Zweedschei Belevenissen IVieuws- en Advertentieblad Verschijnt Woensdag en Zaterdag adverteert HET KASTEEL ©IM1I SPECDAILIE TAR0IWE1 No. 68 Twintigste Jaargang Woensdag 24 Augustus 1932 UITGAVE: N.V. EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ v.h. 8. v. d. BOVENKAMP REDACTIE- EN ADM.-ADRESVAN WEEDESTR. 7 - TEL. 2062 - SOESTDIJK Bekendmakingen Officieel Adverteert in lilT SQJCCiS S Ja Binnenland >o BUREAU VOOR ADMINISTRATIE: VAN WEEDESTRAAT7 - SOESTDIJK ADVERTENTIËN EN INGEZONDEN STUKKEN WORDEW INGEWACHT TOT UITERLIJK DINSDAGS- EN VRIJDAGSMORGENS 10 u.a. h. BUREAU ADVERTENTIËN: VAN 1—5 REGELS 75 CTS., ELKE REGEL MEER 15 CTS. GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE, BIJ ABONNEM. KORTING ABONNEMENTSPRIJS f 1.— PER DRIE MAANDEN, FRANCO PER POST HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ART. 15 VAN DE AUTEURSWET 1912-(STAATSBLAD No.380 i HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Soest maken bekend, dat het verzoek van D. van Schooneveld, Sportweg 9, te Soesterberg om op/in perceel, kadastraal bekend in sec tie E. 'No. 1211/1260, gelegen aan den Sport weg, een smederij met herstelplaats voor motoren te mogen oprichten door hen is in gewilligd en dat het verzoek om vergunning tot het in voorraad houden van benzine en motorolie in bussen door hen is geweigerd op 19 Augustus 1932. Soest, 25 Augustus 1932. Burgemeester en Wethouders voornoemd. De Burgemeester, G. Deketh. De Secretaris, Groot, l.s. ieder mensch heeft twee opvoedingen, een die hij van anderen ontvangt, en een veel belangrijker die hij zichzelf geeft. GIBBONS. Geluk en succes in het leven hangen niet van onze omstandigheden af maar van onszelf. SIR JOHN LUBBOCK. Er bestaat een veel-aangehaald Engelsch gezegde, dat luidt: „Mv home is my castle", mijn thuis is mijn kasteel. En eerder dan een zelfbewuste verklaring van onafhanke lijkheid op eigen terrein is dit feitelijk een diepzinnige wijsheid, waarvan het de moeite waard is, de beteekenis eens dieper na te gaan. Want de bewering dat iemand's huis /ijn kasteel is. wil feitelijk zeggen, dat het een sterke plaats is„ een toevluchtsoord, een krachtige burcht, waar de jonge, ont luikende gedachten van het kind gewapend en gesterkt worden voor den strijd te mid den van verzoekingen en verleidingen in de groote menschenmaatschappij daarbui ten, het moet een bron van inspiratie en te gelijk een toevluchtsoord zijn, een plaats, een werkplaats waar de toekomstige burger wordt gevormd. Geen wonder dat men het thuis, het gezin de bakermat van de maat schappij noemt. En dat dus een goed gezin, een waar „home", een atmosfeer heeft, waarin waarheid en goede burgerzin, liefde en trouw, zelfopoffering en vergevensge zindheid aangekweekt worden. U en ik, wij hebben een verbazend be langrijke en verantwoordelijke taak te ver richten in het opvoeden van onze kindeven in een thuis, waaraan zij hun heele leven lang zullen denken, waaraan de herinnering steeds levendig en mooi zal blijven en daar door voor de toekomstige leden van de maatschappij een blijvende broji van inspi ratie. De invloed die van het thuis uitgaat op de karaktervorming van de kinderen is van nimmer te overschatten belang. Het thuis van het kind drukt een bijna onuit- wischbaar stempel op het leven van den volwassen mensch. Daarom is het van zoo uitnemend belang, dat den kinderen een waarlijk goed thuis wordt gegeven. We zijn het niet alleen verplicht jegens onszelf en de kinderenmaar ook en vooral jegens de maatschappij. Maar ja, zoo'n echt „thuis", dat de mooi ste plek op aarde zou moeten zijn, komt maar niet zoo opeens uit de lucht vallen, of door een wonder, zooals iemand onlangs opmerkte. Wij menschen hebben ervo.or te werken, er offers voor te brengen, er tijd voor te nemen, om het te verfraaien. Wij menschen hebben er onszelf heelemaal in te leggen, onze harten, onze zielen. Het thuis moet werkelijk iets beteekenen voor hen die het hebben. De jongelui moeten zich niet slachtoffers voelen, als ze dan eens een avond moeten thuisblijven. Ze moeten niet het gevoel hebben, dat ze daardoor iets van beteekenis missen en er niets voor in de plaats krijgen. Het doel moet niet zijn al leen maar een thuis te hebben, dat vol maakt is ingericht, schoon en nieuw gemeu beld en gestoffeerd. Want een al te over dreven campagne om alles zonder een stof je of vlekje te houden kan soms van een huis een plaats maken, waar niemand zich °P zijn gemak voeltHet ideaal is een plek te hebben, waar het gezin voelt dat er 'ets waardevols aan het leven wordt toege- V0eKd, dat nergens anders gevonden kan wordenHet thuis is van levensbe lang voor de opvoeding van kinderen. In een goed gezin, een echt „thuis" draagt elk lid van het gezin zijn steentje bij. niet noodzakelijkerwijs in geld, maar in dienst vaardigheid en offervaardigheidHet ware thuis is een fontein van goede motie ven en gedachten en een inspiratie voor het heele leven, en het is tevens de bron van de liefste herinneringen. En het is een deel van den christenplicht het gezin te schra gen en zijn invloed ten goede te doen gelden in de gemeenschap. En indien dan door de een of andere oorzaak de ouders in ge breke blijven de fijne dingen van het hui selijk leven tot stand te brengen, dan nog kunnen de jongelui, mits ze maar den juis- ten geest bezitten, hun invloed doen voelen en het thuis maken tot wat het behoorde te zijn: een plaats waar liefde gegeven wordt. Dan, achter de sterke muren der liefde, wordt het thuis inderdaad: een kasteel. (Nadruk verboden). FLORIS C. VERVOLG. Tamelijk doelloos vervolgde ik mijn slen- tertocht door Gothenburg. Mijn voornemen was, zoo spoedig mogelijk naar Stockholm terug te keeren, maar daar bestond dien zelfden dag geen gelegenheid meer voor, dus moest ik in ieder geval hier overnach ten. Op de goeie gok sloeg ik de richting van het centrum weer in, in deze doodsche buitenwijken was überhaupt niets te beleven. Onderweg echter kwam ik door een park, waar de gemeente een dansvloer had doen aanleggen, zooals dat met de midzomer feesten gebruikelijk is. Een schare danslus- tigen had zich, in afwachting van de ko mende attractié's, op de talrijke banken ge zet en langs de randen der grasperken. Ook ik, moede wandelaar, besloot mij hier een park, waar een viertal Gothenburgsche schoonen verdekt opgesteld waren onder een enormen beuk. Nos anries!" stelde mijn ontdekker met een handgebaar vagelijk in het algemeen voor. De „amies" begroette mijn komst met een eenigszins verlegen gegichel. Daarna begonnen de zeehelden mij gelijktijdig met mededeelingen, die ik ten gerieve der vrien dinnen vertalen mot-4, te bestormen. Zeg haar, dat ik Zij begrijpt niet, dat Vertelt U toch in het Zweedsch, dat...." Stop!" zei ik bevelend. „Systeem is alles." Eerst liet ik door de wederzijdsche par tijen vertellen, wie bij wie hoorde, maar dit klopte reeds niet op alle punten. Hieruit konden complicatie's groeien en voorkomen is beter dan genezen. Dus maakte ik een indeeling volgens eigen inzicht, waarbij ik lengte als criterium aannam. Mijn arbitrage vond algemeene erkenning. Daarna zette ik de meisjes in een rij op een bank, stelde hun bewonderaars voor hen op in de juiste volg orde, en ging tusschen de partijen in staan. Tn welgekozen bewoordingen zette ik mijn verhouding uiteen, ontsloeg mijzelf bij voor baat van iedere verantwoordelijkheid en zeide: U kunt beginnen." Mijn ontdekker nam het woord. Zeg haar: ik bemin U Ter vermijding van eenig misverstand, ging ik veiligheidshalve in de derde persoon over: Deze meneer bemint U." Deze verklaring, evenmin als de volgende drie gelijkluidende, scheen geen geweldige openbaring in te houden; de mededeeling werd voor kennisgeving aangenomen. Zelfs van de gelegenheid tot repliek, die ik bood, werd geen gebruik gemaakt, zoodat ik de Fransche zeevaarders inlichtte: zoodat mijn tanden >ls buffer konden fun geeren. Mijn aanvaller, die deze manoeuvre niet verwacht had, trok zijn bloedende vuist terug. Schurk!" riep hij. Aangenaam!" zei ik. Dit was een goedkoop en afgezaagd grapje, maar het scheen mij juist voor hem te passen. Hij reageerde er evenwel niet op, maar ging er thans toe over, waarmede hij had moeten beginnen: Wat wilt U met deze dame?" 'Niets dan behulpzaam zijn." Dat hoeft niet. Zij is mijn verloofde." Ik merkte op, dat het één het ander niet priori buitensloot. Onderwijl keek ik ter sluiks naar zijn niet beringde vingers, wat hem aanleiding was, zichzelf te corrigeeren: Bijna mijn verloofde ten minste. Waar mee hielp U haar dan?" Bij de vertaling van lyrisch Fransch proza." Waar kwam dit vandaan? Ik wees op den verdediger van de Fran sche eer ter zee, die er min of meer als een vraagteek'en bij stond. Complicatie's?" vroeg deze. Erg", zei ik. De ander maakte daarop het militair sa luut en verwijderde zich met groote passen in de richting van zijn kameraden. De me neer, die bijna verloofde was, wendde zich weer tot mij. Wat wilt U nu nog?" vroeg hij, op weinig respectvollen toon. Afscheid nemen", zei ik. Het was een voornemen, maar het bleek een vrome wensch. De dame, die bijna de verloofde was van een Zweedschen .meneer en die de vrouw had kunnen worden van een Fransch zee man, als Frankrijk niet zoover van Zweden had gelegen en de eeuwige bezwaren van tijd en geld geen parten gespeeld hadden, tijdje te verpoozen, en vond een plaats op het gras, met als rugsteun een der hoekpi- aren van den dansvloer. Aanvankelijk was deze plaats redelijk comfortabel, nader hand minder, want naarmate het uur van aanvang naderde 'en de muzikanten begon nen waren, hun instrumenten gevechtsklaar ce maken, ontstond er een levendig gedrang bij dezen ingang. Tenslotte trapten twee '.waar geschoeide voeten op de nieuwe fla nellen broekspijpen, waarin mijn behaaglijk uitgestrekte beenen zich bevonden en een '.ware stem bulderde; Hil de puto! Itfiot dun Suédois dor- mant!", aldus in onmiskenbaar provin- gaalsch mijn bescheiden vloek overstem- nend. Eerst zèg en toen stónd ik op. Aan het mutsje met roode kwast herkende ik in mijn beul den Franschen marinier. Ik maakte hem beleefd attent op enkele onjuiste prae- mises in zijn uitlating, daar ik nóch idioot, nóch Zweed, nóch slapend was. Hij wenschte blijkbaar niet verder op deze bij komstigheden in te gaan, mompelde iets van en verontschuldiging, deelde mij mede, dat hij tot de bemanning behoorde van een in de haven liggenden Franschen Kruiser, en vroeg, wat voor landsman ik was. -Hollander." -Woont U hier?" Ja Spreekt U Zweedsch?" Tot mijn verwondering liep hij na mijn laatste antwoord snel weg. Ik vroeg mij in gemoede af, of ik iets gezegd had. dat hem geërgerd had, maar terwijl ik nog met dit zelf-onderzoek bezig was, verscheen hij reeds weer, nu in gezelschap van drie col lega's. Dit is de man, die Fransch èn Zweedsch spreekt!", waarna zij hoera-den, twee hunner mij onder den arm namen, roe pende: „Dan moet U mee", en de derde mij en cigaiet aanbood, die ik evenwel, gezien de situatie, niet accepteeren kon. De zege tocht eindigde aan de andere zijde van het Mijne heeren, deze dames schijnen er geen bezwaar tegen te hebben, dat U hen bemint. Wat verder?" Zeg haai;, dat ik haar zou willen hu wen, als ik tijd en geld had", vond een der cavaliers uit. Ook deze missieve bracht ik over met een hoopvolle modulatie. De dame wilde daarop weten, hoever Frankrijk van Go thenburg aflag, waarop ik naarstiglijk aan het becijferen sloeg. Maar zelfs de afstand hemelsbreed tot de noordelijke grens was haar te groot, zoodat ook zij maar van een huwelijk afzag, ongeacht de bezwaren van temporalen en finantieelen aard. Zeg haar, dat zij schoone blonde haren heeft", zei de Franschman. Ook deze mededeeling vertolkte ik, even als een geheele reeks volgende, die mij alle even overbodig voorkwamen, aangezien ik aannam, dat de dame zelf het beste met de kleur van haar oogen en haar en de vorm van haar voeten op de hoogte zou wezen. Inmiddels was de muziek begonnen te spe len, waarop drie van de zeelieden met de ..dames die zij beminden"» in de richting van de dansvloer aftogen, om zich zonder mijn phililogische assistentie op den glad den vloer te wagen. Slechts de dichterlijk veranstaltete zeeheld bleef, om door mid del van mij, de geduldig toeluisterende Go thenburgsche van haar uiterlijke en veron derstelde innerlijke schoonheid en deugd te overtuigen. Daarbij had ik mijn aanvanke lijk gevolgde methode van transpositie in de derde persoon laten varen, omdat dit aan het effect veel schade deed. Ik vertaalde letterlijk de bloemrijke volzinnen, zooveel mogelijk met de vereischte intonatie en ver gezeld van het veelzeggend gebaar. Juist evenwel was ik midden in een phrase, toen zeer onverwacht van naast mij een vuist opdook, die zich met verdacht groote snel heid in de richting van mijn neus verplaat ste. Een botsing scheen onvermijdelijk en die bleef ook niet uit Alleen had ik nog de tijd, mij vijf centimeter te verheffen en mijn lippen op te trekken als een nijdige buldog, toonde een even onverwachte als onge- vvenschte toenadering tot Holland. Ik ver moed, dat het wat heftige temperament van den 99 verloofde hierin geen kleine rol speelde en dat de dame vreesde voor een overeenkomstige uitbarsting, als waarvan ik zooeven bijna het slachtoffer was geworden In ieder geval, zij hing plotseling op een dramatische wijze aan mijn schouder, snikte een en ander onverstaanbaars, dat ik als een verzoek om bescherming opvatte, kortom, het werd een scène la Holywood. Ik be vrijdde mij van de weenende juffer, met. moals dat in romans heet, zachte dwang Het leek wel verdorie, of de heele wereld het op mijn met zooveel moeite veroverde habijt gemunt had. Eerst veegde 'n Fransch man zijn schoenen aan mijn pantalon af. nu wilde de juffrouw mijn mouw als zak doek gebruiken. Met de onredelijkheid, die verliefde men schen kenmerkt, stond de in zijn rechten te kort gedane amateur reeds weder in vecht- houding, zoo spoedig hij de zekerheid had. met een aanval op het voorwerp van zijn haat ook niet dat zijner liefde te verbrijze len, zooals zooeven, toen deze twee nog een geheel uitmaakten, het geval geweest zou zijn. Terwijl hij zich evenwel nog tot hoogste razernij stond op te winden, verscheen de Franschman. die slechts versterking was gaan halen, weer met zijn collega's op het tooneel van den strijd. Voor het tot een uitbarsting kon komen, zei ik tot den con current: Maintenant, elle vous aime." Ik aar zelde even, op zoek naar een passend woord, dat uit kon drukken, hoezeer de lief de van de dame inmiddels aan omvang toe genomen had. „Elle vous aimein- fernalément'', vond ik tenslotte. „Elle vous prie de 1'embrasser, immédiatement." Het voorwerp dezer spontaan en voor spoedig opgebloeide liefde, was instantelijk bereid, aan de uitnoodiging gehoor te ge ven en hij sloot de veelzijdig beminnende Gothenburgsche demonstratief in zijn ar men. Dit was voor mij het moment, mij be scheiden terug te trekken,. Als het nu niet anders kan, ben ik gaarne te vinden voor een paar woorden op de vuist, maar om als kogelvanger te dienen voor een willekeurige Fransche matroos, voelde ik mij toch maar matig geroepen. Voor ik tien stappen ge daan had, was de strijd achter mij in alle hevigheid ontbrand. En het vuur greep snel om zich heen, want diverse jonge mannen, die vrienden geweest waren, nog waren of worden konden van de overige, in Fransch gezelschap ve;keerende dames, kozen de partij van hun landsman, zoo spoedig zij dezen in strijd zagen met den vreemde. Er waren acht vechtende mannen, vier jamme rende meisjes en tientallen juichende toe schouwers, toen ik tegen den surveilleeren- den agent, die ik om de hoek tegen kwam, zeide: Je mag wel eens gaan kijken, agent. Er wordt geknokt in het park!" (Wordt vervolgd). DE TUINBOUWBEDRIJVEN EN DE CRISISPACHTWET. Vallen zij er onder? Het lid der Tweede Kamer de heer Van de Bilt, heeft de volgende vragen gericht tot den Minister van Justitie: L Is het juist dat de kantonrechter te Haarlem bij een beschikking van 28 Juli, zich onbevoegd heeft verklaard kennis te nemen van een verzoekschrift, ingediend door een pachter teneinde op grond van het bepaalde in de Crisispachtwet 1932 om gedeeltelijke ontheffing der pachtsom te be komen, en wel omdat de aanvrage een per ceel tuingrond betrof? 2.^Is de Minister ook van oordeel dat de Crisispachtwet niet geldt voor de tuinbouw bedrijven, zooals de bovengenoemde kan tonrechter bij zijn decisie meende? 3. Wil de Minister in geval hij meent dat de tuinbouwbedrijven wel onder genoemde wet vallen daarvan den, kantonrechters doen blijken? POSITIE DER SCHEPEN OP 18 AUG. 1932. MAILSCHEPEN N.V. ROTTERDAM- SCHE LLOYD Ms. Baloeran 17 Aug. van Batavia thuisreis Ms. Dempo 18 Aug. te Southampton uitreis Ms. Indrapoera 13 Aug. pass. Perim uitreis Mis. Sibajak 17 Aug. van Marseille thuisreis VRACHTSCHEPEN N.V. ROTTER- DAMSCHE LLOYD. Ms. Kota Agoeng 16 Aug. van Padang thuisreis Ms. Kota Gede 17 Aug. pass. Cape Bon thuisreis Ms. Kota Inten 4 Aug. van Soerabaja PJBL Ms. Kota Napan 17 Aug. van Genua thuisreis Ms. Kota Pinang 17 Aug. van Suez uitreis Ms. Kota Tjandi 17 Aug. te Belawan uitreis Ss. Blitar 16 Aug. van Belawan JNL Ms. Djambi 14 Aug. pass. Vlissingen HAL Ss. Jacatra 17 Aug. pass. Gibraltar uitreis Ms. Kedoe 11 Aug. van Gorontalo PJBL Ss. Modjokerto 12 Aug. te Liverpool thuisreis Ss. Palembang 16 Aug. pass. Gibraltar uitreis Ss. Soekaboemi 18 Aug. pass. Perim JNL Ms. Tosari 14 Aug. te New York JNL Opgegeven door: H. G. Ruhaak, Agent Kotterd. Lloyd, Birktstraat 41» Soest. Tel. AMERSFOORT. VERKEERSONGEVAL. Zondagmorgen omstreeks 9 uur reed de 16-jarige wielrenner V. uit Soest links om den vluchtheuvel op de Varkensmarkt. Hij kwam daardoor in botsing met een stads autobus en werd met een ernstige hoofd wonde naar het St. Elisabethsziekenhuis vervoerd. Dr. Eggink verleende de eerste hulp. AMSTERDAM. MAN IN ZWEMINRICHTING VERDRONKEN. Zondagmiddag was een jongen in de zweminrichting te Sloten aan het duiken, waarbij hij op een lijk stootte, dat op den bodem lag. Toen dit lijk boven water ge haald werd,, bleek het een ongeveer 30-jari- gen man te zijn, die vermoedelijk kramp ge had heeft tijdens het zwemmen. Het lijk is naar het Wilhelmina gasthuis overgebracht. HOTELBRAND. In den nacht van Zaterdag op Zondag ontstond brand in een voorkamer op de tweede verdieping«van het hotel „De Llovd" op de Martelaarsgracht te Amsterdam. Als gevolg van de warmte stonden alle vensters en deuren open, zoodat de vlammen vrij spel door het geheele gebouw hadden. In korten tijd was dan ook de derde verdie ping aangetast en baanden de vlammen zicb

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1932 | | pagina 1