Nieuws- en Advertentieblad
Verschijnt Woensdag en Zaterdag
ren j
Gandhi en zijn Geiten
FAMILIETROTS
Plaatselijk Nieuws
No. 77
Negentiende Jaargang
Woensdag 23 September igsi
■JS
■ff
UITGAVE: H.V. EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ v.h. G. v. d. BOVENKAMP
REDACTIE- EN ADM.-ADRES: VAN WEEDESTR. 7 - TEL. 2062 - SOESTDIJK
FEUILLETON
SOESTER BANKVEREENIGING - Telef. 2317 - SOEST
c
4
4
4
4
4
4
4
4
I
BUREAU VOOR ADMINISTRATIE: VAN WEEDESTAAT 7 SOESTDIJK
AD VERTEN TIEN EN INGEZONDEN STUKKEN WORDEN INGEWACHT TOT
UITERLIJK DINSDAGS- EN VRIJDAGSMORGENS 1U UUR AAN HET BUREAU
HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL li VAN DK AUTEURSWET 1812 Z~
ADVERTENTIEN: VAN I TOT 6 REGELS 75 CTS., ELKE REGEL MJSBR 1) CT4
GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE. BIJ ABONNEM GROOTB KORTING
ABONNEMENTSPRIJS f JPER DRIE MAANDEN. FRANCO PER POST
(Nadruk verboden)
Zooal niet een der aanledende oor
zaken, dan toch een van de meest veront
rustende factoren in de economishe we
reldcrisis, werd ongetwijfeld gevormd dooi
de nationalistische beweging in Britsch
Indië. Deze bracht namelijk niet alleen een
belangrijk element van onrust en onze
kerheid in het wereld-concert, doch te
vens werd de afzet van allerhande pro
ducten, zoowel van Britschen oorsprong,
als van andere zijde ernstig in gevaar, zou
deze al niet geheel onmogelijk werd ge
maakt door den boycot, welke het uit
vloeisel was van de door Gandhi gepre
dikte beweging. In dit tijdsgewricht, nu
er op zooveel gebied en in zoovele streken
van de aarde onrust en onzekerheid be
staat, is het bereiken van een zekere ma
te van overeenstemming tusschen Gandhi
en de Britsche regeering, een zaak van
groote, internationale beteekenis, waarvan
de weerslag zeer veel gevoeld kan wor
den.
De aandacht, welke door de pers
besteed aan de uiterlijke attributen en
verschijning van Gandhi, op zijn reis naar
Londen, heeft feitelijk de belangstelling
voor de werkelijke beteekenis van zijn
reis afgeleid. Er zijn heel veel menschen
die niet weten, waarom de Hindoeleider
naar Londen is gegaan, doch zij weten wel
dat zijn bagage uitsluitend bestond uit
een extra lendendoek, een sjaal en twee
geiten. Men beseft blijkbaar niet, dat het
feit van zijn 'komst kan beslissen over
slagen of mislukken van de 2e Ronde
Tafel-Conferentie, welke zich zal bezig
houden met het opstellen van een bruik
bare constitutie voor Indië.
Aan den anderen kant bewijzen Gand-
hi's simpele attributen weer een diens,!
gan de zaak van de Indische zelf-regee-
rjngsbeweging. Omdat, zonder Gandhi en
zijn spinnewiel, zyn primitieve methoden
van zout maken en zijn geiten heel veel
menschen misschien nooit van de Ronde-
Tafel-Conferentie of de Indische nationa
listische beweging zouden hebben gehoord
Bovendien heeft Gandhi juist door zijn
grooten eenvoud en zijn oprechtheid, zich
pen goede plaats verworven in de belang
stelling en het respect van de heele we
reld.
Het is waar, velen meenen in Gandhi
een „vat vol tegenstrijdigheden" te zien.
En daar is oogenschijnlijk ook wel goe
de reden voor. Want aan den eenen kani
is Gandhi een buitengewoon geslepen en
doorkneed, practisch man van de politie
Aan den anderen kant noemt men hem in
Indië „Mahatmaji", hetgeen zooiets betee-
kent als: „De Heilige". Verder predikt
Gandhi het geen-geweld principe, maar
niettemin heeft zijn actie dikwijls tot
groot geweld geleid. Volgens zijn leer on
dersteunt hij het vreeselijke kaste-svs-
teem, ter-zelfdertijd is hij waarschijnlijk
de grootste bestaande kracht voor het af
breken van dit systeem. Gandhi is verder
heer en meester van de enorme uitgebrei
de economische krachten van Indië, maar
prutst aan den anderen kant met een zeer
on-economisch, primitief spinnewiel.
Zijn doorkneedhe-id in de politiek is
wel zeer sterk gebleken uit de tegenstrij
dige besluiten inzake het gaan naar Lon-
naar het Engelsch van CARL SWERDNA
14)
„Mogelijk niet". Op zachter toon ging
de zaakwaarnemer voort: „Om het ge
sprek eens op een ander onderwerp te
brengen, miss Fleetwood, ik hoop toch,
dat u goede berichten heeft van uw vrien
din?"
Felipa keek hem aan, met vragenden
blik.
„Misschien is het niet juist gezegd:
„uw vriendin". Maar ik bedoel: de dame,
met wie u Brussel verlaten heeft, ma
dame.....-?"
„Christine Gombière?"
„Juist".-
„Hè, wat ia dat voor een fantastische
naam", riep sir Peregrine.
„Dat was een vriendin of althans
ik hield haar voor een vriendin van
miss Fleetwood".
„Cristine Combière? Nooit in mijn leven
van haar gehoord! Was zij een vriendin van
je, Felipla?"
„Ja, wij hebben elkaar jaren-lang gekend.
Zij was in Brussel, toen mijn vader stierf.
We zijn samen weggegaan."
Door den toon van haar stem getroffen,
moest Tristam onwillekeurig naar haar kij
ken.
„Je hebt dien naam zeker opgevangen ge
durende je zoeken naar haar, Kendrick?.
Maar jou heb ik den naam nooit hooren
den. Eerst zou hij niet gaan, daarna weer
wel, vervolgens weer niet en tenslotte is
hij toch gekomen. En men kan er gerust
van opaan, dat hij in het gaan naar Lon
den wel degelijk politieke winst heeft
gezien. De ontwikkeling van zaken in de
laatste weken in Engeland heeft Gandhi
waarschijnlijk de overtuiging gegeven, dat
er veel kans op bestaat, dat de democra
tische regeering van Ramsay MacDonald
in een niet al te ver verwijderde toekomst
wellicht zal worden opgevolgd door een
conservatieve regeering. En Gandhi zal
gedacht hebben, dat hij voor zijn Indische
volksbeweging betere resultaten met den
democraat Ramsay MacDonald zal kun
nen bereiken, dan met een conservatief
Gandhi is geen man van geweld. Hij
heeft de extremisten in de congrespartij
voortdurend in bedwang gehouden. Ver
der heeft hij de geen-geweld beweging in
de leer der „Ahimea", dat wij door „lief
de" zouden kunnen weergeven, in belangrij
ke mate bij de Indische onafhankelijkheids
beweging ingang doen vinden. Voortdu
rend heeft hij voet bij stuk gehouden en
verklaard, dat Indië door zelfbeheersching
moet bewijzen, dat het rijp is voor zelf-
regeering.
Hoe men nu ook verder over Gandhi,
zijn primitieve spinnewielen, zijn zout-
makerij, zijn lendendoeken en zijn geiten
moge denken, een belangrijk feit is, dat
zijn deelnemen aan de Ronde-Tafel-Con
ferentie de belofte van welslagen in zich
houdt. En wanneer er een overeenkomst
wordt bereikt tusschen Gandhi en de Brit
sche regeering, dan bestaat er veel kans,
dat er voor Britsch-Indië en daarmee voor
een belangrijk deel van de wereld, een
periode van stabilisatie, rust, vrede, be
tere zakenvooruitzichten en voorspoed in
het zicht komt.
FLORIS C.
(STAATSBLAD NUMMBR 580)
Bebouwingsplan.
Door den heer K. C. van Nes, land
schap-architect te Apeldoorn was een
oproep gezonden aan H.H. architecten en
bouwondernemers om ter vergadering te
komen in Religie en Kunst, om te bespre
ken de wenschelijkheid, om te komen tot
een hooger peil van bebouwingsuitbrei-
Jing. Circa 50 personen hadden aan de
oproep gehoor gegeven o.a. de technische
gem. ambtenaren, de heer Burgemeester
en secretaris der gemeente, de raadsleden
Buscli, Endendijk, de Bruijn en Hornsveld.
de commandant der V.B. e.a. De inleider
roept allen 't welkom toe, inzonderheid
de Burgem. en wijst daarna op het groo
te belang voor een gemeente bij een goede
bebouwing. Het doel van deze vergadering
is de bebouwing op hooger peil te bren
gen en zich te realiseeren, dat door sa
menwerking en bespreking veel kan wor
den bereikt. "Wanneer b.v. de verschil
lende bouwers op een terrein samenkwa
men en elk daar zijn materialen samen
bracht en begon te bouwen naar eigen idee
dan zou na eenigen tijd een potsierlijk
gedrocht verrijzen daar er geen leiddraad
w£s geweest bij den- aanvang. Daarom is
het noodig goede voorlichting van H.H.
architecten. Spr. heeft hier te Soest in
verband met dit uitbreidingsplan eens een
noemen, kind. Wie is zij?"
„Ik kan ook niet van haar spreken....!"
barstte zij ineens uit. IkIk zal bezwij- I spreken.'
men als ik toch van haar spreken moet. Ik I „Ik ben tot uw dienst", zei hij echter
hield ziels-veel van haar en zij is dood! Ze
is gestorven, een maand eer ik in Engeland
kwam. Wat kan ik er nog meer van zeggen?
Zelfs door u, oom, kan ik geen ondervragen
naar haar dulden!"
Tristam had haar den arm geboden en
prak kalmeerend:
Laat ik u het vertrek daarnaast binnen
voeren; daar is het koeler."
Met een wenk naar Ethelwyn om hen niet
te volgen, leidde hij Felipa in het vertrek
daarnaast, dat maar heel zwak verlicht was
en waar de gordijnen ook niet neergelaten
waren.
Onmiddellijk trad zij op het venster toe en
wierp dit wijd-open, waarna zij haar hoofd
er uit stak en in volle teugen de koude bui
tenlucht inademde.
Tristam kwam achter haar aan, trok haar
met de eene hand terug en sloot met de
ndere het venster.
„Wees toch wat voorzichtiger! 't Is goed
om een gevaarlijke koude op te doen!"
Zij gaf geen antwoord, en, terwijl ze, uit
geput, het hoofd achterover liet vallen, sloot
ij de oogen. Zou ze flauw-vallen?Ze
zag dan nu wel doodsbleek!.Wat was zij
toch schoon! Vreemd, maar de gedachte
dat zij mogelijk de vrouw zou worden van
dien jongen Scudamore, was hem nu op een
maal onuitstaanbaar!
Haar oogen trilden, gingen open en zij
keek naar hem op, met matten glimlach.
„Dank u, sprak zij vriendelijk. „Ik schaam
mij, dat ik u zoo veel last bezorg! Ik zal
nooit weer meenen, dat u onvriendelijk kunt
zijn.
Toch niet meer dan een staaltje van mijn
plicht, om u bij te staan in een flauwte!
Voelt u zich nu beter? Wilt u teruggaan
naar het vertrek daarnaast?"
„Nog niet. Het is daar zoo warm en het
licht schittert er zoo! Maar toch is dit niet
de eenigc reden. Ik zou u graag eerst eens
kijkje genomen en zeer veel gezien. In
deze materie spreekt de grondexploitant
een woordje mede, daar deze nog al veel
verschil oplevert. Waar men nu al bezig
is grond te verkavelen, is 't noodig, dat
nien weet wat voor wegenaanleg noodig
is. Ook wordt precies gehouden aan de
bouwverordening en de vaste norm aan
gehouden. Door veel is in de gevolgde
bouwplannen het product klein burgerlijk-
geworden, waardoor veel van het mooie
landschap verloren gaat, ook door de lee-
lijke bijgebouwen en veel te smalle we
gen. Noodig zijn rustige wandelwegen en
goede fietspaden, want bij Soest is de
hoofdschotel pension en gepensionneer-
den die rust zoeken. Door de aanlokke
lijke bouw voor elke beurs krijgt de plaats
een goede naam, het gem. bestuur en de
architect komen de bouwvereen. te hulp.
Ook moet gebroken worden met een
systeem, zooals tot nu toe gevolgd, het
landelijke gaat er door verloren. Na deze
korte inleiding hoopt spr. dat uit de ver
gadering stemmen zullen opgaan hoe de
architecten en bouwver. zich de toekomst
plannen denken. Velen uit de vergadering
hadden graag gezien, dat de raadsleden
allen waren uitgenoodigd, waarop de in
leider antwoordt, dat de vergadering be
doeld was als een ronde tafel-conferentie
de volgende maal zou er rekening mede
gehouden worden. Er waren er ook, die
voorstelden bij de uitbreiding woningen te
bouwen voor arbeiders, middenstand- en
beter gesitueerden, maar met het oog
op de plaatselijke gesteldheden achtte men
het beter gemeenschapsbouw. Er werd ook
voorgesteld de omgeving van de Plasweg
aantrekkelijker te makken door zoo iets
daar te stellen als het UddeLer meer. De
inleider zag graag het tegenwoordige
bouwplan gewijzigd, de plattelands archi
tecten te Amersfoort, Apeldoorn, Bussum
en Hilversum hebben iets zeer goeds be
dacht, dat niet duurder is dan de oude
methode. Gevraagd werd om een cursus,
tentoonstellingen, voorlichting meer in
overeenstemming met de natuur. De Bur
gemeester bepleitte eenheid in den bouw,
voor elke beurs bevattelijk. Deze geanni-
meerde verg. werd door den Burgemees
ter met dank aan den inleider gesloten,
deze is de trait d' union tusschen het
gemeentebestuur en de bouwers, spr.
hoopt, dat hij dit nog lang zal zijn in 't
belang van Soest, (applaus).
6e Zomerconcert.
Vrijdagavond te 8 uur gaf de Soester
Harmonie P.V.O. aan de Koninginnelaan
haar 6e concert in dit seizoen, onder lei
ding van den heer Theo de Goeij i<it
Amersfoort. Honderden waren door het
fraaie herfstweder naar het concert ge
lokt om te gaan genieten, zoodat het zeer
druk was. Na elk nummer steeg een on
bedaarlijk applaus op voor de executanten
er werd intens genoten. De walzer viel in
zeer goede aarde, velen konden hun dans
woede niet bedwingen en neigden zachtjes
op de meesleepende melodie mede. De
dirigent komt een woord van lof toe voor
de leiding, de politie zorgde voor een goe
de regeling. Circa 10 uur gingen allen
wel voldaan huiswaarts, a.s. Vrijdag het
7e of laatste concert aan de Parklaan.
Opening Danscursus.
Gezien de smaakvolle annonce in dit blad,
opent de heer H. Bouma 15 Oct.
ten zeerste verbaasd.
„Oom heb ik al nieuwsgierig gemaakt.
Als ik mij nu daar weer vertoon, zal hij mij
ondervragen, en mr. Kendrick ook. En dat
kan ik niet hebben! Ik vond het verschrik
kelijk, toen ik hem Chistine's naam hoorde
uitspreken. Dat heeft u zeker wel gemerkt?"
„Ja, ik heb het gemerkt."
„Zij was degeen, die ik ter wereld het
meest liefhad! Ik kan u niet beschrijven
wat ik voelde, toen zij stierf; wat ik nog
voel als ik aan haar denk! Dat kunt u ook
wel daaraan begrijpen, dat ik nooit den
moed heb gehad, om er tegen Ethelwyn
zelfs van te spreken. Sir Peregrine zal nu
dadelijk het een en ander van haar willen
hooren. Als ik het u nu vertel, wilt u het dan
aan hem over-vertellen en mij de moeite
besparen, persoonlijk door hem ondervraagd
te worden'. In een paar woorden ben ik
klaar. Zij was tooneelspeelster. Als zij nog
in leven was en ik had de advertentie van
mr. Kendrick niet gezien, dan zou ik nu
ook tooneelspeelster zijn geweest."
„Moet ik. dat aan sir Peregrine vertellen?"
„Ja. Waarom niet? Vindt u er iets ontee-
rends in?"
Er was iets uitdagends in haar blik en
andermaal moest Fleetwood denken, hoe
mooi zij toch was!
„Ik niet. Maar toch ben ik blij, dat u aan
de noodzakelijkheid ontkwam."
„Waarom bent u blij?"
.Omdat het een gevaarlijk ambt is aan het
tooneel voor een vrouw, die schoonheid be
zit."
Inplaats van te antwoorden, keerde zij
zich vlug naar het venster. Had hij haar ge
laat gezien, zoo stralende als dit stond, dan
zou hem dit enkel verwonderd hebben en
had hij dit zeker niet toegeschreven aan
haar gewaarwording van triomf bij zijn eer
ste persoonlijke hulde aan haar schoonheid.
Zonder het hoofd om te wenden, zei ze
met veel nadruk:
„Maar het was een noodzakelijkheid. Door
v.h. Sukkel Co.
EFFECTEN - COUPONS - PROLONGATIËN
alle Bankzaken
SAFE DEPOSIT
de danslessen wederom in hotel Okhuisen
Afgaande op hetgeen hij verleden jaar
heeft geboden, belooft het ook nu weer
goed verzorgd te zijn. Een eerste klas
strijkje, correcte leiding, aangename om
gang, ziedaar de factoren voor een pret--
tigen cursus. Veel succes in 1931-1932.
Aanbesteding.
Bij de aanbesteding voor 18 woningen
te Soesterberg, onder leiding van den heer
P. Beekman, architect, waren 32 biljetten
ingekomen. De laagste voor type A was
Gebr. Beckers Utrecht voor f52.500, de
hoogste f 70.000 door Fransen, Hilver
sumvoor type B. met f 53.390 S. de Zoe
te uit Baarn, de hoogste met f 67.000, van
Duin, Soest.
Tijdrede door Prof. G. Wisse.
In de Chr. Geref. kerk, had Zater
dagavond om 7.30 uur een samenkomst
plaats, waarbij Prof. G. Wisse van Kam
pen sprak over „de weergekeerde dagen
van Noach en des Heeren oordeel". Do
vergadering welke zeer goed bezocht was,
werd o.m. bijgewoond door den heer de
Bruijn, lid van den gem.raad. Na ope
ning met het zingen van Psl. 89 12,
het uitspreken van het votum en gebed,
verblijdt het spr., dat zoovelen gehoor
hebben gegeven om het woord te beluis
teren, het is geen prediking naar Zijn
Woord, maar een tijdrede, om aan de hand
der H. Schrift de wedergeboorte van den
nieuwen tjjd, die op Jezus wijst nader te
belichten en slaat daartoe op Math. 24
vers 37. De tijd, aldus spr. dien wij be
leven is een zeer geweldige, niet zoo
zeer door de malaise en werkeloosheid,
maar omdat zij zich toespitst naar het
laatste der dagen. In alle tijden zijn
crisissen beleefd, maar zooals het nu is,
wijst het er in alles op, dat men aan het
eind der dingen is. Het is er mede als ge
schreven staat: ik zag een korf met
vruchten goede en kwade, de goede waren
zeer goed, de kwade zeer kwaad. Thans
zijn het de kwade vruchten die gezien
worden, zij ontleenen hun kracht aan de
vijandschap tegen God, het gaat om het
Ik ben Ik of Hij is God en zal regeeren. In
het Paradijs begint het voorspel en nu
brengt deze geschiedenis zich naar haar
uitgangspunt. Spr. schetst daarop naar
aanleiding van den tekst onzen tijd. Er
waren toen, en die zijn er nu nog Reuzen,
niet naar de lichaamsgestalte, maar naar
hun naam en geest, zij deden de cultuur
geweld aan. Zoo was het voor den zond
vloed, men deed niet aan afgoderij, maar
men boog niet voor God. Thans heeft de
mensch andere goden, men buigt voor
zich zelf en nu zegt Christus „het zal
zijn als in de dagen van Noach, daar dit
geheel in verband staat met Zijn persoon
lijkheid, men wil God vervangen door het
schepsel in de schepping der menschen.
In den Zoon des Menschen ligt de totali-
aan het tooneel te gaan, waarborgde ik mij
nog de minst-eentonige wijze om in mijn
eigen onderhoud te vooizien. Bovendien was
het mij een heele troost, dat ik er mijn
vriendin bij had; maar die stierfen dit
verlies moest ik toen ook al weer aanvaar
den! Wat zal ik u nog meer vertellen van
Christine?"
teit van al het menschelijke, de mensch
Gods. Daarom heeft Hij een toekomst, om
Hem bouwt zich een nieuwe wereld op,
er is dus een toekomst, en hoe meer die
genaakt, des te meer spant het. Tegen
over elkaar staan de Christus en den
uebermensch, dit is een ontzaglijken strijd,
het gaat om de eeuwigheid of de hel. Het
is de georganiseerde zonde van den
mensch en de vrije genade Gods, het is
de vraag of men vrede heeft buiten God-
om en deze twee botsen tqgen elkander
aan, de wederkomst van Christus'is aan
staande. De mensch roept alle energie op
voor den laatsten doodenrit. En toch vragen
velen, wat is er aan de hand? Er wordt?
geconfereerd en geredeneerd, maar er is
weinig rede. Men verstaat de dingen niet
waar het op aankomt, het groote rijk ie
op komst, het teeken der dagen van Nor
ach. In de tent van Lamech waren 3
zoons verpersoonlijkt in de Bouwkunst,
de Kunstenaar, en de Industrie. De eer
ste in deze eeuw is de arbeidscultuür,
de mensch ziet zich verheven tot den groot
sten arbeider, die de arbeid bezigt om God
opzij te schuiven, dit is het fatale er van.
God kan men missen, maar hoe Heim te
vervangen is de eenigste behoefte. Het is
het oordeel van het pessimisme.
Het tweede kenmerk is de genotscul
tuur, men roept de zinsbekoring op, het
kenmerk onzer eeuw is de bioscoop, de
dancing, muziek, radio, etc. Ontzettend
is de onbeschrijfelijke goddeloosheid, de
wereld beweegt zich om geld en de vr0uw,
men leeft voor brood en spel.
Het 3e kenmerk is de machtscultuur,
recht door vuistrecht, het communisme,
anarchisme zijn de klauwen van het rjz®-
ren beest, waarin men gevangen is. IK ben
IK, het moet zijn God is God, en daarom
mislukt alles. De tekst zegt, maar zij
bekenden het niet. Elk is blind voor de
rampzaligheid van dezen tijd, de geheele
wereld is in de war, men verstaat het
niet, omdat God uitgebannen is. En daar
mede gaat gepaard het schrikbarendste,
de verharding van het oordeel Gods, de
grauwe nacht volgt en het eind is, het
einde van het afvalsproces toen als nu.
Er is ook onder de Christenen geen ge
loof, het is een doode kerk. Het zal zijn
als in de dagen van Noach, op eens maakt
God er een eind aan. God laat de wereld
rijp worden, dan komt de Noachs familie
die naar God luistert, die de Heer de eere
geeft, dat volk dat zingt van Psl. 89 vers
7-8. Onder dat zingen werd gecollecteerd.
Spr. zegt daarop, dat hij de vraag hoort,
waarom noemt men deze dagen die van
Noach, nu alles goddeloos is. Maar dat
is het juist, het gaat niet om 't getal,
maar om de qualiteit. De Noachs zijn de
spil, omdat in dat volk Christus zich
openbaart. In de duizenden die verloren
gaan zit toch niets in, maar in
Noach leefde de eeuwigheidsgedachte, het
was de worsteling uit het stof. Het gaat
er om of^ Christus de Heer is, ja of neen,
en of zijn Koninkrijk van boven of be-
tcruggaan? vroeg hij, met een gebaar naar
de andere kamer wijzend. „Zal ik u veront
schuldigen? Dit wil ik met genoegen doen,
als u het verlangt."
„Ik ga liever niet terug, maar mijn ver
ontschuldigingen zult u eerst later aanbie
den. Er is iets anders, wat ik wilde zeggen."
„En aan mij wilde zeggen?"
t A dit pynhjk is, dan moet u het ook „Juist. Maar ik zal kort zijn, of ik zou uw
niet doen. En ik kan u wel haast de verze
kering geven, dat sir Peregrine u niet ver
der lastig zal vallen met vragen. Van twee
dingen was het misschien beter, dat u mij
nog even op de hoogte stelde. Heeft u haar
lang gekend?"
„Ik heb met haar kennis gemaakt, toen ik
negentien was."
„En kende uw vader haar?"
„Als zij geen engagement had, logeerde
ze bij ons."
„Ze was toch natuurlijk ouder?"
Twee jaar."
„En hoe is zij aan haar eind gekomen?"
„Ze was altijd teer en had kou gevat.
Soms heb ik wel eens gedacht, dat ze het
misschien bovenop gehaald zou hebben,
als wij niet zoo arm waren geweest."
„Een natuurlijke, en toch hoop ik, ver
keerde gedachte", antwoordde Tristam. Zijn
hoon was bijzonder vriendelijk. Hij trad een
schrede nader op haar toe en ging voort:
Ik ben niet altijd zoo ongevoelig als u
wel dacht, Felipa! Het spijt mij, dat mijn
houding jegens u zoo onsympathiek moet
hebben geschenen, Het spijt mij waarlijk,
dat u die pijnlijke herinnering aan mij zoudt
hebben. Ik zal niet weer zoo onvriendelijk
zijn, dat beloof ik u!" En toen op eenigs-
zins luchtiger toon: „Als wij er elkaar eens
de hand op gaven, dat het een betere ver-
tandhouding tusschen ons zal worden?"
Zonder te spreken legde ze haar hand in
de zijne. Ze was zéér opgewonden, dat bleek
wel uit het trillen van die hand.
„Misschien wilde u liever niet daarginds
geduld wat al te zeer op de proef stellen.
Heeft oom u al meegedeeld, hoe de uit
spraak luidt van mr. Kendrick betreffende
„de Gevels?"
„Ja, wat oom verlangde kan geschieden."
„Toch zal ik „de Gevels" niet nemen!....
Morgen zal ik dit sir Peregrine meedeelen.
„De Gevels" is veilig en wel uw eigendom.
Niet, dat het ooit mijn eigendom is ge
weest!"
„En het is ook niet het mijne. Heeft
soms iets, wat ik vanmorgen heb gezegd.."
„Neen, niets heeft invloed gehad. Alleen,
ik wil het niet langer hebben!"
„Maar u zult er, sir Peregrine misschien
mee teleurstellen?"
„Toch niet, als het mijn verlangen is!....
Maar u hebt mij niet beankt. Of acht u dit
niet de moeite waard?
„Ja, dat is wel onvergeeflijk! Maar weet
u.... Het is zeker, omdat u heeft gedaan,
precies wat ik in uw plaats zou gedaan
hebben
„Zonder er dank voor te verwachten"
vulde zij aan.
„Men verwacht geen dank voor zijn plicht
te doen, tenminste ik niet.Neem mij niet
kwalijk, Felipa, als ik misschien wat bruusk
ben.
„Ja, wel wat!" Lachende stak ze hem de
hand toe. „Maar ik zal je wel vergeven,
neef! Goedennacht!"
(Wordt vervolgd).