien
staan, en hg wilde Haydon ter hulp ko-
Wen.
„Zeg Steve, ik moet nog even een bood
schap doen in het dorp. Ga je mee?"
noodigde hij.
„Neen; ik moet naar huis", antwoord-
Steven kortaf. Met een haast smee-
„Goeden avond" tot Klok ging hij
heen.
Baydon kee hem na met een glimlach
^i: „Je vriend was niet in een goed
humeur, Tom",
Klok?"* ie hem gedaan, zeg
ziet er uit als een donderwolk".
pl^at kan ik dat nu helpen! Toe Tom,
trij niet zoo! Ik heb hoofdpijn."
fluiWihaa,de de schouders op en liep
TW We£* Gilbert vroeg deelnemend:
"'t Ki Uw hoofd waarlijk pijn?"
ik geplaagd geweld,!g! Dat is altÜd 200 als
Maar w
'Vw>h l aar°m laat u zich dan plagen
vervelende"'Vgt ]th?ipe"Die
"Mton draait altijd om me
De voornaamste factor voor
vooruitgang is oude dingen te
doen op een beetje betere ma
nier. De mensch ziet meer,
wanneer hij omhoog ziet, dan
wanneer hij naar omlaag kijkt,
en visie leidt ons voort en om
hoog in het schoone land van
de broederschap der menschen.
Dr. JAMES H. SNOWDEN
Alle waarlijke menschelijke activi
teit, alle streven op alle gebied is bij
voortduring gericht op verbetering.
„Steeds beter" is de leuze, waarnaar
alle menschelijke werken georiënteerd
is. Men streeft naar betere methoden,
naar verbeterde productie, naar betere
omstandigheden, betere arbeidsvoor
waarden, beter verkeer, kortom beter
voorzien in alle mogelijke behoeften.
Steeds beter, beter, beter. land- en
tuinbonwmethoden, industrie, handel,
verkeer, alles wordt voortdurend ge
poogd beter te doen. Dit streven naar
„steeds beter" wordt als een natuurlijk
en lofwaardig streven aanvaard, en de
mensch die naar steeds slechter streeft,
wordt terecht beschouwd als een ab
normaliteit. Doch dit materieele stre
ven naar steeds beter, is slechts een
veruiterlijking, of weerkaatsing zoo
men wil, van het moreele streven naar
hooger en beter, de immer bestaande
en actieve tendenz naar geestelijke
verheffing, naar geestelijk beter,
steeds beter worden, geopenbaard in
een voortdurend pogen tot overwin
nen van verkeerde zedelijk verkeer
de eigenschappen, hetgeen men aan
duidt met werken aan den opbouw van
ons karakter, dat wil zeggen, aan de
vorming van een „goed" karakter.
Van welke godsdienstige, geestelij
ke richting men mag zijn, dit streven
is aan allen gemeen. Alom wordt op
de waarde, beteekenis en noodzake
lijkheid van moreele verbetering ge
wezen. En nu mag men voor de ge
beurtenissen in deze wereld verschil
lende oorzaken zoeken, of redenen op
geven, één ding staat toch vast, dat
er niets in ons, om ons en bij ons ge
beurt, zonder aanleiding of oorzaak.
De dichter heeft gezegd, dat in het
heden het verleden ligt, en in het nu,
wat worden zal.... We kunnen dus
onze ervaringen, ondervindingen en
daden en gedachten niet, los van het
verleden beschouwen. Om „beter" te
worden, moeten we dat verleden,
vroegere fouten, wel degelijk in oogen-
schouw nemen. Maar we moeten er de
les uit trekken, die erin lag, en zorgen
niet meer in de oude fout te^ug te val
len. Doch ons aan den anderen kant
weer niet door het verleden laten bin
den en belemmeren en ontmoedigen,
want dat is ook de bedoeling niet. Ze
ker, het is moeilijk, om ons los te ma
ken van de dingen die we gedaan heb
ben en van wat we geweest zijn in de
dagen die achter ons liggen. Zoo te
recht merkt een anonymus in de New
Outlook (Toronto) op, dat op zoovele
manieren het heden een product is van
heen; hoe dikwijls ik hem ai heb weg
gezonden!"
„Maar laat Tom zijn sikkeneurigen
vriena dan den bons geven.
„Och neen, dat doet hg niet! Ze vin
den Steve allemaal een prachtige partij
voor mij! Ze denken zeker dat het beter
voor mij zou zijn als ik een eigen naam
had. Soms zou ik wel willen wegloopen
van hier! Iedereen plaagt er mg!"
„Arm kind! Plaag ik je ook, Klok?"
„Neen. U is altijd vriendelijk voor mij,
mr. Haydon!"
„Laten wij samen den tuin een beetje
rond loopen", noodde Gilbert. „Dat zal
je hoofd goed-doen!"
„Moet u dan niet uw avondeten heb
ben?"
„Maar een wandeling met Goudklok is
mg toch véél aangenamer!... Spreekt
Warton nu óók in dien geest tot je?"
„0! Ik wilde dat u niet meer van hem
sprak! Want nu plaagt u mij toch ook!"
„Goed. Dan zullen wij hem verder bui
ten beschouwing laten. We zullen den
moestuin maar eens rondloopen. Dan
kunnen wij het meteen hooren als mrs.
Garland belt voor het avondeten."
Gilbert deed die wandeling juist zoo
graag omdat hij bij een dergelrjkon rond
gang door den moestuin, „Goudklok" voor
het eerst had gezien.
„Hoe kwam u vanavond zoo laat?"
vroeg zij weer ineens.
„Er was zoo veel te doen. Ik moest ook
naar Culversthorpe gaan en later naar
het Huis".
„Heeft u lord Southmoor gezien?"
„Ja. Waarom vraag je dat?1*
„Vindt u hem aardig?"
„Ja; in zoo verre ik een dergelijk per
soon van gewicht „aardig" mag vinden!
Hg was zeer „minzaam" geloof ik, dat
gisteren en de dagen die daarvóór zijn
geweest. En de opeenhoping van da
den en weken en jaren die voorbijgin
gen, hebben neigingen en tendenzen
en gewoonten van denken gevestigd,
lie, hetzij ten goede of ten kwade, het
heden beïnvloeden en oorzaak zijn, dat
we niet geheel vrij in onze bewegingen
zijn, wanneer we het heden tegemoet
treden met al zijn verantwoordelijkhe-
Jen en mogelijkheden. Dat is een van
Je ernstige dingen van het leven, dat
het bepaalde dingen om den nek van
toekomstige dagen en komende jaren
bindt.En op deze wijze binden we
de fouten en zwakheden en mislukkin
gen en zonden van voorbije dagen als
molensteenen om den hals van van
daag. Ik kan vrees overhouden en
een gevoelen van nutteloosheid ten
aanzien van toekomstige pogingen uit
mijn fouten in het verleden, of ik kan
er wijsheid uit overhouden die mij weg
zal leiden van vroegere valstrikken en
mij zal helpen beter te doen. En dit
laatste is veel meer in overeenstem
ming met de Goddelijke bedoeling dan
het eerstehet is veel meer de be
doeling, dat ik wijsheid zal verkrijgen
en kracht uit mijn ervaringen in het
verledenEn het moet in 's He
mels bedoeling liggen, dat wij de nieu
we dagen en de nieuwe ervaringen te
gemoet treden met een vrijer en moe
diger en minder gekluisterd gemoed.
Wanneer we steeds „beter" willen,
zullen we niet voortdurend omzien
naar de fouten die we begingen, en
daarover jammeren en ondertusschen
vergeten, de nieuwe gelegenheden die
zich aan ons voordoen op betere wijze
te benutten. We zullen dan bedenken
dat de „voornaamste factor voor voor
uitgang is, oude dingen op een beetje
betere manier te doen."
FLORIS C.
NEUWECÏ 18
OKD, COl I'ErSi:
HILVERSUM
Elegante Coupe. Onberispelijke afwerking.
Ongeluk met een geladen revolver.
Uithoorn, 15 Jan. Gisterenmorgen wilde
de heer G. Balert, alhier, zijn revolver
schoonmaken. In de onderstelling, dat
deze ongeladen was, verzocht hij zijn
14-jarig dochtertje hem het wapen te wil
len aanreiken. De revolver ging plotse
ling af en het schot trof den heer Bal-
vert in de hand, terwijl zijn dochtertje
door een kogel in de buik werd getroffen.
In zorgwekkenden toestand werd het meis
je naar Amsterdam overgebracht, waar
het in het Maria-Pavilloen is opgenomen.
De Commissaris van Politie te Dord
recht geeft belanghebbenden in overwe
ging inlichtingen in te winnen aan zijn
bureau, Groenmarkt 69, Afd. recherche,
alvorens relaties aan te knoopen met A.
L. van de Graaf, wonende te Dordrecht,
Brouwersdijk no. 160, kantoor houdende
te Nijmegen, aan den Parkweg no. 1 en
te Arnhem, aan de Weverstraat no. 12b,
die zich zou belasten met het verstrekken
van z.g. geldleeningen onder hvpotheccair
verband.
Het verkeer tusschen Rotterdam en
Gouda gestremd.
TREINVERKEER OMGELEGD.
Door een verzakking aan den spoordijk
op de lijn bij Nieuwerkerk a.d. IJssel
(het traject RotterdamGouda) is het
verkeer tusschen Rotterdam en Gouda
gestremd. Reizigers komend van Utrecht,
moeten te Gouda overstappen om via Den
Haag de reis naar Rotterdam voort te
zetten en omgekeerd.
De verzakking van den spoordijk werd
Zaterdagavond geconstateerd. Het is een
klein gedeelte van den weg tusschen Nie-
werkerk a.d. IJssel en Moordrecht. Zon
dagmorgen werden twee zandtreinen aan
gevoerd en gedurende den geheelen Zon
dag werd doorgewerkt aan het ophoogen
van den dijk door ploegen uit Rotterdam
en uit Nieuwerkerk.
Verschillende treinen zgn in verband
niet deze stremming omgelegd.
Men hoopt het euvel binnen een of twee
dagen te hebben hersteld.
ik het uitdrukken moet!"
„Hij is vriendelijk voor iedereensprak
zjj met overtuiging. „En vindt u dan niet.
dat hij mooi is?"
„Mooi?" herhaalde hij.
„Ja zeker! Weet u wel, dat ik soms vair
hem droom? En zijn stem is ook zoo in
drukwekkend. Ik hoop niet, dat u mij
uitlacht, mr. Haydon!"
„Je uitlachten?.Ik denk er niet aan!
Als ik hem een volgenden keer zie, zal
ik eens zien uit te vinden, wat je toch zoo
zeer treffen kan in zijn gezicht."
„Och, 't is ook misschien heèl dwaas
van mij, om er zelfs tegen u van te spre
ken! Maar ik wilde u nog wat anders vra
gen: Heeft u lady Barbara Ross ook ge
zien? Dat is een nichtje van lord South
moor, weet u. Vader heeft ons juist van
daag van haar verteld.. Haar ouders zijn
beiden overleden en nu komt zij op Schor-
ne wonen".
„Er moet een vergissing in het spel
zijn. Het is onmogelijk!" ontviel het Gil
bert Haydon die bljjkbaar meer tot
zichzelven sprak, dan tot zijn wandelge-
noote.
„Neen, het is geen vergissing, mr.
Haydon", betuigde zij. „Vader heeft het
van den butler gehoord.. Het moet een al
lerliefste jonge dame zijn en lord South-
more houdt van haar of zij een dochter
van hem is."
„Hoe heet zij ook weer?" vroeg Gilbert
met grooten nadruk. „Lady Barbara
wat?"
„Ross. Lady Barbara Ross. Vindt u
dat niet aardig klinken? Ik heb hem ex
pres goed onthouden. Want ik wilde 'm
u vertellen, dan kunt u 'm in "uw nieuwe
novelle gebruiken. Hoe denkt u daar
over?"
„Hoor, daar gaat de bel", zei hij. „Ik
Eerste Soester Electrische Brood- en
Banketbakkerij
■"C. VAN EE n
Soesterbergscheslraatweg 15, Telef. 2244
(Hoek Gallenkamppelsweg)
Krekstraat 7 SOEST Telef. 2145
Vereeniging van Bijenhouders.
Vrijdag 10 Januari j.1. hield de afd.
Soest van de vereeniging van Bijenhou
ders een vergadering in de zaal van „De
Gouden Ploeg", waarop door den heer
van Rossurn, practisch leeraar in Bijen
teelt te Wavervan, een lezing werd ge
houden over „Het voorkomen van zwer
men."
Na opening door den Voorzitter die al
len welkom heette, in 't bijzonder de leden
van Baarn en Amersfoort en verheugde
het hem, vier leeraren onder de aanwezi
gen te zien, wat hem een bewijs is, dat
het onderwerp dat behandeld zal worden
wel de aandacht trekt. Hierna geeft hij 't
woord aan den heer van Rossum die zijn
zeer interessante lezing begint, en aan
de hand van een paar moderne bijenkasten
met voorbeelden aantoont, hoe het zwer
men kan voorkomen worden.
Na de beëindiging zijner lezing wordt
gepauzeerd waarna een zeer geanimeerde
gedachtenwisseling ontstaat over het voor
en tegen van de verschillende methoden
die voor het voorkomen van zwermen
worden toegepast.
Een der aanwezigen wijst op de vorig
kom dadelijk! Nu heb ik hoofdpijn."
En zij ging naar binnen, terwijl hij nog
met het hioofd tegen een appelboom stond
geleund; met een uitdrukking op het ge
laat of hij pas een heftigen schok had
gekregen.
„Lieve kind", sprak lord Southmoor tot
zijn nichtje „Ik verwacht enkele gasten".
Lady Barbara keek verrast op van het
handwerk, waar zij aan bezig was.
„Gasten op Schorne? Maar. oom Alan.
„Zóó erg is het nog niet!" antwoord
de zijn lordschap. „Ik ben nu wel een
saaie, ouwe kerel, maar toch nog geen
misanthroop. Ja, er komen hier enkele lo-
gée's."
„Zeker voor de jacht, oom?" vroeg zij.
„Ja, ze zullen wel jagen. Maar ik geloof
toch niet, dat dit hun hoofddoel is. In
ieder gehal hoop ik maar dat zij aardig
zullen wezen.
„Zijn het er veel, oom Alan?"
„Morgen komen er pas twee; maar zoo
langzamerhand zal het wel een heel par
tijtje worden."
„Zijn het oude vrienden van u, oom?"
„Eén wel. We kennen elkaar al van on
zen college-tgd. Onze verschillende smaak
in levenswgze maakte dat wij elkaar toen
niet zooveel nader kwamen, maar nu acht
maanden geleden ontmoetten wij elkaar
toevallig in Londen. Hij is een paar maan
den op Schorne gebleven en nu schreef
hij, dat hij weer graag een maand zou
komen".
„Is hij heel oud, oom?"
„Och, zoo héél oud niet. Een jaar ou
der dan ik, denk ik."
„O, maar dan is hij in het geheel niet
oud", verklaarde lady Barbara met groo
ten nadruk.
„Dank je wel voor je compliment, Bar
bara! Maar dat hii ZOO nnnafomrlrilr nnH
Aanbevelend, JOH. KOSTER.
Hèerenstraat 20 Telefoon 2706
HILVERSUM
jaar vooral in het Zuiden opgetreden rup-
senplaag en spoort de aanwezigen aan,
daar het toch ook voor vele imkers van
belang is, daar de meesten hunner toch
ook 'n tuintje hebben waarin vrucht- of
andere boomen staan, naar beste vermogen
mede te doen aan de bestrijding der rup-
senplaag. Spr. geeft in korte trekken aan
hoe het best de bestrijding kan plaats vin
den en raad aan, het door den Planten»
kundige Dienst te Wageningen tegen kost
prijs beschikbaar gestelde boekje aan te
schaffen.
Nog spreekt een der aanwezigen den
wensch uit dat het door de Regeering in
te stellen onderzoek inzake ziekte der Bijen
waarvoor binnenkort aan alle bijenhouders
vragenlijsten zullen worden toegezonden,
door de imkers zal bevorderd worden, de
lijsten zorgvuldig in te vullen en zoodra
men ziekte onder zijn bijen vermoedt, een
dezer diertjes op te zenden.
Na besloten te zijn de lezing van
den heer van Rossum, benevens de
mededeeling betreffende bestrijding der
rupsenplaag in het Imkerblad op te ne
men, sluit de voorzitter deze goedgeslaag
de leerzame vergadering.
Solisten-Concours te Soesterberg.
Zondag j.1. behaalde den heer R. Jansen
(Bugel) lid der Soester Harmonie op hel
gehouden Solisten-Concours te Soester
berg een le prijs met 103 punten. Zeer
zeker een keurige prestatie voor deze nog
jonge kracht. Een woord van dank voor
de goede begeleiding der pianiste is op
zijn plaats.
Het Groene Kruis.
Bovenstaande Vereeniging zal Dinsdag
21 Januari a.s. een Film-avond geven in
het Gebouw Religie en Kunst.
Voor bijzonderheden verwijzen wij naar
de in dit nummer voorkomende adver
tentie.
Ontvreemding.
Ten nadeele van Mej. H. zgn eenige
loopeenden ontvreemd.
TEGEN SPOTPRIJZEN
F. C. KUIJPERSTRAAT 10a - TELEF. 2169
lijkt voor zijn leeftijd komt doordat hij
zooveei verdriet heeft gehad. Dit heeft hij
mg wel gezegd toen wij den vorigen keer
samen waren. Het was zulk een goede
jongen, die Richard Luttrell. Hoe de jonge
man er uit ziet, weet ik niet, want dien
heb ik nooit ontmoet".
„Richard Luttrell riep Barbara met
een kleur als een pioenroos. „Zei u waar
lijk Richard Luttrell, oom?"
„Zeker. Ken je hem dan?"
„Ja. Dat wil zeggen, nu niet zoo heel
goed. Ik heb hem eens of tweemalen ge
zien, toen wij in het buitenland waren,
eerdat papa ziek werd. Het is nu bijna
anderhalf jaar geleden. Hij is tegelgk met
ons in Engeland gekomen en hij was heel
vriendelijk voor mijvoor ons allen
meen ik dan."
„Hm, hm!" glimlachte oom eens. „Nu,
kindje, dan zal jij dus twee oude vrien
den ontmoeten in plaats van twee nieuwe!
Je hadt wel wat op met dien jongen Lut
trell, voor zoo ver ik dat begrijpen kan?"
„O ja, oom! Heel veel! Maar u zult
hem ook heel graag kunnen lijden. Dat
weet ik wel zeker!"
„Daar twijfel ik niet aan! Wat zal hij
verrast zijn, je hier te vinden!"
„Ja, dat geloof ik ook!" antwoordde
zij zacht. „Nu wilt u ook dat ik enkele or-
ders geef, oom?"
„Neen; geen andere dan dat je aan de
huishoudster zegt, dat zij zorgt hoe er een
paar kamers in gereedheid worden ge
bracht en dat de gasten hier zullen zijn
met het diner. Je dineert natuurlijk met
ons en je moet mrs. Hudspett maar eens
vragen, of zij een oogje op je wil hou
den."
(Wordt vervolgd.)