°<z Ingezonden l/oor Damestasschen Een gevaarlijk spelletje Laad- en Tuinbouw. FEUILLETON N.V. Eerste SoesterElectr.Druktcerij Balten verantwoordelijkheid der Redactie EEN WAANZINNIGE WERELD Een nieuwe industrie is in opkomst. W|ant er valt nauwelijks aan te twijfelen, dat de bouwers van gasvrije. kelders een groote toekomst hebben. Hier is een vak, een bedrijf met ongelimiteerde perspectie ven, met onbegrensde mogelijkheden. Hoe grooter de dreiging van een nieuwen oor log, hoe nader de schrik en de vrees voor de gruwelen uit de lucht komen, hoe meer deze komende industrie zal bloeien. De eerste gasvrije kelder is er in ons land. Voor altijd zal Den Haag er zich op kunnen beroemen, dat daar aan de Groote Marktstraat onder eeni groot modemaga zijn, de eerste kelder, waarin zoogenaamd geen gas zal kunnen doordringen, officieel (wij zouden haast zeggen in gebruik geno men is), geopend is, in aanwezigheid van civiele en militaire autoriteiten, die alle maal verzekerden', dat de kelder prachtig ingericht was en volgens de moderne eischen, krachtenis de moderne techniek te stellen, doch die eveneens vurig hoopten, dat de werkelijke ingebruikneming voor het doel, waarvoor hij feitelijk gebouwd is, nimmer zou behoeven plaats te hebben. Dat dus nooit in de ruimte, waar thans da mesmantels en japonnen en andere klee- ren, welke dames plegen te dragen, vreed zaam naast elkander hangen, of waar pak kisten opgetast staan, honderd a honderd vijftig menschen in doodsangst dicht op eengedrongen zullen schuilen, om aan de vreeselijke verstikkingsdood door de uit de lucht geworpen gasbommen te ontko men. W\ij kunnen ons voorstellen, dat de hee- ren, die bij deze opening tegenwoordig wa ren, in volledige gemoedsrust keuvelend en wellicht schertsend de door de firma, die den kelder onder haar magazijn deed bou wen, aangeboden eerewijn hebben gedron ken, even goed, als het gros der bevolking zich amuseert bij oefeningen van den lucht- beschermingsdienlst, als roode en blauwe gasballonnetjes uit de vliegtuigen een idee moeten geven van gas- en brandbommen. Het is inderdaad moeilijk, om zich in vol len vredestijd, als de mogelijkheid van oor log nog heel veraf schijnt, diep en ernstig te bezinnen op de gruwelijke werkelijkheid zelf en de naderende mogelijkheid daarvan, en zich met hoofd en hart te realiseeren, hoe verschrikkelijk de werkelijkheid inder daad zal zijn. 'En toch is deze eerste, moderne, gas vrije kelder officieel geopend, een drei gende profetie, een vóórafschaduwing van een monsterachtige, barbaarsche toekomst. In de eerste tijdperken dezer wereld leef den menschen, evenals de dieren, in holen onder den grond. De moderne techniek zal den beschaafden menisch zóó ver voor uit, of weer zóó ver terugbrengen, dat wij ons wederom in massa onder den grond zullen verbergen, niet om ons te beschutten tegen natuurverschijnselen, waartegenover de primitieve mensch machteloos stond, doch om te ontkomen aan de gevolgen» van onzen eigen waanzin. Deze Haagsche gasproefkelder is zonder eenigen twijfel de eersteling van vele, wel ke volgen zullen. Maar, zullen deze kelders werkelijk de bescherming bieden], die men er van ver wacht en van hoopt? Zullen zij inderdaad ■de moderne oorlogsgassen niet haar ge weldig doordringend vermogen, kunnen te genhouden? Bij alles wat over deze gasvrije kelders gezegd en geschreven is, heeft niemand de ze garantie kunnen geven. Niemand weet ook precies welke mogelijkheden er op het gebied van gifgassen bestaan, want elke mogendheid heeft er belang bij eventueele nieuwe vindingen geheim te houden, en on. danks de meest intense spionnage in alle landen weet geen sterveling buiten den kring van vertrouwden wat in de labora toria der diverse landen de knapste chemici brouwen. Nog niet lang geleden heeft Dr. Wiecker, privaatdocent aan de Universiteit te Bern, verklaard, dat 13 Lewesitbommen, uitge worpen/ over een stad ter grootte van Ber lijn, binnen enkele minuten alle leven in die stad zullen kunnen vernietigen». Aan de hand van het gifgasrapport, uit gebracht door de commissie tot onderzoek Naar het Engelsch. (Nadruk verboden) HOOFDSTUK XXIV. Dien; ochtend aan het ontbijt ontving Mrs. Kent een telegram, waarin haar mee gedeeld werd, dat haar man en haar tante in Chicago waren aangekomen. Het was van Mr. Kent en luidde: „Chicago bereikt. Beiden wel. Bevredi gend". „Dat heeft zeker op mijn gedrag betrek king! riep 'Nancy. Hoe verbazend goed be- dacht van hem, om er dat woord „bevredi gend" bij te voegen, want zoolang hij den toestand .„bevredigend" vindt, voelt hij zich dus ook tevreden. Ik voor mij vind den toestand heel onbevredigend, maar meeningen verschillen. Ik ken er velen, die niet hun bruid aan de kerkdeur verlaten zouden hebben en naar Amerika zouden zijn gegaan met hun tante. Oom Henry, u en ik zullen eenls naar Zuid-Afrika gaan en dan naar Chicago telegrafeeren: „Veilig aangekomen. Beiden wel. Bevredigend.'' Als ik tien jaar jonger was, dan. zou ik met genoegen gaan, liefste, maar ik ge loof, dat ik nu maar beter doe, met in een makkelijken stoel bij het vuur te blijven zitten. Jij ook niet, kindje? - Dan moet ik naar een ander geleide uitkijken. Misschien dat kapitein Madder mij vergezellen wilj^ of mr. Martin. Wat vind jij er van, Ethel? Ik vind, dat !Ned alle leed verdient, dat je over hem kunt brengen, zei Ethel vinnig en liep de kamer uit. Maar Nancy ging haar achterna en| nam haiar mee naar den tuin. van de chemische en bacteriologische oor logsvoering, heeft Edwin Hill den toe- komstigen oorlog als volgt geteekend: „De stilte des doods zal slechts afgebroken worden door het zuchten) en schreeuwen van blinden en verbrande menschen. De oorlog zal gevoerd worden niet door de massa van soldaten in het veld, doch door de mannen der wetenschap, zittend achter de fronten, die over groote hulpelooze ste den. van uit de lucht miasmen des doods laten! uitstrooien, doodend gift, 'dat als re gen uit de wolken valt en dood en waan zin over de volkeren brengt. Zal Nederland, zal welk land ook, kelders genoeg kunnen bouwen om zich tegen deze verschrikking te beschermen? Kan men zich voorstellen, dat binnen afzienlbaren tijd in onze steden en dorpen zooveel kel ders zouden kunnen gemaakt worden, dat althans een groot deel der bevolking daar de gehoopte veiligheid zou kunnen vin den? Maar zelfs Jindien dit mogelijk ware, waar blijft dan nog de bescherming tegen brand- en explosieve bommen? Hoe moet het volk zich voorzien van voldoende bom vrije schuilplaatsen? In den laatsten oorlog zijn de sterkste forten tot puin geschoten door het moderne geschut. Welke gewel dige versterkingen zouden gemaakt moe ten worden om de noodige bescherming te bieden tegen de bommen/ welke vloten vliegtuigen uit de lucht kunnen werpen. Talrijk zijn de verklaringen van experts op dit gebied, dat bescherming tegen lucht oorlogen onmogelijk is. Het is nog maar heel kort geleden, dat de bekende vliegtuig bouwer Fokker in eeni intervieuw, met het gezag van zijn deskundigheid ten aanzien van de mogelijkheden van luchtoorlogen, verzekei de, dat geen land ter wereld over voldoende verdedigingsmiddelen zou kun nen beschikken om moderne luchtaanvallen met succes te weerstaan. Door het uitwer pen van sterk geladen lexplosieve- en brandbommen zullen de vliegers heele steden volkomen kunnen verwoesten en in vlammen kunnen doen opgaan. De verde diging is hopeloos achter bij de aanvals- mogelijkheden. Welke afweer is mogelijk, zoo stelde Fokker de kwestie, als de vijand, in kunst- matigen nevel gehuld en blind vliegende, mogelijk geleid door een in het land wo nenden spion, met geheele armada's snel als het weerlicht door de lucht komt en zijn vernietigende ladingen uitwerpt? Zoo gruwelijk zal de toekomstige oorlog in de lucht zijn, dat volgens Fokker en andere deskundigen deze gruwel tenminste deze zegenrijke uitwerking zal hebben, dat de menschheid voor altijd den oorlog zal uitbannen. Maar er zijn ook menschen, die er anders over dekken. Menschen die het zeggen en schrijven, ook in Nederlandsche kranten, dat wij heusch niet machteloos staan te genover den luchtoorlog, dat wij ons best verdedigen kunnen. Degenen, die dat be weren, zijn in de eerste plaats zij, die bij het vestigen dezer meening belang hebben, de fabrikanten van gasmaskers, straks de bouwers van zoogenaamde gas- en bom vrije kelders en vooral de leveranciers van afweergeschut en ander oorlogstuig, «die aan de fabrikatie daarvan schatten verdie nen. M,aar zelfs wanneer het wel mogelijk wa re zich met succes te verdedigen tegen luchtaanvallen, vertoont dan niet de rich ting waarin wij ons ontwikkelen, de in spanning van alle krachten eenerzijds om de machten van dood en verderf zoo ef fectief mogelijk te maken, en de ontzaglij ke pogingen anderzijds om die machten zoo goed mogelijk te weerstaan, niet het beeld van een volslagen waanzinnige we reld? En zou hec dan niet beter zijn om ons zoo gauw mogelijk te bezinnen op de gru welijke werkelijkheid en inplaats van ons zelf te bedriegen met een valschen waan van veiligheid, alle vredeskrachten in de we reld mobiel te maken in een geweldige universeele beweging om de machten, die naar oorlog drijven, tegen te staan. Indien het daartoe niet op de een of an dere wijze komt, gaat ide wereld ijiaar ondergang tegemoet. Soest, 14d.0>'34. GEOFFREY. Je meende toch niet, dat ik zulk een leed over de familie Kent moest brengen, Ethel? Je begrijpt mij al evenmin als kapi tein Madder. i Neen, kapitein Madder althans be grijp ik niet, als het tenminste waar is, wat je mij gisteravond vertelde. Waarom ver- meed hij mij eigenlijk gedurende dat laat ste deel van mijn verblijf in Ierland? 1 Omdat hij tot de ontdekking was ge komen, dat je miss Kent van Barrington, zijn geboorteplaats', was en wegens het groote standsverschil achtte hij het toen beter, zich terug te trekken. lEthel zweeg geruimen tijd en Nancy, die haar steeds was blijven gadeslaan, fluis terde haar ineens in: Begrijp je hem nu kindje?En denk je ook niet, dat het beter zou zijn, dat, als kapitein Madder afscheid komt ne men, jij hem ontvangt en! niet ik?... Al was het alleen maar ter wille van Ned, voegde zij er bij, met een ondeugende flik kering in de oogen. Tot haar overgroote verbazing ant woordde Ethel Kent dat zij dit ook een betere schikking achtte. Intusschen deelde kapitein Madder zijn moeder het plan mee, dat hij dien volgen den dag naar Londen zou gaan en waar schijnlijk niet naar Barrington zou terug- keeren. Hieruit maakte de goede vrouw twee gevolgtrekkingen1; vooreerst dat haar zoon Nancy lief had, wat zij altijd ook ge dacht had, en dan, dat hij de verleiding, om zoo dichtbij haar te zijn, wilde ont vluchten. En daarom achtte zij zich niet gerechtigd, hem ook maar in het minst van dit voornemen te willen afbrengen. Het feit dat mr. Kent zijn bekoorlijke jonge vrouw bij de kerkdeur verlaten had en naar Amerika was gegaan, had groote opschudding verwekt in de omgeving en tal van gissingen waren gemaakt. Het ge volg was, dat er verbazend veel bezoekers III. ZIEKTEN EN BESCHADIGINGEN (Zwammen). Een geheel ander soort van parasieten, die telken jare voor millioeuen guldens chade aan akker- en tuinbouw toebrengen, zijn de zwammen. Maar wat zijn zwammen? En hoe leven Het zijn planten, die zich vermenigvul digen door sporen, en waaraan zich geen stengels, geen takken, geen wortels en geen bladeren laten onderscheiden. Som mige er van staan dan ook op de grens tusschen de laagste diersoorten en de laag ste vormen van planten, zoo o.a. de slijm- zwammen, waarvan de runbiocm vrij al gemeen Dekend is, die voorkomt op de run van looierijen en van broeiDakken, maar soms ook in onze bosschen op afgevallen Diaderen en doode twijgen. Zij versefcym als een zwavel- of dooiergele, slijmerige massa, die i als de omgevende lucm eenigszins vochtig is naar buiten komt, maar bij droogte weer in de run of de ai- gevallen bladeren wegkruipt. In broeibak- Ken, waar de lucht altijd betrekkelijk voch tig is, blijft zij doorgaans langen tijd aan de oppervlakte, kruipt langzaam verder voort en klimt soms tegen de stengels der planten op. Soms hult zij de kiemplantjes en andere kleine planten geheel in, zooüat deze sterven. Blijft de gele massa langer aan de oppervlakte, dan komt ze eindelijk tot rust en droogt op. In de verdroogde massa bevinden zich millioenen sporen, die zich voordoen als een' zwart-bruin poeder. Worden jonge plantjes in broeibakken erg door de runbloem geplaagd, dan moet men er een water-onttrekkende stof over strooi en, b.v. salpeter, en de gele massa trekt zich weldra geheel in de run terug. Een andere slijmzwam veroorzaakt de „knol voeten" der koolplanten, waarover we la ter nog wel nader hopen te spreken. 'Men verdeelt de ^zwammen in drie hoofdgroepen: le. de slijmzwammen (bo ven reeds genoemd), 2e de splijtzwammen of bacteriën, en 3e de draadzwammen of eigenlijke zwammen. Bacteriën zijn zeer kleine zwammen, soms minder dan 0.0Ü1 rn.M. lang, en be staan uit één enkele cel. Zij vermeerderen zich onder gunstige omstandigheden zeer sterk, zoodat, waar slechts enkele exem plaren aanwezig waren, na weinige uren duizenden- kunnen worden) geteld. Slechts waar ze bij millioenen bijeen zijn, kan men ze met het bloote oog waarnemen. Er zijn vele soorten van bacteriën, die in de huishouding der natuur een zeer be langrijke rol spelen en ook voor den land bouw van veel beteekenis zijn. Zoo zijn er in den bodem salpetervormei^de en sal peterzuur-ontledende bacteriën; de bacte riën der wortelknolletjes van vlinderbloe migen spelen een voor den landbouw hoogst gewichtige rol!, doordat zij deze planten in staat stellen, stikstof uit de lucht voor haar groei te gebruiken, zoodat men door de teelt van klavers, lupinen, boonen, enz. den| bodem met stikstofver bindingen verrijkt. Voor de zuivelbereiding zijn verschillende bacteriën eveneens van groote beteekenis. Verscheiden ziekten van menschen en dieren, zooals cholera, tuber culose, miltvuur en typhus, worden^ door bacteriën in 't leven geroepen. Planten ziekten, waarvan met zekerheid vaststaat, dat zij door bacteriën worden veroorzaakt, kent men tot op heden nog maar weinige. Toch zijn er eenige, b.v. het droog rot en het nat rot der aardappels en het rot in de kool. De derde soort van zwammen, verreweg de talrijkste en voor land- en tuinbouw ook de meest schadelijke, zijn de draadzwam men. Deze bestaan in hoofdzaak uit zeer langwerpige cellen, die een draderig weef sel vormen: het zwamdradennet of myce lium. Meestal is een enkele zwamdraad- samengesteld uit verscheiden cellen, die deels 'in eikaars verlengde liggen en deels zoodanig aan de anderen bevestigd zijn, dat ze te zamen een vertakt dradennet vor men. Maar bij sommige bestaat het gansche dradennet uit één enkele cel dus zonder tusschenschotten welke cel echter vaak in sterke mate vertakt is, zooals b.v. van de zwam, die de beruchte aardappelziekte of" „het kwaad" veroorzaakt. Bij sommige kwamen in de pottenbakkerij, voor de leus om het kunsta'ardewerk te bewonde ren, maar in waarheid, om wat naders te hooren van Nancy. Het was mrs. Madder echter toever trouwd, om dit bezoek te ontvangen; wel wist zij heel wat orders voor haar man binnen te krijgen, maar van den squire en zijn bruid liet ze niets los. Toen kapitein M'adder naar den Hall ging, om afscheid te nemen, vroeg hij naar mrs. Kent; maar, toen hij in den salon werd gelatenI, zag hij, dat alleen Ethel daar zat, om hem te ontvangen. Hoe maakt u het, kapitein Madder? Het spijt mij, dat ik laatst uit was, toen u hier een bezoek bracht, zei Ethel. George keek verrast; een vaag vermoe den dook in hem op, dat Nancy soms ver raad kon hebben gepleegd; maar toch ook weer onmiddellijk gaf hij djat gevoelen op en vroeg: U wist tochl, dat ik kwam? Ik had de boodschap achtergelaten aan mrs. Kent, dat ik 's middags zou weerkomen, om u een bezoek te brengen. Ja, dat heeft Nancy ook verteld; maar, om u de waarheid te zeggeiri ik ben opzettelijk uitgegaan. Madder begreep er niets van: was het nu haar bedoeling, hem expres te beleedi- gen, of wilde zij het goed maken. Heel haar houding- duidde op dit laatste en voelende, dat nu eindelijk het oogenblik daar was, dat het tot een verklaring tus schen hen moest komen, vroeg hij nadruk kelijk: I Wat was uw bedoeling mij te vermij den? Een gloeiend rood overtoog Ethels ge- zichtje; zij beet zich op de lip en haar han den trilden. Kunt u mij dat niet vertellen? pleitte hij. Ethel wist, dat), als zij de oogen naar zwammen vereenigenj de myceliumdraden zich tot strengen, o.a. bij de gewone hoed- paddestoelen, waarvan het net van stren gen in den grond groeit. Van vele zwammen heeft het mycelium een langdurig leven: het kan een winter of zelfs verscheiden jaren: overblijven in den grond of in de voedsterplant, waarin de zwam als parasiet leeft. Dit is veelal het geval met zwammen, welker zwamdraden net in den grond of in hout overwintert. Zwammen echter, wier mycelium meer aan de inwerking der winterkoude is blootge steld, doordat ze zich buiten op verschil lende voorwerpen of in teere kruidachtige planten ophouden, sterven voor 't groot ste gedeelte in of tegen dem winter. Dan kunnen er vóór dien tijd echter gedeelten worden gevormd, die bestemd zijn om te overwinteren, de zoogenaamde harde zwamlichamen, die bestaan Aiit talrijke zwamdraden, welke door elkaar gevlochten en om elkaar heen gewonden zijn, zoodat men ze zou kunnen) vergelijken met een dicht opgewonden kluwen garen. Heeft zoo'n hard zwamlichaam zich gevormd, dan trekt het zich samen en perst aldus grootere of kleinere hoeveelheden vocht uit, die als droppels buiten op dat zwam lichaam worden-aangetroffen. Dit lichaam is aanvankelijk wit; later wordt het van buiten zwart. De harde buitenste lagen vormen een soort van schors, terwijl de rendige deelen niet zoo hard zijn. Zoo'n hard, zwart zwamlichaam vertoont een tijdlang geen levensverschijnselen, zonder zijn kiemvermogen te verliezen, en kan ook de vinnigste koude doorstaan. Zoodra de temperatuur, de vochtigheidstoestand der omgeving en de verdere bestaansvoorwaar den gunstig zijn, keert het leven in meer actieven vorm terug en, ontwikkelt het zwamlichaam zich verder. Zoo is b v. het bekende „moederkoren", dat men in rog- gearenf de plaats der korrels ziet innemen, het harde zwamlichaam van een zwam- soorl. Wanneer dit nu tijdens het rijp wor den der rogge op den grond valt en latei- bij de bewerking van den bodem daarin wordt bedolven ziet men 't volgende jaar kleine paddestoeltjes zich uit de moeder korenkorrel ontwikkelen. Zoowel de steel als het bolronde hoofdje van zoo'n padde- stoeltje bestaat uit een groot aantal zwam draden. Bij beschouwing niet een. vergroot glas ziet men op dat hoofdje een groot aantal kleine wratjes en aan den top van ieder wratje een nauwe opening, die toe gang geeft tot een inwendig gelegen ruim te. Het vleezige weefsel van het hoofdje verdicht zich tot een wand om deze holte heen. Op den bodem van de holte ont springt pen aantal langwerpige sporen- blaasjes, ieder met 8 draadvormige spo ren, die later de inwendige ruimte verla ten door de opening aan den top van het bolvormige lichaampje van den paddestoel. Ten einde evenwel niet al te uitvoerig en te „geleerd" te worden, zullen we omtrent de verdere verschillende vormen-, waarin de draadzwammen nog meer voorkomen, hier niet verder uitweiden en alleen voor zoover noodig nog een en ander meedee- len bij de verschillende ziekten, waaraan onze kuituurgewassen lijden en daarbij slechts -die ziekten -bespreken, welke het menigvuldigst voorkomen en het meest schadelijk zijn. Sommige daarvan komen in 't bijzonder voor bij de granen en grassen, andere bij peulvruchten!, weer andere bij wortelgewassen, enz. zoodat het ons voor een goed overzicht het verstandigst lijkt achtereenvolgens -de ziekten te behandelen van: a. de granen, b. de peulvruchten, c. de bieten, d. de aardappels, e. de klaver en f. de koolsoorten. Behalve de verschijnselen, welke bij die ziekten/ optreden, zullen we ook zooveel^ mogelijk de middelen aangeven om ze te voorkomen of te bestrijden. Op dit laatste vooral zouden we met den meesten na druk willen wijzen, want het constateeren van een ziekte alleen is niet voldoende. Een1 dokter toch onderzoekt niet slechts een zieke, hij geeft ook aan, wat er gedaan moet worden om zoo mogelijk de oorzaak dier ziekte weg te nemen. Dat behoort de landman en de tuinder ook te doen met zijn patiënten, de zieke planten, voor zooveel hem dat mogelijk is. In de volgende artikelen hopen we naar ons beste weten! hem daarbij voor te lich ten, opdat hij er zijn voordeel mee kunne doen, en beginnen dan met de 'belangrijk ste ziekten bij de granen. CEKA. hem opsloeg, die hem haar geheim verra den zouden. s Nancy heeft mij verschillende dingen verteld, zei ze met de behendigheid van haar sekse, om lastige vragen te ontgaan. W|at voor soort dingen? Dingen, die mij verheugen en ook din gen, die mij beschaamd en| verdrietig heb ben gemaakt, antwoordde zij zacht, maar toch duidelijk ofschoon deze mededeeling haar veel moeite scheen te kosten. Gelukkig begreep George Madder, dat dit het kritiekste oogenblik was in hun beider leven; dus liet hij de eene hand rus ten op de leuning van den makkelijken stoel, waarop zij zat!, en met de andere vatte hij haar hand in de zijne en vroeg: \V)ilt u mij zeggen, welke de dingen, zijn, die u verheugen? Nog niet; eerst zial ik u vertellen de dingen, die mij beschaamd en bedroefd maken. Hij liet zich nu op de knieën voor haar vallen en fluisterde: Ik geloof niet, dat ik iets hoef te hooren, wat u moeilijk valt te vertellen. Ethel keek in het knappe gelaat, nu zoo dicht bij het hiare, en het volgend oogenblik rustte het trotsche hoofdje tegen zijn borst. Ze vertelde hem, alles wat zij gevreesd en gehoopt had en waarover zij spijt en be rouw had gehad en die mededeeling duur de lang), scheen echter geheel naar beider genoegen' uitgeloopen te zijn, want, toen de butler later kwam met de thee, waren zij beiden op -den besten voet van verstand houding. Nancy die nu ook binnenkwam, zag met één oogopsliag, hoe de zaken ston den, ofschoon ze zich hield, of ze niets merkte en doodonschuldig vroeg: i Wel, kapitein Madder, wanneer gaat u weer in dienst? Niet voor November, antwoordde hij. Vanwaar die verandering in uw be sluit klonk het weer plaagachtig van de WAT DRAGEN WE IN HET NIEUWE SEIZOEN? Om in kort bestek een overzicht in vogelvlucht te geven van de nieuwe mode, en al wat daarmee verband houdt, valt niet mee. We zullen probeeren inet zevenmijlslaarzen door het mode-rijk te snellen, en als 't ware in telegramstijl de voornaamste dingen vermelden. Eerst de stoffen: nummer één staat het fluweel, in allerlei soorten, van het stijfste Lyon-vel- vet tot de glanzendste chiffons, effen en met ruiten, streepen, krinkels, soms zelfs absoluut onkreukbaar, en zelfs waschbaar! Fluweel wordt in het komende herfst- en winterseizoen voor dag- en avondtoilet ge bruikt, voor mantels, voor bloezen, sjaals, ceintuurs, ja, wat niet al. Verder wollen stoffen, vooral tweeds en jerseys. Voorts lamé in zilver en goud en alle kleuren van den regenboog. Zijden stoffen: taffetas,moi ré, faille, duvetine, glanzende zijden crê pes. Veel gebreide costuumpjes, tricot jur ken enz. worden er ook gedragen. De kleuren? In de eerste plaats natuur lijk „herfst-tinten", een licht grijsgroen- olijf-achtige tint als voornaamste mode kleur, dan bruin en bruin-rood, purper en pruimenrood. Wat de overige kleuren aan gaat, voert het zwart beslist den boven toon. Het bont? De populairste bontsoort is „Sealskin" (zeehond), verder kortharige soorten als Perzisch lam, breitschwanz, nu. tria, astrakan, caraeul, hermelijn, en dan van de langharige alleen nog maar de vos. En nu de modelijn, een heel ingrijpende verandering valt er niet -direct te consta teeren, alleen zijn de schouders afloopend in plaats van het breede en vierkante mo del dat den .laatsten tijd mode was. De rok- lengte is niet gewijzigd en de taillelijn blijft op de natuurlijke hoogte. De mouwen zijn minder omvangrijk en alleen ziet men nog de volle kimono-mouw in mantels en bloe zen. De lange, gladde, nauwsluitende mouw wordt verder door de meeste modehuizen geprefereerd, zoowel voor mantels als ja ponnen. Sommige modellen hebben wat ruimte ter hoogte van de elboog, of even daarboven. De figuren op het plaatje vor men van een en ander een goede illustratie. Links een costume van zwart fluweel, langs hals, revers en manchet gegarneerd met een smal randje astrakan, van onderen met een breede rand astrakan afgezet. De ceintuur is ook van fluweel. Er onder wordt een lange tuniek van rood en goud lamé gedragen. Rechts een deux-pièces van olijfgroene wollen stof, met een lichtgroen fluweel randje langs -de hals en voor voe ring van de zakken. De knoopen zijn van glimmend groen leer. MADE LE INE, 444444444444444444444 4 4 DE EERSTE S OESTER 4 4 ELECTR. DRUKKERIJ 4 4 is het meest betrouwbare adres 4 4 voor Uw drukwerk. Met onze mo- 4 4 derne machines zijn wij in staat U 4 4 tegen zeer concurreerende prijzen 4 4 het beste van het beste te leveren 4 4 4 „onbestorven weduwe." Kapitein Madder keek vragend naar Ethel, die bevestigend knikte. Omdat ik de gelukkigste man ter we reld ben! W)il -dit zeggen-, dat twee trotsche jon ge menschen vanmiddag tot nederigheids- inkeer zijn gekomen? Dat weet ik niet, antwoordde hij op gewekt, maar ik ben de gelukkigste en meest trotsche mensch ter wereld! I Ditzelfde geldt ook vian mij, viel Ethel in en stak haar arm door den zijne. Nancy, die nu dus de situatie begrijpen mocht, bood haar hartelijkste gelukwen- wenschen aan eni dit meende zij. Maar toch ging zij nu meer dan ooit het verlatene van haar eigen toestand gevoelen. Toen de verloofden het vertrek hadden verlaten, dacht zij: Wat kan ik nu eens doen, om het wat levendiger hier voor mij te maken? Op dit oogenblik ging de deur open en kondigde de butler mr. Martin aan. Hoe vriendelijk van u, om mij eens op te zoeken, ontving zij hem. Ik voelde mij juist zoo gedrukt. Misschien komt dit wel, omdat ik den heelen middag thuis geze ten heb. Gaat u mee een ritje met mij ma ken in den ponywiagen? Nancy was iemand van stemmingen; en kele minuten later zou zij bittere spijt heb ben gevoeld over dit voorstel, want, als zij samen gezien werd met dien jongen man, die haar, zooals iedereen kon begrijpen lief had, zou dit tot een schandaal worden en hoe zou JEdmund dit opvatten? Maar Mr. Martin had Ide fcelfibeheer- schingt, om die uitnoodiging kortweg af te slaan. Neen, dank u, vandaag niet. Ik moet op ziekenbezoek. Ik was al onderweg daar heen, maar in het voorbijgaan dacht ik, dat ik nog even op de Hall naar u vragen kon. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1934 | | pagina 4