't Drama in Sf. Jan
Het Missiehuis-
Drama.
Protest-
Vergadering.
De gedistilleerde beschuldigingen verminkt en
onvolledig opgenomen.
Bespreking van het verslag van de Protestvergadering te Soesterberg,
zooals dat in „De Soester Bode" van 24 October l.l. is opgenomen.
Dc laatste weken is er over den dood van
den 14-jarigen jongen in het Missiehuis te
Soesterberg heel wat te doen geweest. De
ze zaak is verre van duidelijk, veel wordt
verzwegen en zoo blijven tal van vraagpun
ten bestaan op welker oplossing de publie
ke opinie wacht. Het is daarom allerminst
bevredigend dat van den kant van de justi
tie zoo weinig gedaan wordt om de zaak
tot klaarheid te brengen, ja velen die wer
kelijk niet tot de heethoofden gerekend mo
gen worden durven hier te spreken van
„doofpotpolitiek."
In de Soester van 24-10-'31 wordt de mee
ning van een medicus weergegeven, die een
drietal redenen opsomt, die een gerechtelij
ke schouwing en een sectie op zijn minst
wenschelijk maken.
Voor hem die de gelegenheid had met het
droeve werk van de gerechtelijke genees
kundige nader kennis te maken geven de
feiten zooals ze zich hier voordroegen eeni-
ge beschouwingen in de pen.
Ten eerste zij opgemerkt dat een schou
wing of sectie niet ieders werk is. Het be
hoort tot het terrein van den specialist en de
algmeene medicus heeft daarvan geen of
onvoldoende kennis. Wanneer men een ge
rechtelijk geneeskundige aan 't werk ziet,
dan zal men zelfs volkomen tneoretisch op
de hoogte zijnde (en zelfs dat is de arts bij
na nooit) opmerken, dat men toch tal van
bijzonderheden van het grootste gewicht
over het hoofd zou hebben gezien en dus
op eenvoudige vragen voor de rechtbank
het antwoord schuldig had moeten blijven,
omdat men de feiten en hun onderlinge
samenhang die tot de konclusie hadden
moeten leiden niet in hun volle draagwijd
te had weten te schatten. Zeker de chirurg
uit Amersfoort was wettig bevoegd, (waar
toe is een arts al niet bevoegd?) maar dit
houdt allerminst in dat hij in deze compe
tent was. Voorzichtigheidshalve gaf hij als
doodsoorzaak op: .verhanging" de rest
overlatend aan de justitie, die na zoo'n op
gaaf automatisch haar werk heeft te ver
richten.
Deze opmerkingen dienen om in het licht
te stellen dat geen vakman het lijk gezien
heeft en er dus tal van bijzonderheden van
gewicht mogelijkerwijs ongezien zijn geble
ven.
Of hier verdachte omstandigheden waren
die een nader onderzoek noodig maakten?
M.i. zeker! Men nam een arts uit Amers
foort, en gaf op niet te weten dat er een
dokter vlak bij woonde. Als dit niet ver
dacht is dan zou de rechtbank in tal van
gevallen motieven bij bewijsvoering moeten
laten vallen. Dit klemt te meer daar naar
gezegd werd de jongen nog leefde en een
tijdige hulp dan wellicht redding had ge
boekt. Dan bevond het lichaam zich in een
W.C. die een tweede toegang had. De moge
lijkheid dat de zaak en scène was gezet
is dus op zijn zachtst een veronderstelling
die langs anderen weg uitgesloten moest
zijn geworden
Maar nu, het drama zelf wat nader be
schouwend, werd meegedeeld dat de jongen
hing aan het spoelapparaat. Hij moest de
lussen staande hebben aangebracht en kon
dus als hier van spelenderwijs" sprake was
geweest gemakkelijk weer gaan staan toen
hij het benauwd kreeg. Indien hij daarin
om één of andere reden niet was geslaagd
had hij zich heftig bewegend om zich heen
geslagen en met handen en voeten langs
buizen en muur omhoog probeeren te klim
men. Dit had aan de handen (nagels voor
al) en aan de schoenen (resp. voeten) ver
der aan de muur, de buizen, en het W.C.-
hun sporen nagelaten. Hierover kwamen we
niets te weten en of er bij het onderzoek
aan werd gedacht is een vraag die we open
laten. Dan is het allerminst ongerijmd te
veronderstellen dat bij de heftige bewegin
gen het primitieve hangtoestel het had be
geven. Dat bij verhanging de tand van de
2e wervel in het ruggemerg moet schieten
en zoo de dood veroorzaken zooals dc me
dicus in de „Soester" aangaf, is in zijn al
gemeenheid onjuist. Dit gebeurt rege'matig
bij strafvoltrekkingen en vaak als iemand
zich de strop aandoet en van een behoor
lijke hoogte omlaag springt. Waar hier de
hoogte niet groot kon zijn is dit volstrekt
niet noodzakelijk. Wanneer het gebeurd zou
zijn .was de dood onmiddellijk onder ophou
den van de adembewegingen ingetreden en
zou het niet goed denkbaar zijn geweest
dat de jongen nog „teekenen van leven had
vertoond." Een en ander is niet waarschijn
lijk, zoodat de dood dan ingetreden zou
moeten zijn door verknijping van de lucht
weg, maar vooral doordat het strottenhoofd
naar boven werd getrokken, met de tong
basis tegen de pharynxwand (keelwand)
werd gedrukt en zoo de luchttoegang af
sloot.
Op de hals van het slachtoffer was een
streep als aanwijzing tot het drama. Waar
bevond zich deze streep? Dit toch is van
het grootste belang. Suicide pogingen loo-
pen vaak op niets uit in zoo'n geval omdat
de strop te wijd werd genomen en te hoog
werd aangelegd; daardoor schijft hij onder
de kin zoodat vooral bij lichte kinderen een
verstikking bijna uitgesloten is.
Evenwel was hier zelfs geen sprake van
een strop. Een riem was in het spoelappa
raat gespannen en om deze riem was de das
als een oog bevestigd. Staande zou de jon
gen het hoofd daardoor gestoken hebben
en zoo zou de verhanging hebben plaats
gehad. Maar deze voorstelling van zaken is
ten eenemale ongerijmd en de veronderstel
ling licht voor de hand dat hier bewust ge
logen wordt. Het is onmogelijk een levend
mensch zoo op te hangen. Waar het hoofd
door kan, kan het ook uit en de bewe
gingen zal de lus doen afglijden, althans zal
hij onder de kin geraken waardoor verstik
king uitgesloten is. Ja dit zal al gebeuren
wanneer het hoofd door de reflectorische
spanning van de spieren meer in den nek
wordt getrokken. Anders is de zaak bij een
bewustelooze of een doode. Hier is alles
slap en met een beetje handigheid is een
dergelijke ophanging, de das achter de
kaakhoeken of ooren brengend waardoor
het hoofd naar voren zakt, gemakkelijk tot
stand te brengen. Het is ons bijna geen ver
onderstelling meer, maar praktisch een con
clusie wanneer we zeggen dat de jongen
toen hij daar werd neergehangen op zijn
minst bewusteloos, waaarschijnlijk evenwel
al dood was.
Dan de aard van het litteeken. Dit deed
zich volgens iemand die het zag, voor als
te zijn veroorzaakt met een riem, met scher
pe randen. Al moet bij het beoordeelen van
litteekens om daaruit tot hun ontstaan te
concludeeren de uiterste voorzichtigheid be
tracht worden, toch geeft dit een denkrich
ting aan.
Moge we hier nu maar aannemen dat toch
alles toevallig heeft samengewerkt tot dezen
treurigen afloop? Aiogen we nu maar een
heel rijtje exceptioneele mogelijkheden, die
ieder op zich zelf praktisch niet voorkomen,
aanvaarden ongeacht nog de verdere ver
dachte omstandigheden? M.i. is dit, wil men
zijn practisch verstand geen geweld aan
doen, niet meer mogelijk, daarvoor is
deze mogelijkheid te verwaarloosbaar klein
geworden en daarvoor is de waarschijnlijk
heid dat alles zich geheel anders heeft voor
gedragen door tal van punten te veel ver
sterkt, ja zoo versterkt dat men van zeker
heid kan spreken. En dit wel mede hierom:
lo. geen enkele reden tot Suicide werd
zelfs maar vermoed, een in deze richting
werkende psychopathische constitutie zelfs
niet aangenomen.
2o. zelfmoord is op dezen leeftijd be
trekkelijk zeldzaam.
3o. de keuze van den arts in dit geval.
4o. de ouders werden omtrent doodsoor
zaak bedrogen.
5o. de politie werd er buiten gehouden,
waardoor in ieder geval veel waardevol
onderzoek-materiaal verloren ging, doordat
het onderzoek te laat kwam.
DE EER1TE SOESTER
Sé ELECTR. DRUKKERIJ
Sé la het meest betrouwbare adres ié
voor Uw drukwerk. Met onze mo- Sé
Sé derne machines zijn wij in staat U Sé
Sé het baste van het beste te leveren Sé
Sé tegen zeer concurreerende prijzen Sé
Sé (f
60. begrafenis had plaats in gewijde aar
de. Motief hiervoor was het „spelender
wijs". Maar dit is onzin zooals ieder in
ziet.
7o. Voor hem die zoo'n beetje weet wat
zich in dergelijke inrichtingen wel afspeelt
is de mogelijkheid allerminst uitgesloten
dat ernstige feiten, met name zedelijkheids
delicten,, aan de dood zijn voorafgegaan.
Dat dit bevestigd, resp. uitgesloten, althans
onwaarschijnlijk kon worden gemaakt door
een snel deskundig onderzoek staat vast.
Dat dit niet is geschied valt slechts te be
treuren. Nakaarten hierover geeft niets meer
en ook bij sectie, nu, zal daar bijzondere
gevallen daargelaten weinig of niets meer
van teruggevonden worden.
Van R.K. zijde noemde men al deze fei
ten verdachtmakingen. M.i. hoeft dit alles
niet meer verdacht gemaakt te worden: het
is op zich zelf al verdacht genoeg. Maar
daarbij komt dat suicide zooals deze werd
beschreven uitgesloten is. Dit alles is in el
kaar gezet door menschen die geen ver
stand hadden van het gebied waarop zij zich
begaven.
Het is voor het prestige van de kerk ze
ker beter als men de hand in eigen boezem
durft te steken. Dan toch betreft het perso
nen, nu evenwel betreft het de kerk, voor
velen zelfs de daarmee gelijkgestelde gods
dienst.
Protestvergaderingen, waarbij niets wordt
beweerd, vragers het zwijgen wordt opge
legd, en alleen gescholden wordt naar één
en verheerlijkt naar de andere zijde, leveren
voor de onbevooroordeelde niets op. Even
min een beroep op een onderzoek, dat op
laakbare wijze werd verzuimd.
Wanneer in deze zaak van den kant van 't
Missiehuis steeds voldoende was meege
deeld en geen verkeerde inlichtingen zouden
zijn gegeven dan zouden we er niet zoo
wantrouwend tegenover hoeven te staan.
Nu evenwel moet ieder aannemen dat er in
het Missiehuis dingen zijn geschied die het
daglicht niet kunnen verdragen, waarvan
een andere voorstelling wordt gegeven, en
die kost wat kost verborgen gehouden wor
den.
MEDICUS
Met het verslag over de te Soesterberg gehouden R.K. Protestvergadering inzake het drama St. Jan, voorkomende in „De
Soester Bode" van 24 October 1.1. was genoemd weekblad niet erg gelukkig.
Zeer belangrijke door ons aangevoerde punten toch werden zoodanig bekort of gewijzigd, dat de oorspronkelijke bedoeling
ervan te niet moest gaan en niet tot de aanwezigen kon doordringen.
Hieronder laten wij categorisch volgen de beschuldigingen, zooals ze in „De Soester Bode" zijn opgenomen, met hun
weerlegging daarvan en het commentaar, dat wij daarop meenen te moeten geven.
BESCnULDIGINGEN,
zooals ze zijn opgenomen in „De Soester
Bode" van 24 October l.i.
1. De Substituut-Officier van Justitie en
de Burgemeester van Soest stelden pas 14
dagen na het gebeurde een onderzoek in.
2. De gewaarschuwde geneesheer Dr.
Aghina,, zou de gestichtsarts zijn.
3. De W.C.'s in het Gesticht zijn slechts
door een laag muurtje van elkaar geschei
den.
4. Men heeft blijkbaar ineens geweten,
waar men het ventje moest zoeken.
5. Het blad vraagt, wat Dr. Aghina, die
om 9.30 uur n.m. was gewaarschuwd, nog
tot 12.30 uur heeft verricht in het gesticht.
6. Men gaf er den voorkeur aan, om
een boodschap te zenden aan Dr. Aghina,
die te Amersfoort woonachtig is, terwijl
Dr. Jongbloed schuin tegenover het ge
sticht woont.
WEERLEGGING
ONS COMMENTAAR.
Bode" van 24 October 1.1.
1. De hoofd-agent van politie, te Soes
terberg, de heer Hummel, is daags daarop
reeds met 't onderzoek aangevangen. De
Officier van Justitie is den daarop volgen
den dag gearriveerd.
7. Het ontzielde lichaam vertoonde niet
de kenmerkende verschijnselen van een ge
hangene.
8. Het ventje werd begraven op de be
graafplaats van het naast het gesticht gele
gen klooster „Het Cenakel."
9. Een zelfmoordenaar mag volgens de
Katholieke wet niet in gewijde aarde be
graven worden.
10. Men weet niet of het lichaam nog
andere teekenen van geweld vertoonde.
2. Dr. Aghina was slechts plaatsvervan
gend gestichtsarts. De gestichtsarts zelf,
Dr. Batenburg, was met vacantie.
3. De W.C.'s zijn door een ongeveer 2%
Meter hoogen muur gescheiden.
4. Het ventje werd te ruim Half 9 ver
mist en toen is men gaan zoeken.
5. Het ligt voor de hand, dat de arts
dien tijd gebruikt heeft om te trachten de
levensgeesten op te wekken. Hij heeft om
circa 11.15 het Missiehuis verlaten.
6. Een heer, die vlak tegenover het Mis
siehuis woont en dagelijks met de Paters
verkeert, is dadelijk met zijn auto naar het
ziekenhuis De Lichtenberg gereden. Daar
was geen medische hulp aanwezig. Van
daaruit heeft hij het R.K. Ziekenhuis opge
beld waar men hem mededeelde, dat men
dadelijk Dr. Aghina zou sturen. De genoem
de Dr. Jongbloed woont niet schuin tegen
over St. Jan, doch halverwege Amersfoort
en is bovendien geen practiseerend genees
heer, doch assistent bij een hoogleeraar te
Utrecht. Voorts heeft niemand aan Dr.
Jongbloed gedacht omdat niemand in het
Missiehuis Dr. J. kende.
7. Het ontzielde lichaam vertoonde een
rooden striem Van oor tot oor en bovendien
was het gezicht geheel blauw.
8. Het ventje werd begraven op de be
graafplaats van „St. Jan."
9. Dit geldt alleen, wanneer men het op
zet heeft gehad zelfmoord te plegen.
10. Indien dit wel het geval zou zijn,
zou men het lijkje niet hebben vrij gegeven,
dan was het wel geconstateerd door genees
heer en officier van justitie.
1. Wij wijzen erop, dat geen aangifte van
den gewelddadigen dood bij de Politie
heeft plaats gehad. Dat de Hoofd-agent van
Politie, nadat het voorgevallene was uitge
lekt, daags daarop inlichtingen heeft ge
vraagd, is juist; wij hebben nimmer anders
beweerd,, doch wat het verdere onderzoek
betreft wijzen wij erop, dat dit pas bijna
14 dagen later door den Substituut-Officier
van Justitie, Mr. Greeve, met den Burge
meester van Soest, Mr. Deketh, werd inge
steld. Dat de Officier van Justitie den dag,
volgende op het bezoek van den Hoofd
agent, diens onderzoek zou hebben voortge
zet, is onjuist.
2. Wij begrijpen niet, wat het er toe doet
of Dr. Aghina gestichtsarts, dan wel plaats
vervangend gestichtsarts is. Gewicht in de
schaal legt alleen, wie de dichtstbijzijnde
medicus was.
3. Het muurtje is niet ongeveer 2M.,
doch slechts 2.20 Meter hoog. De strekking
van onze mededeeling was, dat de W.C.
ook op andere wijze, dan door de deur was
te bereiken en dat het aan de binnenzijde
gesloten zijn van de deur dus niets zegt,
daar dit net zoo goed door een ander als
door het ongelukkige ventje kan zijn ge
daan.
4. Blijkens mededeeling, ook voorko
mende in het verslag van het R.K. Centrum,
heeft de surveillant de prefect gewaar
schuwd en heeft men onmiddellijk aan de
W.C. gedacht.
5. Toen Dr. Aghina ter plaatse kwam,
was het ventje reeds overleden. Te trachten
de levensgeesten op te wekken kon derhal
ve niet. Nog steeds rest de vraag, wat Dr.
Aghina daar nog zoolang heeft verricht.
6. Dr. Jongbloed was de dichtst bijzijnde
medicus. Dat hij geen practiseerend genees
heer zou zijn, is niet waar. Hij is vliegenier-
arts, en heeft ook burgerpractijk. Bij on
gevallen, die op de drukke Amersfoortsche-
straat herhaaldelijk voorkomen, is het bijna
I steeds Dr. Jongbloed, die de eerste hulp
j verleent, waaruit wel blijkt, dat men ter
1 plaatse wel weet tot wien men zich in
I spoed-gevallen het eerst moet wenden. Het
j mag wel verwondering baren, dat in een
klein plaatsje als Soesterberg noch de pa-
I ters, noch de heer Cox van het bestaan van
dien zoo bekenden medicus iets zouden heb-
I ben afgeweten.
7. Men laat hier weg onze mededeeling,
dat de hals aan de voorzijde een striem ver
toonde, die den indruk maakte te zijn ver
oorzaakt door een riem.
8. De teraardebestelling heeft plaats ge
had op de particuliere begraafplaats, gele
gen achter het Cenakel-klooster aan de
Korndorferlaan. Of hier in den regel ook
de paters van St. Jan worden ter aarde be
steld, doet niets ter zake. Wij hebben alleen
onze bevreemding te kennen willen geven
over het feit, dat het ventje niet ter aarde
is besteld in Amersfoort, waar zijn ouders
wonen.
9. Iemand, die zich ophangt, heeft de op
zet zich zelf van het leven te berooven. Het
woord zelfmoord sluit opzet in zich.
10. Dit is juist ons grootste bezwaar.
Men heeft toestemming gegeven het lijkje
te begraven zonder dat gerechtelijke schou
wing heeft plaats gehad en zonder dat een
sectie-onderzoek werd verricht. Alleen op
die wijze had men zekerheid kunnen ver
krijgen, wat de werkelijke doodsoorzaak
van het zoo levenslustige ventje is geweest.
Wij blijven het betreuren, dat geen aangifte bij de Politie heeft plaats gehad en dat, toen het eenmaal was uitgelekt, men
geen grondig onderzoek heeft ingesteld, ja, zelfs niet eens de jongens, waarmede hij voor zijn dood in aanraking is geweest,
heeft gehoord.
De publieke opinie kan op deze wijze niet bevredigd worden.
Waarom hebben het bestuur en de paters van St. Jan zelf niet op eene gerechtelijke schouwing aangedrongen, toen zij be
merkten, dat er geruchten over misdaad in Soesterberg en Soest liepen? Dat was de juiste manier geweest om te bewijzen, dat
hlCr Met we^k^rech" gaf de Officier van Justitie in strijd met art. 5 der wet van 10 April 1869 Staatsblad 65, toestemming tot
ter aardebestelling?
Artikel 5 luidt als volgt:
Wanneer er teekenèn of aanduidingen van een geweldigen dood aanwezig zijn of andere omstandigheden dien doen vermoe
den, geschiedt de begrafenis niet dan nadat het lijk gerechtelijk is geschouwd en de Officier van Justitie of de Rechter-Commissa-
ris met het onderzoek belast, schriftelijk toestemming heeft gegeven, welk stuk aan den Ambtenaar van den Burgerlijken btand
moet worden getoond.
Gerechterlijke schouwing heeft niet plaats gehad en verlof tot ter aardebestelling had derhalve niet mogen worden gegeven.
Zondagavond hielden de Katholieken van
Soest een protest-vergadering tegen het
Weekblad „De Soester", speciaal tegen
het artikel voorkomende in 't nummer van
Zaterdag, 17 Ücotober.
De zaal der St. Joseph-Vereeniging was
geheel bezet. Verscheiden personen kon
den geen toegang krijgen.
De koeren geestelijken der beide par
rochie's waren voltallig aanwezig.
De vergadering werd gepresideerd door
den heer H. v. d. Berg, die de vergadering
opende met den Christelijken groet.
De Voorzitter deelde mede, dat dit was
een prHt si-vergadering, niet tegen sala
risverlaging of om andere economische
redenen, doch een protest-vergadering te
gen het weekblad „De Soester", die de
Katholieken in hun heiligste gevoelens had
gekrenkt. Dit blad had een smaad ge
worpen op de paters van het Missiehuis
„St. Jan" te Soesterberg. Men moet een
Katholiek niet raken aan zijn priesters,
aan zijn missionarissen, dan komt het
katholiek gemoed in opstand en is er
plaats voor een ernstig protest. (Luid
applau^).
Hierna is het woord aan den heer Weg
man te Soesterberg.
Hy begint met zich te richten tot uw
verslaggever. Deze moet de ooren goed
open zetten en eerlijk zijn woorden weer
geven. Van de vergadering te Soesterberg
was gezegd, dat ze hoofdzakelijk bezocht
was door vrouwen en kinderen. Als dat
waar is, zegt spreker, moet ik ook liior
beginnen met: Geachte vrouwen en kin
deren. (gelach in de zaal waren bijna
uitsluitend mannen)
Komende tot zijn onderwerp belicht de
spreker de volgende punten.
1. De substituut-officier van Justitiri
en de Burgemeester stelden pas 14 da
gen na het gebeurde een onderzoek in.
Daartegen merkt spreker op, dat de
hoofdagent Hummel te Soesterberg daags
er na, reeds met het onderzoek is begon
nen. De Burgemeester van Soest, die zich
eveneens voor onderzoek naar het Missie
huis heeft begeven, benevens de Offir
cier van Justitie, die zich ook ter plaat
se op de hoogte stelde, vonden geen reden
voor ingrijpen.
Deze laatste gaf verlof tot begraven.
Noch de agent Hummel, noch de Burge
meester, noch de Officier van Jus ide
zijn Katholiek.
2. De gestichtsarts was niet Dr. Aghi
na, doch dr. Batenburg, die met verlof
was.
De W.C.'s zyn niet door een laag muur-
tej, doch door een 212 M. hoogen muur
gescheiden.
4. De Soester schreef, „men heeft blijk
baar ineens geweten, waar men het ventje
moest zoeken
De heer W. merkte op, dat men het
ventje op de slaapzaal miste. De sup-
veilalnt begaf zich naar den prefect, om
te vragen, of 't welicht op de ziekenzaal
was. Daar was de prefect juist geweest,
waarna men zich naar de W.C.'s begaf
en daar 't knaapje vond.
5. Wat heeft Dr. Aghina van 9.30 tot
12.30 in 't gesticht gedaan, vroeg „De
Soester".
Na aankomst is de geneesheer begonnen
om te trachten de levensgeesten weer op
te wekken. De .paters waren hiermed-e
reeds bezig geweest. Toen geen hulp meer
baatte, is de dokter circa half elf met
een der paters naar Amersfoort vertrok
ken. De pater moest het droeve nieuws
aan de ouders meedeelen. Hij is toen met
de laatste bus, circa kwart over elf, weer
naar 't Missiehuis teruggekeerd.
Wij katholieken, zoo zegt spreker, be
grijpen, waarom de pater bij de ouders
van een hartverlamming sprak, 't Was
een gevoel van deernis met de ouders,
die hem zoo deed spreken.
Eerst toen de burgemeester van Soest
hoorde, dat een zeker blad de geheele
historie zou publiceeren, gaf hij den In
specteur van politie opdracht de ouders
de toedracht der zaak mede te deelen.
Een eere-saluut aan de kieschheid van
onzen burgemeester, roept de heer W.
uit. (Luid applaus.)
6. Men gaf er de voorkeur aan. eer*
boodschap te zenden aan Dr. Aghina, die
te Amersfoort woont, terwijl Dr. Jong
bloed schuin tegenover het gesticht woont.
Hierop antwoordt de heer W„ dat on
middellijk na de ontdekking iemand van
het gesticht, de heer Cox, die vlak tegen
over het Missiehuis woont en niet de pa
ters zeer bevriend is. verzocht met zijn
auto dadelijk een dokter te halen.
De heer C.. is met jijn auto naar het»
ziekenhuis „De Lichtenberg" gereden.
Daar was geen dokter aanwezig. Toen
stelde hij zich met het R.K. Ziekenhuis
te Amersfoort in verbinding, waar men
hem meedeelde, Dr. Ahgina te zuilten stu
ren.
Toen de heer C. met zijn wagen het
hek indraaide, was Dr. Aghina al achter
hem, die naar 't Missiehuis reed.
Dr. Jongbloed woont niet schuin tegen
over het Missiehuis, doch halvewege
Amersfoort bij Hoogte 50. Hij is geen
practiseerend geneesheer, doch assistent
in Utrecht.
Niemand heeft aan Dr. J. gedacht, wijl
in het Missiehuis niemand hem kende.
7. Het ontzielde lichaam vertoonde niet
de "kenmerkende verschijnselen van een
gehangene.
Spreker zegt. dat het ontzielde lichaam
een rooden striem van oor tot oor ver-,
toonde; bovendien was het gezicht geheel
blauw.
8. Het ventje werd, zooals de regel van
de orde voorschrijft, op de eigen begraaf
plaats van 't Missiehuis begraven en niet
op die van het naast 't gesticht gelegen
klooster „Cenuktr!
stemming der uudei
9. De Soester
denaar mag volj
zulks met volle te
treef: Een zelfmoc
de katholieke w
niet in gewijd, j0 begraven wordt
Hier merkt spre >r op. dut de schr
nog wel wat stud
>raal mac maken. 1
opzet van zelfmoo
het in dit geval u
of het lic
geweld i
heer W
waar
1 it vind:
?schpld._-
C| |>er.
joester
zijde
1 groet
vji."
op de h<
ij ke inri
had de
i iclie van
uitgen
sjingen wa.
biijkba
fgadering
rimineerde
„Het Comité van
Nu dacht de r,Jaetie vat
zeker, dat dit bel
was en daarom zt
spreker. Doelt in
mité gevormd.
voor: Mr. Teriing
ren, W. Huurdemat
J. Hom, J. Brouw
Dit comité zal
Soesterbergsch C<
vallen op de pater
slaan.
Door het Comil
uitnoodiging luidd
de R<
M.!
Namens de ka
Soest wordt l'
op 25 Oct. a.
het gebouw der t.
eeniging tegen'
einde uwe be-Ihtildi.
Missiehui „St.l Jan"
i verlof to
ver in „De
van de Katho.irki
geldt alleen a s <R
gebleken is. Wie
maken
10. Men weet
andere tebkenen
aldus „De Soest
Dan had de (jjffcier van
disch voorgelic
gegeven.
Hierna kwam de
lijke kern der
der Katholieken
in twee posi iev
Soester" van 1
Daar schrijft de
a. „van bevoe
dat het gesticht
eel „abnormalen be
b. „wie eeitigs
er zich in dergel;
speelt".
Tot driemaal to<
Soesterberg de re
berger", die was
meerd die beschuld
doch men vond hei
te verschijnen. De
ker laf.
Ook voor deze v
ver van het geit
noodigd.
De uitnoodiging brief was geteekei
tam n
ar toont
.stitie n
begrav
i de eigt
dit proti
n oorza
en ïn
rnamen v
luntal se)
jte is v
er W.
Soest
ges.,
te mak»
iliger n
houding vindt sp
de sch
tuk uitj
,ctie".
Ie Soesi
Soesterbergsch Com
d zy liet schrijven n
iocst is ook èen C
reker las de nam
WetDiudad v. 1
C. Gouwen beng, Wi
H. v. d. Berg.
samenwerking me
nité ali - tardere ai
van 't Missiehuis
gezond'
als t
schriftelij
Soest, 24 October lf
Aan
actie--van „De Soeste
ïolieki ingezetenen v
eleefd uitpenoodigd
de Protevtvergj lering dei Katholiek
les 's avonds uui
Jos. Jongelingen V
lordig u willen zijn ti
tegen
orkomende
Soester
bewijzen te sta
volgende:
a. „vnn hev^
dat het gestieh
eel-Abnormalen
b. „Wie eeni
wat er zich in d
speelt."
Hierop ontving'
woord
Aan 1
inzaki
p/a den
n 17 October j.h
en en wel speciaal
pdc -zi)dc vernamen
een groot aantal se>
bevat
riszins op de hoogte
rgelijkc inrichtingen
Hoogachtend
't|fcomité van Ac
i wij 1.h- volgende a
:t Con itc van Actie
het drama St. Jan t
Soesterbe
Heer C. J. van Dam
Radimakerstraat
SOESTER BEI-
M.
Gisteren. Zat:rdagnnddag, omstrc
half vijf werd ois in giJoten envcloj
een ongeteekenl schrijven bezorgd
den volgenden inhoud
Soe-'4 October 1
w Aan
de Redictie van „De Soeste
M.
Namens de katholieke ingezetenen
Soest wordt U/beleefd uitgenoodigd
de Prote-tverAdering der katholiel
op 25 Octoberja.s. d« - avonds 7 1
in het gcbouwldcr St Jos. Jongeling
Verecniging tclenwoordig te willen
teneinde uwe «schuldig:' ~en tegen
Missiehuis „Si Jan" rKomendc
„de Soe-ter" in 17 Oct. j 1. met be*
zen te staven <i wel speciaal de volg
de:
a. „van betjegde zijde vernamen
dat het gestichten groot aantal sexu'
abnormalen '"fat"
b. „Wie relgszin- op de hoogte
wat er zich inlergelijke inrichtingen
speelt"
Hoogachten
't Comité van Act
Aannemend!
Comité te uitg ;aan, moeten wij erte
protesteeren
op een tijdstip
gesloten zijn
volgenden M
slechts aan cc
wij er kennis
Wat het dj
treft deden
dat dit schrijven van
it bezorging plaats
dat alle udactie-bure;
blijven tot den daa
"dagmorgen, zoodat
toeval is te danken,
n konden nemen,
n vermelde wrzoek
U mede altijd w
aannemende, it het schrijven
Comité uitgi'h dat wij bereid zijn
geheele dramt doen bespreken in
in overleg me t>ns te beleggen openb
vergadering :t vrij debat; alzoo
in eene kath' ke prote^tvergaderinj
Wij kunnen h$ dan niet beperken
enkele bepaal' punten, rooals in bo\
genoemd sch: en Wor(jt verlangd, d
wenschen het Irama in zijn vollen
vang te bezn Als voorwaarde mee
wij te moete stellen, dat Uw Con
zorg draagt, t in die openbare ver
dering aanwc g zullen zijn alle per
nen, die op de bewu.-ten dag nè vijf
des namjdda nog met het bewt
knaapje ia 33 *king zijn geweest;
der hij, die he erst zijn verdwijnen c
stateerdc. £hem vonden en zij,
getracht hebben de levensgees
op te wekkc daaronder begrepen
Aghina, ö'e ?ens „De Soester Bo
van Zatcrda® October 1931 zijn
eveneens ?eD®t zou hebben die lev<
geesten wekken.
NatuuM fwachten wij dan, da