NIEUWE
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
Amersfoort, Baaru, Bunschoten, Earns, HamarsTi, Hoevelaken, HooglaM, Leushen, Soest,
Scherpenzeel, Stoutenhurg, Vuursche en Woudenherg.
Woensdag 26 Mei.
No. 42.
Negende Jaargang.
Uitgever: A. Al. Slothouwer,
te Amersfoort.
Agent voor Baarn en Omstreken:
W. Z. MULDER te Baarn.
Eene viermaal geplaatste ad
vertentie wordt slechts drie
maal In rekening gebracht.
OFFICIËELE PUBLICATIËN.
Amersfoort, 25 Mei 1880.
Door den Heer J. L. vai^Ootmarsum,
beurtschipper alhier, is concessie aange
vraagd voor een wekelijkschen schroefstoom-
bootdienst van Amersfoort over Haarlem,
Leiden, Delft, Gouda, Rotterdam, Schiedam
enz., met de bevoegdheid om schepen te
sleepen.
Aan den ondernemingsgeest van onzen
wakkeren stadgenoot brengen wij gaarne
rechtmatige hulde.
Evenals in andere plaatsen is ook te
Amersfoort door het gemeentebestuur goed
gevonden voor den verkoop van kunstboter
eene afzonderlijke plaats op de markt te doen
aanwijzen.
Zitting van den
Gemeenteraad van Amersfoort
van Dinsdag 25 Mei.
FEUILLETON.
De brug van San Martino.
eene Toledaansche legende.
Het goede volk van Toledo is zeer trotsch
op de brug van San Martino, en dat niet
ten onrechte, want zij is van eene edele
constructie, ofschoon zij er een vervangen
heeft, die nog edeler was. Zij is bovendien
nog belangrijk door eene legende, die met
haar bouw in verband staat.
Het was in het jaar 1368 dat Don
Enriques, graaf van Trastamara, broeder
van koning Pedro den wreeden, de banier
van den opstand opstak en de stad Toledo
belegerde.
De koningsgezinde burgers van Toledo
verdedigden zich gedurende een jaar hard
nekkig en dapper. Zij deden verscheidene
wanhopige uitvallen over de oude brug
van San Martinoen wierpen zich op het
kamp van Don Enriques, in de Cigaralles,
waar zij eene vreeselijke verwoesting onder
de belegeraars aanrichtten. Om in het
vervolg dergelijke aanvallen te voorkomen,
besloot Don Enriques de brug te ver
woesten.
Nu werd deze brug, door de inwoners
van Toledo, als een van de kostbaarste
juweelen, in de omtrek van de stad be
schouwd, en zij was hun bizonder dier
baar, daar zij toegang verleende tot die
prachtige tuinen met hunne aardige koe
peltjes en boomgaardenen boscbjes van
schoone boomen en struiken. In zekeren
nacht werden al deze bloeiende boomen
omgehakt, en op de brug van San Mar
tino opgehoopt, en bij het aanbreken van
den dag werd de geheele omtrek door een
rossen gloed verlicht. Die verlichting kwam
van de brandende boomen op de brug,
die er weldra door werd vernield.
Er kwam eene hevigedoordringende
ontploffing van de groote, sterke steen
blokken die de bogen en de stutmuren
van de brug vormden, gemaakt met die
onvergelijkelijken bedrevenheid van bijtel
en verstand, die de wonderen van het
Alhambra schiep. De doffe, hevige slag
was als het ware een klaaglied van de
kunst vernield door barbaarschhèid. De
Toledanen, uit den slaap gewekt door
dezen onheilspellenden slag, liepen half
gekleed de poort uit om hunne schoone
brug te redden van de vernietiging die
haar bedreigde. Maar zij kwamen te laat,
want een schrikbarend gekraak, dat door
de valeien en de bochten van den Taag
weerkaatst werd, was een te duidelijk
bewijs, dat hunne geliefde brug niet meer
bestond. En dat was werkelijk het geval,
want toen de zon de koepeldaken van de
koninklijke stad met een gouden glans
begon te verlichten, en de meisjes van
Toledo, als gewoonlijk naar de rivier gin
gen om hare emmers met frisch water te
vullen, keerden zij weldra terug met ledige
emmers, maar vol verontwaardiging en
verdriet. En toen vertelden zij aan allen,
die zij tegenkwamen, met tranen en wee
klachten hoe zijtoen zij naar den oever
gingen om water te halen, den snellen
stroom van de rivier, bruisend en kokend
de nog rookende puinhoopen van de brug
van San Martino zagen meesleepen. Toen
kende de verontwaardiging van het volk
geene palen; want die brug, zooals ik
reeds heb opgemerkt, was de eenige weg
naar die honderd paradijzen: de Cigaralles.
Deze tuinen hadden de inwoners van de
Moorsche veroveraars geërfd, en daarmede
hadden zij ook (want de Toledanen ver
mengden zich geheel met de Mooren) de
hartstochtelijke liefde voor plantsoenen
tuinen en bloemen geërfd van dat bizonder
dichterlijke volk. Deze hoon zette het
volk aan tot nieuwe uitvallen, en hun
moed, die zij langzamerhand lieten zakken,
herleefde weer om de belegeraars te weer
staan en terug te drijven. Dienvolgens
werd het kamp van Trastamara plotseling
met groote woede door de belegerden aan
gevallen, die de belegeraars geheel versloe-
De Raad van State heeft over het wets
ontwerp tot het beteugelen van het misbruik
van sterken drank reeds advies uitgebracht.
Bij de Tweede Kamer is ingekomen een
wetsontwerp tot herziening der wet op de
maten en gewichten overeenkomstig het
voorschrift der wet van 1869. Tevens is
gen en de Cigaralles met stroomen bloed
doorweekten. Zoo eindigde het beleg van
Toledo, en werd de brug vernield.
Nu waren de burgers in een onaange-
namen toestanddaar zij geene brug had-
nen om hunne geliefde tuinen te bereiken.
Maar wie zou eene nieuwe laten bouwen?
Koningen en aartsbisschoppen hadden van
tijd tot tijd vurig verlangd om de brug
van San Martino door eene andere te
vervangen die even schoon en even sterk
was, en ofschoon vele bekwame architek-
ten, zoowel Christenen als Mooren, het
werk gaarne wilden ondernemen, hadden
toch slechts weinigen den moed eraan te
beginnen, wanneer zij alle moeielijkheden
zagen waarmede zij te worstelen zouden
hebben. Nu en dan waagde er een het
werk te beginnen, maar niemand was in
staat het af te maken, want de snelle
stroom van de rivier sleepten alle voor
muren en stellages weg, voordat men aan
de reusachtige bogen kon beginnen. En
zoo gingen jaren en jaren voorbij, zonder
dat de wensch der Toledanen vervuld werd,
Ten laatste, in het begin van de zestien
de eeuw, besloot kardinaal Pedro Tenorio,
toen aartsbisschop van Toledo, een van
hare grootste prelaten, dat zijne kinderen
van Toledo, als het mogelijk was, weder
eene brug zouden hebben, het mocht kosten
wat het wilde, en hunne wandelingen in
AHIERSFOORTSCHE COURANT.
Abonnementiprijs roor Amer»foort per 3 maanden 1,
Franco door het geheele Rijk1,10.
Afzonderlijke nnmmers3 Cent.
Dit Blad verschijnt des Woensdags- en des Zaterdags.
Advertentiën van 16 regelsƒ0,40.
Iedere regel meer0,05.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën zende men den dag vóór de uitgave in.
De Burgemeester van Amersfoort,
Brengt ter kennis van de ingezetenen dezer gemeente,
dat de door den provincialen Inspecteur van 's rijks
directe belastingen enz. in Noord-Holland en Utrecht
executoor verklaarde kohieren Nos. 9 en 10 van de
PERSONEELE BELASTING over het dienstjaar 1879
'80 aan den Ontvanger van 's rijks directe belastingen
alhier zijn ter hand gesteld, aan wien ieder verplicht is
zijnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet te vol
doen.
Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke plaatsen
aangeplakt te Amersfoortden 22. Mei 1880.
De Burgemeester voornoemd,
VAN PERSIJN.
De Burgemeester van Amersfoort,
Gezien art. 21 der wet van 4 December 1872 (Staats
blad No. 134),
Brengt ter kennis van de ingezetenen dat in de laatst-
verloopen week geen sterfgeval aan MAZELEN in
deze gemeente is voorgekomen.
Amersfoort, den 24. Mei 1880.
De Burgemeester voornoemd,
VAN PERSIJN.
Voorzitter de Burgemeester Mr. F. H. van Persijn.
Tegenw. 12 leden, afwezig de Heeren van Rosenthal,
(uitlandig), Herschel en Scheltns met kennisgeving.
De notulen der vorige vergadering worden na lezing
goedgekeurd.
Aan de orde van behandeling is een door B. en W.
uitgebracht advies omtrent het verzoek van A. de Bree,
om ontslagen te worden van de pacht der straatvuilnis,
loopende van 1 Nov. 1870 tot 31 Dec. 1881. Het dage-
lijksch bestuur erkent, dat thans in het contract onder
andere bezwarende voorwaarden ook de verplichting
voorkomt het puin weg te voeren, aanwezig op de berg
plaats bij den L.Vr.toren en door de gemeente niet ver
langd wordende, aan welke voorwaarden echter vooraf
me#er dan de gewone bekendheid gegeven is. Nu evenwel
op medewerking van zijde des pachters weinig te reke
nen valt, schijnt het B. en W. wenschelijk toe, den duur
van het contract te verkorten, en alleen daarom stellen
zij, onder toezegging, dat de eenmaal gemaakte bepalin
gen zullen gehandhaafd worden, den gemeenteraad voor,
om de pacht te doen eindigen met 31 Dec. 1880. De
Heer Visser vraagt te mogen worden ingelicht aangaan
de het verschil tusschen de vorige pachtsom van f612
met de laatste van f270.
De Voorzitter wijst te dien aanzien op de meer be
zwarende conditiën, o. a. het tweemalen in de week
schoonmaken van de markt, het wieden van de straat
vóór gemeente-gebouwen, enz., die niet meer dan f100
pacht deden verwachten en op de begrooting brengen.
De Heer v. Zijst vreest een precedent te zullen stellen
en verklaart zich uit dien hoofde in beginsel tegen eenig
I.
ontslag van den pachter. De Voorzitter acht het aan
blijven, nog gedurende het gansche jaar 1881, van een
pachter, die zich bezwaard gevoelt, zeer in 't nadeel van
het algemeen belang der ingezetenen. Het voorstel van
B. en W. wordt aangenomen met 10 tegen 2 stemmen,
(de Heeren Groeneboom en v. Zijst.)
Voorstel van B. en W. betreffende verkoop van een
stuk grond, ter grootte van 7 aren 40 centiaren, gelegen
ter zijde van de Slijkpoortsbrng nabij Beekenstein, aan
den Heer P. A. Hnet, die zich bereid heeft verklaard f 1
per MS (f 740) daarvoor te geven, een koopprijs, de lig
ging van het terrein in aanmerking genomen, alleszins
voldoende naar het oordeel van den Burgemeester. Voor
't geval de gemeenteraad zich met dit denkbeeld ver-
eenigt, bedingen B. en W., dat de kooper binnen twee
jaren op het terrein een heerenhuis bonwe. De rekw.
meende niet te kunnen treden in het voorstel tot ver
hooging van zijn aanbod met de helft, hem gedaan, wijl
de gevoelens van den Burg. en de Weth. verdeeld waren.
De Voorzitter ontwikkeld nader de gronden waarop hij
voor den verkoop tegen f 1 is. De Heer Croockewit acht
voor een gunstig gelegen stuk grond, vooral bij de voor
genomen vereeniging der beide sociëteiten, een koopprijs
van f 3 geenszins te hoog. De Heer Methorst herinnert,
dat hij onlangs tegen de verkoop sterode van een gedeelte
van een uitgestrekt terrein, waarover hij voor de ge
meente vrije beschikking wilde behouden, maar zal zich
nu met het gedaan voorstel vereenigen, omdat het den
afstand van eene kleine strook gronds betreft en er geen
hooger bod is gedaan.
De Heer Celosse doet een voorstel, te verkoopen tegen
f 1,50, doch trekt hel in, na de uitdrukkelijke verkla
ring van den Voorzitter, dat rekwestrant niet meer dan
fl wil besteden. De Voorzitter releveert, dat de ge
meente in 1856 voor nabij gelegen grond, waarop de
huizen der Heeren van den Wall Lake staan, geen derde
gedeelte van de thans geboden som verkreeg, na schatting
door deskundigen, gaat vervolgens de voordeelen na
welke de bouw en bewoning van een heerenhuis, ook
met het oog op belastingen, aanbrengt voor de gemeente,
en onderwerpt eindelijk de voordracht aan 'sraads be
slissing. Zij wordt met 8 tegen 4 stemmen verworpen.
Vóór stemden de Heeren v. Zijst, Drijfhout van Hooff,
v. d. Santheuvel en Methorst.
Reglementen voor het pro-gymnasium en de hoogere
burgerschool met burgeravondschool, zi oals die door
B. en W. zijn ontworpen, in overleg met de inspekteurs,
curatoren, commissie van toezicht en hoofden der be
trokken inrichtingen. De Voorzitter vraagt of men mis
schien de behandeling der stukken wil uitstellen en doet
opmerken, dat drukkosten nogal hoog zouden loopen.
De Heer Groeneboom wenscht ze aan te houden tot eene
volgende vergadering, en alle stukken gedrukt te zien.
Een voorstel van den Heer Metborst, ondersteund door
den Heer v. d. Santheuvel, om de stukken rond te zen
den ter lezing, wordt z. h. o. aangenomen.
Een ontwerp-besluit tot af- en overschrijving, op de
gem.-begrooting over 1879, van f3,84, rakende kosten
der vervolging van den voormaligeu pachter der straat
vuilnis, wordt met alg. st. goedgekeurd.
Ingekomen is de goedkeuring van Gedep. Staten op
het raadsbesluit tot wijziging van de gem.-begrooting
over 18S0, op het kohier der hondenbelasting over 1880
en op eene voordracht tot af- en overschrijving van
eenige posten der gem.-begrooting over 1879. Voor
informatie.
Ten slotte vraagt de Heer v. Beek inlichting betref
fende aanbesteding van den bijbouw der meisjesschool
voor f 5360. De voorzitter geeft te kennen dat voor die
som het werk is gegund aan den laagste der twee in
schrijvers, en verwijst overigens naar de toelichtende
memorie der gewijzigde begrooting, waarop voor het
pro-gymnasium en de meisjessshool te zamen f 17000 is
uitgetrokken, met vermelding, dat de bijbouw méér zou
kosten dan f 2000, gegrond op slechts één locaal. De
uitgaven voor beide werken zullen mogelijk iets meer,
maar zeker niet véél meer beloopen dan het bedrag daar
toe beschikbaar gesteld. De Heer v. Beek herinnert er
aan, dat alles in der tijd gegrond was op f 15000 en zou
dus eene verhooging van de huur wenschen. De Voor
zitter laat daarop volgen, dat het over en weer in de be
doeling van partijen ligt geen voordeel of nadeel te heb
ben en verklaart zich bereid dit punt bij de behandeling
der gemeente-begrooting voor 1881 in overweging te
nemen.
De zitting is hierna gesloten.
BINNENLAND.