Nieuws- en Advertentieblad Verschijnt Woensdag en Zaterdag ren j Gandhi en zijn Geiten FAMILIETROTS Plaatselijk Nieuws No. 77 Negentiende Jaargang Woensdag 23 September igsi ■JS ■ff UITGAVE: H.V. EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ v.h. G. v. d. BOVENKAMP REDACTIE- EN ADM.-ADRES: VAN WEEDESTR. 7 - TEL. 2062 - SOESTDIJK FEUILLETON SOESTER BANKVEREENIGING - Telef. 2317 - SOEST c 4 4 4 4 4 4 4 4 I BUREAU VOOR ADMINISTRATIE: VAN WEEDESTAAT 7 SOESTDIJK AD VERTEN TIEN EN INGEZONDEN STUKKEN WORDEN INGEWACHT TOT UITERLIJK DINSDAGS- EN VRIJDAGSMORGENS 1U UUR AAN HET BUREAU HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL li VAN DK AUTEURSWET 1812 Z~ ADVERTENTIEN: VAN I TOT 6 REGELS 75 CTS., ELKE REGEL MJSBR 1) CT4 GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE. BIJ ABONNEM GROOTB KORTING ABONNEMENTSPRIJS f JPER DRIE MAANDEN. FRANCO PER POST (Nadruk verboden) Zooal niet een der aanledende oor zaken, dan toch een van de meest veront rustende factoren in de economishe we reldcrisis, werd ongetwijfeld gevormd dooi de nationalistische beweging in Britsch Indië. Deze bracht namelijk niet alleen een belangrijk element van onrust en onze kerheid in het wereld-concert, doch te vens werd de afzet van allerhande pro ducten, zoowel van Britschen oorsprong, als van andere zijde ernstig in gevaar, zou deze al niet geheel onmogelijk werd ge maakt door den boycot, welke het uit vloeisel was van de door Gandhi gepre dikte beweging. In dit tijdsgewricht, nu er op zooveel gebied en in zoovele streken van de aarde onrust en onzekerheid be staat, is het bereiken van een zekere ma te van overeenstemming tusschen Gandhi en de Britsche regeering, een zaak van groote, internationale beteekenis, waarvan de weerslag zeer veel gevoeld kan wor den. De aandacht, welke door de pers besteed aan de uiterlijke attributen en verschijning van Gandhi, op zijn reis naar Londen, heeft feitelijk de belangstelling voor de werkelijke beteekenis van zijn reis afgeleid. Er zijn heel veel menschen die niet weten, waarom de Hindoeleider naar Londen is gegaan, doch zij weten wel dat zijn bagage uitsluitend bestond uit een extra lendendoek, een sjaal en twee geiten. Men beseft blijkbaar niet, dat het feit van zijn 'komst kan beslissen over slagen of mislukken van de 2e Ronde Tafel-Conferentie, welke zich zal bezig houden met het opstellen van een bruik bare constitutie voor Indië. Aan den anderen kant bewijzen Gand- hi's simpele attributen weer een diens,! gan de zaak van de Indische zelf-regee- rjngsbeweging. Omdat, zonder Gandhi en zijn spinnewiel, zyn primitieve methoden van zout maken en zijn geiten heel veel menschen misschien nooit van de Ronde- Tafel-Conferentie of de Indische nationa listische beweging zouden hebben gehoord Bovendien heeft Gandhi juist door zijn grooten eenvoud en zijn oprechtheid, zich pen goede plaats verworven in de belang stelling en het respect van de heele we reld. Het is waar, velen meenen in Gandhi een „vat vol tegenstrijdigheden" te zien. En daar is oogenschijnlijk ook wel goe de reden voor. Want aan den eenen kani is Gandhi een buitengewoon geslepen en doorkneed, practisch man van de politie Aan den anderen kant noemt men hem in Indië „Mahatmaji", hetgeen zooiets betee- kent als: „De Heilige". Verder predikt Gandhi het geen-geweld principe, maar niettemin heeft zijn actie dikwijls tot groot geweld geleid. Volgens zijn leer on dersteunt hij het vreeselijke kaste-svs- teem, ter-zelfdertijd is hij waarschijnlijk de grootste bestaande kracht voor het af breken van dit systeem. Gandhi is verder heer en meester van de enorme uitgebrei de economische krachten van Indië, maar prutst aan den anderen kant met een zeer on-economisch, primitief spinnewiel. Zijn doorkneedhe-id in de politiek is wel zeer sterk gebleken uit de tegenstrij dige besluiten inzake het gaan naar Lon- naar het Engelsch van CARL SWERDNA 14) „Mogelijk niet". Op zachter toon ging de zaakwaarnemer voort: „Om het ge sprek eens op een ander onderwerp te brengen, miss Fleetwood, ik hoop toch, dat u goede berichten heeft van uw vrien din?" Felipa keek hem aan, met vragenden blik. „Misschien is het niet juist gezegd: „uw vriendin". Maar ik bedoel: de dame, met wie u Brussel verlaten heeft, ma dame.....-?" „Christine Gombière?" „Juist".- „Hè, wat ia dat voor een fantastische naam", riep sir Peregrine. „Dat was een vriendin of althans ik hield haar voor een vriendin van miss Fleetwood". „Cristine Combière? Nooit in mijn leven van haar gehoord! Was zij een vriendin van je, Felipla?" „Ja, wij hebben elkaar jaren-lang gekend. Zij was in Brussel, toen mijn vader stierf. We zijn samen weggegaan." Door den toon van haar stem getroffen, moest Tristam onwillekeurig naar haar kij ken. „Je hebt dien naam zeker opgevangen ge durende je zoeken naar haar, Kendrick?. Maar jou heb ik den naam nooit hooren den. Eerst zou hij niet gaan, daarna weer wel, vervolgens weer niet en tenslotte is hij toch gekomen. En men kan er gerust van opaan, dat hij in het gaan naar Lon den wel degelijk politieke winst heeft gezien. De ontwikkeling van zaken in de laatste weken in Engeland heeft Gandhi waarschijnlijk de overtuiging gegeven, dat er veel kans op bestaat, dat de democra tische regeering van Ramsay MacDonald in een niet al te ver verwijderde toekomst wellicht zal worden opgevolgd door een conservatieve regeering. En Gandhi zal gedacht hebben, dat hij voor zijn Indische volksbeweging betere resultaten met den democraat Ramsay MacDonald zal kun nen bereiken, dan met een conservatief Gandhi is geen man van geweld. Hij heeft de extremisten in de congrespartij voortdurend in bedwang gehouden. Ver der heeft hij de geen-geweld beweging in de leer der „Ahimea", dat wij door „lief de" zouden kunnen weergeven, in belangrij ke mate bij de Indische onafhankelijkheids beweging ingang doen vinden. Voortdu rend heeft hij voet bij stuk gehouden en verklaard, dat Indië door zelfbeheersching moet bewijzen, dat het rijp is voor zelf- regeering. Hoe men nu ook verder over Gandhi, zijn primitieve spinnewielen, zijn zout- makerij, zijn lendendoeken en zijn geiten moge denken, een belangrijk feit is, dat zijn deelnemen aan de Ronde-Tafel-Con ferentie de belofte van welslagen in zich houdt. En wanneer er een overeenkomst wordt bereikt tusschen Gandhi en de Brit sche regeering, dan bestaat er veel kans, dat er voor Britsch-Indië en daarmee voor een belangrijk deel van de wereld, een periode van stabilisatie, rust, vrede, be tere zakenvooruitzichten en voorspoed in het zicht komt. FLORIS C. (STAATSBLAD NUMMBR 580) Bebouwingsplan. Door den heer K. C. van Nes, land schap-architect te Apeldoorn was een oproep gezonden aan H.H. architecten en bouwondernemers om ter vergadering te komen in Religie en Kunst, om te bespre ken de wenschelijkheid, om te komen tot een hooger peil van bebouwingsuitbrei- Jing. Circa 50 personen hadden aan de oproep gehoor gegeven o.a. de technische gem. ambtenaren, de heer Burgemeester en secretaris der gemeente, de raadsleden Buscli, Endendijk, de Bruijn en Hornsveld. de commandant der V.B. e.a. De inleider roept allen 't welkom toe, inzonderheid de Burgem. en wijst daarna op het groo te belang voor een gemeente bij een goede bebouwing. Het doel van deze vergadering is de bebouwing op hooger peil te bren gen en zich te realiseeren, dat door sa menwerking en bespreking veel kan wor den bereikt. "Wanneer b.v. de verschil lende bouwers op een terrein samenkwa men en elk daar zijn materialen samen bracht en begon te bouwen naar eigen idee dan zou na eenigen tijd een potsierlijk gedrocht verrijzen daar er geen leiddraad w£s geweest bij den- aanvang. Daarom is het noodig goede voorlichting van H.H. architecten. Spr. heeft hier te Soest in verband met dit uitbreidingsplan eens een noemen, kind. Wie is zij?" „Ik kan ook niet van haar spreken....!" barstte zij ineens uit. IkIk zal bezwij- I spreken.' men als ik toch van haar spreken moet. Ik I „Ik ben tot uw dienst", zei hij echter hield ziels-veel van haar en zij is dood! Ze is gestorven, een maand eer ik in Engeland kwam. Wat kan ik er nog meer van zeggen? Zelfs door u, oom, kan ik geen ondervragen naar haar dulden!" Tristam had haar den arm geboden en prak kalmeerend: Laat ik u het vertrek daarnaast binnen voeren; daar is het koeler." Met een wenk naar Ethelwyn om hen niet te volgen, leidde hij Felipa in het vertrek daarnaast, dat maar heel zwak verlicht was en waar de gordijnen ook niet neergelaten waren. Onmiddellijk trad zij op het venster toe en wierp dit wijd-open, waarna zij haar hoofd er uit stak en in volle teugen de koude bui tenlucht inademde. Tristam kwam achter haar aan, trok haar met de eene hand terug en sloot met de ndere het venster. „Wees toch wat voorzichtiger! 't Is goed om een gevaarlijke koude op te doen!" Zij gaf geen antwoord, en, terwijl ze, uit geput, het hoofd achterover liet vallen, sloot ij de oogen. Zou ze flauw-vallen?Ze zag dan nu wel doodsbleek!.Wat was zij toch schoon! Vreemd, maar de gedachte dat zij mogelijk de vrouw zou worden van dien jongen Scudamore, was hem nu op een maal onuitstaanbaar! Haar oogen trilden, gingen open en zij keek naar hem op, met matten glimlach. „Dank u, sprak zij vriendelijk. „Ik schaam mij, dat ik u zoo veel last bezorg! Ik zal nooit weer meenen, dat u onvriendelijk kunt zijn. Toch niet meer dan een staaltje van mijn plicht, om u bij te staan in een flauwte! Voelt u zich nu beter? Wilt u teruggaan naar het vertrek daarnaast?" „Nog niet. Het is daar zoo warm en het licht schittert er zoo! Maar toch is dit niet de eenigc reden. Ik zou u graag eerst eens kijkje genomen en zeer veel gezien. In deze materie spreekt de grondexploitant een woordje mede, daar deze nog al veel verschil oplevert. Waar men nu al bezig is grond te verkavelen, is 't noodig, dat nien weet wat voor wegenaanleg noodig is. Ook wordt precies gehouden aan de bouwverordening en de vaste norm aan gehouden. Door veel is in de gevolgde bouwplannen het product klein burgerlijk- geworden, waardoor veel van het mooie landschap verloren gaat, ook door de lee- lijke bijgebouwen en veel te smalle we gen. Noodig zijn rustige wandelwegen en goede fietspaden, want bij Soest is de hoofdschotel pension en gepensionneer- den die rust zoeken. Door de aanlokke lijke bouw voor elke beurs krijgt de plaats een goede naam, het gem. bestuur en de architect komen de bouwvereen. te hulp. Ook moet gebroken worden met een systeem, zooals tot nu toe gevolgd, het landelijke gaat er door verloren. Na deze korte inleiding hoopt spr. dat uit de ver gadering stemmen zullen opgaan hoe de architecten en bouwver. zich de toekomst plannen denken. Velen uit de vergadering hadden graag gezien, dat de raadsleden allen waren uitgenoodigd, waarop de in leider antwoordt, dat de vergadering be doeld was als een ronde tafel-conferentie de volgende maal zou er rekening mede gehouden worden. Er waren er ook, die voorstelden bij de uitbreiding woningen te bouwen voor arbeiders, middenstand- en beter gesitueerden, maar met het oog op de plaatselijke gesteldheden achtte men het beter gemeenschapsbouw. Er werd ook voorgesteld de omgeving van de Plasweg aantrekkelijker te makken door zoo iets daar te stellen als het UddeLer meer. De inleider zag graag het tegenwoordige bouwplan gewijzigd, de plattelands archi tecten te Amersfoort, Apeldoorn, Bussum en Hilversum hebben iets zeer goeds be dacht, dat niet duurder is dan de oude methode. Gevraagd werd om een cursus, tentoonstellingen, voorlichting meer in overeenstemming met de natuur. De Bur gemeester bepleitte eenheid in den bouw, voor elke beurs bevattelijk. Deze geanni- meerde verg. werd door den Burgemees ter met dank aan den inleider gesloten, deze is de trait d' union tusschen het gemeentebestuur en de bouwers, spr. hoopt, dat hij dit nog lang zal zijn in 't belang van Soest, (applaus). 6e Zomerconcert. Vrijdagavond te 8 uur gaf de Soester Harmonie P.V.O. aan de Koninginnelaan haar 6e concert in dit seizoen, onder lei ding van den heer Theo de Goeij i<it Amersfoort. Honderden waren door het fraaie herfstweder naar het concert ge lokt om te gaan genieten, zoodat het zeer druk was. Na elk nummer steeg een on bedaarlijk applaus op voor de executanten er werd intens genoten. De walzer viel in zeer goede aarde, velen konden hun dans woede niet bedwingen en neigden zachtjes op de meesleepende melodie mede. De dirigent komt een woord van lof toe voor de leiding, de politie zorgde voor een goe de regeling. Circa 10 uur gingen allen wel voldaan huiswaarts, a.s. Vrijdag het 7e of laatste concert aan de Parklaan. Opening Danscursus. Gezien de smaakvolle annonce in dit blad, opent de heer H. Bouma 15 Oct. ten zeerste verbaasd. „Oom heb ik al nieuwsgierig gemaakt. Als ik mij nu daar weer vertoon, zal hij mij ondervragen, en mr. Kendrick ook. En dat kan ik niet hebben! Ik vond het verschrik kelijk, toen ik hem Chistine's naam hoorde uitspreken. Dat heeft u zeker wel gemerkt?" „Ja, ik heb het gemerkt." „Zij was degeen, die ik ter wereld het meest liefhad! Ik kan u niet beschrijven wat ik voelde, toen zij stierf; wat ik nog voel als ik aan haar denk! Dat kunt u ook wel daaraan begrijpen, dat ik nooit den moed heb gehad, om er tegen Ethelwyn zelfs van te spreken. Sir Peregrine zal nu dadelijk het een en ander van haar willen hooren. Als ik het u nu vertel, wilt u het dan aan hem over-vertellen en mij de moeite besparen, persoonlijk door hem ondervraagd te worden'. In een paar woorden ben ik klaar. Zij was tooneelspeelster. Als zij nog in leven was en ik had de advertentie van mr. Kendrick niet gezien, dan zou ik nu ook tooneelspeelster zijn geweest." „Moet ik. dat aan sir Peregrine vertellen?" „Ja. Waarom niet? Vindt u er iets ontee- rends in?" Er was iets uitdagends in haar blik en andermaal moest Fleetwood denken, hoe mooi zij toch was! „Ik niet. Maar toch ben ik blij, dat u aan de noodzakelijkheid ontkwam." „Waarom bent u blij?" .Omdat het een gevaarlijk ambt is aan het tooneel voor een vrouw, die schoonheid be zit." Inplaats van te antwoorden, keerde zij zich vlug naar het venster. Had hij haar ge laat gezien, zoo stralende als dit stond, dan zou hem dit enkel verwonderd hebben en had hij dit zeker niet toegeschreven aan haar gewaarwording van triomf bij zijn eer ste persoonlijke hulde aan haar schoonheid. Zonder het hoofd om te wenden, zei ze met veel nadruk: „Maar het was een noodzakelijkheid. Door v.h. Sukkel Co. EFFECTEN - COUPONS - PROLONGATIËN alle Bankzaken SAFE DEPOSIT de danslessen wederom in hotel Okhuisen Afgaande op hetgeen hij verleden jaar heeft geboden, belooft het ook nu weer goed verzorgd te zijn. Een eerste klas strijkje, correcte leiding, aangename om gang, ziedaar de factoren voor een pret-- tigen cursus. Veel succes in 1931-1932. Aanbesteding. Bij de aanbesteding voor 18 woningen te Soesterberg, onder leiding van den heer P. Beekman, architect, waren 32 biljetten ingekomen. De laagste voor type A was Gebr. Beckers Utrecht voor f52.500, de hoogste f 70.000 door Fransen, Hilver sumvoor type B. met f 53.390 S. de Zoe te uit Baarn, de hoogste met f 67.000, van Duin, Soest. Tijdrede door Prof. G. Wisse. In de Chr. Geref. kerk, had Zater dagavond om 7.30 uur een samenkomst plaats, waarbij Prof. G. Wisse van Kam pen sprak over „de weergekeerde dagen van Noach en des Heeren oordeel". Do vergadering welke zeer goed bezocht was, werd o.m. bijgewoond door den heer de Bruijn, lid van den gem.raad. Na ope ning met het zingen van Psl. 89 12, het uitspreken van het votum en gebed, verblijdt het spr., dat zoovelen gehoor hebben gegeven om het woord te beluis teren, het is geen prediking naar Zijn Woord, maar een tijdrede, om aan de hand der H. Schrift de wedergeboorte van den nieuwen tjjd, die op Jezus wijst nader te belichten en slaat daartoe op Math. 24 vers 37. De tijd, aldus spr. dien wij be leven is een zeer geweldige, niet zoo zeer door de malaise en werkeloosheid, maar omdat zij zich toespitst naar het laatste der dagen. In alle tijden zijn crisissen beleefd, maar zooals het nu is, wijst het er in alles op, dat men aan het eind der dingen is. Het is er mede als ge schreven staat: ik zag een korf met vruchten goede en kwade, de goede waren zeer goed, de kwade zeer kwaad. Thans zijn het de kwade vruchten die gezien worden, zij ontleenen hun kracht aan de vijandschap tegen God, het gaat om het Ik ben Ik of Hij is God en zal regeeren. In het Paradijs begint het voorspel en nu brengt deze geschiedenis zich naar haar uitgangspunt. Spr. schetst daarop naar aanleiding van den tekst onzen tijd. Er waren toen, en die zijn er nu nog Reuzen, niet naar de lichaamsgestalte, maar naar hun naam en geest, zij deden de cultuur geweld aan. Zoo was het voor den zond vloed, men deed niet aan afgoderij, maar men boog niet voor God. Thans heeft de mensch andere goden, men buigt voor zich zelf en nu zegt Christus „het zal zijn als in de dagen van Noach, daar dit geheel in verband staat met Zijn persoon lijkheid, men wil God vervangen door het schepsel in de schepping der menschen. In den Zoon des Menschen ligt de totali- aan het tooneel te gaan, waarborgde ik mij nog de minst-eentonige wijze om in mijn eigen onderhoud te vooizien. Bovendien was het mij een heele troost, dat ik er mijn vriendin bij had; maar die stierfen dit verlies moest ik toen ook al weer aanvaar den! Wat zal ik u nog meer vertellen van Christine?" teit van al het menschelijke, de mensch Gods. Daarom heeft Hij een toekomst, om Hem bouwt zich een nieuwe wereld op, er is dus een toekomst, en hoe meer die genaakt, des te meer spant het. Tegen over elkaar staan de Christus en den uebermensch, dit is een ontzaglijken strijd, het gaat om de eeuwigheid of de hel. Het is de georganiseerde zonde van den mensch en de vrije genade Gods, het is de vraag of men vrede heeft buiten God- om en deze twee botsen tqgen elkander aan, de wederkomst van Christus'is aan staande. De mensch roept alle energie op voor den laatsten doodenrit. En toch vragen velen, wat is er aan de hand? Er wordt? geconfereerd en geredeneerd, maar er is weinig rede. Men verstaat de dingen niet waar het op aankomt, het groote rijk ie op komst, het teeken der dagen van Nor ach. In de tent van Lamech waren 3 zoons verpersoonlijkt in de Bouwkunst, de Kunstenaar, en de Industrie. De eer ste in deze eeuw is de arbeidscultuür, de mensch ziet zich verheven tot den groot sten arbeider, die de arbeid bezigt om God opzij te schuiven, dit is het fatale er van. God kan men missen, maar hoe Heim te vervangen is de eenigste behoefte. Het is het oordeel van het pessimisme. Het tweede kenmerk is de genotscul tuur, men roept de zinsbekoring op, het kenmerk onzer eeuw is de bioscoop, de dancing, muziek, radio, etc. Ontzettend is de onbeschrijfelijke goddeloosheid, de wereld beweegt zich om geld en de vr0uw, men leeft voor brood en spel. Het 3e kenmerk is de machtscultuur, recht door vuistrecht, het communisme, anarchisme zijn de klauwen van het rjz®- ren beest, waarin men gevangen is. IK ben IK, het moet zijn God is God, en daarom mislukt alles. De tekst zegt, maar zij bekenden het niet. Elk is blind voor de rampzaligheid van dezen tijd, de geheele wereld is in de war, men verstaat het niet, omdat God uitgebannen is. En daar mede gaat gepaard het schrikbarendste, de verharding van het oordeel Gods, de grauwe nacht volgt en het eind is, het einde van het afvalsproces toen als nu. Er is ook onder de Christenen geen ge loof, het is een doode kerk. Het zal zijn als in de dagen van Noach, op eens maakt God er een eind aan. God laat de wereld rijp worden, dan komt de Noachs familie die naar God luistert, die de Heer de eere geeft, dat volk dat zingt van Psl. 89 vers 7-8. Onder dat zingen werd gecollecteerd. Spr. zegt daarop, dat hij de vraag hoort, waarom noemt men deze dagen die van Noach, nu alles goddeloos is. Maar dat is het juist, het gaat niet om 't getal, maar om de qualiteit. De Noachs zijn de spil, omdat in dat volk Christus zich openbaart. In de duizenden die verloren gaan zit toch niets in, maar in Noach leefde de eeuwigheidsgedachte, het was de worsteling uit het stof. Het gaat er om of^ Christus de Heer is, ja of neen, en of zijn Koninkrijk van boven of be- tcruggaan? vroeg hij, met een gebaar naar de andere kamer wijzend. „Zal ik u veront schuldigen? Dit wil ik met genoegen doen, als u het verlangt." „Ik ga liever niet terug, maar mijn ver ontschuldigingen zult u eerst later aanbie den. Er is iets anders, wat ik wilde zeggen." „En aan mij wilde zeggen?" t A dit pynhjk is, dan moet u het ook „Juist. Maar ik zal kort zijn, of ik zou uw niet doen. En ik kan u wel haast de verze kering geven, dat sir Peregrine u niet ver der lastig zal vallen met vragen. Van twee dingen was het misschien beter, dat u mij nog even op de hoogte stelde. Heeft u haar lang gekend?" „Ik heb met haar kennis gemaakt, toen ik negentien was." „En kende uw vader haar?" „Als zij geen engagement had, logeerde ze bij ons." „Ze was toch natuurlijk ouder?" Twee jaar." „En hoe is zij aan haar eind gekomen?" „Ze was altijd teer en had kou gevat. Soms heb ik wel eens gedacht, dat ze het misschien bovenop gehaald zou hebben, als wij niet zoo arm waren geweest." „Een natuurlijke, en toch hoop ik, ver keerde gedachte", antwoordde Tristam. Zijn hoon was bijzonder vriendelijk. Hij trad een schrede nader op haar toe en ging voort: Ik ben niet altijd zoo ongevoelig als u wel dacht, Felipa! Het spijt mij, dat mijn houding jegens u zoo onsympathiek moet hebben geschenen, Het spijt mij waarlijk, dat u die pijnlijke herinnering aan mij zoudt hebben. Ik zal niet weer zoo onvriendelijk zijn, dat beloof ik u!" En toen op eenigs- zins luchtiger toon: „Als wij er elkaar eens de hand op gaven, dat het een betere ver- tandhouding tusschen ons zal worden?" Zonder te spreken legde ze haar hand in de zijne. Ze was zéér opgewonden, dat bleek wel uit het trillen van die hand. „Misschien wilde u liever niet daarginds geduld wat al te zeer op de proef stellen. Heeft oom u al meegedeeld, hoe de uit spraak luidt van mr. Kendrick betreffende „de Gevels?" „Ja, wat oom verlangde kan geschieden." „Toch zal ik „de Gevels" niet nemen!.... Morgen zal ik dit sir Peregrine meedeelen. „De Gevels" is veilig en wel uw eigendom. Niet, dat het ooit mijn eigendom is ge weest!" „En het is ook niet het mijne. Heeft soms iets, wat ik vanmorgen heb gezegd.." „Neen, niets heeft invloed gehad. Alleen, ik wil het niet langer hebben!" „Maar u zult er, sir Peregrine misschien mee teleurstellen?" „Toch niet, als het mijn verlangen is!.... Maar u hebt mij niet beankt. Of acht u dit niet de moeite waard? „Ja, dat is wel onvergeeflijk! Maar weet u.... Het is zeker, omdat u heeft gedaan, precies wat ik in uw plaats zou gedaan hebben „Zonder er dank voor te verwachten" vulde zij aan. „Men verwacht geen dank voor zijn plicht te doen, tenminste ik niet.Neem mij niet kwalijk, Felipa, als ik misschien wat bruusk ben. „Ja, wel wat!" Lachende stak ze hem de hand toe. „Maar ik zal je wel vergeven, neef! Goedennacht!" (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1931 | | pagina 1