llieiïi:
Jfe
oiZ Ingezonden prO
Nieuws- en Advertentieblad
Verschijnt Woensdag en Zaterdag
OOSTENRIJK een
Europeesch probleem.
Waardevermindering
van het geld
HORS D'OEUVRE.
IiTE©©mFJJIS
Gemeubileerde
kamers te huur!
UitgaveN.V. EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ, v.h. G. v. d. Bovenkamp
REDACTIE- EN ADM.-ADRESv. WEEDESTR. 7 - TEL. 962 - GIRO 161165
Bekendmakingen
mf
Officieel ^0
OP ELK GEBIED
LEVERT
GOED
GOEDKOOP
SNEL
N.V. EERSTE SOESTER
ELECTR. DRUKKERIJ
No. 71 (Gegarandeerde oplaag 3300 exemplaren)
Twee en Twintigste Jaargang
Woensdag 5 Sept. 1934
Bureau voor Administratie: VAN WEEDESTRAAT 7 SOESTDIJK
Advertentiën worden ingewacht tot uiterlijk Dinsdags- en Vrijdagsmiddags
2 uur aan het Bureau v. Weedestraat 7 en aan het filiaal Soesterb.straat 8
Advertentiën: VAN 1-5 REGELS 75 CTS., ELKE REGEL MEER 15 CTSi.
Groote letters naar plaatsruimte BIJ ABONNEMENT KORTING
ABONNEMENTSPRIJS: 1.— PER DRIE MAANDEN, Franco p. post
HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ART. 15 VAN DE AUTEURSWET 1912 - STAATSBLAD No. 380
le Afd. No. 493.
STREMMING VERKEER.
Burgemeester en Wethouders van Soest
brengen ter openbare kennis, dat de Ban-
ningstraat in- verband met eene vernieu
wing van het wegdek voor het verkeer in
beide richtingen met motorrijtuigen, andere
rij- of voertuigen en rij- en trekdieren en
vee gesloten zal zijn vanaf 12 September
1934 tot en met 24 November d.a.v.
Bedoeld verkeer tusschen S.oest en
Soesterberg zal derhalve over Amersfoort
moeten geschieden.
Soest, 1 September 1934.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester, G. Deketh.
De Secretaris Groot, l.s.
Door de jongste gebeurtenissen zoowel
als door de overigens ongegronde
geruchten betreffende herstel van de Habs-
burgsche monarchie in Oostenrijk, is dit
kleine land in de gevaarzöne van Europa
weder sterk in -het centrum der internatio
nale belangstelling geplaatst, terwijl de
stappen van Oostenrijk's regeering te Ge-
nève een en ander nog extra accentueeren.
Men is gauw geneigd vergeetachtig als
we zijn Oostenrijk als een speciaal na-
oorlogsprobleem te .beschouwen. Dat is
niet zoo. Vóór den oorlog was Oostenrijk
Europa's groote probleem, omdat het te
veel naburige landen had opgeslokt. En
thans is het weer een groot probleem, om
dat men teveel van het oude Oostenrijk
heeft afgekapt. Het oude rijk had 53 mil-
lioen inwoners en besloeg 240.000 vierkan
te mijlen, thans heeft Oostenrijk 7 millioen
inwoners en 32.000 vierk. mijl. Het gevolg
is, dat de economische eenheid te klein is
geworden, Oostenrijk kan economisch niet
meer zelfstandig bestaan. Men heeft het
losgemaakt van Hongarije, Bohemen,
Kroatië, Transsylvanië en Galicië. En hel
mag zich niet bij Duitschland aansluiten.
De Volkenbond heeft den financieelen
steun gestaakt. Noodgedwongen, wendde
Oostenrijk zich tot den Italiaanschen buur
man, verhoogde daardoor dus zijn afhan
kelijkheid van Italië. Duitschland heeft in-
tusschen in het geheim en openlijk zitten
ageeren tegen deze afhankelijkheid. De
vraag is nu, welke wegen staan er open
om alge-h'eele ineenstorting van Oostenrijk
te voorkomen?
II.
De meerderheid van het Oostenrijksche
volk is van Duitschen stam. Italië nu, vree-
zend dat zulks op den duur tot opslokking
door Duitschland moet lijden, doet alle
moeite om Oostenrijk's „onafhankelijk
heid", te bevorderen. Duitschland noemt
dat „onafhankelijkheid van Duitschland,
doch afhankelijk van iemand anders." En
van Duitsohe zijde wijst men dan op de
financieele steun die Italië aan de Heim-
wehr zou hebben verstrekt. De regeering
van Dollfuss liep vrij sterk aan den Ita
liaanschen leiband. Dit schijnt onder
Schussnig iets minder te worden.
De kwestie van de „Anschluss" bij
Duitschland is indertijd voor het Interna
tionale Gerechtshof in den Haag uitge
maakt, waarbij zelfs bleek, dat een econo
mische samenwerking met Duitschland
verboden was, aangezien die tot politieke
aaneensluiting zou kunnen voeren. Artikel
80 van het verdrag van Versailles zegt dat
de onafhankelijkheid van Oostenrijk on
vervreemdbaar is, tenzij met -de goedkeu
ring van den Volkenbondsraad. De raad
moet eenstemmig besluiten nemen. En
daar Frankrqk en Italië (om maar de
grootste te Ademen) tegen Anschluss zijn,
vervalt daarmee de practlsche mogelijk
heid.
III.
Terugkeer van de Habsburgs, als hee"-
schers over -een hereenigi Oostenrijk
Hongarije, zou Italië desnoods wel lijken,
als bolwerk tegen Duitschland, waaraan
Italië nu eenmaal niet grenzen wil. De
meeste leden van het. huidige Oostenrijk
sche kabinet zijn monarchisten. De Oos
tenrijkers zelf zijn niet zoo bar geestdriitig
voor de Habsburgsche monarchie. Her-
ecniging met Hongarije is vrijwel uitgeslo
ten, en wat moet het arme Oostenrijk mei
een kind-keizer van 21 jaar doen? Deze
beminnelijke knaap kan Üoch door zijn
aanwezigheid Oostenrijk geen economische
bestaansmogelijkheid verschaffen? Tsj^-
choslowakije, Joegoslavië en Roemenië, die
grootendeels bestaan uit brokstukken van
de uiteengereten Habsburgsche dubbelmo
narchie, verzetten zich fel tegen terugkeer
van de Habsburgers, welke zelfs tot oor
log zou kunnen leiden.
IV.
Er zijn natuurlijk nog tal van oplossin
gen aan de hand gedaan, doch de meest
practische lijkt nog die van de Donau-fe-
deratie, waardoor het bezwaar van de
dwaasheid der zeven hooge tariefmuren die
thans het vroegere Oostenrijksch-Hon-
gaarsche gebied doorsnijden (Oostenrijk,
Tsjechoslowakije, Joegoslavië, Hongarije,
Polen, Roemenië en Italië) zou worden op
geheven. In hun economischen nood voelen
velen in Oostenrijk voor Anschluss bij
Duitschland, die echter verboden is. Nog
meer Oostenrijkers zijn voor nauwe sa
menwerking met Duitschland, zonder ver
lies van onafhankelijkheid. Velen zijn be
reid met de andere Donau-landen samen
te werken. Doch een Donau-federatie?
Nood leert echter bidden, en men zal op
een of andere wijze tot samenwerking moe
ten raken, ook al vindt men dat in den
beginne niet prettig. Weinigen- in Oosten
rijk wenschen Italiaansche overheersching.
Maar Italië weigert een Duitsche oplos
sing te -aanvaarden en Duitschland een
Italiaansche. Noch Italië, noch Duitsch
land voelen veel voor een Donau federatie,
omdat geen van beiden daarin de hoofdrol
zou kunnen spelen. En de kleine Entente
voelt niet veel voor het opnemen .van
Duitschland of Italië in zulk een federatie.
Men zal echter over deze .gevoeligheid
moeten trachten heen te komen, en op een
of andere wijze tot samenwerking geraken,
ten bate van heel centraal Europa.
FLORIS C.
Nadruk verboden.
AMERIKA'S VOORBEELD!
UITWISSELEN VAN GOEDEREN!
Wij schreven indertijd reeds eens over
Boosevelt's maatregelen om zijn land ge
lukkig en wélvarend te maken door ver
laging van -de dollarwaarde.
Inderdaad kreeg men in het begin een
waardestijging der goederen te zien; niet
echter doordat er meer verbruikt werd,
maar door de z.g. „vlucht in de goederen".
Men wist niet hoe ver de dollar de volgen
de week zou zijn ingezakt en wie veel geld
had liggen, ruilde dit geld liever tegen tar
we, rubber of andere goederen, niet om
deze artikelen te verbruiken, maar om ze
te zijner tijd weer tegen in-waarde-ver-
minderde dollars dus tegen meer dol
lars dan -de goederen bij aankoop gekost
hadden te verkoopen.
Het zaakje is niet meegevallen! De plot
selinge stijging in prijs hield geen stand,
althans niet in die mate, dat ze bleef door
gaan, naarmate de dollar daalde.
In het plan, dat Roosevelt zich toenmaals
voorstelde de „New Deal" (nieuwe han
del) genoemd behoorde verder loons-
verhooging voor den arbeider, waarvoor
schalen werden vastgesteld, die door de
industrie meestal slechts onder heftig te
genstribbelen werden aanvaard, te meer
daar ook de verkoopprijzen aan banden
werden gelegd.
Ook hiermee werd niet veel voorspoed
ondervonden en zoo lezen we nu, -dat de
groote fabrieken ten gevolge van hooge
loonen en hooge prijzen voor grondstoffen
(vooral ingevoerde) met verlies werken.
Grootere orders kunnen niet helpen; ze
zouden slechts de verliezen doen toene
men! Dat onder deze omstandigheden de
industrie niet meer larbeiders in dienst
kan nemen en aldus de werkeloosheid doet
verminderen, ligt vqor de hand. In New-
York moet het aantal steuntrekkende ge
zinnen 400.000 bedragen, wat neer komt
op ongeveer één vierde der totale bevol
king! Ondanks het feit, dat de industrie
klaagt over verliezen, dreigen er voortdu
rend stakingen, wegens loongeschillen,
waarbij zooals dezer dagen werd ge
meld een millioen arbeiders betrokken
zouden worden.
Ook de in- en uitvoer, hebben van de
„New Deal" geen voordeel gehad, althans
men kon dezer -dagen lezen, dat de uitvoer
in het eerste halfjaar 1934, vergeleken bij
die zelfde periode '33, wel in aantallen
dollars is vooruit gegaan, maar in goud-
waarde met 8 is teruggeloopen en dat
de invoer zelfs met 17 achteruit ging.
Roosevelt, die eenige weken een vacan-
tiereis maakte, heeft nu besloten het New-
Deal-programma volledig te wijzigen,
waarbij men vooral de vraagstukken tot
een oplossing wil brengen, die een blij
vend herstel van het vertrouwen zullen ge
ven. Hoe dit zal geschieden is nog niet
bekend, maar uit Ncw-Dork schrijft men,
dat Waillstreet pessimistisch gestemd is
over deze herstelplannen, een pessimisme,
dat zeker in Europa wel gedeeld zal wor
den na de tot nu toe verkregen of „niet-
verkregen resultaten.
Intusschen -heeft Roosevelt zich, vol
gens een bericht uit Parijs, tegenover een
Fransch journalist uitgesproken ook over
de vooruitzichten van oorlog en vrede en
daarbij gezegd, dat de goede verstandhou
ding tusschen de volken op economisch
gebied een gebiedende voorwaarde voor
den vrede is.
De avonturen der diplomatie dienen
volgens R. vervangen te worden door
positieve uitwisseling van goederen. In elk
land dienen -de producten uitgekozen te
II
Van Weedestraat 7
Soesterbergschestr.8
worden, die in wederzijds voordeel kunnen
worden uitgewisseld.
Hier heeft men nu eindelijk een woord,
waar de voorstander van vrijen handel zich
geheel mee zal kunnen vereenigen.
„De avonturen 'der diplomatie". Deze
uitdrukking klinkt misschien wat hard.
Maar zeker is' het, dat de diplomatie in de
laatste jaren niet veel positiefs heeft be
reikt.
Over zijn eigen avonturen heeft de Pre
sident begrijpelijker wijze gezwegen.
Maar vooral de laatste zinsnede moeten
wij onderschrijven. Wanneer Nederland de
beste groenten kweekt en de beste kaas
heeft, als Denemarken de goedkoopste bo
ter levert, Duitschland en Frankrijk de
beste wijnen maken,". Amerika en eenige
andere landen de goedkoopste tarwe kun
nen aanbieden, waarom zal men dan trach
ten dit alles in eigen land te vervaardigen
of te kweeken?
De producten moeten er duurder -door
worden' en zullen zeker van minder goede
hoedanigheid zijn, beide tot schade van
den gebruiker.
Ruilen, goederen uitwisselen; dat bracht
nog vóór weinige jaren welvaart. Daar
heen moeten we terug!
Dat Roosevelt dit nu bovendien als
voorwaarde voor het behoud van den vre
de aangeeft, wekt weer eenige hoop, dat
hij zelf zal willen meewerken om deze
theorie in praktijk om te zetten, al zien
we zeer wel in, dat deze praktijk niet te
verwezenlijken is zonder ialgemeene sa
menwerking op dit punt.
Juist hier zit de groote moeilijkheid en
zal ten slotte -de diplomatie moeten toonen
ook tot wijs beleid in staat te zijn.
Wl H. C. DOORMAN.
Ziezoo! zei m'n zwager; nou is 't op en
schoon-op ook. Vanavond zitten we weer
drie-hoog in Groot Mokum en morgen
ochtend met nieuwen moed aan 't werk en
de jongens de deur uit naar school. Jullie
wordt wel bedankt .voor je gul onthaal en
de heerlijke dagen hier doorgebracht. En
waarachtig, toen begon hij nog dichterlijk
te worden en reciteerde voor de vuist weg:
Foetsie! Weg i* de vacantie,
Met de vrijheid is 't gedaan;
Of je 't leuk vindt of bed....derd,
Anders zal het toch nooit gaan.
Beste Zwager, 'k heb genoten
Van je bosschen en je hei;
Van je zonnebad en duinen,
Ja zelfs van de Soester kei.
'k Heb gesproken met de boeren,
Zoo eenvoudig en zoo waar;
Zoo geloovig en tevreden
In hun landwerk, jaar na jaar.
'b Heb bewonderd jullie vliegveld;
Blind-gestaard in hooge lucht,
Als ik kostloos mocht aanschouwen
Menschelijke vogelvlucht.
Beste Zwager, 'k heb genoten,
Meer dan ik je zeggen kan;
Eén ding kan 'k je wel beloven:
'k Kom hier trug, daar kan j'op an.
,Een stevige handdruk, 'n zoen van z'n
vrouw en de jongens en toen de bus in
naar Baarn. Goddank! zei ik met 'n hart
grondige zucht; dat is weer geleden. Daar
moet je dan zelf veertien dagen vacantie
voor hebben, om gedurende dien tijd de
slaaf' te worden van je familie.
Maar, Dixi, zei m'n vrouw, ze waren
toch zoo dankbaar en zoo buitengewoon
voldaan. Dank je de koekoek; dat komt
er eigenlijk nog aan te kort. En wie blijft
er met de stukken zitten. De lamp in de
huiskamer kapot; in alle kamers ver
scheurd behang; 'n paar vruchtboomen
leeggeplunderd; m'n fiets in de reperatie
en tot slot nog 'n hooiberg in brand ge
stoken.
Nou, zei m'n vrouw; dit laatste is over
dreven. De jongens zelf beweren, dat er
de bliksem is ingeslagen. Hoe het zij of
niet, dit weet ik wel: Kinderen zijn 'n ze
gen, maar als j'er 'n andermans zegen nog
bijkrijgt, dan krijg je van 't goede te veel.
En wat jouw poëtische broer betreft, ik
kan even goed rijmen als hij:
Heb je zelf vacantie,
Hou je veel van rust,
Haal dan heel geen vreemden
Aan je eigen kust.
Wie pension wil houden,
Doe het voor goed geld,
Dat hem bij het scheiden
Heel geen nazorg kwelt.
DIXI.
XLVII.
Wie had kunnen droomen, dat wij in
derdaad om de in mijn perscommuniqué
genoemde reden zouden worden gevangen
genomen! Ik begin warempel te gelooven,
dat ik met de helm geboren ben. Het speet
me echter, dat ik haar niet werkelijk op
had, want mijn hoofd maakte kennis met
een klewang. Toen ik daar later een rede
lijke verklaring van vroeg, bleek dat ik in
mijn droom had gezegd: „Sla d'r maar
op!" en dat had een van de aanvallers te
letterlijk opgevat. We werden met hutje
en mutje in de politie-auto geladen en
naar het Verkeershuis gereden. Hier wer
den we gefouilleerd en ondervraagd. Alle
vreemdelingen moeten namelijk voldoen
aan verschillende eischen alvorens tot dit
Hemelsche Rijk toegelaten te worden, in
het belang van de openbare zedel,kheid.
Brani moest zijn interlock hemd uittrek
ken, want dat was een dames-kamizool,
als omschreven in de Politieverordening.
Zijn „dure" scheiding moest hij naar links
verleggen, want nu zag hij er te verleide
lijk uit voor de andere sexe. Aan zijn over
hemd zat een knoopje te weinig en de ga
ten in zijn hielen moest hij onmiddellijk
stoppen anders kwam er te veel bloot. On
ze zonnebrillen werden in beslag geno
men, omdat zij ons in de gelegenheid zou
den stellen, onopgemerkt bewonderende
blikken naar het schoone geslacht jte
slaan. Ik moest mijn baard laten groeien,
want mijn hals was onzedelijk lang. An
ders zag je mijn Adamsappel te veel en
alles wat aan die naaktlooperij met een
vijgenblad voor in het Paradijs herinnert,
moet vermeden worden. Verder leverde ik
blijkbaar niet veel gevaar op. Een tijd
schrift, waarin een plaatje met een meisje
in een kort wandefbroekje voorkwam,
vond zijn weg naar het crematorium van
onzedelijke lectuur (achteraf: 'door het
heele dorp).
Een juffrouw kwam opgetogen rappor
teeren, dat onze badpakken juist iets bo
ven de maat waren.
Onze badpakken?
Toen ging me een licht ophet
waren onze over-alls!
Intusschen beslechtte dit het pleit ten
onzen gunste
Want we waren de eersten, die, na de bo
ven vermelde veranderingen, mochten gaan
en staan, waar we wilden.
Buiten verantwoordelijkheid
der Redactie
DE V.V.S.U. ONTMASKERT DE
TAKTIEK VAN NIEVEEN.
Nog steeds geeft N. zijn bedekten strijd
tegen de V.V.S.U. niet op, ondanks dat hij
door 't plaatsen van het artikel in „de
Soester" van 18 Augustus, overgenomen
uit het U.D. een gevoelige nederlaag had
te boeken.
Deze nederlaag, bestond niet alleen in
het zonder meer overnemen van een ver-
valscht artikel, neen, zij werd grooter en
duidelijker door de korte kernachtige wij
ze, waarop de V.V.S.U. de persoonlijke
aanvallen afwees.
En N. voelt dit en daarom, om de vorige
fout goed te maken, probeert hij de domme
persoonlijke aanvallen te ontkennen en te
verdoezelen.
Maar we zullen aantoonen met citaten
uit N. artikelen, dat wel degelijk hij zich
hieraan schuldig maakte om zoodoende op
een goedkoope manier zich er van af te
maken.
Wij zullen stuk voor stuk N. stuntelige
pogingen om de laagstaande persoonlijke
aanvallen van de hand te wijzen, onder de
loupe nemen.
Allereerst punt 1 van N.
„Ieder communist is voor mij een vol
waardig, doch te goeder trouw, dwalend
mensch."
Wat dit plotseling met de zaak te ma
ken heeft?
Wel, N. heeft gemerkt dat hij zich een
weinig vergaloppeerd heeft met zijn
scheldhonomade van: „politieke zuige-
laars" enz., en probeert deze nu te verdoe
zelen door plotseling zeer welmeenend te
doen.
We stellen echter vast, dat het hier ten
eerste niet over communisten, maar over
V.V.S.U. gaat
't „Uitgaan" is weer afgeloopen;
Menigeen heeft wèl ontwaard,
Dat het bij-vak van „verhuren"
Ook eer na_ dan voordeel baart!
Liefst een paar „goedkoope" kamers,
Met het vrij beschikkingsrecht,
Over keuken en haar inhoud,
Ter bereiding van 't gerecht.
Pa gaat 's morgens, met zijn dochter,
Zelf op „fourageering" uit;
Maakt dan groente, mag're lapjes
En een mooi banaantje buit.
„Dat is „ommers" véél goedkooper"
Heeft Ma al intijds gezegd;
„En we loopen dan de kans niet,
Dat er „winst" op wordt gelegd."
Pa en „Boy" gaan „piepers jassen!"
Ma slooft, met een kwaad gezicht,
's Morgens, 's middags in een keuken
Waar zij niet is „ingericht".
En dat heet dan: „gaan genieten
Van „vacantie" ééns in 't jaar!
Dat per slot „geen mensch voldaan
Hoeft toch vast geen commentaar. is",
Wlant ook zij hier, die „verhuurden"
Komen dra tot het besluit:
„Aan zóó'n „gare" stadsfamilie
Heusch, verdienden wij geen duit!"
Van het hondje dat Mievrouwtje
In 't pension had meegebracht,
Zit het kleed vol vieze vlekken;
't Diertje „deed" het in den nacht!
En de keuken?Zwijg me daarvan!
Alles vies èn vuil èn vet!
't Quantum gas dat „zij" verbruikte
Was „héél bar", sprak moeder Bet.
Toen „het meisje", zwaar beladen,
,,'t Stadsche stel" had weggebracht,
Heeft ,,Mijnheer"(!), (voor veertien dagen)
Haareen kwartje toegedacht!
Achteraf is nog gebleken,
('t Heette: Pa, Ma, Boy en Cis)
Dat mijnheer „ambt" korp'raal-waschbaas
En Mevrouw zijn helpster is!
AD REM.
Nadruk verboden.
Ten tweede, dat 'N. dit zelf niet meent,
want in een artikel onder 't hoofd: „Sta-
lin, de wereldmisdadiger", schreef hij: „De
bolsjewisten (comm.) schoten eerst de
klassevijanden dood, geloovigen, geleer
den, priesters. Nu zijn de werklieden en
boeren aan de beurt." Even verder: „Wee
hem, die de moed bezit tegen deze massa
moordenaars te strijden."
Uit dit blijkt duidelijk N.'s meening over
de communisten, en er is dus geen reden
om nu plotseling deze massamoordenaars
voor volwaardige menschen uit te maken.
Maar ja, een kat in 't nauw maakt gekke
sprongen.
Dan de 2de en 3de zin.
„Personen blijven buiten de zaak. Iets
anders was in feite niet mijn bedoeling."
„Ik acht de V.V.S.U. als zoodanig een
jeugdige organisatie."
Op deze wijze probeert N. het voor te
stellen alsof de verschillende opmerkingen
als „politieke zuigelaars" bedoeld was voor
de jeugdige organisatie V.V.S.U.
Dit is een grove onwaarheid, wat we
bewijzen zullen.
Wel degelijk waren deze uitlatingen, be
doeld als een laffe persoonlijke aanval, wat
uit de hieraangehaalde zinnen duidelijk
blijkt.
„Het is speciaal voor politieke zuige
laars, broekjes in de politiekplegerij met
stevig vastgebonden bandjes en nog niet
droog achter de ooren zijnde kinderen"
Dit is toch zeer zeker niet tot een orga
nisatie, maar tegen personen, wat later nog
bevestigd wordt, n.1.: „Waarom gaan deze
politieke zuigelaars niet naar de S.U."
Een organisatie kan slecht hierheen
gaan, dus hier worden bepaalde personen
mee bedoeld. Welke? Dat is nog slechts
de vraag.
Doch ook hierop antwoord N.
Na het vervalschte art. van Ehrenburg
schrijft hij: „Gij redactie, dank ik voor de
gastvrijheid. U gelieve echter wel te be
denken, dat ik verder geen bericht zal in
zenden op stukken waarin mijn naam ijdel
gebruikt wordt, en dan van de hand van
onmondigen, die niet weten, wat ze schrij
ven."
Hierin geeft N. te kennen, dat hij tegen
een bepaalde persoon, n.1. de secr. van de
V.V.S.U., bezig was te schelden, want dit
was toch immers degene die 't artikel, na
mens 't bestuur onderteekende, en hierop
„zond N. voor een enkele maal een stimu
lans" bij wijze van uitzondering, want hij
had vaak communisten tegen over zich
gehad, maar „geen hunner was beneden
de jaren."
Uit dit alles blijkt dan ook duidelijk de
goedkoope persoonlijke aanvallen, die N.
nadat ze door de V.V.S.U- afgeslagen wa
ren en wapens tegen hem zelf waren ge
worden, nu poogt te ontkennen.
En nu komen we tot de kern van de
zaak.