Nieuws- en Advertentieblad
Verschijnt Woensdag en Zaterdag
>o
Bekendmakingen
0<~
Officieel
HET EUROPEESCHE
SCHAAKBORD.
De verruiming der Winkelsluitingswet op Zondagen
Ingezonden yi
NO. 69 (Gegarandeerde oplaag 3300 exemplaren)
Twee en Twintigste Jaargèng
Woensdag 29 Aug. 1934
Bureau voor Administratie: VAN WEEDESTRAAT 7 SOESTDIJK
Advertentiën worden ingewacht tot uiterlijk Dinsdags- en Vrijdagsmiddags
2 uur aan het Bureau v. Weedestraat 7 en aan het filiaal Soesterb.straat 8
UitgaveN.V. EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ, v.h. G. v. d. Bovenkamp
Advertentiën: VAN 1-5 REGELS 75 CTS., ELKE REGEL MEER 15 CTS.
Groote letters naar plaatsruimte BIJ ABONNEMENT KORTING
ABONNEMENTSPRIJS: 1.— PER DRIE MAANDEN, Franco p. post
REDACTIE- EN ADM.-ADRESv. WEEDESTR. 7 - TEL. 962 - GIRO 161165
HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ART. 15 VAN DE AUTEURSWET 1912 - STAATSBLAD No. 380
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Soest
maken bekend, dat het verzoek van de
Vereeniging „Zonnegloren" om op/in per
ceel, kadastraal bekend in sectie D. No.
1874, gelegen aan de Soesterb.straat een
slachtplaats te mogen oprichten, door hen
op heden is verdaagd.
Soest, 21 Augustus 1934.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester, G. Deketh.
De Secretaris Groot, l.s.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Soest
maken bekend, dat het verzoek van A.
Bloemer, Amersfoortschestraat 21, Soes-
terberg, om op/in perceel, kadastraal be
kend in sectie E. No. .1875, gelegen aan de
Amersfoortschestraat een fabriek ter ver
vaardiging van reukwaters, tandpasta's,
crèmes en poeders te mogen oprichten
door hen op heden is verdaagd.
Soest, 21 Augustus 1934.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester, G. Deketh.
De Secretaris Groot, l.s.
I.
Terwijl de leidende staatslieden zich ge
reedmaken om naar Genève te vertrekken,
aangezien de Volkenbondsraad tegen 7
September voor zijn 81-ste zitting is bij
eengeroepen, rommelt het weer een beetje
aan >den jnternationaal-politieken hemel,
Musso.lini spreekt in een overigens voor
binnenlandsche consumptie bestemde
rede van dreigend oorlogsgevaar (in het
midden laten of dat nu Europa, dan wel
het verre Oosten betreft), terwijl Rus
land en Japan weer eens scherpe din
gen tegen elkaar zeggen. Wij zijn ge
neigd in dit gerommel eerder het vrij on
gevaarlijke onweer te zien, dat men ge
meenlijk het „afscheid van den zomer"
noemt. Met andere woorden; dat de kans
op werkelijke inslag van den oorlogsblik
sem feitelijk voor eenigen tijd eerder zou
rijn afgenomen, dan gestegen. Mussolini
sprak meer in retrospectief en zijn taal was
wellicht meer bedoeld als waarschuwing
aan Duitschland, als het misschien toch
nog met Putsch-plannen in Oostenrijk zou
willen koketteeren. Dat Japan de kwestie
met Rusland thans op de spits zou willen
drijven, lijkt ook al niet waarschijnlijk,
aangezien de barre winter daar voor de
deur staat, waartegen de Japanners niet
best bestand zijn, zoodat zij zeker niet met
diit strategische nadeel voor oogen zich in
een toch al hachelijk avontuur met Rus
land zouden wiLlen storten. Dat Rusland
feitelijk begonnen is met grof diplomatiek
geschut tegen Japan op te treden, zou men
kunnen verklaren door de aan waarschijn
lijkheid winnende mogelijkheid van Rus-
land's toetreding Jtot den Volkenbond,
waardoor het zich in den rug gedekt zou
weten, en het dus in het verre Oosten de
handen wat vrij zou krijgen.
II.
Met Ruslands intrede in den Volken
bond, wordt itegelijkertijd het Oost-Locar-
no weer actueel, dat immers den weg ef
fent voor Ruslands toetreding. Direct daar
bij aansluitend is dan de vraag; kan
Duitschland dan nog langer buiten den
Volkenbond blijven? Wij hebben de mo
gelijkheid geopperd dat Duitschland on
verhoeds tot Genève terug zou keeren, om
zijn stem in den Raad uit te oefenen, en die
als onderhandelingsobject te gebruiken.
Voor aanneming van een lid is eenstem
migheid in den Raad vereischt en Duitsch
land zou zijn stem willen „verkoopen"
voor concessies op ander gebied. Een
tweede mogelijkheid is, dat Duitschland af
zijdig blijft, waarna de Raad Rusland kan
aanvaarden als lid. Dan kan de Duitsche
regeering jegens het binnenland haar even
tueel opnieuw toetreden tot den Volken
bond motiveeren, door op Rusland's toe
treding te wijzen, waardoor Duitschland
niet langer geïsoleerd zou kunnen blijven.
III.
Tot goed begrip van wat wellicht in een
nabije toekomst gaat gebeuren, zij nog even
het plan der Oost-Locarno-verdragen uit
eengezet. Het bestaat feitelijk uit twee dee-
len. In de eerste plaats zou Sovjet Rus
land zich bij Engeland en Italië aanslui
ten als garant voor het oude verdrag van
Locarno tusschen Frankrijk, België en
Duitschland, terwijl Frankrijk een soort
gelijke garantie zou geven voor het geval
Rusland of Duitschland elkaar aanvielen.
Het tweede deel betreft Duitschland en
zijn buren, Polen, Tsjechoslowakije, de
Baltische staten en de Sovjet Unie die een
verdrag van wederkeerige hulpverleening
zouden teekenen in geval van een onge-
provoceerde aanval van een der ondertee
kenaars. Er zijn twee belangrijke verschil
len tusschen het nieuwe systeem en Lo
carno. In de eerste plaats was er in het
oude Locarno alleen maar sprake van ga-
randeerende mogendheden en niet van een
wederkeerige hulpverleening. In de tweede
plaats hadden de mogendheden van het
oude Locarno, Frankrijk, België en
Duitschland, gemeenschappelijke grenzen,
terwijl Duitschland en Rusland nergens
aan elkaar grenzen.
IV.
Bij het verdrag van Locarno van 16 Oc-
tober 1925 kwamen Duitschland, België,
Frankrijk en Engeland en Italië weder
zijds overeen den vrede in Wtest Europa te
garandeeren, terwijl Duitschland op zich
nam geschillen met Frankrijk, Polen, Bel
gië en Tsjechoslowakije aan arbitrage te
onderwerpen. Hierbij is Engeland de voor
naamste garandeerende mogendheid. En
geland staat echter feitelijk buiten het
nieuwe systeem, hoewel het er natuurlijk
sterk bij geïnteresseerd is. Omdat mocht
Frankrijk met Duitschland in oorlog ge
raken door de Oostelijke garantie, dan zou
de Fransch-Duitsche grens in het geding
komen en Engeland geroepen kunnen wor
denden zijn Locarno-belofte gestand te
doen. Bovendien is het interessant er op
te wijzen, dat Engeland, door er bij Ber
lijn, Warschau en Rome op aan te dringen
het plan van Barthou te aanvaarden, als
inleiding tot ontwapening, in feite de oude
Fransche leerstelling „geen ontwapening
zonder veiligheid" heeft overgenomen, en
het oude Britsche standpunt: „er kan geen
veiligheid zijn zonder ontwapening" blijk
baar heeft laten varen.
FLORIS C.
Nadruk verboden.
Winkeliers, teekent de lijsten ter gemeente secretarie
Gij hebt daarvoor nog slechts tijd tot 4 September
Volgens de jongste wijziging der Win
kelsluitingswet bestaat de mogelijkheid
voor bepaalde winkels om enkele uren op
Zondag open te zijn, dan wel de huidige
uren van openstelling op.Zondag te verrui
men. De Regeering heeft tot deze wijziging
het initiatief genomen om het bedrijfsleven,
dat zoo erg te lijden heeft van de huidige
crisisomstandigheden, wat tegemoet te ko
men; daarom is de verruiming dan ook be
perkt tot enkele soorten van zaken, die. in
het bijzonder nadeel van de Zondagsslui
ting hadden. De Middenstandsorganisaties
hadden reeds lang met klem bij de Regee
ring er op aan gedrongen om de winkel
sluiting op Zondag wat soepeler te maken
en ten slotte is de Regeering gezwicht voor
den op ha(ar Mooritdurend uitgeoefenden
drang.
Echter is het aan de gemeentebesturen
overgelaten te beslissen, of de tegenwoor
dige bijzondere crisis-omstandigheden aan
leiding geven tot deze verruiming voor
verkoop op Zondagen. Daarbij moeten dan
de belanghebbenden uit het betrokken be
drijf worden gehoord, dus te weten de
werkgevers (winkeliers) en de werkne
mers (bedienden), echter alléén zij, die in
de bewuste branche werkzaam zijn en dus
direct met de verruiming te maken zullen
hebben. Uitgesloten is dus, dat een ban
ketbakker gaat adviseeren omtrent de ver
ruiming voor een sigarenwinkelier, -terwijl
tevens een winkelbediende in een sigaren
zaak niet kan adviseeren omtrent de ver
ruiming voor een banketbakker.
Welke zaken kunnen nu profiteeren van
de mogelijkheid tot verruiming?
En voor hoe lang?
Wij laten ze hier volgen:
Vischhandelaars
Fruitwinkels
Bakkers
Banketbakkers
Handelaars in suikerwerken, choc. e.d.
Handelaars in consumptie-ijs, (vanille-
ijs en soortgelijke, direct voor veror
bering geschikte, ijssoorten), voorzoo
ver zij tevens in een der vorengenoem
de antikelen handelen.
Bovengenoemde zaken zullen gedurende
ten hoogste 6 achtereenvolgende uren op
Zondag, vallende tusschen 8 uur des voor-
middags en 8 uur des namiddags, voor het
publiek geopend kunnen zjijn.
Sigarenwinkels en alle winkels, waar uit
sluitend of in hoofdzaak tdbaksartikelen
ten verkoop in voorraad zijn.
Deze winkels zullen gedurende ten hoog
ste 4 achtereenvolgende uren, op Zondag,
vallende tusschen 8 uur des voormiddags
en 8 uur des namiddags voor het publiek
geopend kunnen zijn.
Slijterijen en alle zaken, waarvoor een
volledige of een slijtvergunning geldt en
die dus gerechtigd zijn sterken en alcohol
houdende dranken per flesch te verkoopen.
Deze winkels zullen gedurende ten hoog
ste 4 achtereenvolgende uren op Zondag,
vallende tusschen 8 uur des voormiddags
en 8 uur des namiddags voor het publiek
geopend kunnen zijn.
De gemeenteraad moet vóór 15 October
a.s. verklaard hebben, dat de tegenwoordi
ge buitengewone omstandigheden aanlei
ding geven in deze gemeente van de ge
boden gelegenheid gebruik te maken. Deze
verklaring kan niet worden afgelegd, dan
nadat de belanghebbenden uit het betrok
ken bedrijf daarover zijn gehoord. Indien
de gemeenteraad op 15 October de bedoel
de verklaring niet heeft afgelegd, bestaat
ook in de toekomst geen mogelijkheid
meer, van de toegestane verruiming ge
bruik te maken. De 15de October is dus
de fataile datum.
Waar het niet zoo héél gemakkelijk is
de meening omtrent de verruiming te ver
nemen zoowel van de winkeliers als van
de bedienden, elk slechts uitsluitend voor
het bedrijf, waarin zij zelve werkzaam zijn,
heeft ons gemeentebestuur den weg ge
kozen de belanghebbenden in staat te stel
len van hunne meening in dit opzicht te
doen blijken door te teekeneni op een lijst,
■die voor dat doel ter gemeentesecretarie
gereed ligt. Dit teekenen kan geschieden
tot en met Dinsdag 4 September, eiken
werkdag van 9 uur voormiddag tot 12.30
uur namiddag op het gemeentehuis. Door
te teekenen verklaart men zich vóór of te
gen eventueele verruiming van den Zon
dagsverkoop. Na 4 September kan men
zijn meening niet meer kenbaar maken,
zoodat de betrokkenen, hierboven ge
noemd, goed zullen doen tijdig vóór dien
datum te teekenen.
Na 4 September, doch vóór 15 October,
zal de gemeenteraad dan' beslissen, of er
in verband met de huidige buitengewone
omstandigheden aanleiding bestaat van de
toegelaten verruiming voor Soest gebruik
te maken. Daarbij zal natuurlijk gelet wor
denden op de meening der betrokkenen,
zooals die op de -lijsten tot uitdrukking is
gekomen, hoewel die meening niet bindend
is voor den Raad. De mogelijkheid bestaat,
dat voor een of meer soorten van boven
genoemde winkels 'de verruiming wèl, en
voor een of meer andere soorten de ver
ruiming niet wordt toegestaan. Daarom is
het bepaald noodig, dat ALLE winkeliers,
hierboven genoemd, op de lijsten teekenen.
Het nalaten daarvan kan voor hen zelf
een groote strop beteekenen.
Wat is nu het belang voor den midden
stand?
In dezen crisistijd, nu zoovelen hun be-
drijfsdebiet al hebben zien verminderen,
is het van het grootste belang dait debiet
te vergrooten, zooveel als de wet toelaat.
En juist de betrokken zaken zijn het, die
het voor een héél groot deel van den Zon
dagsverkoop moeten hebben.
Laat men nu niet zeggen, och, het gaat
thans vrij goed en mijn concurrenten mo
gen toch óók niet op Zondag verkoopen.
Bedenkt, dat in deze tijden van snel ver
plaatsen, men gemakkelijk in een naburige
gemeente kan koopen datgene, wat men
onverhoopt in de eigen gemeente zich niet
kan verschaffen. En de toeristen en door-
itrekkenden zullen natuurlijk daar gaan
koopen op Zondag, waar de mogelijkheid
daartoe bestaat.
Dit klemt te meer, omdat nu vele ge
meenten van de verruimingsbepalingen
gebruik zullen gaan maken, waardoor men
altijd gemakkelijk een plaats zal vinden,
waar men op Zondag bijv. sigaren kan koo
pen. Daardoor zal men niet zoo licht meer
zich tevoren de noodige voorraad ver
schaffen en in 'die gemeenten, waar men
van de verruimingsbepalingen geen ge
bruik heeft gemaakt, zullen de winkeliers
de wrange vruchten van die nalatigheid
plukken, terwijl hun collega's in gemeen
ten, waar de verruiming wel is toegepast,
extra daarvan zullen profiteeren.
Voorts is al wel gebleken, dat het de
biet van zaken, waar vroeger veel op Zon
dag werd verkocht, sterk is achteruit ge-
loopen. Er zijn altijd artikelen, die men
niet, slecht of moeilijk op Zaterdag kan
koopen, indien ze voor den Zondag moeten
dienen (consumptie-ijs, visch e.d.), terwijl
men bij andere artikelen er niet tijdig aan
denkt (alcoholische dranken). Indien de
mogelijkheid voor dit soort zaken om we
der op Zondag te verkoopen, geschapen
wordt, zal het bedrijfsdebiet daarvan on
getwijfeld toenemen.
En om dat alles is het, dat wij den Soes-
ter Middenstand, voor zoover met deze
verruiming te maken hebbende, met kracht
toeroepen: Overweegt Uwe belangen ter
dege, weest niet laks, wacht niet tot het
laatste oogenblik, doch spoedt U naar het
Gemeentehuis op een der' eerstkomende
werkdagen van 9—12.30 uur, in elk geval
vóór 4 September a.s., teekent daar op de
aanwezige lijst en verklaart U, zoowel in
Uw eigen als in het Algemeen Belang
vóór verruiming van den Zondagsverkoop.
Een kort woord moeten wij nog aan het
bovenstaande ttoevoegen.
Krachtens de wet moeten de belangheb
benden uit het betrokken bedrijf worden
gehoord vóór de Raad het besluit tot ver
ruiming neemt. Men heeft deze bepaling
thans uitgelegd, dat gehoord moeten wor
den de werkgevers en werknemers in het
betrokken bedrijf. Zijn deze echter alléén
belanghebbend in het betrokken bedrijf?
Of zijn er nog meer, nog andere belang
hebbenden, die ook bij verruiming van den
Zondagsverkoop groot belang hebben? Wij
meenen van we] en hebben dan daarbij op
het oog de groote categorie van koopers,
van consumenten. Deze zijn zeker niet het
minst belanghebbend en in aantal zullen
zij ongetwijfeld verreweg het sterkste zijn.
Ook op hunne meening moet derhalve prijs
worden gesteld. Het is natuurlijk moeilijk
die 'meening te vernemen, doch wij mee
nen ons gemeentebestuur in overweging
'te moeten geven, ook de meening uit die
kringen zooveel mogelijk te vragen. Eén
van de manieren, waarop dat zou kunnen
gebeuren, is advies vragen aan de afdee-
ling BaarnSoest van de Nederlandsche
Vereeniging van Huisvrouwen en aan de
Christelijke en Katholieke Vrouwenorga
nisaties. En voorts de aandacht er op ves-
'tigen, dat alle vereenigingen, die min of
meer met het koopen van artikelen als ten
deze bedoeld, direct of indirect te maken
hebben, zich over deze verruiming van den
Zondagsverkoop bij adres kunnen wenden
'tot den Gemeenteraad. Op die manier ver
krijgt men dan een beter inzicht in de mee
ning van de „belanghebbenden", dan alleen
de winkeliers en de bedienden naar hun
meening te vragen. Want een winkelier
of bediende zonder klanten, die koopen,
heeft niet veel te beteekenen, zoodat de
meening van die klanten ook wel een duit
in het zakje mag doen.
Buiten verantwoordelijkheid
der Redactie
<8
SOVJET-PROPAGANDA.
AFSTRAFFING VAN BERNARD
SHAW1 EN V.V.S.U.
1. Ieder overtuigd communist is voor
mij een volwaardig, doch te goeder trouw
dwalend mensch.
2. Personen blijven buiten de zaak.
Iets anders was in feite niet mijn bedoe
ling.
3. Ik acht de V.V.S.U. als zoodanig een
jeugdige organisatie.
De afd. Soest van weinig beteekenis, te
weinig althans om serieuze kwesties te
behandelen, doch waar een Bernard Shaw
(en met hem vele anderen) zoo buitenge
woon veel propaganda hebben gemaakt
yoor de S.U., zullen we hem als kopstuk
gebruiken.
Dat het U.D. verkeerd citeerde is zeer
jammer. Ik heb over het algemeen geen
respect voor bladen waarvan de leiding
RUGGEGRAAT MIST. (A bon enten
deur
Men spreke echter niet van Russische
arbeiders dat waren de aanieggers van
de groote Postweg op Java ook niet
maar van slaven. En met 160 millioen 'la
ven is wel wat te doen. Zijn reusachtige
werken tot stand te brengen.
Onze Nederlandsche arbeiders voelen
niets voor dat slavendom.
Doch terzake:
Bernard Shaw, de bekende Engelsciie,
met geestigheid coquetteerende schrijver
die verleden jaar een reisje maakte naar
Sovjet-Rusland en er zoo opgetogen van
daan kwam, dat hij niet alleen in Enge
land, maar zelfs door de microfoon spe
ciaal tot Amerika sprak over al het prach
tige, wat hij in slechts tien dagen tijds en
zelfs zonder één woord Russisch te ver
staan in het „arbeidersparadijs" en „het
eenige proletariërland ter wereld" had ge
zien, is ter dege op zijn plaats gezet door
J. R. Westgarth, een Engelsch ingenieur.
Deze ingenieur heeft jaren in de Sovjet-
Unie gewerkt als fabrieks-inspecteur cn
was er ook ten tijde, dat Bernard Shaw, de
socialist, er als een vorst ontvangen werd.
Wij vertalen hierbij in extenso den op-
zienbarenden open brief aan Shaw, welke
de „Daily Express" publiceerde en waar
over op het oogenblik veel in Engeland is
te doen:
„Mr. Bernard Shaw sprak onlangs in
Oxford en trachtte ons over zijne ervarin
gen omtrent het leven in de Sovjet-Unie
met geestigheden te boeien. Doch toen Mr.
Shaw verleden jaar in Rusland was, heeft
men hem zoo prachtig bij den neus geno
men, als nog niemand, en wel op dezelfde
manier als men met mij dit in den beginne
heeft gedaan en zooals dit daar gebruikelijk
is te doen met de velen, die dit land be
zoeken.
Meent Mr. Shaw, dat hij het werkelijk
Rusland gezien heeft?
Ik heb gedurende twee-en-een-half jaar
het werkelijke Rusland gezien, en dit Rus
land is een land van vuilheid, gemeenheid,
van sprakeloos lijden en langzaam ster
ven. Als officieel ambtenaar van de Rus
sische regeering was ik verplicht de staaf
werken in Siberië en in het Zuiden des
lands te controleeren, zoo ook de fabrieken
die zich bevinden in de omgeving van Le
ningrad (vroegere St. Petersburg) en Mos.
cou. Overal is het dezelfde geschiedenis:
vuilheid, gemeenheid, ziekte, lijden, ster-
XLVI.
De antwoorden van heit opperhoofd ga
ven wèl blijk van een scherp inzicht en het
stond voor ons dan ook als een paal boven
water, dat hij, zoo de Groote Geest hem
op mocht roepen naar de eeuwige jacht
velden, daar geen bokken zou behoeven te
schieten. Hij reikte ons de helpende hand
bij het opslaan van onze tent aan den kant
van den weg. Nauwelijks was de scheme
ring ingevallen of de calumet ging van
hand tot hand, de slechte tabak verdreef de
muggen en de muffe lucht, die het opper
hoofd bij het graven in de modder in de
kleeren was gaan hangen. Wij bespraken
nog vele en gewichtige zaken, wisselden
levendig van gedachten, wonnen talrijke
inlichtingen in, die ons later van ontzag
lijk nut zouden blijken en bewonderden
meer en meer zijn helder oordeel, dat heel
wat gemeenteraadsleden hem zouden be
nijden.
Wij waren dan ook niet weinig ont
stemd toen een squaw uit zijn wigwam het
gesprek kwam onderbreken. Na den goe
den indruk, welke wij van dezen „zwart"-
huid hadden gekregen, was zijn aftocht al
heel smadelijk.
„Ge moet 'em maar vergeve, dat-ie oe
lastig gevallen is. Het is de dorpsgek.
Vroeger was-ie bewaarder van de gemeen
telijke doofpot. Op een goeie dag liet-ie 't
ding uit zijn tengels vallen en toen ie zag
wat er allemaal in zat, is ie z'n verstand
kwijt geraakt en geeft ie zich uit voor het
gemeenteraadslid, -dat voor de zedelijke
belangen zorgt."
„Maar waarom is hij hier dan aan het
graven in den modder!" legde mijn lotge
noot onmiddellijk verband tusschen de
Soester zedelijkheid en de modder!
„Och, dat zit hier zoo in de lucht. Ze
hebbe hier een groote kei en voorhistori
sche vondsten opgegrave, een natuurbad
gegrave en een kanaal bij de waterleiding,
nu pas van de zomer langs de groote weg
en nou benne ze weer bezig geweest op
het terrein van een wethouder. Ze grave
hier net zoo lang kuile voor andere, tot ze
er zelf in begrave worden!" En weg ging
ze.
Dat beloofde niet veel goeds. Wij kon
den onze nek wel eens over die kuilen
breken. Wat stond ons allemaal in dit on
bekende .land te wachten? Ik wilde wat van
die spanning aan de buitenwereld mede-
deelen en seinde draadloos door alle deelen
der wereld:
„Men verkeert in doodelijke ongerust
heid over het lot van de expeditie Brani.
Vo.lgens de laatste berichten zouden beide
leden wegens het kampeeren zonder ver
gunning gevangen genomen en tot dwang
arbeid, bestaande uit het heen en weer rij
den van zuiver zand, gedwongen zijn. Bin
nenkort hopen wij de eerste en misschien
ook wel laatste artikelen van den dagboek
schrijver der expeditie te kunnen publicee-
Toen ik voor het eerst in Rusland kwam,
waren mijne indrukken der eerste dagen
geheel anders. Voordat ik mijn officieele
benoeming aanvaardde, kregen mijn zoon
en ik de mogelijkheid zes weken rond te
reizen om te zien „how we liked the con-
ditions". Dit voorstel maakte op ons een
zeer aangenamen indruk en men haastte
zich ons allerlei staatsmodel-instellingen te
laten zien, juist zooals men deze aan Ber.
nard Shaw toonde. Men nam ons mede
naar de schouwburgen, juist zooals Ber
nard Shaw, en men stelde ons ter beschik
king de loge van den vermoorden Czaar in
het groote theater, juist zooals men later
met Bernard Shaw heeft gedaan. De direc
tie van het Hotel de 1'Europe in Leningrad
ruimde voor ons hare beste kamers in, de
zelfde kamers die Bernard Shaw eveneens
betrok. Massa's menschen, die wij nooit in
ons leven hadden gezien, kwamen ons op
zoeken en wij hadden zelfs geen tijd aan
iets anders te denken. De dag begon on>
8 uur 's morgens en eindigde steeds in de
eerste uren van den volgenden dag. Men
verzekerde ons. dat wij voor niets te be
talen hadden en dat wij als gasten van de
Sovjet-Unie beschouwd werden, ja ze'fs
overhandigde men ons een dik pak papier
geld voor „incidental expenses."
Indien wij, juist als de heer Bernird
Shaw, op dat oogenblik weer naar Enge
land waren vertrokken en ons bezoek daar
bij gelaten hadden, dan kan ik mij gemak
kelijk voorstellen, dat wij dezelfde indruk
ken zouden gehad hebben, die Mr. Shaw
thans rondbazuint en waarvoor hij pochend
verklaarde een dollar per woord te ont
vangen. Doch wij hebben niet als Mr. Bei-
nard Shaw ons tevreden gesteld met op
een afstand alles te bewonderen, wij zijn
naar Rusland teruggekeerd en hebben ge
tracht er twee-en-een-half jaar te werken.
In deze jaren hebben wij ons onderzoek
niet beperkt tot de omgeving van Lenin
grad en Moscou. wij zagen het werkelijke
Rusland, een onderdrukt, door de gemeen
heid getrokken, smerig en stervend land.
Tusschen twee haakjes moet ik hier even
opmerken, dat, toen wij drie maanden in
Rusland gewerkt hadden, men mij opeens
de rekening van de eerste zes weken voor
legde, waarvoor ik een zes honderd roebels
te betalen had (1 Rbl. is 1 gulden 30 ct.
k pariteit).
Na vier maanden werkens, na een rap-