2e BLAD 0CHTENDV0ER Waarom verzwijgt men de feiten? HOE NU? Gemeenteraad Binnenland. Met ons prima de beste resultaten Zaadhandel W. S. Veltman Plaatselijk Nieuws k«k««ne<< kV „Dl SOIST11' vaa Zaterdag 3 Oct. 1931, No, 80 Vervolg Het Volk schrijft: Zelfmoord van een vroolijken, gezonden knaap te Soest wekt bevreemding Een leugen verteld aan de ouders. Punt 6 der agenda. Vergoeding van het bijwonen der raads vergaderingen B. en W. schrijven hieromtrent aan den Raad: In Uwe vergadering van 1 September j.1. werd om praeadvies in onze handen gesteld een voorstel van Uwe medeleden, de hee ren A. Endendijk en H. J. Gasille om de presentiegelden voor het bijwonen van d> raadsvergaderingen vanaf 1 September '31 wederom toe te kennen en in verband met de thans gewijzigde gemeentewet teven presentiegelden te verleenen vanaf denzelf den datum voor het bijwonen van de ver gaderingen van de afdeelingen van den Raai en de door den Raad benoemde commissiën. Voorts stellen adressanten voor het bedrag dezer presentiegelden vast te stellen op het laatstelijk door de Gedeputeerde Staten vastgestelde bedrag van f 4.per verga dering. Dit voorstel is in onze vergadering heden behandeld. Eenparig was ons Col lege van oordeel dat het aanbeveling ver diende het presentiegeld, thans in de ge meentewet aangeduid als „vergoeding" voor het bijwonen der raadsvergaderingen wede toe te kennen. Voorts heeft in ons/College een punt van bespreKing uitgemaakt het'voorstel Uwer in den aanhef van dit voorstel genoemde leden tot toekenning van presentiegeld voor het bijwonen van de vergaderingen van di afdeelingen van den Raad en de door den Raad benoemde commissiën. Voor de toekenning van zoodanige „ver goeding heeft de gemeentewet krachtens hare jongste wijziging bij wet van 31 Jan 1931 stbl. No. 41 de mogelijkheid geopend. En zij heeft dat niet zonder reden gedaan, Het zich meer en meer uitbreidende arbeids veld der gemeente eischt van haar bestuur ders een belangrijken tijd op om zich op de hoogte te stellen van de vraagstukken die- zij hebben te behandelen, alsmede voor he bijwonen van raads- en commissievergade ringen. Het is in het algemeen billijk dat zij voor den ten bate van het algemeen be lang besteden arbeid een vergoeding ont vangen. Wij achten het daarom volkomen gemotiveerd dat de raadsleden voor het bijwonen van commissievergaderingen eene vergoeding wordt toegekend. Echter zit aan deze aangelegenheid een financieele kant!. Wij hebben nagggaan wat de kosten voor de gemeente zouden zijn indien tot invoering van een vergoeding voor het bijwonen van commissievergade ringen van f 4.—, f 3.50 of f 2.50 per lid per vergadering werd besloten. Blijkens het hierbij overgelegd staatje zullen indien alle vergaderingen voltallig zijn de kosten per jaar naar raming bedra gen bij een vergoeding per lid per vergade ring van: a. f 4.een bedrag van f 2136. b. f 3.50 een bedrag van f 1869. c. f 3.een bedrag van f 1602. d. f 2.50 een bedrag van f 1335. Vermits de toekenning van vergoedingen voor het bijwonen van commissievergade ringen blijkens het vorenstaande een vrij aanzienlijk offer uit de gemeentekas zal vra gen geven wij U in overweging afwijzend op het voorstel Uwer leden, de Heeren En dendijk en Gasille, voor zoover betreft het verleenen eener vergoeding voor het bij wonen van Commissievergaderingen, te be slissen. Het voorstel van de in de vorige alinea genoemde leden Uwer vergadering met be trekking tot het toekennen van een vergoe ding voor het bijwonen der raadsvergade ringen nemen wij over, echter met inacht neming van artikel 64 der Gemeentewet, zoodat wij U voorstellen: ai. te bepalen dat ingaande 1 September a.931 door Uwe leden voor het bijwonen Uwer vergadering een vergoeding zal wor den genoten en b. ons College te machtigen aan het College van Gedeputeerde Staten te verzoe ken het bedrag dezer vergoeding te willen vaststellen op het laatstelijk bij besluit van 14 April 1931, 3e afd. No. 173-877 door dat College voor Soest bepaalde bedrag van f 4.per lid per vergadering. Tenslotte deelen wij U nog mede, dat in dien U ons voorstel aanneemt en de Gede puteerde Staten dezer provincie het bedrag der vergoeding voor het bijwonen van raadsvergaderingen zullen hebben vastge steld, wij U het daaruit voortvloeiende be sluit tot wijziging der gemeentebegrooting voor 1931 in ontwerp ter vaststelling zullen aanbieden. RECHTSZAKEN. De fazantenhistorie. Deurwaarder de Groot uit de bekende fa zantenhistorie werd door den Kantonrech ter alhier destijds veroordeeld tot f 3. boete subs. 3 dagen hechtenis. Van dit von nis is deurwaarder de Groot in beroep ge gaan bij de Rechtbank te Utrecht. De vorige week verschenen in verschillende bladen be richten dat deurwaarder de G. opnieuw door de Rechtbank was veroordeeld thans tot f 15.boete of 10 dagen hechtenis, met tal van bijzonderheden. Deze berichten blijken alle van A. tot Z. uit den duim te zijn gezo gen. hnmers eerst Dinsdag j.1. heeft de Rechtbank in deze zaak vonnis gewezen en daarbij deurwaarder de Groot ontslagen van alle rechtsvervolging, terwijl de Offi cier van Justitie tevoren vernietiging van het vonnis van den Kantonrechter had ge vorderd. Hoogachtend: D. DE GROOT. Beukenlaan 31a SOEST De houding der katho'ieke autoriteiten wekt bevreemding. De publieke opinie eischt opheldering (Van onzen specialen verslaggever). SOEST, 30 September. In deze ge meentc heeft ^ich een hoogst ernstig feit voorgedaan waaraan, in het algemeen be lang, scherpe aandacht dient te worden ge schonken. Het betreft een vermoedelijk ge val van zelfmoord, door een 14-jarigen knaap, in een roonisch-katholiek gesticht gepleegd. Het is deze treurige zaak, die hier op het oogenblik bij zeer velen de aandacht ge spannen houdt. Niet het minst, doordat van katholieke zijde en met zeer bedenkelijke middelen, getracht is te verhinderen, dat het geval buiten de gestichtsmuren zou ko men. Waarom is dat geschied? De beantwoording van die vraag zal mis schien thans nog slechts mogelijk zijn, door ingrijpen van de bevoegde autoriteiten. Maar dan door andere autoriteiten dan die in eerste instantie verzuimd hebben te doen wat hun plicht was; ongeacht of zij dat te goeder trouw, zelf slachtoffer van mislei ding zijnde, hebben nagelaten, dan wel, om dat zij hun autoriteit tegenover stille en steile tegenwerking van katholieke machten niet wisten te doen gelden. Die tegenwer king ten spijt, is de treurige zaak, waarom net hier gaat, door een zij het sobere pu- olicatie in een plaatselijk blad toch rucht baar geworden. Eerste publicatie. Vermelden wij allereerst de feiten, zooals die door een bericht in „De Soester" bekend zijn geworden. Het blad dan maakte melding van een geheimzinnig drama, dat zich op Zondag avond 20 September jl. heeft afgespeeld in het Missiehuis St. Joan te Soesterberg. Daar werd 's avonds omstreeks 10 uur ge constateerd, dat een der jeugdige leerlin gen op de slaapzaal ontbrak en bij onder- oek trof men den knaap in een der W.C.'s waar hij zich door ophanging van het leven zou hebben beroofd. De arme jongen moet daartoe gebruik hebben gemaakt van zijn stropdas. „De W.C. zoo vervolgt het bericht '.ou aan de binnenzijde gesloten zijn ge weest. Dr. A g i n a te Amersfoort, onmid dellijk ontboden, heeft nog tot middernacht getracht de levensgeesten op te wekken evenwel zonder resultaat. Het knaapje speelde 's middags nog le- enslustig met zijn medeleerlingen, zonder dat van eenige levensmoeheid bleek. De ge meentepolitie hoorde eerst Maandagmiddag, langs een omweg, van het gebeurde. Zij nam net lijkje in beslag en stelde een langdurig onderzoek in. De uitkomsten van dit on derzoek worden zorgvuldig geheim gehou den. De officier van justitie te Utrecht heeft toestemming tot teraardebestelling gegeven. Tot zoover de feitelijke mededeelingen uit het bericht in „De Soester." Het nadere onderzoek, door ons ter plaat se en in de omgeving ingesteld, heeft echter nog andere feiten aan het licht gebracht, die op deze zaak een vreemd licht werpen. Ons onderzoek. Ondanks het feit, dat in katholieke krin gen, óók buiten het betrokken gesticht, over deze zaak een angstvallig stilzwijgen wordt ocwaard men wil en durft er klaarblijke lijk niet over praten en hoe eer hoe beter, oo schijnt men te oordeelen, moet dit ge val maar worden vergeten zijn wij er in geslaagd de navolgende feiten vast te stel len. Het Missiehuis St. Joan, staande aan den Amersfoortsche straatweg te Soesterberg, is en katholieke instelling waarin, jongens van hun twaalfde jaar af kunnen worden opgenomen om tot missionaris te worden opgeleid. Tot de vorige week waren in dit gesticht, aan het hoofd waarvan een rector taat, terwijl het overige personeel door paters en broeders wordt gevormd, 72 jon gens intern. Thans zijn er nog 71.... De knaap, door wiens dood de gestichts bevolking onverwacht met één verminderd was het 14-jarige zoontje van de familie M., wonende te Amersfoort. Zondagavond 29 September werd hij vermist en korten tijd later, gelijk hierboven reeds vermeld, vond men den knaap levenloos op één der W.C.'s. Nu woont in de onmiddellijke nabijheid van het gesticht de medicus van het vlieg kamp te Soesterberg, dr. J o n g b 1 o e d, maar deze is niet katholiek en „dus" heeft men in het Missiehuis zijn hulp niet inge roepen, maar ontbood men den katholieken gestichtsdokter, dr. A g i n a, die te A'foort woonachtig is. Menschelijke hulp kon hier echter niet baten, zoodat dr. A g i n a lechts den dood kon constateeren. Den volgenden morgen moest de droeve tijding aan de familie van den knaap in Amersfoort worden gebracht en aan de zoo zwaar getroffen ouders werd nu medege deeld, dat hun zoontje „plotseling aan hart verlamming overleden was." Een leugen. Wie heeft tot die leugen opdracht ge geven? Het zal, uit hetgeen verder gebeurd is blijken, dat het van belang is, dat dit wordt vastgesteld. Van het feit, dat dit kind, ver pleegde in een katholiek gesticht, een ge- welddadigen dood gestorven is, is door de directie van het gesticht, in strijd met de dienaangaande bestaande wettelijke bepalin gen, aan de politie geen kennis gegeven. Het door dr. Agina ingevulde doodsbrief- je werd in den loop van den dag ter hand gesteld aan een bedienaar van begrafenissen, een particulier, die zich met het regelen van teraardebestellingen belast en deze be gaf zich naar het gemeentehuis te Soest, ten einde het noo.dige verlof tot begraven te bekomen. Als doodsoorzaak was op het briefje echter ingevuld „ophanging" en de imbtenaar van het bcvolkingsbureau, die dit zag, was wel zoo verstandig op grond daarvan het bewijs van verlof tot begraven weigeren. Het was te ruim drie uur, toen deze amb tenaar den burgemeester, mr. D e k e t h, hiervan in kennis stelde, en deze gaf toen de opdracht, dat de politie die zaak moest onderzoeken. De inspecteur van politie, de heer Schreu- der, vertoefde dien dag buiten de gemeente, zoodat de in Soesterberg gestationneerde agent van politie Van Hummel telefonisch de opdracht kreeg zich naar het Missiehuis te begeven. De komst van dezen politie man, die zich, voor zoover hem dat mogelijk was, op correcte wijze van zijn taak heeft gekweten, schijnt in het Missiehuis wel eeni ge consternatie te hebben gewekt. Op zijn informaties deed men den agent het hierboven reeds medegedeelde verhaal, waarvan de politieman naarstig aanteeke ning hield en men liet hém zoowel het lijk je van het kind, als de W.C. zien, waarin zich het drama moet hebben afgespeeld „Wij weten het niet' Het spreekt van zelf, dat deze politieman ook nog wel iets te vragen had, maar al zijn verdere informaties stuitten af op het mo notone antwoord: Wij weten het niet. Speciaal twee paters, die daarvoor naar het oordeel van den agent in aanmerking kwamen, heeft hij een verhoor afgenomen en daarvan in het door hem opgemaakt' proces-verbaal ook melding gemaakt, .maar van het afleggen van eenige verklaring, waaruit de wanhoopsdaad van den knaap zou kunnen worden begrepen was geen sprake. Men wist en men weet in het Missiehuis van niets. De politieman vertrok, na aan de directie van het gesticht de mededeeling te hebben gedaan, dat met het lijkje niets mocht ge beuren, alvorens verlof tot begraven was verleend. Den volgenden morgen (Dinsdag) begaf de politie-agent Van Hummel, nu verge ld door den inspecteur Schreuder zich naar Utrecht, waar den officier van justi tie Mr. G r e v e het proces-verbaal ter hand werd gesteld. Deze justitieele autori teit gai toen de opdracht, dat de politie de ouders van den knaap zou hooren en, in dien dit verhoor niets bijzonders zou ople veren, kon z.i. het verlof tot begraven wor den verleend. Het gesprek met de ouders van den knaap heeft natuurlijk niets opgeleverd, alleen hoorde de politieman daar, min of meer tot zijn ontzetting, welke leugen, aangaande de doodsoorzaak men dien menschen had ver teld. Hij vond het echter niet op z ij n weg liggen de waarheid bekend te maken Op het kloosterkerkhof. Zeer spoedig daarna vond toen de teraar debestelling plaats. Het stoffelijk overschot werd echter niet. wat men had mogen ver wachten, naar de woonplaats der ouders overgebracht. Neen, men wist hen te bewe gen goed te vTnden, dat de beaarding zou geschieden op 't begraafveld van het kloos ter Cenakel welk klooster aan het Missie huis grenst. Nog eenmaal heeft de politie van Soest zich met deze treurige zaak, die overigens hoe vreemd dit ook moge klinken ook voor haar „afgedaan" was. bemoeid. Dat was n.1. kort voor de verschijning op Za terdag j.1. van het plaatselijk blad „De Soester". Het was den burgemeester bekend gewor den dat dit blad een bericht omtrent het ge beurde zou bevatten en dat daarin zou wor den medegedeeld, dat de knaap, volgens de mededeelingen der gestichtsdirectie, de hand aan zich zelf zou hebben geslagen. Het pleit voor de gevoelens van kiesch heid van burgemeester D e k e t h, dat hij heeft willen voorkomen, dat de beklagens waardige ouders op deze wijze de doodsoor zaak van hun kind zouden te weten ko men. Vandaar dat hij den inspecteur Schreu der opdracht gaf die moeilijke boodschap te gaan brengen. Dat heeft den Insp., in gezelschap van een agent van het corps ge daan. Wij zullen hiervan slechts meded' en, dat de vader van den jongen weigerde te gelooven, dat hetgeen de politiemannen hem kwamen mededeelen waar zop kunnen izijn. Na hetgeen wij hier nu, zoo sober moge lijk, aan feiten hebben medegedeeld, blijft er ruimte tot het maken van een aantal op merkingen en het stellen van eenige vragen Vraagpunten. Daar is in de eerste plaats de, laten wij maar zeggen, hoogst zonderlinge houding van den rector van het Missiehuis, om van de overige tot het personeel behoorende, geestelijken, maar te zwijgen. Naar verluidt zou de politie van het ge beurde onkundig zijn gelaten, omdat dr. Agina verklaard zou hebben, dat zulks niet noodig was. Maar om welke reden heeft men de ouders van den knaap omtrent de doodsoorzaak voorgelogen? En hoe meent men te kunnen verdedigen, dat in zoodanige omstandigheden niet oo- genblikkelijk de medische hulp wordt inge roepen, die het dichtst in de buurt is? Dit klemt te meer, daar de beide bij proces verbaal gehoorde paters aan den veldwach ter moeten hebben verklaard, dat zij zelve, 'n afwachting van de komst van dr. Agina. ceds begonnen waren met de toepassing van kunstmatige ademhaling. Van nog grootere beteekenis echter ach ten wij de-stuntelige.wijze van optreden in deze door de politic en door de justitie. De vraag kan worden gesteld, waarom de burgemeester zelf, in zijn kwaliteit van hoofd der politie en van hulp-officier van justitie, zich niet dadelijk naar het Missie huis heeft begeven, vooral toen de inspec teur van politie afwezig was. En wat bovenal bevreemding wekt is het feit, dat niet onmiddellijk toen de politie an het gebeurde kennis heeft gekregen, het politioneele onderzoek is ingezet met be slaglegging op het lijkje van den ongeluk- kigen knaap en wegvoering van het stof felijk overschot uit het Missiehuis. Uitermate bevreemdend. Het is uitermate bevreemdend, dat ook de officier van justitie te Utrecht, daartoe niet dadelijk de opdracht heeft gegeven, toen hem bleek, dat dit nog niet was geschied en dat ook hij, voor wat de opgave van de doodsoorzaak betreft, zonder meer genoe gen heeft genomen met de opgave dienaan gaande van den gestichtsarts. Zeer zeker had het advies tot gerechtelij ke schouwing van het hoofd der politie te Soest dienen uit tc gaan, waarvoor hem im- mes gerechtvaardigde reden tot wantrou- en aanwezig moest zijn in de twee feiten, dat de gestichtsdirectie klaarblijkelijk, op zettelijk dc politie van hetgeen gebeurd is, onkundig heeft gelaten en de familie om trent de door den gestichtsarts vastgestel de doodsoorzaak is misleid. En dit alles klemt nog te meer, waar nóch door het personeel, ook maar het geringste motief voor de wanhoopsdaad van den jon gen, zelfs onderstellenderwijs kon worden genoemd? De knaap wordt door hen, die hem kenden als 'n aardige, levenslustige jongen geschil derd en vastgesteld schijnt bovendien te zijn, dat hij zich in de middaguren nog op normale wijze met zijn medescholieren bij het spel heeft vermaakt. Van levensmoe heid heeft niemand bij dezen jongen ooit iets bemerkt. Wat inag dan de oorzaak zijn van zijn plotselingen dood? Zij, die wellicht opheldering zouden kun nen geven, schijnen er de voorkeur aan te geven te zwijgen. Het wil ons voorkomen, dat het alsnog de plicht is van politie en justitie om alles in het werk te steden, dat er toe zal kunnen leiden in dit mysterie opheldering te ver- chaffen. Men blijve ons nu van het lijf met de be schuldiging, dat wij het zouden zijn die katholieke instellingen, in dit geval het Mis siehuis te Soesterberg, met kwaadaardige bedoelingen in opspraak zouden brengen Dat hebben zij gedaan, die zich in deze zaak hebben gedragen op de wijze als hier boven is vermeld. Indien men de groote geheimzinnigheid ziet, waarmede het leven en al het doen en laten in de katholieke gestichten wordt om huld, dan is het goed de publieke opinie, vooral na gebeurtenissen als hier hebben plaats begrepen, duidelijk voor oogen te stellen dat, waar men niets te verbergen heeft, ook elke geheimzinnigheid overbo dig en uit den booze is. In het Soester Nieuwsblad van 25 Sept. j.1. komt een stukje voor van A. E(nden dijk), getiteld: „Hoe nu?" In de 2e zinsnede van dit artikeltje zegt de schrijver heel duidelijk en terecht: „dat elk: ernstig raadslid reeds krachtens zijn daartoe afgelegden eed zich verplicht moet weten, dat de belangen der gemeente steeds moeten staan boven de persoonlijke- of par tijbelangen." Maar zoo iets kan de schrijver E. onmo gelijk ernstig meenen, dat weet ieder Soes ter ingezetene wel, die het raadslid E. goed heeft gadegeslagen in de vele jaren, dat hij medewerkte aan het besturen onzer ge meente. in de 3de zinsnede komt dan ook de ware aard naar voren, wanneer hij schrijft: „Nu heeft echter elke partij wenschen en een meer of minder bepaald inzicht zake de „algemeene belangen", en indien blijkt, dat door het college ook rekening wordt gehouden met de partij door ons ver tegenwoordigd, kunnen en willen wij bij voorbaat nu reeds onzen steun toezeggen." Behoeven wij hieraan nog iets toe te voe gen? De heer E. is zoo geheel en al partij man, dat hij dit geen oogenblik van zich afzetten kan. Alles ziet hij door zijn eigen partij-bril, de partijbelangen moeten in den gemeenteraad behartigd worden, dat is de hoofdzaak. Dat in den gemeenteraad, en bij het besturen der gemeente, uitsluitend de gemeentebelangen op den voorgrond moe ten staan, kan de heer E. nog niet begrij pen. Hier komt „Oud-Soest" weer om den hoek kijken, toen in den gemeenteraad al leen de partijbelangen en heel dikwijls ook de persoonlijke belangen gediend werden, en de gemeentebelangen nog niet goed gezien konden worden. Maar misschien mogen wij nu hopen, dat er verbetering komt, daar de heer E. thans vraagt: „Hoe nu?" En die vraag willen wij heel gaarne voor hem be antwoorden, en dan luidt ons antwoord: Handel, zooals door U in de 2de zinsnede van het bovenbedoelde stukje wordt voor opgesteld. HET NEDERLANDSCHE MEISJES- GILDE DER PADVINDERIJ. De meisjespadvinderij heeft tot nu toe in Baarn zeer weinig bekendheid verwor ven. Reeds eenige jaren bestond er een troep in Baarn, doch als onderafdeeling van Hilversum. Er was geen eigen Be stuur, geen clublrujls, en. de contributi ging naar Hilversum. Nu echter hebben eenige dames een Bestuur gevormd en is de Afdeeling Baarn officieel erkend door het Hoofdbestuur.. Het doel is nu te trachten de afd. Baarn tot, bloei te brengen. Reeds is een' clubhuis gevonden waar de meisjes sa menkomen. Doch er is meer noodig. Om de troep te laten aangroeien wil het Bestuur probeeren een Kaboutertroep, bestaande uit meisjes tusschen 8 en 12 jaar, te vormen. Zijn er in Baarn en Soest niet vele oin ders die gaarne hun kinderen tot een goed padvindster willen zien opgroeien? En wanneer de kinderen reeds 12 zijn waarom sluiten zij zich dan niet bij de bestaande troep aan? De troep heeft een leidster uit Hilver sum, die echter slechts over weinig vrijen tijd beschikt en bij uitbreiding gaar ne een assistent-leidster naast zich zou zien en tevens een leidster voor de Ka- boutergroep. Meisjes van Baarn en Soest, wie van jullie voelt er voor dit werk! Zij die hun krachten aan den opbouw van deze jeugd beweging willen geven worden verzocht zich op te geven in Baarn bij Mej. B. A. Kuipers, Emmalaan 7, in Soest bij Mevr. J. G. de Looze, Praamgracht 7. Zaterdag 10 October te 3 uur zal in het clubhuis gelegen Jacob v. Lennep- straat bij de Heemstralaan (het s'tialgebouw van den Heer Ferwerda) door iemand, die reeds jaren bij het Nederlandsche Meisjesgilde der Padvinderij is, allerlei verteld woorden en het doel en streven van Padvindster-zijn, uiteengezet worden. Ouders en kinderen uit Baarn en Soest, en allen die iets meer over de Padvinde rij willen weten, wij noodigen U uit op Zaterdag 10 October te komen. Wij hopen dat velen zich dien middag komen aanmelden als Padvindster en dat ook de ouders menig kind voor Kabouter zullen opgeven. POSTDUIVENSPORT Postduiven Ver. „De Zwaluw". Uitslag wedvlucht vanaf Lier op 6 Sep tember met oude en jonge duiven, afstand 125 K.M. Z.W. wind; deelname 128 duiven. W. G. Priem 1—2—01427. G. Visser 35. H. van Sitter 4112225. T. Bokma 7. B. Grocneveld 812. A. Schaap 191726. Rijksen J. Groen 15. J. Pot 29—21—29. Elzenaar 28,. C. Schut 39—31. Luxe prijs W. C. Idem met No. 2. e Uitslag wedvlucht vanaf Vilvoorde op 13 September met oude en jonge duiven, af stand 148 K.M. VV. wind; deelname 128 duiven. G. Visser 113—17. j pot 2—4—7—18. W. C. Priem 30— T. Bokma 9—29—39. A. Schaap 58 W. Priem 19—11, A. Rijksen 1419-2627, B. Groeneveld 2124. A. Dorresteijn 22. D. Elzenaar 25. H. van Sitter 32. 1 Luxe prijs G. Visser met No. 1. 1 Luxe prijs J. Pot met No. 2. 1 Luxe prijs W. C. Priem met No. 1 Luxe prijs A. Schaap met No. 5. 1 Luxe prijs T. Bokma met No. y. Priem met No. 1. 12—15—20—23. 28—31. Uitslag wedvlucht vanaf Neufvilles op 20 September met oude en jonge duiven, af tand 199 K.M. N.W. wind. Deelname 90 duiven. \V. C. Priem 11314, A. Rijksen 215161719, B. Groeneveld 3. A. Schaap 489. \V. Priem 5. G. Visser 6—7—10—18—21. II. van Sitter 1112. E. Groen 20. C. Schut. 22. Luxe prijs W. Q. Priem met No. 1. Luxe prijs A- Rijksen met No. 2. A.s. Zondag volgt de laatste vlucht van dit jaar met oude en jonge duiven vanuit België pl.m). 250 K.M. Als de duiven het mooie weer van voorgaande stations tref- ien, zullen op deze laatste vluchten in dit jaar geen verliezen te boeken zijn en is dit een waardig slot van de serie schitterende wedvluchten, gehouden doon de Postduiven Ver. ..de Zwaluw". Volgende week volgen nog enkele uitslagen en dan begint de pe riode van rust voor de dieren om eind Novt of begin December wederom hun krachten te meten op de Tentoonstelling, wat ook een angename afwisseling blijft voor de lief hebbers, reeds nu de ruitijd in vollen gang is, worden verschillende beestjes besproken ol ze, zoodra hun mooie pakje klaa is ge- chikt worden geacht hun kans te verdedi gen. Voorwaar onze sport is mooier als de meeste menschen denken, de ware liefheb ber behandelt zijn beestjes met zooveel zorg en toewijding, een pluim van dierenbe scherming waardig. Zwartkras. DE ZOMERTIJD. We herinneren er aan dat de zomertijd eindigt 4 October om 3 uur voormiddag, zoodat in den nacht van Zaterdag op Zon dag de klokken één uur moeten worden achteruitgezet. RECTIFICATIE. In het verslag van de vergadering der Soester Winkeliersvereeniging op Maandag j.1., opgenomen in ons blad van Woensdag 39 September 1.1., is door ons abusievelijk vermeld, dat het voorloopig praesidium door den heer H. W. Spijker werd waarge nomen. Dit moet zijn den heer A. G. Spij ker. QBVONDBN VOORWBRPEN Een bruine heerenportemonnaie met inh. Een padvindersmes. ien sigarenschaartje. Een padvindersriem. Ongeveer 19 pond vleesch. Een pak blauwe wol. Een bril. ien klein strijkplankje. Een rijwieltasch. Een rozenkrans. Aangeloopen een herdershond. MISHANDELING. Donderdag werd de alhier wonende tim merman van de L. op den Klaarwaterweg ontmoet door zekere in 't H., die schijn baar van v. d. L. nog iets te vorderen had. Hij werd door hem aangesproken, doch spoedig werd de verhouding heel wat min der vriendschappelijk en het einde was, dat d. L. een flink pak slaag kreeg. Deze laatste deed hiervan aangifte bij de politie, die tegen den dader proces-verbaal zal op maken. IN ARREST GESTELD. De zwerver H. G., die een dezer nachten in kennelijken staat v. dronkenschap op den openbaren weg werd ^aangetroffen, is door de politie aangehouden en naar 't politiebu reau overgebracht om daar in arrest te wor den gesteld. NIJVERHEIDSSCHOOL. Voor de a.s. wintercursussen hebben zich plm. 60 leerlingen aangemeld. DRIETAL. Ds. I. J. van Schaick alhier komt als No. 2 voor op het drietal voor Rotterdam. VERPLAATST. De organist der oud-N.H. Kerk wordt overgeplaatst naar de Emmakerk; in zijn plaats komt zijn dochter. AFSCHEID. Ter gelegenheid van het vertrek van de politiedienaar B. Terhaar als gem. veld wachter naar Doorn, offreerden zijn colle ga's hem een barometer. De heer Burge meester sprak eenige waardeerende woor den en offreerde een rookertje. DAMMEN. J.1. Dinsdag werd de tweede en voorlaat ste ronde van de Groepen-wedstrijden uit geschreven door de Soester Damclub, ge houden. Evenals in de eerste ronde zijn ook nu weinig remise-resultaten bereikt. De partij P. ReeringhH. de Graaf was de eenigste, welke in remise eindigde. De afgebroken partij H. BakkerH. Bakker Jr. werd tot veler verrassing door den Soes ter Damkampioen verloren. Hierdoor heeft H. Bakker Jr. in Groep A, evenals Chr. Bakker en G. J. ter Haar resp. in groep B

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1931 | | pagina 5