ÏÏM, POPPEN IN KLEDERDRACHT Het verhaaltje van de holle kies Wat een verdriet i De kleine klauteraar f door IET HOOGERS. Weet je wat er laatst is gebeurd? Janneman moest naar den tandarts, omdat zijn kies hem zo'n pijn deed, dat hij haast niet kon eten. En daar werd hij op een grote stoel gezet en naast hem stond een klein tafel tje met niets dan blinkende staaf jes en kleine flesjes en potjes en hij moest zijn hoofd helemaal ach terover leggen tegen het leuninkje aan. En toen ging de dokter draaien aan de stoel, totdat hij net zo groot was als de dokter zelf. Dat was nog eens leuk! En toen, ja, toen begon de dok ter een grappig verhaal te vertellen aan Janneman, het verhaal van de holle kies. „Elke kleine witte tand of kies in jouw mond is een huisje en daar binnen in woont heel gezellig en knus een heel klein kaboutertje. Die kabouter noemen de mensen Zenuw". Hij heeft het best naar zijn zin daar in dat huisje en het kan hem niets schelen of er boven zijn hoofd op het dak ook lawaai wordt gemaakt, of er nootjes ge knabbeld worden of biscuitjes of zelfs noga, al is het nog zo knap pend, hij stoort er zich niet aan, want daar zijn de tanden en kiezen toch ook voor. A.ls er maar niets met zijn huisje gebeurtMaar hoe hard en stevig dat er ook uitziet, dikwijls wordt het toch beschadigd en dat vindt kabouter Zenuw lang niet prettig. Dan is er opeens een scheurtje in het dak gekomen, heel klein, je kunt het niet eens zien, zo klein is het. Maar dat kleine kereltje merkt het wel degelijk, want door dat scheurtje komt koude tocht naar binnen. Hij gaat gauw een beetje heen en weer springen om weer v/arm te worden. Heb je dat wel eens ge voeld, als kabouter Zenuw gaat springen en tegen de muur klopt? Maar er komt niet alleen koude lucht naar binnen, stel je voor, het scheurtje wordt een beetje groter en daar komt op eens een korreltje suiker in het huisje, M Dan wordt de kabouter echt boos! Zoiets wil ik niet in mijn huis! roept hij. Ik wil dat het schoon is en dat moet er uit! En hij gaat aan het werk en is zo druk en bewegelijk, net zolapg tot alles weer schoon is, maar dat voelt Janneman duch tig want dat doet pijn. Daarna neemt hij zijn mutsje van zijn hoofd en stopt dat in het scheurtje. Nu heeft kabouter Zenuw eerst weer rust en Janneman denkt: de kiespijn is over, die komt niet weer. Maar zo'n scheurtje wordt maar steeds groter en groter, het wordt een heel gaatje. Zo gaat het met een gat In je kous of een scheur in je broekzak ook, is het niet? Nu, en kabouter Zenuw wil het gat telkens maar dichtstoppen en doet zijn buisje, zijn broekje en zijn kousen uit, maar het gaat steeds meer tochten en hij wordt altijd maar kouder. En er komt telkens een bee tje koek of jam naar binnen en de ka bouter kan het haast niet meer opruimen. Dan begint hij te keer te gaan, hij slaat tegen de wanden, hij springt en hij danst net zolang tot Janneman naar den tand arts gaat. En dan komt de dokter met zijn boortje en die maakt het hele huisje weer schoon en tot slot zet hij er een heel nieuw dak op. Dan is de kleine Zenuw weer rus tig. Hij heeft het weer lekker warm en denkt er niet meer aan om lawaai te ma ken daar binnen, hij laat het boven zijn dak weer kraken en stampen, zonder dat het hem iets kan schelen. Zolang als zijn huisje maar heel is." „Zo, Janneman,' zei toen de tandarts, „nu heeft jouw huisje ook weer een nieuw dak en zal voorlopig geen pijn meer doen. Maar denk er om, dat geen van die kleine kabouters weer boos wordt en zodra je merkt, dat er weer een aan het springen is, dan moet je maar gauw weer bij mij komen, hoe eerder het huisje weer in orde is hoe minder last jij van kabouter Zenuw hebt. (Nadruk verboden). Een stuk speelgoed voor kleine broer cf zus, dat je zelf kunt maken. Je neemt een mooi recht stokje zowat 60 centimeter lang en met een doorsnee van 1 y2 centimeter. Dat ga je eerst netjes glad maken en dan maak je het midden op een vierkant plankje vast met een paar kleine spijkertjes. Zo maak je ook op alle vier de hoeken van het plankje een klein paaltje, dat zowat 10 centimeter hoog is. In twee van die stokjes, die van sterk hout moeten zijn, omdat ze anders splijten, maak je een gaatje, waarin een lange spijker past. Die spijker steek je er doorheen en die zelfde spijker sla je daarna in een rond eindje hout, aan de kant. Zo ook aan de andere zijde, je kunt het op het plaatje zien. Boven in de hoge paal wordt ook een gaatje gemaakt. Om de ronde klos wind je nu een stuk touw, waarvan je het Hat meisje uit Elus-Lotharingen. Het meisje uit Elzas Lotharingen heeft ook een heel aardig costuum aan, dat ze ook meestal draagt op feesten. Vooral de hoofdtooi valt ons direct op. Het zijn mut sen in de vorm van een strik, maar dan een heel grote. Ze zijn van een stijf uit staande zware zijde gemaakt en soms zwart, soms wit, ook wel gekleurd. Bij extra-grote plechtigheden krijgen de meis jes de kanten muts op, die als een waaier om hun hoofd heen staat. Het jurkje, dat het meisje draagt, bestaat uit een wit blousje en een blauw rokje. Om de mouw tjes en het halsje zijn gekleurde lintjes. Het jakje met de vetersluiting is van zwart fluweel, het schortje is helder-rood of hard blauw, met allerlei kleurtjes geborduurd in da hoeken.Ze heeft witte kousen aan. uiteinde door het bovenste gaatje haalt. Nu maak je het eindje vast aan het hoofd van een poppetje, dat armen en benen om de paal heenslaat. Als je nu gaat draaien aan het klosje, zal het touw afrollen en het poppetje zakt naar beneden, draai ie de andere kant op, dan wordt het touw korter en de klauteraar klimt weer om hoog. Je kunt de paal nog versieren met een vlaggetje en wat franje, zodat het lijkt of het een wedstrijd is op een feest. (Nadruk verboden). WETENSWAARDIGHEDEN. Vissenhersens. Een Engels geleerde, James Gray, die professor is aan de Cambridge-Universi- teit, beweert, dat van alle dieren de her sens van een vis het meest lijken op men- senhersens. Deze professor is ook van me ning, dat de mens heel vroeger een soort waterdier is geweest Een voor-historische beer met kiespijn. In Hongarije -heeft men in een hol over blijfselen gevonden van een voor-histori sche berensoort, die nu al lang uitgestor ven is. Uit de bouw van de kaak, die nog gaaf bewaard was gebleven, meende men te moeten opmaken, dat deze beer een ziekte aan zijn tanden en kiezen moest heb ben gehad. EEN TEKENOEFENING. Wat je van de zeven al niet kunt maken, dat had je vast niet gedacht. Daar maken we van de schone was die aan de droog lijn hangt. En van die andere zeven, met de kromme vlag, komt een klavertje drie, die je zoveel in het gras vindt 's zomers en een parachute met een mandje er onder aan, waar je rustig in zou kunnen, als ie naar beneden zweeft. Oplossing legpuzzle vorige week. Het andere costuum heeft juist een licht rokje, en een donkerblauw of zwart schort je, dat ook weer met vrolijk gekleurde bloemetjes is geborduurd. De mouwtjes, die onder de grote omslagdoek uitkomen zijn in dezelfde kleur als het rokje. De grote omslagdoek die bij het extra-mooie costuum hoort is vaak dofgroen met lich tere strepen. Het kleinere doekje, dat ze om het andere jurkje slaat heeft allerlei kleurtjes. MARIETJE WIST ER NIETS VAN AF. „Zeg eens gauw," zei onze meester, En hij deed de kaart al dwht, „Kom, vertel me gauw, Marietje, Waar de Orinoco ligt." ,,'k Weet het heus niet," zei Marietje, En ze keek nogal bedeesd. ,,'k Heb hem echt niet opgeborgen, 'k Ben niet in die kast geweest/' te c; ki 5 sc ge ge Bi pa

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1938 | | pagina 4