Nationale Militie. VOLKSONDERWIJS. Bunschoten. Bij Koninklijk besluit11,* van 29 Januari 1881, no. 3, is als blijk6 van zijner Majesteits goedkeuring en te vredenheid, de bronzen medaille alsmede j een loffelijk getuigschrift toegekend aanouj Aart Heuveling te Bunschoten, wegens- het met levensgevaar redden eener vrouwjn( uit den Spakenburgergracht in den avond van den 4 January 1881. j an Kampen, 3 Febr. In de gisteren avond gg] alhier gehouden vergadering van het Depar-' g tement Kampen der Maatschappij tot Nut|Qr van 't Algemeen werd uit het door hetje Hoofdbestuur aangeboden drietal voor de betrekking van Algemeen Secretaris det Maatschappij, gekozen de Heer W. J. van Gorkom, schoolopziener te Leiden. men er geene bepaalde zekerheid van heeft. Het wasechter eene daadzaak dat verschei dene jonge edellieden door hem geruïneerd waren, en een hunner, die gehuwd was, en vrouw en kinderen bezat, moest huis en be zitting in de handen der woekeraars van wie hij geld geleend had overlaten, ten einde zijne eereschulden aan den eer von Triks te kunnen voldoen. Met den gevederden jachthoed in de hand huppelde deze nu den graaf te gemoet, die langzaam was opgestaan, en met een vrij onvriendelijk gezicht den binnenkomende te gemoet ging. „Een heerlijke dag mijn lieve graafBij Diana's kuischheid wij zullen eene mooie jacht hebben, met zulke schoone voorteeke nen loopt het er nog op dat wij het oude wild von Ehrenfels geheel en al zullen uit roeien Terwijl de vreemde deze woorden op zijn gewonen schetterenden toon uitsprak, gaf hij zich alle mogelijke moeite om zijne fletsche waterachtige oogen te doen schit teren even alsof hij de grootste Nimrod der wereld, en niet de wekelijke salonridder was waarvoor hij algemeen bekend stond. De graaf zag hem met een spotachtigen blik aan, wees met een lichte beweging der hand op een stoel, en vroeg toen kortaf „Koffie of thee Wat mag ik u inschenken Pardon, daar dacht ik niet eens aan, gij hebt misschien al ontbeten. In dat geval zult gij wel een glas madera willen heb ban En hij greep reeds naar de schel, maar be bezoeker maakte een afwijzende beweging. „Ik heb geen tijd, mijn waarde Waar denkt gij toch aan Als wij op onzen tijd in Hohenbruch willen aankomeu, dan moe ten wij reeds over een minuut weg zijn. En gij? Maar wat zie ik. In deze kleeding kunt OEEICIËELE PUBLICATIEN. De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, Gelet op art, 264 der gemeentewet, Doen te weten dat het derde aanvul lingskohier der plaatselijke directe belasting (Hoofdelijke Omslag) over het dienst jaar 1880 voorloopig vastgesteld is en ge durende veertien dagen, te rekenen van heden, alle werkdagen van 10 tot 1 uur, op de Secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing zal liggen, binnen welken- termijn elk op het kohier aangeslagene bij den Raad bezwaren tegen zijnen aanslag kan inbrengen. Amersfoort, den 31 Jan. 1881. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, De Secretaris. VAN PERSIJN. W. L. SCHELTUS De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, Gezien de art. 9 en 11 van het konink lijk besluit dd. 17 December 1861 (Staats blad No. 127) en de artt. 11 tot en met 14 der wet van den 19 Augustus 1861 (Staatsblad No. 72); Roepen de ingezetenen, die verlangen als Vrijwilligers bij de militie optetreden, bij deze op, om zich daartoe bij hen ter Se cretarie, op M a a n d a g, den 14 F e b r u- a r i aanstaande, van 's voormiddags 10 tot 1 uur 's namiddags aantegevenonder overlegging van de navolgende bewijsstuk ken: a. Het getuigschrift vermeld in art. 11 der wet, tot welks afgifte ter Secretarie zal worden zitting gehouden op Zaterdag den 12 dezer maand, van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags; b. Het bewijs van aan de verplichtingen ten aanzien van de Militie, voorzoover die te vervullen waren, te hebben voldaan; c. Het bewijs van ontslag en het getuig schrift, in art. 13 der wet vermeld, zoo de persoon wien het geldt, bij de zeemacht, bij het leger hier te lande of bij het krijgs volk in 's rijks overzeesche bezittingen heeft gediend; d. Wat een minderjarige aangaat, een bewijs van toestemming van den vader, moeder of voogd. Om vrijwilliger bij de militie te zijn, moet men ongehuwd of kinderloos weduwnaar en ingezeten wezen, voorts lichamelijk voor den dienst geschikt, ten minste 1,56 me ter lang, op den 1 Januari van het jaar der optreding als vrijwilliger het 20e jaar ingetreden en het 35e jaar niet volbracht hebben, tot op het tijdstip der optreding aan zijne verplichtingen ten aanzien van de militie voor zoover die te vervullen waren, voldaan en een goed zedelijk ge drag geleid hebben. Het bezit van die vereischten, met uit zondering van de lichamelijke geschikt heid en van de gevorderde lengte, wordt bewezen, door een, hierboven bij letter a bedoeld, getuigschrift van den Burgemees ter der woonplaats. Hij die voor de militie is ingeschreven, wordt slechts als vrijwilliger toegelaten voor de gemeente in welke hij ingeschre ven is, tenzij hij geene verplichtingen ten aanzien van de militie meer te vervul len hebbe. Hij die bij de zeemacht, bij het leger hier te lande, of bij het krijgsvolk in 's rijks overzeesche bezittingen heeft gediend, wordt niet als vrijwilliger bij de militie toege laten, tenzij hij bij het verlaten van den dienst, behalve een bewijs van ontslag van den bevelhebber onder wien hij laatstelijk heeft gediend een getuigschrift hebbe ont vangen, inhoudende dat hij zich geduren de zijnen diensttijd goed heeft gedragen. Hij kan, heeft hij dit ontvangen, totdat zijn 40e jaar volbracht is, als vrijwilliger bij de militie worden toegelaten. De vrijwilligers strekken in mindering van het aandeel in de lichting te dragen door de gemeente voor welke zij optreden. Amersfoort1 Februari 1881, De Burgemeester, De Secretaris, YAN PERSIJN. W. L. SCHELTUS. De Burgemeester van Amersfoort, Gelet op art. 15 der wet van den 26 Mei Mei 1870 (Staatsblad no. 82), betrekkelijk de grondbelasting Brengt ter kennis van de belanghebben den, dat eene opgave der uitkomsten van de meting en schatting, bedoeld bij artt. 15, 23 en 43 der aangehaalde wet, gedurende dertig dagen, te rekenen van heden, op de Secretarie der gemeente ter inzage ligt, van 's vbormiddags 10 tot 1 uur des namiddags, Amersfoort, den 3 Februari 1881. De Burgemeester voornoemd, YAN PERSIJN. Amersfoort, 4 Februari 1881. De Burgemeester van Amersfoort be richt met dankzegging, dat bij hemwe der voor den watersnood is ingekomen van A. W. f 2,50 en van N. N. in 'cou pons f Amersfoort, 3 Febr. 1881. De Burgemeester, VAN PERSIJN. Verslag der s Afdeeling" Amersfoort. Het Bestuur heeft de eer het volgende verslag van den toestand en de werk zaamheden der Afdeeling" in het af- geloopen jaar te geven. Blijkens het gij toch niet op het feest van Diana ver schijnen? Te drommel! de sneeuw ligt wel een voet hoog in het bosch „Ik zal de jacht ook niet mee maken," zeide eindelijk de graaf, terwijl hij weer bedaard ging zitten, en het niet scheen op te merken dat zijn bezoeker bijna een lucht sprong van verbazing maakte. „Nietmee naar Hohenbruch? Gij, de meest hartstochtelijke jager van allen, wilt gij van die uitnoodiging geen gebruik maken „Neen," was liet lakonieke antwoord. „Ik begrijp u, ik begrijp u volkomen, mijn waardste sprak de gast na eenig na denken. „maar gij moet u sommige zaken toch eens uit het hoofd zetten. Het is im mers reeds jaren geleden, er is al lang gras overheen gegroeid; ik heb hetu immers al zoo dikwijls gezegd; men moet de wereld en de menschen verachten, dat is ffiet ge heim, waardoor wij alleen rustig en tevreden in de wereld kunnen leven. Daarom moet gij ook heden eens eene uitzondering maken, of zoudt gij?" Hier zweeg de heer von Triks en keek den graaf onderzoekend aan. „Nu, wat wilt gij nog meer zeggen, dan dat ik de wereld en de menschen moet ver achten Doelt gij ook op de kritiek betref fende mijn leven Bah dat kan mij niets schelen, laten de domooren zonder hersens maar praten wat zij willen en de graaf stond op, en ving zijne gewone wandeling langs de ramen op nieuw aan. „Leven, levenswandelneen, neen, caro amico Ik bedoel dat gij u die ongelukkige geschiedenis met uw neef, nu eens uit het hoofd moest zetten. Laat de menschen pra ten wat zij w illen, in uwe plaats zou het mij geen duit kunnen schelen." Wordt vervolgd] vorige verslag bedroeg het aantal leden der s Afdeeling" bij het begin van het jaar 1880 tweehonderd twee eu twintig. Dit aantal heeft in het afgeloopen jaar een belangrijke vermindering ondergaan, zoodat het ledental op het oogenblik 198 bedraagt. Alle samenstelling van het Bestuur bleef, wat de leden betreft, onveranderd. In plaats van het bestuurs lid Dr. D. Burger, die ingevolge den rooster in het begin van het vorige jaar moest, aftreden, werd in de vergadering van 8 Januari 1880 de Heer Hakkert gekozen, terwijl in de vergadering van 4 Maart 1880, in plaats van het be stuurslid, den Heer van Ketwichdie wegens vertrek naar elders als lid onzer d Afdeeling" bedankte, de Heer Prikken gekozen werd. De Afdeeling hield twee vergaderin gen die zeer slecht werden bezocht. Van de ruim 200 leden waren respec tievelijk slechts 11 en 16 leden ter ver gadering aanwezig (de bestuursleden hieronder begrepen). In de eerste vergaderinggehouden op Donderdag 8 Januari, werden hoofd zakelijk behandeld: lo. De gewone punten, volgens art. 10 van het huishoudelijk regle ment 2o. Een voorstel van het Bestuur tot- benoeming van 5 leden, om toe zicht te houden op de school- spaar banken; 3o. De vraagof er voor de op te richten teekenschool voor volwas senen uit de kas »Afdeeling" zal gecontribueerd wordenwelke vraag werd aangehouden. Omtrent de opgerichte schoolspaar- banken aan de kostelooze school van de Heeren van der Horst en Radersma, mer ken wij opdat zij in het afgeloopen jaar vrij bevredigende uitkomsten hebben gehad, maar dat de ingebrachte gelden over het algemeen na betrekkelijk kor ten tijd werden teruggevraagd. In de tweede bijeenkomst, gehouden op Don derdag den 4 Maart, werden hoofdzake- ljjk besproken »de beschrijvingsbrief" en het concept van een gerevideerd Reglement," ontworpen door de commis sie van wetsherziening. Na deze bespre king werd besloten enkele amendemen ten op dit concept aan het Hoofdbe stuur op te zenden, met verzoek deze in den beschrijvingsbrief op te nemen. Enkele dezer amendementen zijn op de salgemeene vergadering" aangenomen. De afgevaardigden onzer Afdeeling" hebben zich op laatstgenoemde verga dering tegen de oprichting van het thans bestaande Volksblad" verklaard. Het Bestuur hield zeven vergaderin gen, waarop verschillende meer of minder belangrijke onderwerpen werden behan deld. Een der voornaamste onderwerpen was de wijze van belooning voor trouw schoolbezoek. Omtrent dit punt werd be sloten met de kinderen boven de 10 jaar een reisje naar den Haag en met de kinde ren beneden dien leeftijd een reisje naar Baarn te maken. De billijke voorwaarden, door de directien der beide spoorwegmaat schappijen voor het vervoer der kinderen gesteld, maakten eerstgenoemd reisje mogelijk, dat in zoon ruime mate de ge legenheid aanbood, om de aandacht der kinderen op een tal van belangerijke za ken te vestigen. Het aantal kinderen, dat het vorige jaar in de termen viel aan ge noemde uitstapjes deel te nemen, was aanmerkelijk grooter dan in de daaraan voorafgaande jaren, zoo dat de pogingen, door onze afdeeling" aangewend, om trouw schoolbezoek te bevorderen en daardoor de hoogere giften van ontwikke ling en beschaving meer en meer ook tot gemeen goed van de lagere klassen te maken, de gewenschte vruchten hebben afgeworpen. Zij zal daarin een krachtige aansporing vinden op dien weg voort te gaan en door onderlinge bespreking en voorlichting naar nog betere middelen te zoeken tot aanmoediging van goed onder wijs en trouw schoolbezoek. Y an onbere kenbaar gewicht is het, het volk op te leiden op een wijze, dat het niet voor al lerlei dwaalbegrippen een geopend oor hebbe en dat het zelfstandig leere denken. De uitgaven daaraan besteed kunnen be schouwd worden als eenassurantie premie tegen maatschappelijke rampen. Zij dra gen ruime vruchten ook voor de volks welvaart". Tusschen de hoogere en de la gere, de geestelijke en stoffelijke belangen van de mensch bestaat een nauw verband. Wat deze bevordert, bevordert ook gene en omgekeerd. Niets verhoogt de alge.[n meene welvaart zoo zeer als juist datgenejve wat 's menschen zedelijke natuur versterk^ en veredelt. Wij besluiten dit verslag met dengi wensch, dat onze Afdeeling" in bloe;n i toeneme, haren werkkring uitbreide eqhtl aan ons onderwijs een machtigen steunt; ai verleene, dat in haar steeds gevondene worden de drie eigenschappen: een vruchtbaar verstand, een grondio D oordeel en belangstelling in alles wat toijg, verheffing ook van onze minder bevoor jttf deelde medemenschen kan strekken. iD Namens het Bestunr, C De Secretaris. j J. F. PRIKKEN. >ud eg' Op den Heer Mr. A. Kerdijk werd geen 1 enkele stem uitgebracht. bri de BUITENLAND. De National, een in Parijs verschenen*^ blad, sprekende van den oorlog, waarin deva Engelschen zich in de Transvaal gewik-ee keld hebbeu, zegt„Dat is het gevolg der staatkunde van Beaconsfield. De heer Gladstone heeft eene onvergeeflijke fout begaan, door in Afrika de noodlottige nalatenschap van zijn voorganger te aan- vaarden, nadat hij zedelijke kracht genoeg had getoond, om te breken met het verle-ie dene in Afghauistan." w lo De verliezen door generaal Colley in de Langnekpas geleden bedragen aan dooden 24 en gewonden een vierde deel van de trot,- pen door hem in het vuur gebracht. De nederlaag was volkomen en de terug- tocht volstrekt noodzakelijk. Een wapen- b stilstand werd gesloten, omdat het groote aantal der aan beide zijden gevallen doo- den begraven moest worden. Het verlies der Boeren was gering, daai zij voortreffelijk gedekt waren. De Engel- sche officieren, die bij den aanval het leven verloren, vielen reeds bij het eerste 8 treffen. De Boeren moeten, naar men ver- I zekert, met veel juistheid hebben gemikt, 1 In de Portugeesche Kamer is de Trans* vaal-quaestie ter sprake gekomen; en is daar een voorstel ingediend, om de Regee ring te verzoeken aan Engeland hare be middeling aan te bieden. Van 1 Juli 1879 tot 1 Juli 1880 zijn in de Vereenigde Staten 457,257 land verhuizers aangekomen. Men bericht uit Caïro van den 28n Jan. „De nieuwe Sheik, El Braki, heeft, in overleg met den Khedive, gelast, dat voort aan niet meer mag plaats hebben de cere monie om het paard over de geknielde lichamen van fanatieke Muzelmannen te rijdenter gelegenheid van het aan den Profeet gewijd feest. Alle ceremoniën welke het Muzelmansch fanatisme kunnen op wekken en de godsdienst in minachting kunnen brengen, zijn strikt verboden." BINNENLAND. Het Hoofdcomité tot behartiging var de belangen der Transvaalsche Boeren heeft met algemeene stemmen besloten een adres aan Z. M. den Koning te zendeD, waarin het dringend verzoekt, „dat het onze Regeering moge behagen bij de Brit- sche Regeering die diplomatieke stappen te doen, welke haar het meest geschikt voorkomen om den uitgebroken oorlog in den aanvang te stuiten en de gerezen geschillen te beslechten door het herstel en de bevestiging van de onafhankelijk heid der Zuid-Afrikaansche Republiek."

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1881 | | pagina 2