unstsehilder
n zwerver
9etrus Martinus FranciscusHerwaart
LEES VERDER
OP PAGINA:
(fDERDAG 20 DECEMBER 1973 LEUSDER KRANT
vond het goed Ik kocht een Schotse
herder. Die hond begon te verharen.
Ze hadden in die flat een heel oud
kleedje en dat kwam vol met honde-
haar te zitten. Toen ik de woning opzei,
omdat ik iets anders gevonden had,
dat me beter aanstond, kreeg ik een
oproep van de Rechtbank Ze hadden
een aanklacht ingediend. Ze wilden een
nieuw karpet Het karpet was onbruik
baar. er zat een dikke laag hondehaar
op. De rechter vroeg aan mij of het zo
was. Ik zei ,,Die laag hondehaar was
niet zó dik, maar zó Wijst met duim
en wijsvinger een dikte van een centi
meter of vier aan. ..Wij liepen op het
haar van onze eigen hond. edel
achtbare Ik kreeg gelijk Zij konden
onverrichterzake naar huis gaan.
Ik heb op het punt gestaan om ook
met mijn tweede vrouw naar Amerika
te gaan lk was op het Amerikaanse
Consulaat en had al een formulier in
gevuld Toen bleek, dat het alleen voor
mij was. ..Wij zijn met ons beiden,"
zei ik. ,.U mag direkt terug van het
Amerikaanse Consulaat." ,,En mijn
vrouw," zei ik ..Die valt onder de
Emigratiewet Dat duurt drie jaar."
Toen heb ik het laten schieten Anders
was het heel anders gelopen.
Ik vraag hem nu naar zijn Neder
landse tijd en hoop dat hij even met
zijn gedachten in Nederland wil blijven.
,,In Amersfoort had ik een kunst
handel op de hoek van de Westerstraat
en de Appelweg
We woonden al een paar jaar hier,
toen ging nog het praatje dat we niet
getrouwd waren.' ,,Dat komt," zegt
zijn tweede vrouw, ..wij schelen
achttien jaar. Maar we zijn echt in
Den Haag getrouwd, hoor In februari
1974 zijn we dertig jaar getrouwd We
wonen negenentwintig jaar in Leusden.
,,Wij hebben ook nog drie jaar in
Steenwijk gewoond. Ik was er leider
van de dresseerhondenciub."
Zijn vrouw .toont mij een foto met
veel martiaal uitziende heren met grote
uniformpetten op Op de voorgrond
een stuk of tien fiere herdershonden,
de oren gespitst in opperste waak
zaamheid.
,.lk heb ook veel honden geschil
derd De laatste, die ik schilderde,
was voor de baas van Noach op de
Soesterweg. Ook een Duitse herder
Ik heb Superalex gehad. Syrië, Claus
van Zinsenfort Ik had daar in de
Westerstraat goede gelegenheid voor,
met een grote tuin. Ik had voor me dat
pleintje. Een overste bracht daar elke
morgen zijn dochtertje te paard naar
de meisjesschool."
wor
staat
en
lden;
sui-
re-
ihui
Het
wik
niets
n de
geen
be-
zo-
Su-
en te
keer
leen
nder
t de
our-
om
rder
LEUSDEN - Hij wordt in maart 1974
I jaar: Petrus Martinus Franciscus
id Herwaarden, kunstschilder en
lerver in de nieuwe wereld. Hij ver-
ilt vlot, uren achtereen, maar hij is
j| biezebomzerig op de benen, zo-
hij het zelf noemt. Hij ziet alleen
[g in vlekken, heeft een zonneklep
oven de brilleglazen en kan geen fel
:ht verdragen. Gevoelige handen, die
iet trillen. Een lieve zorgvolle echt-
iDOte (72), die het kostbare leven
tnhult en begeleidt, 's Avonds léven
e, kijken ze televisie, 's Morgens
lijven ze uitrusten. Niet vóór de
iiddag beginnen ze weer aan een
leuwe dag.
„lk ben na de Eerste Wereldoorlog
il Chicago naar Nederland gekomen.
Chicago heb ik ruim tien jaar ge-
oond Ik had altijd zo veel werk, dat
méér werk had dan ik kon maken,
jk in Nederland bestelden ze aan
le kanten, tot aan de koninklijke
imilie toe Ik had een schilderstuk
imaakt bij de geboorte van Prinses
jaliana, waarop werd uitgebeeld, dat
door de ooievaar naar.het paleis
lerd gebracht. Dat stuk viel zó in de
maak bij de officieren, dat ze het van
ij kochten en mij verzochten het zelf
gaan brengen. Op het paleis werd
je toch niet naar Amerika? Heb je al
een ticket voor de boot-'Nee? Nou, daar
kan ik je voordelig aan helpen." Hij
was een Leger des Heilsman, dat
familielid, en hij zorgde voor mijn
ticket. Ik ging eerst naar Liverpool,
en toen van Harwich naar Amerika.
Ik vond het prettig. Ik had geen last
van zeeziekte. Het was een oude boot,
gecharterd door het Leger des Heils.
Wist ik veel Er werd me beloofd er
zou bij aankomst voor me gezorgd
worden Ik zou werk krijgen in mijn
eigen vak. Het was een stelletje leuge
naars. Ik kreeg helemaal geen werk
Ik moest mijn eigen weg zoeken Ik
ging naar een fabriek Daar werden
in de zomer sleden gemaakt, en in
de winter rijtuigen En het was hele
maal niet in Amerika, maar in Canada.
„Hier mengt zijn vrouw zich in het
gesprek: ,,Kunt u zich dat voorstellen:
zo'n kleine figuur als mijn man, en
dan van die grote rijtuigen?" Wijst
de-
i uit
aaD
den-
per-
aan-
k ontvangen door Baron Boudt, en ik
leb een hele tijd met hem zitten babbe-
Ik kreeg daarna opdrachten van
iverste Fabius, overste Teding van
lerkhout en van nog veel meer offi-
neren Constateert nog eens nadruk-
ehjk, en met zichtbare voldoening.
,Ja, ik werkte voor de handel, en ik
uil volop bestellingen, zowel in Ame-
•ika als in Nederland."
Hessenweg
Grijpt dan terug naar een stuk begin-
ijd.
Ik was op een atelier, eerst was
iat in Amsterdam en later ging dat
pjar Amersfoort Weet u hoe dat ging,
üt we naar Amersfoort verhuisden?
De oude patroon wilde naar Elburg.
Die kwam daar vandaan. We hadden de
ulroons Stoffels en Hengeveld En
*e hadden veel personeel Maar me-
teer Stoffels wilde naar Amersfoort.
Zijn vrouws familie kwam daar van-
lan Ik moest toen beslissen of we
aar Amersfoort of naar Elburg gin-
;en. Ik gooide mijn pet in de hoogte,
(wam de holle kant boven, dan gingen
»e naar Elburg, de bolle kant. dan
verd het Amersfoort. Zo werd het
us Amersfoort. Maar de zaak ging
op een bepaald moment uit elkaar
lengeveld was aan de christelijke
kant en liet een kerkje voor zichzelf
en voor zijn mensen bouwen. Er
'am een scheiding: het harmomeer-
niet meer Ik bleef met nog twee
anderen bij Stoffels werken. Ik hoorde
met bij die kerkelijke beweging Als
ik met vakantie ging, ging de heer
Stoffels mee en betaalde alle onkosten
Hij was erg op me gesteld. Hij ging
zelfs met me mee naar mijn ouders
in Nijmegen, waar ik werd geboren
(Maar het beviel me daar niet Ze
vroegen aan mijn zusters: „Wie is
toch die dolle meneer, en dat was ik
Mijn vader beheerde de boel in de
officierssociëteit ,,De Harmonie" aan
Brugstraat. Er mochten geen dames
en meisjes in de officierssociëteit
komen. Ik was de eerste zoon van
mijn ouders, en die officieren waren
zó met me ingenomen dat er een
fonds voor me werd gesticht, zodat
ik officier kon worden. Op een ge-
leven ogenblik brak de Atjeh-oorlog
uit Al die jonge officieren gingen
Gaar Atjeh, en namen de kas mee Ze
zijn waarschijnlijk allemaal gesneu
veld Zo kwam er niets van terecht
dat ik officier werd.)"
Komt later in het gesprek nog terug
zijn vader en op zijn verlangen om
io het leger te gaan.
Ik vraag hem te vertellen hoe hij in
Chicago terecht kwam
„Tja, we leverden uit ons atelier
hoofdzakelijk aan de Verenigde Staten.
Toen kregen ze het in het hoofd om
uaar Amerika te verhuizen: dan hoef
den ze het werk niet meer op testuren.
Ik was toen negentien jaar. Maar twee
hadden een excuus bij de hand, toen
Puntje bij paaltje kwam. Dat waren
de heer Stoffels en die andere schilder.
Toen ging ik maar alleen. Maar umoet
weten: bij vergissing kwam ik in Canada
terecht."
Wacht even, genietend van mijn ver
wondering. „Hoe is dat nu mogelijk?"
vraag ik
,Een familielid vroeg aan me.
Pierre, wat heb je gedaan, anders ga
met de armen een wijde boog (van de
rijtuigkap) ver boven het hoofd.
,,Ik was niet bekend op dat gebied.
De hoofdbaas vroeg me ..Wat voor
schilderwerk deed je dan?" Ik bracht
de volgende dag een paar opgerolde
doekjes mee ,,Dan heb ik een be
stelling voor je," zei die baas. Hij
nam me mee in een pracht van een slee
een eind buiten Oshawa Je schrijft
Oshawa, maar je spreekt uit Oesjewee.
Hij zegt: ,,Je moet goed kijken. Er
liggen zeven bergen genaamd de ze
ven zusters Daar wou ik een schilder
stuk van hebben Ik moest een heel
groot aquarel voor hem maken. Dat
viel zo in de smaak, dat ik veel be
stellingen er op kreeg Die fabriek
had veel kantoorpersoneel Die zaten
allemaal achter glas En alles was
van mahoniehout. Het was daar een
heel fijne boel. Van die kantoormensen
kreeg ik enorm veel opdrachten.
Zijn vrouw komt nog even terug
op zijn klein van stuk-zijn. Daar sluit
hij zich graag bij aan omdat het hem
de mogelijkheid geeft om te spreken
over het leger, waar hij zo graag in
wou.
,,Bij mijn vooropleiding in Amers
foort moest ik altijd de top van de
pyramide vormen lk deed het graag.
Toen kwam er een andere bij, die
klein van stuk was, maar Dumoulin zei
tegen mij Blijf jij maar aan de
top. hoor." Maar later in Nijmegen
werd ik afgekeurd vanwege mijn ogen.
Afgekeurd voor alle militaire diensten
Ik was bijziende ,,U kunt geen rijks-
of gemeentebetrekking waarnemen,
zoals brievenbesteller en zo", zei de
burgemeester, die er bij was ,,Daar
heb ik ook geen behoefte aan," zei ik,
,.dan word ik wel burgemeester 'Want
die burgemeester had zelf een bril op.
Hij keek niet weinig zuur. dat vond hij
geen leuke opmerking
,,U was bij die opdrachten in Ca
nada," zeg ik
.Ik voerde ze naar genoegen uit. Ik
had veel werk Veel Hollanders liepen
daar werkeloos rond. De enige plaats
waar ze konden werken was een ijzer
gieterij Dat was verschrikkelijk. Er
was mij wel eens over de hel verteld
Nou, dat was een hel. Alles was vuur
en hitte en gloeiend metaal Ik was er
een half uur geweest, maar het ging
niet. Ik moest bij de time-keeper
komen. Ik kreeg een kwartje en mijn
ontslag. Dat kwartje deed ik later aan
mijn horlogeketting Iedereen op die
ijzergieterij liep na korte tijd ver
brande benen op. Later hoorde ik, dat
het Leger des Heils voor iedereen, die
naar die ijzergieterij in Canada ging,
drie dollar kreeg!
Ik ben naar Toronto gegaan Ik kreeg
van de direkteur van de rijtuigfabriek
een brief mee voor de direkteur van
een farmaceutische fabriek ,,Die zal
ook wel het een en ander van u willen
hebben," zei hij Ik heb op de brief
een postzegel gedaan Ik ging naar ee
kunsthandel. De kunsthandel was
Amerika in handen van de Joden,
Duitse Joden Die probeerden je uit
benen. Zegt-ie tegen me ,,Als u
Holland gaat kunt u ons alles sturen
wat u maakt. Dan zetten we achter
op het doek: Imported, en maken we
een betere prijs." Maar ik had veel
werk Ze bestelden soms een paar
honderd schilderstukken tegelijk. Eén
stuurde me tweehonderd ongespannen
doeken tegelijk. Hij zei. ,,Dan hebben
we voor iedere vertegenwoordiger twee
doeken." Ik werkte hard. Hij vroeg.
..Hebt u dag en nacht doorgewerkt?"
Het bleek echter, dat hij helemaal niet
rechtstreeks naar Toronto was ge
komen. Via een tussenplaats kwam hij
eerst weer in Oshawa terug!
,,Ik was aan het station om naar
Toronto te gaan ergens op een overstap
plaats. Daar zag ik een dame en een
heer met twee kinderen. Ze konden het
met de man aan het loket niet eens
worden over de plaats, die ze opgaven.
Ze vroegen om twee tickets naar
Oshawa. Aan het loket deden ze geen
enkele moeite. Oshawa was onbekend.
Ze deden het loket dicht. ,,Waar moet
u naartoe?" zei ik Oshawa," zei hij
..Ach, dat spreek je uit: Oesjewee het
is een oude Indiaanse naam." Ik had
hem zo goed geholpen, dat hij vroeg
of ik hem wilde brengen naar Oshawa.
Daar zocht ik een gelegenheid voor
een goede kamer voor ze, en waar ze
konden eten en drinken. Zijn vrouw
was Duitse, hij was Nederlander.
Andrehegge heette hij. Hij was jaren
in de Belgische Congo geweest. Hij zei
tegen me: ..Dat Leger des Heils heeft
mijn geld in beheer. Ik moet hier een
farm kopen, maar ik ben geen boer.
Maar anders krijg ik dat geld niet
los (het was iemand, die nogal veel
geld uitgaf en zijn familie wilde dat
geld op die manier veilig stellen). Ik
heb er het bewijsstuk van (het was
een heel groot bedrag). Hoe kom ik
eraan?" Ik dacht na. ,,Er staat geen
afmeting bij voor die boerderij. Je
gaat naar een makelaar en je koopt
een stuk terrein met een optrekje.
Dan moet het Leger des Heils je
het geld geven. Dan ga je naar de
makelaar en je vraagt of hij het terrein
met de schuur van je terugkoopt. Je
verliest er misschien honderd dollar
mee .Jij bent een grote vriend
van mij," zei hij Hij deed het zoals
ik zei en het lukte. ,,Wat wou je nou
wél gaan doen'''" vroeg ik. .Ik wou in
rubberartikelen gaan handelen." ,,Heb
je daar verstand van?" ,,Nee, verstand
heb ik er niet van." zei hij ..In Congo
was ik officier. Eens in de veertien
dagen kwam er een karavaan en dan
moesten we zorgen, dat ze de pakjes
meenamen In die tussentijd bedachten
we wat je allemaal aan lekkere dingen
kon eten.
Ik ging met hem naar Toronto In
Toronto kocht hij een royaal huis. Hij
stond erop, dat ik bij hem kwam wonen.
Jk kreeg één kamer om te schilderen
en een slaapvertrek. Maar van schil
deren kwam niets, 's Morgensom 4 uur
klopte hij al op mijn slaapkamer. De
ene keer om te vissen. De andere keer
om te jagen. Ik wou kostgeld betalen.
,,Een vriend betaalt niet." zei hij. Zijn
vrouw kon overheerlijk koken Zijn
kinderen zeiden ,,Das ist so viel: Herr
Van Herwaarden." Dus zeiden ze: Herr
Van Waarden tegen me. Ik kon er niet
vandaan komen. Als je met hem buiten
liep zei hij al gauw: Laten we eerst
een kleine eet nemen Dan was het
weer- „Laten we nu een kleine drink
nemen Hij was altijd druk, maar hij
deed niets. Van die rubberideeën kwam
ook mets. Ik zei wel eens tegen hem-
,,En als je geld nu opraakt„Dan
sturen de tantes me wel geld." zei hij.
„Mijn tantes laten me nooit in de
steek." Hij was de zoon van een rijke
tabakshandelaar. Hij had geen zorgen.
Op, dat bestond niet. Het was altijd
meer
Als het tegen Kerstmis liep zei hij
„Herr Van Waarden, ik geef een groot
kerstdiner. Je moet een heleboel arme
Hollanders uitnodigen. Hij zat zelf dan
aan het hoofd van de tafel Hij vond het
fijn als iedereen lekket at en dronk
„Man," komt zijn vrouw tussen beide,
„hoeveel mensen waren dat nou, die
daar méé-aten0"
Hij, met trots in zijn stem „Dat
waren er wel dertig of veertig Ik was
lid van het Nederlands Verbond in den
Vreemde. Zo kwam ik met al die
mensen in aanraking. Ook al weer door
de Salvation Army. Die mensen werkte
ik tegen Dat waren allemaal leuge
naars
Ik weet niet hoe ik zijn visie op het
Leger des Heils moet plaatsen. Ik denk
aan onze Majoor Boshardt en haar
weldoend werk. Maar misschien had
ook het Leger des Heils in die slechte
sociale tijden andere gebruiken Hij
bevestigt me dit nogmaals
„Een meneer Govaers, kapitein van
het Leger des Heils, sprak daar in
Toronto met de mensen Er waren
een heleboel Nederlanders daar, overal
vandaan, maar vooral veel uit Zaandam
Zij klaagden daar tegen kapitein
Govaers. dat ze het zo slecht hadden.
„Dat kan ik niet begrijpen," zei hij.
„Ik kom uit Oshawa en daar zijn de
mensen zo tevreden Ze hebben het er
zó goed." En hij vouwde zijn handen
erbij en keek verzaligd. „Man, dat
lieg je." riep ik. „Ik ben in Oshawa
geweest. De mensen klaagden er steen
en been." Govaers droop ogenblikkelijk
af. Ja, zo probeerden ze dat te
matzen."
Hij kijkt me aan. Tegenspraak wordt
niet geduld.
„Ik bekommerde me meer om zijn
geld dan dat hij dat zelf deed. Maar
ik moest er tenslotte een eind aan
maken. Ik was liever met mijn eigen
bezigheden aan de gang
Uiteindelijk moet hij nog in Chicago
terechtkomen denk ik. Ik ben benieuwd
hoe hij daar belandt. Zijn vrouw ver
went ons met een aaneenschakeling van
kopjes thee. koekjes, rumbonen, kopjes
koffie, stukjes kaas. „Drink dit, man,"
zegt ze, „laat het niet koud worden
Je zult dorst hebben."
„Ik wou uit Canada weg lk wou naar
Amerika Ik ging naar het Nederlandse
Consulaat in Toronto Daar was geen
één Nederlander Het waren allemaal
Duitsers. Ik moest minstens drie jaar
in Canada zijn om er uit te kunnen.
Ik ging toen naar het Amerikaanse Con
sulaat De consul zei „Dat zijn wette
lijke bepalingen Maar ik zei: „Ik wil
hier vandaan Ik ben niet naar hier ge
komen, omdat ik wat op mijn kerfstok
had, maar om hier te werken Die
consul was vol lof over Nederland
Net wilde ik opstaan toen hij zei. „Wait
a minute Hij ging schrijven en deed
een brief in een couvert „Kun je mor
genochtend om 10 uur aan de trein
zijn,; En je bagage?" „Die staat ge
pakt. Ik ben gereed om te vertrekken
„Breng deze brief naar het Consulaat
in New York. Ik kwam aan het station.
De perrons waren daar afgesloten met
hekken Bij iedere doorgang stonden
controleurs. Ze waren verwittigd. Een
controleur bracht me naar de trein.
Ik kreeg een gereseiveerde coupe.
..Reserved' En daar zat ik op mijn
eentje in een gereserveerde coupé.
Toen ik een tijdje onderweg was kwam
er iemand binnen, die zijn handtas op
de grond zette. „Wilt u roken?" vroeg
hij. Hij gaf mij de ene sigaar na de
andere. Ik kon niets terugpresenteren,
want ik had de tijd niet gehad om Iets
te kopen. Ik bood hem mijn veront
schuldigingen aan. Op een gegeven
moment bukte hij zich en toen schoof
zijn jas wat opzij. Ik zag een revolver.
„Ja, ik ben gewapend." zei hij „Ik
behoor tot de Railroadrecherche, de
treinpolitie We maakten samen de
reis Bij de grens moesten we in een
andere trein overstappen. Alle rei
zigers moesten naar de douane. Ik wou
ook gaan. maar hij tikte me op de
schouder en beduidde me, dat ik niet
hoefde „Daar staat de trein voor New
York," zei hij „Je bagage zit er al
in En hij bracht me naar mijn coupé
„In New York," zei hij, „neem je bus
nummer zoveel Die brengt je recht
streeks naar de Cityhall Daar moet
je de brief afgeven voor de consul
Ik deed het zo. Er liep daar een
politie-agent heen en weer lk liep
heel veel gangen en trappen door, gaf
ergens mijn brief af en ging weer
weg Buiten stonden twee mensen op me
te wachten."
Ik ben er nu al aan gewend, dat
overal mensen op hem staan te wach
ten. Maar ik ben wel benieuwd wat ze
nü weer voor hem in petto zullen
hebben. Ik denk: Hij zegt dat hij niets
van het kerkgedoe moet hebben, maar
hij gelooft vast in schutsengelen. Het
is alsof hij overal thuis komt en ver
trouwde mensen aantreft.
„De ene was Jo Verschoor De andere
was een Duitser Ze stelden me voor
om mee te gaan naar hun flat Daar
kon ik een kamer krijgen om te schil
deren en te slapen. Dat kostte niets.
Ze waren allebei scheepstekenaar en
ze kwamen 's avonds om zes uur van
hun werk Als ik dan maar wou zorgen,
dat het eten klaar was. „Maar ik ben
geen kok.' zei ik Nou, dat hoefde
niet. Ik hoefde alleen maar blikken
open te maken en die te warmen
De meeste tijd aten we pore and beans.
Ik hoefde mijn schilderwerk niet eens
weg te brengen. Jo Verschoor bracht
het weg die moest tóch in de stad
wezen Hij inde het geld en gaf het
aan mij. Ze hadden een rek hangen
met veel boeken Ik had een
nieuwsgierig moment en bladerde zo'n
boek in Er bleken allemaal dollar
biljetten in te zitten
Een bankroof, schiet mij door het
hoofd. Met ons soort televisie ontkom
je niet aan zo'n gedachte.
„Ik vroeg aan Jo Verschoor „Wat
is dat?" „We hebben onze boeken,"
zei hij, „daar doen we het geld in wat
we oversparen."
Ik had het er wel leuk. Als ze een
vrije dag hadden gingen we met een
boot op de oceaan vissen We vingen
zo veel vis, dat we niet wisten wat
we er mee moesten doen. Geen mens
wou die vis hebben. We wisten niets
van het getij af. Je moest op tijd het
lake binnen zijn, anders kwam je niet
meer door de branding heen. We waren
erg laat Die Duitser begon te huilen
„Trekken," schreeuwde ik. „niet jan
ken De angst overweldigde die Duit
ser en dan roeide hij niet We zijn er
doorgekomen
Zijn vrouw haalt me nu bij een
schilderij, dat achter haar stoel staat,
tegen de muur „Hij zegt, dat hij er
eigenlijk nog wat aan had moeten doen
Maar zijn ogen lieten het niet meer
toe Het stuk is niet af Het stelt een
huizenhoge klif voor en twee iele fi
guurtjes, die in panische angst op
een rand lopen om de opkomende vloed
vóór te zijn. Woelige zee Hoge bran
ding. Van de plek wegschietende witte
vogels Prachtige klifbegroenng
Fascinerend stuk. „Helemaal uit zijn
hoofd, uit zijn herinnering," zegt zijn
vrouw.
Ik zeg, dat ik het een mooi stuk
vind. Hij reageert niet. Sluit af en toe
de ogen. Vervolgt als vanzelfsprekend:
„Toen ik in New York was kreeg ik
een schrijven van huis. Als ik mijn
moeder nog wilde zien moest ik gauw-
overkomen: ze had niet lang meer te
leven Twee dagen later zat ik op de
boot lk moest zo'n bootformulier in
vullen. Toen ik het bootformulier bij
de scheepvaartmaatschappij afgaf, zei
de ene klerk tegen de andere: „Didyou
ever see such a little fellow with such
a big name?"
Ik bleef een maand of wat in Holland
Ik trouwde er Ik kende dat meisje in
Holland al lang en toen ik naar Amerika
ging kreeg ik een ring van haar Ik
gaf haar een ring terug. Als je in
Amerika een ring droeg was dat het
bewijs, dat je getrouwd was. Je trouwde
bij de juwelier In 1918 ging ik terug
naar Holland. Mijn vrouw had heimwee
Ik woonde toen al tien jaar met haar
in Chicago. Ik had daar een boerenhuis
gekocht, waarvan de grond onteigend
werd, want er moesten daar wegen
worden aangelegd Ik kwam bij die
boer. Die zei. „Ik moet grond hebben,
die ik kan bebouwen Ze hebben mijn
grond onteigend Ik wil het huis ver
kopen Ik laat de helft erin De rest
maak je maar af met de makelaar
En laat die makelaar nou zeggen: „Wij
laten de helft erin Wéér een helft,
en ik betaalde alleen de interest. Ik
woonde heel erg goedkoop. Ik kreeg een
tijdje later van de gemeente bericht,
dat als ik de grond wilde gebruiken
voor het houden van kleinvee, dan
mocht dat. Ik woonde daar heerlijk
Ik hield paarden, kippen en honden."
Ik krijg nu een schilderij te zien
van dat boerenhuis bij Chicago. Het
doet nai'ef aan. Is karakteristiek voor
die streek daar. Boerenerf, omheining,
groot boerenhuis, zéér gedetailleerd
geschilderd. Ik vind het een fijn schil
derij. Het doet me een beetje denken
aan de sfeer van de illustraties van
C. Jetzes bij dat buitenleven van Gijs,
de schapen en Wim en Zus. Hij reageert
wéér niet, als ik zeg dat ik het een
goed schilderij vind.
„Bij één of andere rechtzaak werd
ik altijd geroepen daar. Vooral door
een Hollands echtpaar Die moest ik
vaak uit de knoei helpen. Hij was een
Rotterdammer en getrouwd met een
Zeeuwse vrouw, dochter van een mos
selenvisser. Ze hadden een gezellige
avond gegeven en voorgedragen. Ze
waren de enige bezoekers bij de men
sen bij wie ze op bezoek waren Ze
deden een voordracht van de drie
Jantjes Om die voordracht zo goed
mogelijk te doen had één van die
vrouwen een matrozenpakje aan gedaan
Ze dronken veel en kregen ruzie Ze
gingen buiten in de sneeuw vechten Het
ging wild toe Toen werd ik gevraagd
of ik ze wilde verdedigen Het proces
verbaal luidde „Drie mannen hadden
gevochten Er waren er maar twee,
maar die agent had er drie gezien
Het proces-verbaal deugde niet. Ze
werden vrijgesproken Ze spanden me
voor allerlei karweitjes en ik wist er
altijd wel een oplossing voor
In de 42ste straat had ik een flat
gehuurd Mijn vrouw was er alleen
thuis Ik werkte ergens anders. Mijn
vrouw wou een hond De flateigenaar