NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
Amersfoort, Baarn,
Eenre, Baiemi, toelaten, E
NIEUWE
Zaterdag 23 Juli 1881
BOSO$T.
No. 59.
Tiende Jaargang.
Uitgever: A. M. Slothouwer,
Advertentiën kunnen inge
zonden worden tot uiterlijk
's morgens S'Aunrdes Woens
dags en Zaterdags.
Eene viermaal geplaatste ad
vertentie wordt slechts drie
maal in rekening gebracht.
rl
Wij hebben er de voorkeur aan gegeven,
dit onderwerp met een enkel woord te be
spreken, Wanneer het zijn actualiteit groo-
tendeels verloren zou hebben.
FEUILLETON.
MERSFOORT
Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden 1,
Franco door het geheele Kijk1,10.
Afzonderlijke nummers 3 Cent.
Dit Blad verschijnt des Woensdags- en des Zaterdag».
te Amersfoort.
Advertentiën van 16 regelsJ 0,40.
Iedere regel meer 0,05.
Voor het Buitenlandn 0,075.
Reclames per regel u 0,20.
Groote letters norden berekend naar plaatsruimte.
Bij den eersten oogopslag moge dit
vreemd schijnen, bij eenig nadenken zal
men ons gelijk geven. Het kwam ons
voordat de strijdj.l. Dinsdag bij de
stembus gevoerduitsluitend en van
bet begin tot het einde door de kiezers
moest worden uitgemaakt. Wij hebben al
tijd gemeend en meenen nog, dat al die
voorlichterij, waarvan sommige dag- en
weekbladen als „organen van de publieke
opinie" zooveel ophef maken, in den grond
der zaak weinig heeft te beduiden. Im
mers er zij drie soorten van kiezers. A.
De stemmers. Zij verzuimen nooit den
gang naar de stembus, tenzij onoverkome
lijke hinderpalen het hun mochten belet
ten; als 't eenigszins kan zullen zij er zelfs
des vereischt er hun zaken of genoegens
voor dien dag naar inrichten. Voor hen
is het niet noodig, bijzondere aanwijzingen
te doen: zij zorgen we), genoegzaam op
de hoogte te zijn, vinden in hun kiesver-
eenigingen gelegenheid tot gedachtenwis-
seling, worden omtrent alle zaken ingelicht
door hun geestverwanten, 't geen geschiedt
in den vorm van strooibiljettten, adverten
tiën en persoonlijke bespreking. De klasse
B. bevat de zwevers. Als 't zoo in de
gelegenheid te pas komt, zij letterlijk niets
te doen hebben, het weer niet mooi ge
noeg is om op reis te gaan en niet slecht
genoeg om thuis te blijven, niemand der
hunnen aanspraak maakt op hun bijzijn,
kortom als zij, zooals men wel eens zegt,
roet hun ziel onder den arm loopen, ja,
dan kuieren zij wel eens naar de stem
bus toe, als deze niet te ver van huis is,
meestal bij wijze van tijd passeering. Soms
stoppen zij een blanco biljet in de bus, -
een enkele maal schrijven zij op hun brief
je een aardigheid, b.v. de namen van „ra
re lui" als daar zijn: Bram de Mop,
Bismarck, Napoleon, de Bey van Tunis,
en in hun binnenste schateren zij van
lachen over de pret die hun snaakschheid
aan het stembureau zal wekken; of we),
zij stemmen inderdaad en dan nemen zij
natuurlijk het candidatenlijstje over van
de partij, waartoe ze de eer hebben te be-
hooren, zonder dat het hun eigenlijk iets
kan schelen waarom de heeren worden aan
bevolen. Eindelijk hebben we klasse C.,
de thuisblijvers. Hun getal is, men ver
gelijke slechts het aantal uitgebrachte stem
men met het geval kiesgerecliligden,
zeer groot, en zij maken van bun onthou
ding ook geen geheim, 't Is hun een stel-
sei geworden, „zich met die gemeenteraads
verkiezingen niet te bemoeien:" men wil
maar liefst al zij stad- of dorpsgenooten,
ook in 't belang van nering of bedrijf, tot
vrienden houden, en teveel ijver zet licht
I.
Menige novelle begint, vermeen ik, met
een bal of een toilet (piunten van uitgang
die mij allen lust tot verder lezen bene
men), waarom ik deze' aauvang met
„Carrebou, carrebo^J j
Mes i soun nègre, iy(e3 j S0UD bon!" 1).
(in de hoop dat dilf du mijn lezer niet
afschrikt.)
Dat riep de arivJe held van dit verhaal
met twee samengebonden zakken charbon
op het hoofd en ;de handen in de zijden,
op zingenden too/Q door Gelos, een dorp in
de Pyreneën van groote duizend zielen,
het talrijker gedierte niet meegerekend,
dat deels in geJJaante van ganzen en big
gen den jongen kolenverkooper voor de
voeten liep. Bose>st zoo heette hij, naar
het vuile spaansbhe dorpje waarbij hij was
geboren - was eeji spaansche zigeuner van
achttien a twin.i<g jaar dit wjst hijzelf niet
juist. De groote jbende waartoe hij behoorde,
had n zes jaar t«j voren eenige wéken op de
vlakte achter d^ kazerne Pau gelegerd en was
op t gerucht van diefstal eensklaps door
de politie verdreven. Deze Bosost, toen
I) „Kolen olenl zwart maar goed!"
kwaad bloed.
Voor welke dier drie klassen nu de
voorlichting der bladen, die uit den aard der
zaak meer geroepen zijn de quaestiën van
algemeen belang te bespreken dan de huis
houdelijke zaken der verschillende ge
meenten waar zij lezers vinden, eigen
lijk zou moeten dienen, is ons niet recht
duidelijk. Als het openbaar leven bij de
kiezers zelf niet krachtig genoeg is om
hen te nopen door eigen onderzoek hun
keuze te bepalen, dan zal het weinig ba
ten, of men al beproeft hun de oogen te
openen.
We hebben slechts een paar opmerkin
gen in het algemeen, die voor alle plaat
sen van ons land in gelijke mate passen.
Men is gewoon, alle gemeente-verkie
'zingen zooveel mogelijk naar hetzelfde tijd
stip te verschuiven. Zoowel die, welke
geregeld plaats hebben ten gevolge van
de periodieke aftreding van de helft van
den raad, als die welke strekken om toe
vallig ontstane vacatures, door overlijden
of tusschentijds uittreden veroorzaakt, te
vervullen, en eindelijk, zocals dit jaar,
die waarvan de oorzaakt ligt in vermeer
dering van bevolking, geconstateerd bij
de jongste volkstelling, worden als het
maar eenigszins kan, gelijktijdig uitge
schreven. 't Gaat dan in één moeite door,
zegt men. Hoezeer we ook overtollig tijd
verlies zouden moeten afkeuren, komt het
ons toch voor dat men in dit opzicht wel
«at ver gaat, en de gemeentewet niet ge
noeg de zaak regelt, waardoor in het ver-
kiezingswerk weieens verwarring komt.
Hoe kan dat. anders, wanneer men zooals
bijv. in den Haag, drie briefjes van ver
J
nog een knaap, die met een koperen ketel
op den rug en een pijp in den mond naar
het dorp Bizanos was afgedwaald, vond te
gen den avond van den dag der verjaging
de tent der zijnen niet terug, vond niets
dan een stoffige vlakte en een alleen dwa
lend, vuil schaap, achtergebleven en ver
laten als hij. De kleine zigeunertjes had
den steeds op dat. arme schaap gereden,
en 't zou juist den volgenden dag zij!
geslacht, als die verjaging dit niet voor
komen had. Daar dwaalde het nu nog, en
zou later door een gendarme of sergent de
ville worden ondergebracht. En Bosost
dwaalde daar ook, sliep er zonder tent en
zwierf de volgende dagen verder en verder
altijd zoekende naar zijn eveneens zoekende
ouders. Hier en daar kreeg hij wat brood
of broye van de boeren, en ten laatste
werd hij te Clarac door den rottingsnij
der Joseph Tolle tijdelijk opgenomen, mei
dezelfde barmhartigheid waarmee deze een
hongerigen, heerloozen hond zou hebben
geherbergd, al ware Jt beest schurftig ge
weest, om bem desnoods vervolgens at te
maken. Daar de verloren „bohémien" niet
m de termen viel, te worden afgtnaakt,
noch door den goeden Tolle lang kon
worden onderhouden, bet hij hem te Nay
Clarac en in de omstreken kolen vtrkoo
pen, daar het kind als ketellapper nog
niets verdienen kon.
Zoo kwam het dat de spaansche zwerver
onder anderen te Gelos liep met „carbou."
Bosost was echt schoon. Ravenzwart
haar hing over zijn rug. Zijn glanzige don
kere oogen hadden iets weemoedigs, weer
spiegelden om zoo te zeggen, het zwerven.
De mond was schoon van vorm, lippen
fijn. De neus een weinig gebogen, ro-
meinsch. Gelaatsvorm ovaal, teint bruin
achtig, uitdrukking ernstig en schrander.
De spaansche zigeuner is een schoone
type. Er zijn groote mannen onder dat
las, allen met lang haar op den rug. De
jonge zigeunerinnen, met haar kettingen
en armbanden van zilveren geldstukken en
bonte kleeren, zijn vaak zeer mooi, vooral
om baar prachtige oogen. Eigenaardig is.
dat wanneer ze „waarzeggen" en men
naar hun afkomst vraagt, ze trouw ant
woorden: „Pesth," hoewel ze sedert, eeu
wen in en om Spanje zwerven, en natuur
lijk volstrekt geen begrip hebben van de
ligging van Pesth.
Eens deelde ik een menigte goedkoop
speelgoed, van twee sous, uit in een le
gerplaats van twintig a dertig spaansche
zigeuners-tenten, welke bewoners legio
waren. Hoewel dit zijn aardigheid en
eigenaardigheid had, herhaalde ik 't liever
niet. Eenige der ravenzwarte vaders vroe
schillende kleur heeft in te vullen 't Is
waar, als de kiezers maar hun oogen ge
bruiken, zullen zij het verkeerde briefje
niet invullendoch is hetmet allen
eerbied voor de met het stemrecht begif
tigden gesproken, dan zulk een zeldzaam
heid, dat enkelen hunner zich bij de een
voudigste zaken vergissen
Daarom zouden wij scheiding wenschen
in die verkiezingen. De periodieke, die
we gaarne naar een anderen tijd zagen
verhuizen, omdat circa half Juli een be
trekkelijk groot aantal peisonen hun woon
plaats hebben verlaten, blijven dan op
zichzelf. De aanvullings-verkiezingen min
stens een maand, uiterlijk twee maanden
na het ontstaan der vacatures. Die ten
gevolge van bevolkings-toename in de
laatste maand voor het behandelen der
begrootir.g voor het jaar gedurende het
welk de vermeerdering der bevolking is
vastgesteld; dus in Augustus bijv.
Zoolang de census nog de grondslag
der kiesbevoegdheid blijft uitmaken, ach
ten we de tegenwoordige regeling toch
onbillijk. Kiezers voor den gemeenteraad
zijn zij die in de direkte Rijksbelastin
gen betalen een som gelijkstaande aan de
helft van hetgeen zij daarin moeten bijdra
gen om voor leden der Tweede Kamer of
dtr Provinciale Staten te mogen stemmen.
Maar zou het nu niet veel meer rationeel
zijn, voor gemeenteraadsverkiezingen een
gemeentelijken census vast te stellen
afgescheiden van alle mogelijke Rijks-aan
slagen? Dan zou ten minste gezegd kun
nen worden dat zij die in zekere mate
tot de instandhouding der gemeentelijke
huishouding bijdragen, ook invloed uitoe-
gen beleefd, hun kinderen toch niet te
vergeten, maar de moeders trokken elkaar
het speelgoed uit de handen, vielen er
gretig en woest op aan, hielden me vast
en rukten het uit mijn handen. Een zelfs
had, kinderlijk genoeg, gaarne beslag ge
legd op het rijtuigje waarin mijn kind
sliep, voor het hare.
De keerzijde der medaille was ook,
dat een, door de hitte van zon en vuur
verschroeide, schijnbaar oude vrouw, voor
een der tenten op den grond gezeten,
haar zuigeling de slappe borst als van
leer gaf, en er onder de kleine kinderen
met pijpen in den mond, eenige waren
die geel zagen van de koorts en dat men
er zekere diertjes kon opdoen. Maar schil
derachtig was het! In de tenten bran
den de vuren, en de ravenzwarte, door
zon en vuur verbrande mannen met hun
blinkende ketels werkten er bij.
Een christelijke dame in het stadje
Gan had eens belang gesteld in Bosost,
namelijk naar zijn godsdienst gevraagd,
waarop hij beduid had, dat hij niet wist
wat. zij meende. Ze poogde hem uit te
leggen wat ze bedoelde, maar weder ant
woordde hij, dat hij niet wist wat dat
was, godsdienst. Nu, die christin wist
het des te beter en schudde bedenkelijk
het hoofd, meenende dat de jonge zwer-