VROUWEN VAN SOEST
No. 4 van LIJST 4
No. 1 van Lijst 4
„GOUDHEUVEL"
Van Caesar.
Indien gij een VROUW in den
Raad wenscht, stemt dan op
FEUILLETON
Soesterberg.
LIBERALEN
Algemeen Gemeentebelang
Mej. H. Funke
„APOLLO"
Het kinder- en mannenkoor gaf Donder
dagavond een zanguitvoering in de tent in
de Kerkebuurt. Door het prachtige zomer
weer waren honderden belangstellenden op
gekomen om te genieten. De voorzitter de
heer J. de Zoete sprak een kort openings
woord, waarin allereerst de kleine klasse
aan de beurt kwam. Zeer jammer was het
dat door 't doorgaans verkeer veel van de
zang verloren ging. Men moest al heel dicht
bij de tent staan om alles te hooren. Zou
voor een volgende keer het verkeer niet
kunnen worden omgelegd voor een paar
uurtjes. De groote klas welke hierna op
trad had succes, de solo door Fientje
Hornsveld was zuiver en klonk zeer goed.
Het mannenkoor trad o.a. op met ^Ecca
quomodo Moritur" en de „Bruid" welke
zeer goed werden verklankt. Het applaus
getuigde dat genoten was. Tot slot werd
het hi moristisch liedje de „Apotheker" ge
geven dat insloeg. Men lachte er hartelijk
om. Zou het geen aanbeveling verdienen de
volgende keer een paar nummers te geven
die mede gezongen kunnen worden; velen
neuriden mede bij „Hollandsch Vlag" men
kreeg dan zoo zachtjes aan de Volkszang
avonden die vooral in Utrecht inslaan. De
directeur den heer J. C. van Maurik uit
Utrecht werd bedankt voor de leiding. Het
was een zeer goede avond. Vele hebben
genoten. Wij hopen dat het programma op
'n rustiger gedeelte in de schoone gemeente
zal worden herhaald. De politie zorgde voor
goede verkeersregeling. Apollo heeft haar
best gedaan.
S.D.A.P.
Het verkiezings-comité maakte een mu
zikale tocht door de gemeente,, gevolgd door
fietsrijders. De stoet had veel bekijks,
CHR. HISTORISCHE UNIE.
De afdeeling hier ter plaatse hield een
openbare vergadering in Hotel Eemland,
onder praesidium van Ds. L. H. Gerth van
Wijk. De opkomst was bevredigend. De
vergadering werd geopend met gebed, het
lezen van Petr. 3 S18 en het lezen der
notulen dd. 6-5-'31. Daarop roept de prae-
ses allen het welkom toe en stelt op den
voorgrond het groote gewicht der a.s. ver
kiezing welke vooral voor de gemeente van
groot belang is hoe de volgende 4 jaren zij
zal worden bestuurd en welke geestelijke
richting zal worden ingeslagen^. Spr. gaat
niet mede met de nieuwsbladen die de can-
didaten verdacht maken om stemmen te
winnen,, daar er aan de verkiezing zeer veel
vast zit. Daar is o.a. het grondbedrijf de
groote puzzle, waar zeker samenwerking
noodig is om daaruit te raken, zoodat de
uitslag met groote nieuwsgierigheid wordt
afgewacht. Spr. hoopt dat de Chr. Hist.
Partij als een sterke fractie uit den strijd
zal komen om de gemeente in een gezonde
zin te leiden,, waar de souvereiniteit Gods
wordt erkend in groote, zoowel als in
kleine dingen. De partij stelt zich op het
standpunt van Zondagsrust en Zondags
heiliging, het Chr. onderwijs in den ruim-
sten zin, 'n open oog hebben voor de sociale
nooden daar wij een crisis doormaken als
nooit tevoren, voor een zuiver en wijs be
heer, bevording volksgezondheid, bestrij
ding werkloosheid, e.a. Spr. is groote er
kentelijkheid verschuldigd- aan het afgetre
den raadslid Mevr. S. G. Landweer-de Vis
ser, waar het bestuur groote lof voor heeft
die groote dankbaarheid verdient. Steeds
was zij trouw op haar post en h^eft 'n zeer
goede figuur gemaakt. Haar sympathieke
figuur wordt moeilijk gemist, zij heeft de
Chr. HPtf. Partij waardig gediend, daar zij
haar volle krachten daaraan heeft gegeven,
Vervolgens bespreekt de voorzitter de
a.s. candidaten van lijst 3. De lijstaanvoer
der is een bekende Soester, welke een goed
figuur zal maken; hij is een stille werker.
No. 2 de heer de Ridder uit (S.tbj.) is daar
ter plaatse ter goede faam en naam bekend,
No. 3 de heer Al. D. van Krieken, de voor-
,van ^oest-Zuid, is iemand met veel
initiatief, voor Soest-Zuid heeft hij reeds
veel gedaan.
Spr. stelt de persoonlijke vrijheid op den
voorgrond. Hij hoopt dat een vreedzame
slag zal geleverd worden en dat de beginse
len zullen zegevieren. De Chr. Hist. partij
is de partij der orde, zij geeft geen beloften
die niet vervuld worden.
De heer A. D. van Krieken zegt dat bij
hun het algemeen belang als No. 1 komt,
hij is dankbaar voor wat de zittende raad
deed, maar de geest moet er in gewijzigd
worden. Men kijkt te veel bij een voorstel
uit welk hart het komt en zet de algemeene
belangen op zijde; door onderlinge samen
werking is veel te bereiken. Sprl is in de ge
meente voldoende bekend en daarmede op
de hoogte, hij zou gaarne zien dat de ge
meente reclame maakte voor het dorp, en
dat er industrie kwam; Verder staat hij stil
bij het wegenplan, de reiniging, de badin
richting, het pl -imveebedrijf', volkshuisves
ting etc., en is voor een behoorlijk salaris'.
De heer de Ridder (S.tb.) geeft geen be
lofte maar zal zijn stem in de raad toetsen
aan de Chr. Hist. Unie in het belang der
gemeente met eerbiediging van elks begin
sel;
De heer de Bruyn (A.R.) dankt voor de
uitnoodiging voor de vergadering^ en hoopt
dat de Chr. Hist. Unie ten volle medewer
king met de A.R. zal geven. Met bijzonder
genoegen heeft de A.R. met Mevi> Land
weer de Visser saamge\tferkt; hij hoopt op
nauwe aaneensluiting.
Daarop sluit de voorzitter de vergadering
met gebed na vooraf ieder opgewekt te heb
ben te stemmen op No. 1 van lijst 3.
Naar het Engelsch
van
CARL SWERDNA
16)
,,Om de reden, die ik u ééns al gaf, toen
ik zei, dat het in mijn bezit moest blijven.
„Tegen u!"
Het is mijn eenige beveiliging".
„Teen U."
„Jou dwaas! Je zoudt weigeren? Wel.
een nieuwe vertooning van een lafaard!"
Hij lachte andermaal; een plagende,
sarrenden lach. „Ga je gang! Zoo zeker,
als je in andere opzichten afhankelijk van
mij bent, zoo zeker zal ik het toch heb
ben!"
Zich kaasrecht oprichtend, sprak de rent
meester:
„Vat u niet, Mr. Ryder, dat u mij wei
eens te ver zoudt kunnen voeren?"
„Te ver? Neen, ik koester in het geheel
geen vrees voor je, zoolang je dochter
leeft! Maar, als je plan zoo vast staat, laat
ik je dan niet ophouden, Goeden dag!
De rentmeester zei niets verder; hij draal
de ook niet, maar verliet het vertrek, met
gebogen hoofd, een beeld der wanhoop ge
lijk.
Toen Miss Foliot nu andermaal langs de
„Kluizenaarshut" ging, bleef zij niet onop
gemerkt door den ^.kluizenaar", die, on
danks de blakende zon, blootshoofd in zijn
tuin aan het werk was, met Bendigo steeds
achter zich aan.
Onmiddellijk trad hij aan het hek en zij
kon dus niets anders doen, dan hem de hand
reiken, daar overheen.
ESPERANTO CLUBJE TE SOEST.
Sinds een maand is Soest een voorloopig
nog officieus Esperanto clubje rijk, met on
geveer 12 deelnemers. Iedere Woensdag
avond is er bijeenkomst waar in Esperanto
geconverseerd, gelezen en verteld wordt.
Belangstellenden hierin kunnen zich wen
den tot den heer W. P. Roelofs, Dalweg 6,
alhier.
POST EN TELEGRAFIE.
Onbestelbare stukken waarvan de afzen
ders onbekend zijn terugontvangen te Soest
in de le helft van Juni:
Brieven Binnenland:
Mej. E. Sukkel, Utrecht.
J'. Vermeer, Aalsmeer.
VAN DEN HEUVEL.
Wat is het goed beschouwd toch zonder
ling, wanneer bij een gemeenteraadsver
kiezing als deze een candidaat reeds daar
om wordt aangevallen, omdat hij niets an
ders dan de algemeene gemeentebelangen
wil voorstaan. Alsof zooiets uit den booze
zijn zou. Is men dan reeds zoodanig ver
strikt in partij- of klassebelang, dat men
tenslotte alle uitzicht op het gemeentebe
lang, dat is het belang van allen verloren
heeft. Ziet men dan geheel en al voorbij,,
„Ja,, ik moest mij eens even wat verpoo-
zen, want ik heb al van vanochtend zeven
uur aan de schrijverij gezeten."
„Als u zoo doorgaat, zult u dokter Pop-
plestone nog noodig hebben. Hebt u nooit
eens gehoord van een acht-urigen werk
dag?"
Niets voor mij! En waar is u geweest?
„Op Goudheuvel."
„Op Goudheuvel"?Wat ter wereld
hadt u daar te doen?"
Hij deed die vraag, of hij er volkomen
het recht toe had. En ze was dan ook vol
komen bereid, ze hem te beantwoorden,,
waarschijnlijk omdat ze hem ook iedere
vraag stelde, die haar maar voor den mond
kwam. Dus vertelde ze hem van het offi
cicele stuk en van oom Matt's verlegen
heid daarover.
„O, is het dat? Maar komt u toch even
oinnen!"
„Ik denk er niet aaiv Wat zou tante Nan
.vel zeggen? Ze brengt toch al zooveel con
cessies aan haar geweten. Maar dat zal ik u
daar nu zoo zonder eenige aanleiding een
bezoek zou brengen, dat overkwam zij
nooit!.... F.n die arme oom Matt. Die zit
zich nu steeds meer op te winden over dat
belastingpapier, of wat het dan ook is; en
dan wordt zijn jicht er maar zooveel te er
ger om!"
„Neen; dan mogen wij ook niet onge
hoorzaam zijn.' Maar u is zoo op „Goud
heuvel" geweest? Hoe maakt mijn geliefde
neef het wel?"
„O, dat heb ik hem niet gevraagd, maar
ik geloof wel goed. Ik voel mij altijd erg
weinig op mijn gemak met hem en vandaag
dan al in het bijzonder, Maar dat was mijn
eigen schuld, want ik heb dan ook heel
gek gedaan!"
„Ja? Vertelt u eens even?"
„Zoo dadelijk, maar zegt u mij.dan eerst
eens: heeft u ooit iemand gekend van den
naam van Charles Russell?"
„Ik geloof van niet.... Maar, owacht
eens: het was een vriend van mijn oom
dat dit laatste het grootste gemeene veel
voud is, waarin alle afzonderlijke factoren
kunnen begrepen zijn.
Het leven eener gemeente is tegenwoor
dig zoo verdicht, dat de behoefte of nood
van een harer deelen door elkeen op meer
of mindere wijze zal worden ondergaan of
aangevoeld. De oplossing ervan is dan in
't algemeen belang en kan alleen in dat
licht bezien worden,
Dat alles is heel eenvoudig Het partij
leven is echter reeds zoodanig van de ge
zonde grondslagen van het gemeentelijk
leven afgeweken, dat het voor al deze din
gen geen oog meer heeft.
En toch wordt bij het aanvaarden hunner
betrekking door de leden van den raad, de
eed ot belofte afgelegd, waarin zij onder
meer ook uitspreken, dat zij de belangen
der gemeente, dat zijn dus de gemeente
belangen, met al hun vermogen zullen voor
staan en bevorderen.
Wat is hiervan echter terecht gekomen
in de praktijk? Dat het regel geworden is
om juist anderom te doen.
Is het dan overbodig om nog eens alarm
te blazen voor de strikte naleving van dien
eed of belofte, die voor velen een holle
phrase geworden is. Omdat zij zoo met al
le vezelen aan hun partij of groep gebonden
zijn, dat zij niet meer zelfstandig hun oor
deel kunnen of mogen vormen, doch slechts
als gevolmachtigden van een deel der kie
zers in den raad verschijnen.
Het aantal vrije, onafhankelijke men-
schen, a t niemand naar de oogen behoeft
te zien en volgens eigen inzicht slechts de
algemeene belangen dienen kan, krimpt op
onrustbarende wijze in. En het is een ware
verkwikking, wanneer men hier en daar
nog eens zoo iemand ontmoet.
Elke dienstbaarheid aan een partij legt
altijd beperkingen op ten opzichte van het
algemeen belang. Daaraan kan geen enkel
partiiafgevaardigde ontkomen. En zoo hij
in zelfstandigheid en kracht hieraan ont
groeien zou, dan behoeft hij slechts enkele
keeren door de perken heen te breken om
niet langer meer als de gewilde man zijner
partij te boek te staan en het vertrouwen
zijner kiezers te verbeuren. Dat vertrouwen
is intusschen dan toch nog maar erg rela
tief geweest, wijl hierbij de leiband niet ge
mist kon worden.
Een partijprogram moet tegenwoordig als
passe-partout dienen voor alle mogelijke
gevallen. Maar het leven, ook dat van een
gemeenteraadslid komt telkenmale voor ver
rassingen en ongedachte of weinig vermoe
de wendingen te staan, waarop alleen een
vrij, persoonlijk inzicht,, dat vooraf nog niet
door apriorismen aan banden gelegd is, de
klare visie behouden kan.
Zoo iemand hebben wij hier gelukkig in
Grootewal; die daardoor in 't groot nog
de belangen van allen zien en behartigen
kaïv Dat is voor het kleine Soesterberg, dat
alleen als hechte en aaneengesloten ge
meenschap iets bereiken kon, alles waard.
Maar nog meer voor de toekomst). Want
hier liggen zeer vele mogelijkheden. Deze
loot van den Soester stam bezit een verba
zende groeikracht, waardoor het niet tot de
onmogelijkheden zou behooren, wanneer
binnen enkele jaren blijken zou, dat de be-
teekenis van de gemeente Soest aan deze
zijde van den Berg kwam te liggen. Er zit
persoectief in Soesterberg. Om vele rede
nen. Alleen reeds de snelle groei en op
bloei van de laatste jaren wettigen op zich
zelf dit vermoeden.
De heer Grootewal, die dit proces voor
deze buurtschap ook in den Raad heeft mee
gemaakt, kan eveneens in staat geacht wor
den om in gemeentelijk opzicht de toe
komstmogelijkheden voor deze plaats in
goede banen te helpen leiden. Er kunnen
binnenkort over Soesterberg in den ge
meenteraad vraagstukken aan de orde ko
men, die slechts door een bekwaam en zelf
standig vertegenwoordiger kunnen worden
opgelost.
Het zou daarom van de Soesterbergers
een ernstige fout zijn, wanneer zij bij de
gemeenteraadsverkiezing van aanstaande
Donderdag met al deze dingen geen reke
ning hielden.
„TOESCHOUWER."
MEETING S.D.A.P.
Donderdagmiddag 11 Juni werd ons me
degedeeld, dat de S.D.A.P. 's avonds alhier
een meeting houden zou aan de Luitenant
Koppenlaan. Om 8 uur waren wij daar pre
sent en zijn daar tot kwart vóór negen
gebleven. De meeting was toen nog niet
begonnen en er waren slechts enkele Soes
terbergers aanwezig, zoodat wij het niet de
moeite waard achtten om nog langer te
blijven en te wachten op de dingen, die
wellicht niet meer komen zouden.
Ryder. Een heel teer mannetje, die meestal
buitenslands was, omdat zijn longen niet iu
orde waren. Hij en oom hadden elkaar al
gekend van hun schooljaren en waren el
kaar altijd blijven schrijven. Maar hoe kwam
u iets te hooren van dien Charles Russell?"
Zij deed hem nu een verslag van het ge
beurde en hij trok er de moraal uit:
„Dit moet u dus een leer wezen, om nooit
in andermans kabinetten*te kijken!
Ik kan mij anders wel begrijpen, dat het u
een schok gaf, toen u daar zoo ineens het
handschrift van uw vader meende tegen te
komen, maar het is waar, dat het schrift
van verschillende personen soms zooveel
op elkaar lijken kan; daarvan heb ik ook
wel treffende voorbeelden bijgewoond. Of
denkt u soms, dat mijn waarde neef loog?"
„Neen, dat niet(."
„Kijk eens, is dat Boone, die daar aan
komt?"
„Dat kan wel. Zooeven was hij ook op
Goudheuvel". Wat ziet hij er vreeselijk
zwak uit, die arme man! Of hij haast niet
loopen kan".
„De hitte en de vermoeienis bij elkaar
zullen het 'm gedaan hebben; en dan is hij
immers overwerkt. Ik zal hem hier binnen
zien te loodsen en hem overhalen, een uur
rust te nemen,. Tusschenbeide luistert hij
wel eens daarnaar."
„Nu en dan ga ik gauw: het is beter, dat
hij mij niet ziet."
„Waarom niet?"
„OcR, ik geloof, dat hij niet bij/.onder op
mij gesteld is."
„Dat verbeeldt u zich toch maar. Dan
moest u hem eens over u hooren! Hij is
een en al bewondering."
„Ja? Nu, daar ben ik blij om. Maar ik
dacht echt van niet, omdat hij zoo vreemd
tegen mij kan doen, vooral als ik Mary heb
opgezocht. Net of hij mij mijlen ver
wenscht, al schijnt hij er anderzijds ook
weer dankbaar voor te zijn. Nu, ik ijl
Komt u,, als-'t-u-blieft, vanavond, dan kunt
u mij nog eens raad geven, met de schrij-
Zie-zoo, deze serenade is alweer achter
den rug, en nu kan het verwrongen dra
ma weer voortgang hebben.
ie er wijs uit kan worden is een met
verstand begiftigd wezen. Ik heb al mijn
raadslieden bij malkander gehad, het
orakel geraadpleegd, gewerkt met het ei,
en nog kan ik er niet bij. Er is een klacht
ingediend tegen een Deelsch bewoner:
maar die heeft geen serenade gehad! Zijn
ze nou allemaal stapelgek geworden?
Waarom de een wel en de ander niet?
De anti-revolutionairen, en andere wil
den hebben maskers aangeschaft om
straks de gifgasjes, die bij tijd en wijle
verwacht worden te zullen ontsnappen uit
den leverkleurige, te kunnen weerstaan.
De man met de bolhoed, en de vette glim
lach heeft zich tegen slaaploosheid laten
inenten, en loopt rond met zelfmoordplan
nen. De man van de stukken, handteeke-
ningen en cijfers is plotseling ontboden
om andere stukken, en andere handteeke-
ningen te verifieeren. De vrees bestaat,
dat de ruil van 1 op 8 de menschep
brengen zal van den drop in de wolkbreuk.
Caesar dacht, dat hij nu wel harakiri kon
plegen, en zichzelf om zeep brengen, maar
er komen nu van die allerzonderlingste ge
ruchten over de zemelaar-zendelaar, dat
ie nog even met het opmaken van zijn
testemonium zal wachten. 'Mijn 'hooge.
Raadsinktridders zijn waratjes al half en
half tot de conclusie gekomen, dat het nog
beter is cm de openbare werken maar te
laten waar ze ziiten, mits ze openbaar
blijven. De man van de huur, slaat gaten
in de lucht, zwaait met armen en beenen
tegelijk, en viel met z'n neus in de mod
der. De ter hulp aangesnelde Politikus
poogde hem de levensgassen weer op te
blazen, maar viel daarbij zwijmelend in
zwijm. De geheele stam werd op de bloote
beenen gebracht.
Ja, er gebeuren in Soest rare dingen.
Zoo zag ik vanmorgen uit het raam van
mijn badsalon heel gewichtig eeen dienaar
van Hermandad aanloopen -achter drie
kleutertjes van naar schatting met elkan
der 8 jaren oud. Alweer een dievepak van
drie te pakken genomen. Vreeselijk, vree
selijk. De geheele Deelsche politiemacht
heeft nog geen idéé gehad in die andere
benden, die zoo zeer ingewikkeld in den
knoop zitten. Maar daarvoor moet je ook
tot aan de tanden gewapend zijn.
Zie ik me daar vanmorgen indeErka-
sche pers een stuk, ja, meneer, een stuk
vol verbolgenheid, zwarte zwadder spu
wende in mijn aanschijn. Caesar, moet u
weten schrijft met stukskens en beetkens.
Ik zal die verbolgen parochiaan maar di
rect even antwoorden, dan ben ik er af.
Kijk 'ns, het was heelemaal geen schu-
Kijk 'ns, het was heelemaal geen schun
nige journalistiek, want ik heb geen
waarde heer parochiaan, dat de bedoelde
de door U bedoelde is, dan zou ikhet doop
ceel van bedoelde, en dat bedoel ik. maar
eens gaan lichten, er is wel iets over be
kend, een klein pietsie, ook wel bij die
afdeeling van het Raadhuis, waar alleen
bezopen vrachtjes worden ingereden. Maar
in elk geval geeft Caesar deze mislukte
bankier geen cent crediet. Want Caesar
wil er nog wel eventjes wat bij zeggen,
(heelemaal niet in m'n wiek geschoten,
gij, ondoorkneede zoethout-parochiaan!)
Ze schrijven wel dit: Op Bromhage
schijnt iemand te zitten die op handige
wijze z'n duiten bij elkaar heeft geschooi
erd. Best, basta. Caesar heeft er nog geen
sigaret van gerookt, en mijn jongste
achtentwintigste zuigeling moet z'n eer
ste Bromhaagsche dotje nog krijg; n. Dal
is allemaal goochemigheid. Maar ik heb
de Heer Ipuk nog nooit niet op de preek
stoel zien staan. Misschien komt dat nou
ook nog, ik heb daar zooveel kennis nie
.van, maar 't zou kunnen wezen, dat je
met winstverdeeling, en winstderving, of
schilderwerk op een preekstoel moet gaan
staan. Maar wel weet ik vervloekt zeker,
slcome duikelaar, dat daar meer geknoeid
en meer gegoocheld wordt, dan'n Kloost r-
monnik en een Bromhaagsche beer teza
men in een menschenleven kun,nen ver
blazen. En de tweelingbroer van dien
Schilder-voorzitter der Erkasche Bond
verij en kunnen wij samen dat lied instu-
deeren."
Toen zij later nog eens omkeek, zag zij
dat Boone waarlijk het hek van de „Kluize
naarshut" was binnengegaan en dat hij half
leunde tegen den krachtigen schouder van
den „kluizenaar", of hij diens steun dan ook
wel-noodig had.
HOOFFDSTUK XVII.
Dorothy schoot nu goed op met haar
schrijverij^ Ze had dan ook, misschien
in navolging van Curzon, den heelen
dag zitten pennen, zoodat haar handen er
duidelijk de sporen van droegen. Het was
nu na de thee en na een bescheiden tikken
aan de deur stak tante Nan haar hoofd bin
nen en zei:
„Lieve, het spijt mij erg, maar Lord
Beauclerck is beneden".
„Ik vind het geschikt, Tantetje, zoolang
hij maar niet boven komt»."
„Ja maar, Dory, hij vroeg naar jou, voor
zoover ik er uit wijs werd, had hij een
boodschap aan je van Lady Eva."
„Hè, toe,, Tante, zend u hem nu maar
weg!"
„Kind, dat gaat toch niet! Hij is nu een
maal viscount. Je kunt hem nu maar niet
zoo afschepen, als den eersten, den bes
ten!Bovendien, hij heeft immers een
boodschap van Lady Eva voor je",
„Ja, nu, dan kom ik wel! Stuurt u hem
maar vast den tuin in, dan kom ik daar bij
hem en schep meteen nog een luchtje."
Gedwee ging tante Nan naar beneden;
een oogenblik later volgde de schrijfster
en verscheen zonder plichtplegingen tegen
over zijn Lordschap, die haar onder den
grooten olm stond te wachten».
„Ik hoop, dat ik u niet te zeer gestoord
heb, Miss Foliot; maar Eva was er zoo
vreeselijk op gesteld, dat u die boodschap
krijgen zoudt en zelve kan ze onmogelijk
gaan, omdat Mama vandaag niet wel is."
Dorothy vroeg maar niet, waarom zij dan
voor Uitdeeling van lek-luieres aan beve
rige kiezers, met of zonder leverkleurige
pantalon, zal het wel erg prettig vinden,
wanneer ik verklaar deze zaak te zullen
laten rusten, daar waar de leverkleurige de
bedoelde heeft heengesleept. Maar gij,
parochiaan, voor wien ik een pingaatjes
zang bestellen wil bij Diogenes, roep ik
toe „Zwijg, dwaasGij wilt deze pers-
produkten uit uwe woningen weeren.... En
de struisvogel begroef z'n kop. Kieke-
risier, voor Caesar behoeft ge niet be
duusd te wezen. Heelegaar niet hoor. Want
't gezellige is, dat die ook na de verkie
zingen blijft bestaan en dus schiet, schoot,
zal schieten. Een goede bekende van Cae-
sar's oudste dochter z'n zwager heeft
nog eenige inlichtingen toegezegd, waar
Caesar op zit te wachten. Maar de le
verkleurige dacht mij een Multatuliaansche
kanker toe. Kijk, Soeverein Groot Inspec
teur—Generaal, met den Persoonlijken Ti
tel van Soeverein der Soevereinen, ik denk
dat 't in de permetasie zit, want Multatu-
li vindt ge niet in m'n paleis, geestelijk,
materiaal noch schriftelijk. Zou ik wel
kunnen zeggen, dat je je toch heel wat
verbeelden moet, als je uit de derde ver
dieping van de admiraliteitskade valt, om
te denken voor zoover dan een soeve
rein tot denken in staat is, dat het
bestaan der schepping van je af-hangt.
Weest niet bezorgd, majeur in p-gr >ote-
terts, van jou hangt alleen de slobberige
wijde pantalon af, met of zonder schilder
werk. Denkt gjj, ijlende leeghoofdigheid
dat de Soester-kaffers. zooals gij onwel
levende en onopgevoede, mitsgaders on
opgevoede, mitsgaders, ong; desinfecteer
de spreek-blaasbalg de Deensche opw mers
gelieft te noemen, zoo stom zijn, dat ze
als koplooze kippen een leverkleurige
windzak, als de verlosser der deelsche
samenleving zullen bejuichen? Ik moet u,
leverkkleurige, retirade-schepper nog even
met een tang grijpen. Ge hebt mij een
chantagepleger genoemd. Heb ik je wat af
geperst? (L)'r zou iets zeer riekends al
leen uit komen) Uf heb ik valsch gezon
gen? Wat geraffineerd hè? Moet je nog
even wachten: ik krijg nu les in minne
zang en* zal straks een kwijlende, kwij
nende, knijepnde, knellende en kwellende
serenade komen brengen aan no. 8 van de
gedregde verkiarcht1 lijst. En verder kunt
ge me niet eens vertellen hoe laat het is.
want groen en geel zal straks beletten
er met blauwe oogen naar te kijken. So
long! Slik wonderolie bij hardlijvigheid en
raadpleeg Professor Kukirol bij oogaan
doening. Vergeet niet bij overlijden een
haarlok te zenden aan
CAESAR
DOODENZANG.
(Errata van Chilo, des Caesar's
veer-voerder-j.
Er stond in het vorig hunior-galgia, een
ongecorrigeerde fout. Het woordje ..krom
me' had doorgeslagen moeten zijn in den
tekst. Caesar heeft mijn doodvonnis ge-
teekend: ik word voor deze fout Maan
dagavond verbrand op het terrein achter
de Spoorstraat bij Paulus Potter.
Gun mij, Deelsche opwoners, het groo
te genoegen van Uwe wellustige blikken
bij mijn dood. Komt als één man naar dit
schouwspel, een Romein waardig, zien.
Ik zal niet hikken noch kikken. Ik heb
Caesar's eer gerand, en sterf.
CHILO.
Gasille
niet een van de bedienden had gestuurd,
want de bewondering van viscount Vere
voor haar persoontje kon haar niet langer
een geheim zijn. Zelfs de „babies" hadden
het wel degelijk ontdekt en hadden er on
der elkaar al zoo eens over gesproken, dat
het niet onaardig zou klinken voor hun lie
veling, om te heeten: „Gravin van Rox-
minster, Vrouwe van het „Jacht", ofschoon
ze toch ook niet blind waren voor de na-
deelen, verbonden aan die positie.
„Nu, wat is de boodschap van Lady Eva
dan?" vroeg Dorothy.
„Zij laat vragen, Miss Foliot of u morgen
ochtend al vroeg bij haar kunt komen,"
„Is dat alles?" lachte Dory verrast. „Ze
had zeker graag, dat ik den dag bij haar
kon doorbrengen? Ik verwachtte anders
iets heel gewichtigs
„Maar het is ook iets gewichtigs", viel hij
in. „Kijkt u eens: Eva wordt overmorgen
één-en-twintig en de oude heer heeft haar
ernstig onder handen genomen, ziet u".
„O, ja, nu begrijp ik het, maar ik dacht,
dat het arme ding veilig was, tot na haar
verjaardag."
„Dat dachten wij ook, maar vanochtend
heeft de oude heer haar met veel nadruk
verteld, dat Ryder morgen zijn antwoord
zou komen halen en hij gaf haar tegelijk
te verstaan, dat dit „ja" moest wezen, of hij
wilde wel eens weten, waarom zij dan wei
geren zou. Hij kan haar geen shilling mee
geven en Ryder is rijk. En als z:.' Syd An-
nesley trouw blijft, nu, dan zal er een
geweldige uitbarsting volgen!"
„Als!M.ar ze zal natuurlijk „neen"
zeggen. Ze heeft zich immers vast voorge
nomen, om mr. Ryder te bedanken".
„Zich voorgenomen! Ja, zeker
maar u en zij zijn niet precies van dezelfde
stof gemaakt, Miss Foliot. En de ouwe heer
kan zoo verschrikkelijk worden in zijn drift,
dat hij haar al „ja' heeft laten zeggen, eer
ze het zelve weet! Daarom zou ze zoo
graag hebben, dat u er is."
(Wordt vervolgd.)