Een Excursie van den Raad naar de
Werkverschaffing.
De stand der werkzaamheden in de bosschen bezichtigd.
WAT IN ENKELE JAREN BEREIKT IS.
UGERSRADIO
DE BEGROOTING VOOR 1937.
1000 vel doorslagpapier
voor f 1.00
KERK5TDAAr3
'SOESTtel 2.756:
J. Th. VOSKUILEN
Een extra-bijdrage van ruim f 10 670.-- in plaats
van de geraamde f 74.000.--.
(Vervolg van pag. 1).
is ook niet opgevoerd, dit alles is een groo-
te leemte en ooi-zaak, dat de Maatschappij
met haai- tijd niet medegaat. De Belgische
Spoorweg daarentegen zorgt goed voor
haar forensen. Waarom loopt de trein van
15.50 niet door naar Amersfoort, al is het
natuurlijk moeilijk voor de Spoorwegen om
alle forensen-plaatsen aan te doen. Daar
om vragen wij alsnog verbetering en ook
gehoor te geven aan de klachten uit klei
ne plaatsen.
De afd. Baarn-Soest vraagt verder om één
trein i.d. morgen en één i.d. avond meer te
Baam te laten stoppen en wel de trein die
uit Enschede komt en naar Amsterdam
's morgens gaat, daar hij nu Baarn voorbij
rijdt, maar na Hilversum vaart moet min
deren om niet in conflict te komen met
zijn voorganger.
De Bond heeft zich reeds er voorge
spannen om dit gedaan te krijgen en reeds
heeft er een bespreking plaats gehad met
B. en W. van Baarn over deze kwestie.
Na deze korte uiteenzetting wordt gele
genheid gegeven nadere gegevens aan te
wijzen en stelt de heer Beute voor te vra
gen orn een Dieseltrein te laten loopen
vanaf Utrecht over Soest en Baarn naar
Air sterdam, waardoor Soest daar ook me
de gebaat is, daar de verbinding Soest-
Baarn-Amsterdam ook veel te wenschen
overlaat. Hiervan zou ook Bilthoven pro-
fiteeren en den Dolder, en overleg met Bilt
hoven heeft reeds plaats gehad. Over een
vergadering houden aldaar was reeds ge
sproken volgens de herr. Calmthout, die
voorstelt om alle klachten te deponeeren
bij een Centraal lichaam, daar men anders
elkaar i.d wielen rijdt; wel is 't goed, dat
velen eensgezind optrekken om verbetering
te krijgen.
De heer Overweg, die de bespreking over
betere verbinding van het Gooi met Am
sterdam heeft aangehoord, deelt mede, dat
hij bij het onderhoud, dat met de Spoor
wegen is gevoerd, tegenwoordig is geweest.
De eerste vraag van de Spoorwegen was,
hoeveel leden telt Uwe vereeniging die de
belangen der Forensen behartigt. Daarom
is het noodig, dat zich veel leden aanmel
den, opdat daardoor de kracht zoo veel te
grooter zal zijn. De heer Fernhout dankte
het bestuur voor de uitnoodiging; hij
vraagt of het mogelijk is, dat B. en W. een
afschrift kunnen krijgen over alles wat op
deze zaak betrekking heeft.
De heer Beute vraagt, of 't geen streek-
belang is en of samenwerking niet moge
lijk is. Er wordt ook gevraagd of het niet
goed zou zijn de medewerking te vragen
van B. en W. van Soest, daar het ook in
het belang van Soest is, dat zich daar, als
de verbinding met Amsterdam goed is, ook
Forensen vestigen. Bepleit wordt, dat de
afdeeling zich aansluit bij de actie van
Soest en Bilthoven, in stede van op aan
sluiting bij den Bond aan te dringen. Veel
lichtpunten werden aangevoerd en bespro
ken en deze zullen aan het H.B. worden
overlegd.
Over de Forensenbelasting.
Daar het intusschen half tien was ge
worden, werd enkele oogenblikken gepau
zeerd om een kop thee te gebruiken, waar
na het woord werd verleend aan Mr. S. C.
H. Nederburgh, die tot onderwerp had ge
kozen: „Is Forensenbelasting nog gemoti
veerd?" Spr. vindt het een onaangename
verrassing, dat deze wederom op het ta
pijt wordt gebracht. Volgens spr. is deze
belasting geheel uit den tijd. Spr. gaat
eerst na den rechtsgrond: n.1. de band, die
er zou bestaan met de werkgemeente. De
vraag geldt: hoe zijn zij ontstaan. Ge
meenten zijn, volgens de wet van Thor-
becke sinds 1851 autonoom, en mogen bin
nen haai- grenzen doen wat zij willen, mits
blijvende binnen de perken van de wet. De
lasten er van moeten echter betaald wor
den door de inwoners, niet omdat zij over
al van profiteeren, maar omdat zij door
zoodanige sterke banden aan de gemeen
te zijn gebonden, dat zij de lasten van het
gemeentebeheer moeten dragen. De forens
werd beschouwd als pseudo-ingezetene
(z.g. buitenlid der sociëteit), waarbij nog
kwam voorheen, de niet-officieele overwe
ging, dat hij wel naar buiten zou zijn, ge
gaan om de hooge belastingen in zijn werk
gemeente te ontloopen en het dus billijk
was hem in dat snoode opzet te dwars-
boomen. Deze stand van zaken is van 1897
(jaar der invoering forensenbelasting)
sterk gewijzigd, doordat
a. De gemeente als zelfstandige een
heid, is verdwenen door aaneengroeien van
gemeenten; opkomen van streekbelangen,
intensief verkeer doet grooter afhanke
lijkheid ontstaan.
b. De inwoners trekken naar de bui
tenwijken en later naar de voorsteden en
forensendorpen. Cityvorming, (zie naar de
groene gordel van Frankfort).
c. De gemeenten krijgen belangen te
behartigen, waarvan de beteekenis ver bui
ten de gemeentegrenzen reikt (als: werk
loosheid. gezondheid, politie, havenarbeid);
mede door Rijk of provincie gefinancierd.
Deze ijzigingen zijn erkend door de
gemeente'/ondsbelasting, financiering vian
een deel van onderwijs- en werkloosheids
kosten door het Rijk, en daardoor is aan
de forensen-belasting haar basis onttrok
ken; zij past allen in het kader der oude
zelfstandige en zelfgenoegzame gemeente,
di verdwenen is.
Maar als de werkgemeente nu gehol
pen moeten worden, wat moet er dan ge
beuren? Verdeeling van het belastbaar in
komen tusschen woon- en werkgemeente
verplaatst de moeilijkheden.
Waarom dan een extra belasting aan
forensen en niet aan uitwonende grond
eigenaren of filialen van zaken met hoofd
zetel buiten de hoofdgemeente?
Spr. zocht de oplossing in: subsidies ge
ven aan gemeenten voor financiering van
voorzieningen, welker belang reikt tot bui
ten de gemeentegrenzen en het geld te vin
den uit een kleine verhooging der gemeen
tefondsbelasting.
Daar niemand meer het woord verlang
de, sprak de praeses een w'oord van dank
tot den spreker en hoopte, dat velen zich
zullen aansluiten bij den Bond.
Daarna volgde om ongeveer 10.45 uur
sluiting.
N.V. Eerste Soes ter Electrische Drukkerij,
van VVeedestraat 7, Soestdjjk, Tel. 2962.
Veel goed gemaakt.
Woensdagmiddag had een excursie
plaats van een aantal raadsleden naar de
diverse werkzaamheden in de bosschen,
zooals die in de laatste jaren in werkver
schaffing zijn uitgevoerd geworden. Deze
werkzaamheden waren prachtige objec
ten voor werkverschaffing en de gemeen
te profiteert daar veel van door de ver
fraaiing van het ontsloten natuurschoon,
dat vroeger veelal onbereikbaar was en
daarenboven erg verwaarloosd werd. Thans
wordt weder goedgemaakt, wat vroeger
nagelaten of bedorven is en het kennisne
men van dat alles in de practijk bleek een
zeer interessante bezigheid.
Aan de excursie namen deel de raadsle
den Stroband, van de Ven, Homsveld,
Thijssen, Endendijk, Zijlstra, van den Berg
en Nooder, terwijl namens B. en W. aan
wezig was de gemeente-secretaris, de heer
Batenburg.
De houtvester in algemeenen dienst van
het Staatsboschbeheer, onder welks auspi
ciën alle werkzaamheden in de bosschen
plaats hebben en dat daarover steeds ad
viseert en alles controleert, de heer Ir. H.
W. Schenkenberg van Mierop, leidde de
heeren rond en toonde alles, wat van be
lang was, daarbij op zeer onderhoudende
wijze de bedoeling en het systeem van al
les uiteenzettende. De opzichter voor de
plantsoenen, de heer Joh. Kraayenbrink,
die tevens bjj de werkzaamheden in de bos
schen den heer van Mierop behulpzaam is,
was mede aanwezig.
Aan de Soesterbergschestraat.
Met een autobus der Firma Tensen werd
allereerst gereden naar de bosschen aan
de Soesterbergschestraat, die enkele ja
ren geleden nog dichit opeen en slecht ge
groeid waren, doch nu sterk zijn gedund
en van een fraaie onderbeplanting met
Amerikaansche eiken zijn voorzien. Enke
le dennen zijn gespaard, er om heen zijn
breede singels met oudere planten en hees
ters, o.a. lupinen, aangebracht en goed kan
men zien, wat deze bewerking en de be
mesting met de gemeentelijke compost van
den asch en vuilnis-ophaaldienst vermag.
Zelfs deze armste gronden zijn nu met een
aardig, flink bosch begroeid en de onder
beplanting doet het buitengewoon goed.
Door deze beplanting met loofhout wordt
ook de eentonigheid van het bosch geheel
verbroken.
Op andere stukken vindt men reeds
oudere loofboomen, zooa!-: berken en Ame
rikaansche eiken, die door onderzaaiïng in
het bosch verkregen zijn. Door deze loof
hout-aanplant wordt ook het vogelleven in
de bosschen zeer bevorderd en dat kon men
reeds heel goed bemerken. Overal gefluit
van zangvogels daar, waar men voorheen
geen vogel zag, laat staan hoorde!
De nestkastjes.
Vele nestkastjes zijn daar in de bos
schen nu aangebracht, aangemaakt in
werkverschaffing en de meeste ervan zijn
al bewoond ook. Deze vogels zullen onge
twijfeld in belangrijke mate medewerken
tot het verdelgen van de zoo voor de hoo
rnen schadelijke insecten als bijv. de veel
schade toebrengende dennenbladwesp en
andere. Ook uit dat oogpunt bezien, is een
flinke vogelstand in de bosschen dus zeer
te prefereeren. Jammer is het, dat in den
aanvang van het ophangen dezer nestkast
jes de Soester jeugd daarvoor zoo'n ver
keerde belangstelling toonde, waardoor
meerdere nestjes werden verstoord en
zelfs de jongen werden gedood en de eieren
uitgehaald. Doch door meer toezicht in de
bosschen, is de toestand thans vrij goed en
gehoopt mag worden, dat voortaan die
nestkastjes ook met rust zullen worden
gelaten.
Het komende Openluchttheater.
Nadat nog even het terrein, waarop wel
licht het Openluchttheater zal worden, aan
gelegd, met de trapsgewijze zitplaatsen en
het halve maanvormige geheel, dat 30 bij
50 meter groot is, bezichtigd was, werden
de complexen daar in de omgeving bezich
tigd.
Deze toonden een fraaie verscheiden
heid van de mooiste bloemen en planten,
zooals brem, papavers, andere witte en
blauwe bloemen tusschen een aanplant van
douglasdennen en Amerikaansche eiken.
Het slechte dennenbosch is zoogenaamd
„gelicht", uitgedund, compost is er op ge
bracht en ondergespit en vele boom- en
heester soorten zijn er gezaaid en geplant.
Naast de groene douglas en de abeel,
merkten wij op verschillende prunissoorten,
zelfs flier, accacia's en kastanjes, om van
lijsterbessen, eiken en berken nog maar
niet eens te spreken. De rhododendrons, in
dertijd aangeboden door de Sierteeltcen
trale, deden het op tje fraaie breede sin
gels buitengewoon goed, en gaven aan de
fietsers op de fietspaden een mooi aan
zicht.
Het Monnikenbosch.
Nadat het aan den heer Boissevain ver
kochte boschperceel, waardoorheen de 50
Meter breede toegangsweg naar het ach
terliggende Natuurreservaat loopt, even
was bezichtigd, werd met de autobus ge
reden naar Soestduinen en het Monniken
bosch bezocht, achter de oude Villa No
va. Daar werden de aanplantingen van de
Nederlandsche Heidemaatschappij bezich
tigd, de breede brandsingels, die zooveel
mogelijk heide- en boschbrand zullen moe
ten voorkomen en ook de veel verbreede
dwarswegen met de loofhoutsingels, die op
hun beurt ook al weder het brandgevaar
helpen verminderen. Vele fraaie fietspaden
ontsluiten dit fraai en zoo rijk aan na
tuurschoon zijnde gedeelte voor den tou-
rist en natuurminnaar. Deze fietspaden
zijn aangelegd en verhard met plaggen,
grint en leem, dat ter plaatse is gegra
ven, zoodat alleen arbeidsloon daaraan ten
koste is gelegd.
Iets verder vond men een prachtig voor
beeld, hoe een slecht bosch binnen korten
tijd tot een goed kan worden hervormd.
De tweejarige berken en eiken deden het
prachtig en de onderbeplantiiig voldeed
uitstekend. De verschillende soorten bloe
men, waaronder vooral de lupinen opvie
len, die daar worden aangeplant om het
zand vast te leggen en verstuivingen te
voorkomen, gaven een aardig effect! Ook
de Oostenrijksche dennen deden het daar
goed.
In den nieuwen aanplant op Het Hoogt
heeft Soest werkelijk een prachtig stuk
natuurschoon erbij gekregen in plaats van
de vroegere donkere en trieste dennenbos-
schen. Thans alles lucht en licht, afwisse
ling in kleuren, in bloemen en in hoornen.
Naast de reeds eerder genoemde boom
soorten treft men daar aan de mooie Ja-
pansche larix en de fijne sitka-spar met
zijn vlijmscherpe naalden.
Nabij de Paltz.
In de buurt van de buitenplaats De
Paltz werd nog op een bijzonderheid ge
wezen van anderen aard, namelijk het
recht, dat de gemeente heeft, om dwars
door die buitenplaats een weg van 10 M.
breedte te mogen aanleggen, teneinde al
dus dé verbinding te verkregen en te be
houden tusschen de bosschen op Het Hoogt
en het rijwielpad van De Paltz naar Soes-
terberg via het Vliegkamp. Het is wiaar
te hopen, dat de snoode plannen van de
militaire autoriteiten, om te trachten door
ruiling van grond met de gemeente dien
openbaren weg langs en door het Vlieg
kamp (langs de lichtbaken, de hoofdpoort
van de L.V.A. en het Officierscasino), in
den zomer, doch ook anders, zoo veelvul
dig in gebruik als rijwielpad tusschen
Soest en Soesterherg, te laten vervallen,
waarvoor dan in de plaats zou treden een
pad, uitkomende op de Soesterbergsche
straat even voor de „bult", nimmer in ver
wezenlijking zullen komen, want dan zou
een algemeen gebruikt en zeer aardig rij
wielpad vervallen, dat eigenlijk niet ge
mist kan worden in die aardige omge
ving daar en daarenboven den afstand
nogal flink verkort en den „bult" ontloopt.
Naar het Ezelsveld.
Via het „Burgemeestersvak", beplant
met 6-jarig naaldhout, kwam men aan het
zoogenaamde „Ezelsveld", vol met sitka-
sparren en een zeer gemengde beplanting,
die een afwisselend kronendak geeft en
daardoor de zoo aardige „breking" in het
bosch geeft. Ten einde de konijnen zooveel
mogelijk van de malsche spruitjes der jon
ge loofboomen te doen afblijven, heeft men
heel veel brem aangeplant, eigenlijk als
„bliksemafleider", want als de diertjes
daarvan gaan smullen, is dat zoo erg nog
niet en blijven de boomen, waarom het
gaat, intact. En die jonge bremspruitjes
vormen blijkbaar een groote aantrekkelijk
heid voor de konijnen. Verder op vindt
men daar weder 3-jarig geboomte met
veel larix, die in het voorjaar als regel wat
achterblijven met hun groei, doch dat dan
in den lateren zomer weer volop inhalen
en dan in één jaar scheuten van 60 tot 80
c.M. vormen. In dit gedeelte is ook een be
langrijke fauna, en patrijzen zijn lang geen
uitzondering, hoewel ze natuurlijk in de
jacht, die voor de gemeentegronden ver
pacht wordt, wel gedood of verjaagd wor
den. Achter het boschcomplex van het
Ezelsveld ligt de gemeentekweekerij,
waarop alle noodige boomen en hesters
worden uitgezaaid om t.z.t. in de bosschen
te worden uitgeplant. Kleine zeedennetjes
zag men er reeds opkomen, waarvan men
soortgenooten later op andere complexen
weer ontmoette als grootere boomen.
Het afvalwater van het Natuurbad.
Van het Ezelsveld werd een bezoek ge
bracht aan de nieuw aangelegde vijvers
voor het afvalwater van het Soester Na-
tuuurbad. Vroeger liep dat in een gegra
ven vijver van beperkte afmeting, die vlug
vol was, dan overliep en de geheele omge
ving daar onder water zette, met meren
en meertjes vol afvalwater. Deze toestand
kon niet langer bestendigd blijven, te meer
niet, waar Zomers Buiten en 't kampeer
terrein dicht bij waren en des zomers ve
len daar in dat verontreinigde water gin
gen baden.
Thans heeft men voor het surplus atm
koelwater van het pompstation der Water
leiding en voor .het afgevoerde water uit
het Natuurbad eenige ondiepe vijvers ge
graven, die zoo groot zijn, dat steeds alle
water er kan worden opgenomen en over
vloeien in de heide ten eenen male kan
worden voorkomen. De plassen water daar
overal en ook tegen de spoorlijn aan, wat
niet geheel zonder gevaar was te achten,
zullen dus niet meer ontstaan en clan
destien baden in verontreinigd water zal
niet meer mogelijk zijn.
Immers thans is in werkverschaffing
een plan uitgevoerd, bestaande in het gra
ven van 4 vijvers, ondiepe vijvers van on
geveer ten hoogste een 50 tot 60 centime
ter diep, uitgegraven in het zand. Via de
oude afvoerleiding van het Natuurbad
wordt het water thans naar die vijvers ge
leid, die onderling door dijkjes en over-
storten zijn verbonden en waarbij een dui
kersluisje in staat stelt de 'toevoer niet al
leen te regelen, doch ook te dirigeeren
naar die vijver die men wenscht. Vijver 3
is rechtstreeks op het pompstation aange
sloten en doet voornamelijk des winters
dienst, of des zomers bij zeer groote ver-
verschings-kwanta.
De uitgegraven aarde is benut om het
terrein een wat geaccidenteerd aanzien te
geven en om langs de spoorlijn een tweede
d\jk op te werpen, die ten eenen male voor
komt, dat mogelijk overstroomend water
tot aan den spoordijk komt. In dat terrein
zijn plaatselijk eenige beplantingen aange
bracht. Het water in de vijvers zakt van
zelf weg en wel in vijver 1 met een snel
heid van 10 c.M. per etmaal en in vijver 2
met een snelheid van 15 c.M. per etmaal.
Het eigenaardige daarbij is nu, dat men
zou verwachten, dat in vijver 2 het water
minder snel zou zakken, daar er zich daar
onder 'n leem- en grtntbank bevindt. Ech
ter schijnt die bank wat te hellen en het
zakkende water zal langs die helling snel
ler een waterader bereiken, dan dat van
vijver 1, waaronder geen banken aanwezig
zijn.
In elk geval zakt het water thans in
de vijvers sneller, dan het kan worden toe
gevoegd. Als regel zullen 1 of 2 vijvers
droog staan en alleen bij de groote schoon
maak van het bad in den winter en bij
langdurig warm weder in den zomer, als
zeer veelvuldig en veel ververscht moet
worden, zullen ook de laatste 2 vijvers in
gebruik komen.
De vijvers zijn aan den kant reeds eenigs-
zins beplant met rietpollen en enkele wil-
genloten, uit de omgeving opgezocht,
waarbij het de bedoeling is daar een aar
dige natuurschoonrijke omgeving te schep
pen.
De tragedie van den ouden
bezinkingsvijver.
De oude bezinkingsvijver ligt meer naar
achteren toe op het terrein tegen het kam
peerterrein aan.
De tragedie met dien vijver blijkt thans
wel sterk en hetgeen „De Soester" daar
omtrent indertijd bij den aanleg ervan naar
voren bracht, wordt thans wel op buiten
gewoon sterke wijze bevestigd. Alles, wat
wij toen hebben gepubliceerd, komt thans,
na zooveel jaren, precies uit. Er is daar
met den aanleg geknoei en geprutst, dat
de haren van den belastingbetaler ten ber
ge rijzen. Eerst had men dat fraaie riool,
dat er naar toe liep en op het einde plot
seling vrij sterk naar boven liep, in de ver
wachting, dat het afgevoerde water die
steile helling naar boven ook zonder meer
zou volgen. Het water voelde daar als re
gel weinig voor en zeker niet vanzelf, zoo
dat later een pomp met flinken overdruk
op dien afvoer moest worden aangesloten.
Doch dat was nog niet eens het ergste!
De grootte van dien vijver was heelemaal
niet berekend en thans is al wel zeer over
tuigend gebleken, dat deze 'bij geen stuk
ken na voldoende was om het afvalwater
van heit Natuurbad te kunnen verwerken.
Verder had men toen het idee, dat men
maar ongelimiteerde 'hoeveelheden water
op zoo'n plaats in de heide en het zand
kon laten wegzinken en dat alles dan bin
nen zeer kort verdween, wat natuurlek ook
al niet in de practijk ging. Doch het erg
ste komt nog.
Oer bank niet uitgegraven.
Onder den bezinkingsvijver zat een oer-
bank van grint en in plaats nu, dat de
toenmalige opzichter aldaar, de heer Zim-
merman, dien bank toen heeft laten afgra
ven of op zijn minst op vele plaatsen heeft
laten dóórgraven, heeft hij precies tot op
dien bank het zand laten afgraven en heeft
de bankprecies zoo laten zitten. Na
tuurlijk kon het water daar niet zonder
meer doorheen, zoodat practisch alles in
den bezinkingsvijver bleef staan, deze vol
liep en het verdere water zich een uitweg
zocht door de omgeving te overstroom/en.
Gaten sloegen in de dijken, de afvoerbui
zen konden alles niet meer verzwelgen en
tenslotte heeft men toen zelfs gaten in
dien afvoer moeten hakken, om al dat wa
ter toch maar kwijt te raken. Met het ge
volg, de vele plassen en vijvertjes daar in
de buurt ontstonden, die onhoudbaar ble
ken voor de toekomst en andere voorzie
ningen noodig maakten.
Met dat alles heeft die prachtige bezin
kingsvijver van den heer Zimmerman de
gemeente een slordige 7.000.gekost,
die practisch heelemaal voor 100 weg
gegooid waren. En de belastingbetaler uit
dien tijd heeft een deel daarvan op zijn
aanslagbiljet teruggevonden!
Thans is onder leiding van Ir. Schen
kenberg van Mierop dien grintbank uitge
graven en naast het voordeel van een goe
de wegzakking van het water (dat thans
echter door den aanleg van de nieuwe vij
vers niet meer noodig is) heeft de ge
meente nog het groote finantieelé voor
deel, dat zij een 175 kubieke Meter mooi
grint heeft gewonnen, uitstekend geschikt
voor wegaanleg, wegverharding en aanleg
van rijwielpaden, dat slechts in totaal met
alle bijkomende kosten op 1.90 de ku
bieke Meter komt, terwijl de handelsprtfs
daarvan op het oogenblik ongeveer een
5.èL 6.is. Een voordeeltje dus van
een groote 500.daar de gemeente an
ders het benoodigde grint zou moeten koo-
pen!
Een Kinderspeelplaats.
De oude bezinkingsvijver is nu niet meer
noodig, zoodat men de bedoeling heeft de
ze, nadat al het grint uitgegraven is en
het zand wat is geëgaliseerd, voor
kleinere kinderen zoo ideale „zandbak" als
kinderspeelplaats open «te stellen. Het ver
vuilde en verontreinigde gedeelte van de
oppervlakte van den ouden vijver is er ge
heel afgeschept en dat alles op een
apart en afgesloten gedeelte van den vij
ver gedeponeerd, waar men van plan is een
beplanting aan «te brengen, teneinde de
speelplaats wat te beschutten en het Na
tuurbad meer dan thans aan het oog te
onttrekken.
Ook werd nog even terloops bezichtigd
het nieuw aangelegde rijwielpad van Zo
mers Buiten naar het einde van de Wiek-
sloot, wat ook al weder 'n pracht stuk na
tuur voor het publiek ontsluit, een fraai ge
deelte van stuifduinen, die anders eigen
lijk niet goed waren te bereiken per rij
wiel.
Over een Natuurmonument
en Zomerhuisjes.
Op den Paltzerweg, de zoogenaamde
Berkenlaan, kwam natuurlijk als vanzelf
aan de orde het vraagstuk van de plaat
sing van zomerhuisjes, ten opzichte waar
van B. en W. voor de raadsvergadering
van Maandag a.s. voorstellen voortaan
daarvoor te bestemmen het gedeelte van
die Berkenlaan tusschen de beide spoor
lijnen in.
Naar voren kwam daarbij, dat op voor
stel van het Staatsboschbeheer juist d&t
gedeelte indertijd, tenminste voor drie
kwart deel, is aangewezen als Natuurmo
nument, terwijl het overblijvende één
(Vervolg pag. 1, 2e blad).
V. WEEDESTR. 8
Tel. 2458
Onze collectie Armbandhorloges is
onovertroffen
Alle uurwerken onder garantie.
Nieuwste modellen HORLOGEBANDEN
en RIEMEN.
Er moet 60.000.worden bezuinigd.
Uit ons vorig nummer heeft men reeds
kunnen zien, dat de begrooting voor 1937,
die nog steeds niet is goedgekeurd, een be
langrijke wijziging zal moeten ondergaan.
Immers Gedeputeerde Staten en de van
Regeeringswege ingestelde commissie van
overleg inzake de gemeentebegrootingen,
hebben onoverkomelijke bezwaren ge
maakt tegen de raming van een bijdrage
ad 74.000.- als extra bijdrage tot dek
king van het begrootingstekort uit het
Werkloosheidssubsidie-fonds.
Daarvoor was oorspronkelijk geraamd
74.000.-, doch na vele berekeningen komt
men thans slechts tot 10.673,39, wat dus
een klein verschil maakt van een slordige
64.000.-.
Dat bedrag zal nu moeten worden be
zuinigd op de oorspronkelijk ingediende
begrooting en wel door verlaging van
meerdere uitgetrokken uitgaafposten en
verhooging van enkele ontvangposten.
Voor onderhoud van straten, pleinen en
plantsoenen wordt nu ruim 10.000.- min
der uitgetrokken. Verder worden verschil
lend kleinere posten wat verlaagd, enke
le subsidies eenigszins verlaagd, terwijl
verder eenige verlagingen worden aange
bracht op posten, waarvan reeds is geble
ken, dat zij voor 1937 hooger waren ge
raamd, dan inderdaad erop is uitgegeven.
De groote verschillen zitten echter in
een aanmerkelijke verlaging van de kos
ten voor werkverschaffing, doordat is ge
bleken, dat het aantal werkloozen in 1937
niet onaanzienlijk lager is geweest, dan
geraamd was, terwijl ook de gewone bij
drage van het Rijk voor de werkloozen-
onkosten verhoogd wordt.
Voorts worden eenige bijzondere reser
veeringen voor den woningbouw en enkele
andere objecten, waarvoor men groote te
korten in de toekomst voorzag, belangrijk
verminderd, of zelfs grootendeels ge
schrapt.
Alles met alles komt men aldus op een
administratief kloppen van de begrooting,
in den geest, zooals Utrecht en den Haag
zich dat voorstellen.
Van belastingverhooging gesteld al
eens dat zulks mogelijk zoude zijn geweest
is geen sprake.
