NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
t, Baan, EunscloteoEemoesHaersiali, Mitn, Hooiland, LensdenSoest,
NIEUWE
Woensdag 15 Februari 1882.
ZONDER MASKER.
No. 13.
Elfde Jaargang.
Uitgever: A. Hf. Slothouwer,
Advertentiën kunnen inge
zonden worden tot uiterlijk
's morgens §7„uurdes Woens
dags en Zaterdags.
Eene viermaal geplaatste ad
vertentie wordt slechts drie
maal in rekening gebracht.
Verkooping van vaste goederen.
AMERSFOORTSCHE COURANT
Abonnementsprijs voor Amersfoort per S maanden 1,
Franco door het gebeele Rijk
Afzonderlijke nummers 3 Cent.
Dit Blad verschijnt des Woensdags- en des Zaterdags.
te Amersfoort.
Advertentiën van 16 regelsj 0,40.
Iedere regel meer 0,05.
Voor het Buitenland0,075
Reclames per regel0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Amersfoort, 15 Feb. 1881.
De zittingen van den Militieraad, in eene
der zalen van het stadhuis te Utrecht,
worden dit jaar gehouden voor de onder
staande gemeenten, als volgt:
Eerste Zitting.
voor Soest, Baarn met Vuursche,Eem-
nes en Bunschoten op 13 Maart; Amers
foort Hoogland, Leusden met Hamers-
veld en Stoutenburg op 15 Maart, en
Woudenberg 20 Maart.
Tweede Zitting.
voor Woudenberg 14 April en voor al
de overige gemeenten 13 April.
Z. M. heeft den Heer K. Schraver, le
luitenant plaatselijk adjudant te Amers
foort, tijdelijk op pensioen gesteld en het
pensioen verleend voor den tijd van vijf
jaar tot een bedrag van f400.'s jaars.
Te Amersfoort is afkondiging gedaan
van een huwelijk, met daartoe verkregen
toestemming van den koning eerlang aan
te gaan. De bruid telt nauwelijks vijftien
en de bruidegom twintig jaren. Utr.D.
De Heeren J. C. Rolandus Hagedoorn,
Dr. A. H. C. van Driel, Mr. J. Heili
gers, H. W. A. van den Wall Bake en
Jhr, A. D. J. Calkoen, door den gemeen
FEUILLETON.
XLV.
Vader en zoon.
Getrouw aan zijn belofte verscheen Anton den
volgenden dag op Rapenburg, 't Was ongeveer zes
uur, en hoewel de zon nog niet onder was, scheen
het toch alsof de avond zijn schaduwen reeds be
gon uit te spreiden. Tusschen de boomen en hees
tergewassen, die bijna geheel in hun vollen blader
tooi stonden te prijken, bemerkte men die eigen
aardig blauw-zwarte tinten, die het naderen der nscht
aankondigen, en Anton kon niet nalaten een oogen-
blik stil te staan om te luisteren naar de zuivere
rollende toonen eener nachtegaal, die zich in de
buurt van het voorplein scheen op te houden. Nog
stond hij in dien zoeten dommel, waarin alleen
deze zangvogel ons des avonds vervoeren kan, ver
zonken, toen hij op eens een zachte hand op zijn
schouder voelde leggen, en opziende bemerkte hij
Catharina, die hem lachend vroeg
«Wel, is de eene zanger in staat den anderen als
een betooverd beeld aan den grond te nagelen?
«O, Mevrouw!" antwoordde Anton opgetogen,
»'t is onvergelijkelijk schoonMen wordt haast let
terlijk aan zich zelf ontvoerd, vooral wanneer de
omgeving, gelijk hier, ons reeds in een aandachtige
stemming verplaatst!"
«Ge hebt gelijk Ook ik kan me zoo bij avond
in een milde stemming gevoelen en bet is dan, alsof
alles volmaakt is, wat ons omringt; mischien wel,
omdat we na den arbeid het beste gevoelen kunnen
tot welk een volmaking we zelf geroepen zijn."
«Dit stem ik u volkomen toe, en ik ben daarbij
van de stellige overtuiging, dat iemand wiens oor
teraad van Amersfoort benoemd tot leden
der commissie van toezicht op het mid
delbaar onderwijs, hebben hunne benoe
ming aangenomen.
Naar men verneemt zal Zondag a.s., bij
gelegenheid van den verjaardag des Konings j
groote parade alhier gehouden worden.
Zaturdagavond 11 Februarij 1882.
in het ,/Valkje" te Amersfoort.
Notaris: de Heer Mr. J. M. RICHELLE.
Lange-
Een huis aan de
straat en uitkomende aan de
Pepersteeg
2. Een perceel Bouwland in
de Groenesteeg
3. Een perceel best Wei- en
Hooiland in den polder //de
Hond" te Hoogland
f8100.—
- 5090.—
opgehoud,
f13190.—
BUITENLAND.
Het Londensche fonds voor de Joden
in Rusland bedraagt reeds 40,000 pd. st.
Ongeveer 300 Joodsche vluchtelingen zijn
te Liverpool aangekomen op weg naar
Amerika.
Door de Catholieke leden in de Baden-
sche Tweede Kamer werd, met het oog
op de vele valsche eeden, die worden af
gelegd, aangedrongen op eedsbeperking of
geestelijke voorbereiding tot den eed.
Een vrouwelijke nihilist, Sophia Burdin
is uit Siberië ontsnapt en te Genève aan
gekomen.
zoo pas gezwelgd in de liefelijke toonen, die zoo
even ons oor troffen, of die door een of ander
kunstgenot zich bezield gevoeld heefl, niet in staat
I is tot eene lage handelwijze, maar steeds, wat het
ook zijn moge, het goede volbrengen zal."
„Dus zullen de kunst en de natuur alléén in staat
zijn ons te veredelen?"
„Niet alléén, Mevrouw! want wanneer het hart
ongevoelig voor deze beiden is, zullen ze weinig
invloed hebben
„Ik ben blijde, dat we elkander verstaan," sprak
Catharina, „doch om u niet langer dan noodig op
te houden, zal ik u even de brieven halen, die ge
zeker van plan waart hier in ontvangst ^e nemen.
Ga onderwijle bij mij man, die zich in zijn stu
deerkamer bevindt." Bn ze voerde d:n jongeling het
huis binnen naar bet genoemde vestrek, waar hij,
op het kloppen beantwoordend „binnen," weldra voor
den heer des huizes stond. Zwijgend zage deze beide
mannen elkander een oogenblik aan. De één met het
bewustzijn zijner schuld, alle plannen vergetend, die
bij tot delging derzelve ontworpen had en slechts
het onderzoekend oog gevestigd op den jonkman,
om te zien welk een indruk een ontknooping op
hem kon teweegbrengen; in twijfel, of het misschien
1 niet beter zou zijn alles te verzwijgen, indien hij
namelijk onbekend was met het hem zoo zeer druk
kende geheim. Ware het in dit geval geen onver-
geefelijke wreedheid het hart van iemand, die hij
reeds om zijn edele verschijning begon lief te hebbeD,
op een dergelijke wijze vaneen te scheuren en zijn stille
rust in een hartstochtelijke chaos te veranderen?
De ander tond daar als het zuiver beeld dier oprechte,
onbedorven jeugd, met zijn helderen, half onbewusten
blik, die nog de wereld in zag als kon hij haar op één
slag veroveren, ondanks zijn stil verdriet, dat hem sinds
zijn kindsheid was achtervolgd. Hem in het oog te schou
wen, zich in zijne nabijheid op te houden, was als het
genot van den frischen bergwind, die ons in het aange
zicht waait en zijn krachtigen geur nog niet in straten
Uit Kerchwijlen, in Westphalen zijn
verscheidene familiën buiten het gebied
der gemeente gezet, die daar met handen
arbeid haar brood verdienden omdat zij
hunne nationaliteit als Nederlanders niet
wilden prijsgeven.
Dezer dagen is de officiëele lijst ver
schenen van de ongelukkigen, die bij bet
onheil in het Ringtheater te Weenen het
leven verloren. Het aantal slachtoffers be
draagt drie honderd acht-en-dertig.
Het bestuur der werkstakende typogra-
fen-vereeniging te Madrid is in hechtenis
genomen wegens inbreuk op de vrijheid
van arbeid. De zaak is voor den rechter
van instructie.
Uit New-York wordt gemeld, dat de
stoomboot Westphalia bericht bracht van
schrikbarend weder op den Oceaan; ette
lijke stoomschepen die verwacht werden,
bleven weg, daaronder de Rotterdamsche
stoomboot W. A. Scholten, die achttien
dagen geleden vertrokken.
Volgens berichten uit Jeruzalem is er
een oproer uitgebroken onder de Chal-
deërs. Zestig hunner verwondden ettelijke
Armeniërs, vernielden heiligen beelden,
heilige graven en een Armenisch altaar.
De gouvernenr herstelde de orde met de
hulp der troepen.
In de dorpen Wickede, Courl en "Was-
sercourl, bij Dortmund, zijn de pokken in
bedenkelijken graad uitgebroken. In 8 da
gen kwamen er 24 ziektegevallen vóór,
een met doodelijken afloop. Er is een ba
en stegen verloren beeft. Thans was het hart van dezen
jongcliDg beklemd, als ademde hij diep onder de aarde
in oude gewelven, die een vrek zich aangelegd heeft tot
bergplaats van zijn goud, en toch zocht hij hier niets,
aljerminst goud, eu evenwel was het hem, al moest hij
dien schitterende blik vragen, den grendel weg te schui
ven van de zware deur, die sinds zijn geboorte een don
ker bol aan zijn oog onttrok, dat hem al zijn jammer en
ellende tot in haar gansche diepte kon doen peilen.
„Mijnheer Eijken!" dus begon Rudolph, „gij komt
hier om eenigen vasten grond onder de voeten te krijgen,
en u een positie te verwerven, die zeer zeker een eerlijke
en betrekkelijk winstgevende zal zijn. Me dunkt, dit kan
u niet moeilijk vallen, vooral daar, naar hetgeen ik ge
hoord heb, ge een niet onbeduidend talent bezit. Een
ieder zal zich vereerd gevoelen, zijne kinderen aan uwe
opleiding te kunnen toevertrouwen, en echter betwijfel
ik zeer, of dit juist dienstig voor de verdere ontwikke
ling van uw eigen krachten zal zijn. Ge zult alle uren,
die ge met mogelijkheid beschikbaar hebt, bezet kunnen
krijgen, ge zult draven en loopen van den één naar den
ander, veel geld verdienen, n gemakken, ja zelfs weelde
kunnen veroorloven, die u tot hiertoe onbekend waren,
zonder welke ge ten slotte niet meer kunt leven. Toch
vrees ik tevens, dat gij zelf, dat wil zeggen uw innerlijk,
daarbij te gronde zal gaan. Hoe menig talent is niet in
den sleur van het leven blijven steken, en tot een allc-
daagsch mensch teruggegaan De Philistijnen klappen
dan natuurlijk in hun handen; waut uw gebroken kracht
zal hen niet meer verontrusten, gij zelf echter verbloedt,
tenzij ge één van die zeldzame geniën zijt, die zich met
kracht van de heerschappij der gemoederen weten mees
ter tc maken, door ze voor hen te doen knielen!"
„Maar is er dan iets aan deze omstandigheden te ver
anderen?"
„Te veranderen? 't Is waar ge hebt gelijk! Zoolang
de algemeene onverschilligheid nog steeds hand over
hand blijft toenemen, zoolang het volk van hoog tot laag
nog niet belieft in te zien, dat een talent de hoogste stel
ling behoort te bekleeden, zoolang zal het nog wel bij
rak opgericht voor pokkenlijdersde zie
ken moeten op last van de overheid af
gezonderd wordende scholen zijn geslo
ten en inenting en revaccinatie zijn aan
bevolen. Te Barop heerschen de mazelen
zeer hevig en te Dortmund eischen diph-
theritis en roodvonk dagel^ks offers.
In een dezer dagen te St. Petersburg
uitgevaardigde officieele bekendmaking
wordt geprotesteerd tegen Duitsche tus-
schenkomst in zake de Jodenvervolgingen,
die onbestaanbaar wordt genoemd met de
vriendschappelijke verstandhouding tus
schen beide landen, en slechts strekken
kan om de spanning tusschen de Joden
en het Russische gepeupel nog grooter te
maken.
De Jodenquaestie, zoo wordt verder ge
zegd, is een binnenlandsche aangelegen
heid, waarin geen enkele staat vreemde
inmenging zou gedoogen, en de maatre
gelen tegen de onordelijkheden genomen,
zijn krachtig genoeg. In het zuiden des
lands toch werden 3675 personen in hech
tenis genomen, waarvan 2359 straffen ou
dergingen. Te Warschau hadden 3151 in
hechtenisnemingen plaats en werden 2302
rechtsvervolgingen ingesteld. De regeering
zoekt naar de middelen om een duurzame
verbetering in den toestand te brengen,
en nieuwe ongeregeldheden te voorkomen.
Een daartoe benoemde commissie houdt
zich met het onderzoek van dit onderwerp
bezig.
Maar voor het welslagen van die po
gingen is het vóór alles noodig, dat geen
vreemde invloed zich in dezen doe gelden,
en geen overdreven berichten worden ver
spreid.
Eenigszins in strijd met bovenstaande
het on Ie blijven. Wat toch voeren ze uit met de mees
terstukken van geniën, die een kracht in zich hebben
om een geheele wereld te hervormen, die als monumen
tale gedenkteekenen eeuw in eeuw zullen blijven bestaan?
O, ze hebben hooren zeggen dat ze zoo „mooi" zijn, en
daarom zeggen ze nu ook: „Och heden! wat mooi!" zon
der echter iets van het moois te vatten, want in plaats
van in zielsverrukking er voor neer te knielen, zonder
een woord over de lippen te kunnen brengen, openen zo
deze, om hun buurman in te fluisteren dat het toch zonde
en jammer is, dat deze „groote man" zooveel steenen
gebruikt heeft, „daar hadden nog heel goed huisjes van
kunneu gebouwd!" Dat hangt aan het stof en kleeft aan
het stof alsof de ineusch een afstammeling ware van het
beest, dat eeuwig gedoemd is zich kruipend over de aarde
voort te bewegen!"
„Dit is helaas, maar al te waar! Men ontvangt door
gaans van verschillende zijden meer ont- dan aanmoedi
ging, en het kost zeer veel moeite, het tot een zekere
hoogte te brengen. Echter mag men niet uit het oog ver
liezen, dat er reeds betere teekenen te bespeuren zijn.
Hoeveel vorsten toch en andere hooggeplaatste personen
nemen de kunst in hare bescherming! Het blijft iutus-
schen te betreuren, dat de zin voor het schoone eu ware
nog zoo weinig gewekt wordt. Wij kunnen niet anders
doen dan wat ons een behoefte is, ons namelijk over te
geven aan datgene, waartoe ons hart ons aandrijft, en zoo
het publiek zich dan een weinig aan het vuur verwarmt,
moeten we tevreden zijn. Dat echter de kunstenaar op
een andere wijze behandeld moet worden dan als een ge
woon mensch kan ik niet aauuemen. Hij toch is niets
meer dan een mensch, staat niet boven anderen, maar
slechts op de hoogte, waarop een mensch behoort te
staan, en doet niet meer dan waartoe hij geroepen is,
dat wil zeggen: zijn eigen hart kennen in al zijn diepten
en raadselen, aandachtig toeluisteren, wat dit hem tc
zeggen heeft, dan stil zijn weg te gaan en doen wat hem
om zoo te zeggen ingegeven wordt. Doet hij dit op het
gebied der kunst, dan zal hij ook niet anders in het da-
gelijksch leven kunnen handelen." Wordt vervolgd.)