Bunschoten, 30 Maart 1882. Heden
had alhier een treurig ongeval plaats, zekere
Hendrik Pijpers, een oppassend jongeling
en zoon eener weduwe, voor wien hij de kost
won, aan toevallen lijdende, had het ongeluk
aan den dijkweg, waaraan hij arbeider was,
in den sloot te vallen en te verdrinken.
aanschouwingsmiddelen voor Indische land
en volkenkunde, (dat woord hier in zijne
allereenvoudigste beteekenis opgevat,) te
vermeerderen. Een collectie van eenige
landbouwproducten is met eenigen ijver en
goeden wil wel aan te leggen: platen over
Indië hebben we nog niet, maar moeten
gemaakt worden, groote wandplaten met
heldere figuren, geteekend naar juiste af
beeldingen. Kon het zijn dat op volksvoor
drachten en soortgelijke bijeenkomsten In
dië eens nu en dan in breede, schilder
achtige trekken werd behandeld, er zou
zeker wel iets van in het geheugen bewaard
blijven. Als dat alles samenwerkte, dan
zouden wij het misschien nog kunnen be
leven dat de man uit de volksklasse, van
„de Oost toevallig sprekende, er iets meer
van wist te verhalen dan dat het er //zoo
weergaasch heet is," en wat er verder
volgt.
Amersfoort, 1 April 1882.
De Nederlandsche Maatschappij voor
Tuinbouw en Plantkunde, onder bescher
ming van Z. M. den Koning, heeft de
navolgende prijsvraag uitgeschreven:
De Nederlandsche Maatschappij voor
Tuinbouw en Plantkunde, vraagt een over
zicht van aanbevelenswaardige siergewassen,
geschikt om in Nederland als alleenstaande
gedurende korteren of langeren tijd van
het jaar of wel het geheele jaar in de open
lucht te kunnen verblijven.
Voor een, naar het oordeel eeuer hier
voor te benoemen Commissie voldoend ant
woord looft de Maatschappij uit, haar Gou
den Medaille en Twee honderd Gulden.
De antwoorden moeten worden ingezon
den in de Nederlandsche taal. Zij mogen
niet eigenhandig door de mededingers ge
schreven zijn. Het schrift moet duidelijk
en gemakkelijk leesbaar zijn.
Zij moeten worden ingezonden bij den
Algemeenen Secretaris-Penningm., vóór of
op den lsten Januari 1884, en vergezeld
gaan van een verzegeld briefje, voorzien
van hetzelfde mottohetwelk op de ant
woorden voorkomt, en den naam, het be
roep en de woonplaats van den inzenden
bevatten.
In de Jaarlijksche Algemeene Vergade
ring van 1884 zal het briefje, hetwelk
het bekroonde antwoord vergezelde, geopend
worden en zullen de overige, bij de on-
bekroond geblevene behoorend, ongeopend
vernietigd worden.
Terwijl het bekroonde en de onbekroon
de antwoorden later ter beschikking der
inzenders blijven, verbindt zich de schrij
ver van het bekroonde omwanneer dit
uitgegeven mocht worden, hiervan 30
exemplaren kosteloos aan de Maatschappij
af te staan.
Tot toelichting dezer Prijsvraag diene
het volgende
Er wordt niet eene opsomming gevraagd
van alle gewassen, welke aan de gestelde
eischen kunnen voldoen, maar alléén van
die, welke werkelijk aanbeveling verdienen
en voortdurend of tijdelijk voor ons klimaat
geschikt zijn.
Onder siergewassen worden alle planten
begrepen, boomen en heesters niet uitge
sloten, die, betzij in den open grond, hetzij
in potten, kuipen of anderszins in de open
lucht geplaatst, door houding, bladerentooi
of eigenaardige bloeiwijze geschikt zijn
alléén staandetot sieraad van parken
tuinen, gazons, terrassen, pleinen, enz. te
dienen.
Men wenscht bij de behandeling zooveel
mogelijk opgaven van
lo. Standplaatsenwaar het gewas te
bezigen.
2o. Tijd van het jaar, gedurende wel
ken, en op welke wijze het daar kan ver
blijven.
3o. Tijd van het jaargedurende wel
ken de plant haar eigenaardig schoon als
siergewas toont en waarin die schoonheid
bestaat.
4o. Wijze van kweeking en behandeling,
noodig om dat doel te bereiken.
5o. Men wenscht voorts de geslachts
namen afzonderlijk gerangschikt te zien
volgeus een natuurlijk stelsel.
6o. Bij elk geslacht opgave van de
soorten en verscheidenheden hijeen ge
plaatst. Bij de soorten opgaaf van de La-
tijnsche namen en Latijnsche synoniemen
(waarbij steeds de namen der auteurs), van
het vaderland en van den tijd van invoer
in de kuituur, alsmede van de Nederland
sche EranscheDuitsche en Engelsche
namen (met volksbenamingen). Bij de na
men der verscheidenheden (waaronder stand
vastige afwijkingen van soorten verstaan
worden) mede opgave van de verschillende
benamingen en zoo mogelijk door wien
wanneer en waar zij gewonnen en in de
kuituur ingevoerd zijn.
Mr. H. L. A. VAN OBREEN,
Voorziteer.
H. C. ZWART,
Alg. Secret. Penningm.
Heden namiddag ten ongeveer U/s uur,
onstond een schoorsteenbrand ten huize
van den schoenmaker van Hoefsloot, achter
het Oude Stadhuis alhier, die echter door
de bewoners en anderen spoedig werd ge-
bluscht. De agent van politie H., die
mede ter plaatse aanwezig was, had het
ongeluk door het instorten van het ge
deelte zoldervloer waarop hij stond, naar
beneden te vallen, waarbij hij met de len
denen op een stoel teiegtkwam en zich
te dier plaatse en aan de beenen, hoewel
gelukkig niet ernstig, toch zoodanig be
zeerde dat hij zijneu dienst niet konde
voortzetten.
De oefeningen op groote schaaldie
dezen zomer door de le divisie zullen
worden uitgevoerdzullen bestaan in het
kampeereu van het 4e regement infanterie
te Milligen en van het 7e regement infan
terie te Bussura, waarna deze regementen,
met toegevoegde artillerie en cavallerie,
tegenover elkander zullen manoeuvreeren
in de omstreken van Amersfoort.
BINNENLAND.
De geneeskundige inspecteur heeft af
wijzend beschikt op het verzoek van B.
en W. van Gouda, om de pokken-epede-
mie aldaar als geëeindigd te verklaren.
Yan de 100 werklieden der gedeeltelijk
afgebrande strookarton-fabriek te Leeuwar
den is niemand ontslagen. Zij behouden
hun loon zoolang de fabriek stilstaat.
Te 's Hage zal den 15den Mei, in het
openbaar, in het Venduhuis der notarissen,
in de Nobelstraat, worden geveild, in ver
schillende perceelen, als bouwterrein, om
daarop, volgens een daarvan gemaakt plan,
huizen te stichten, de grond waarop thans
is gebouwd hetpaleis met nevengebouwen,
galerijen, torens, Gothische zaal, stallingen
en koetshuizen, benevens de daarbij be-
hoorende tuin en erven, alles staande en
gelegen aan den Kneuterdijk, de Heulstraat,
het Noordeinde en de Oranjestraatte 's Gra-
venhage.
Het adres van ingezetenen van Maas
tricht, houdende verzoek tot intrekking
der bepaling, dat het garnizoen aldaar
verminderd zal worden, draagt niet min
der dan vier duizend handteekeningen.
Bij het jongste nummer der Opregte
Steenwijker Courant behoort een bijvoeg
sel, waarvan de inhoud hoofdzakelijk is
gewijd aan de belangen van aanstaande
landverhuizers naar Amerika. De redactie
gaat voort met hare waarschuwing tegen
de beweging, die door de beide bekende
heeren Kuipers wordt op touw gezet, met
het doel om het volk te lokken naar
Dakotah.
BUITENLAND.
De z. g. „maneschijnbende" zet in Ier
land, haar schrikbewind nog steeds onbe-
leramert voort. Vrijdagavond overviel een
bende mannen, met kappen over 't hoofd,
in een boschje niet ver van Clowmur een
bejaarde vrouw en haar zoon, die zich op
den terugweg naar huis bevonden en mis
handelde de menschel) zoo wreedaardig,
dat de zoon kort daarna stierf en de
moeder bijna stervende werd gevonden.
Op verschillende spoorwegen in Oosten
rijk is het verkeer tengevolge van sneeuw
vallen en lawinestoringen, voor eenige
dagen gestaakt.
De gezant van Italië in Mexico heeft
zich met een revolver doodgeschoten; men
zegt, dat de oorzaak financiëele moeie-
lijkheden zouden zijn.
Generaal v. Moltke heeft van den Sul
tan van Turkije het grootkruis van de
Medijidie in diamanten gekregen.
De Gothard-spoorweg wordt bedreigd
door een groote rotsmassa van den Axen-
berg, waarvan men den val onvermijde
lijk acht. Men zal de rots door dynamiet
doen springen, zoodat die in het meer
van Lucerne terecht komt.
Guiteau ontvangt nog altijd bezoeken
en is nog steeds in de gelegenheid zijn
onwaardige comedie voort te spelen. Of
Guiteau werkelijk ter dood zal worden
gebracht is nog steeds quaestieus, en
deze twijfel heeft onlangs op nieuw voed
sel ontvangen door de benoeming van
Conkling tot opperrechter, die echter, zoo
als men weet, ,voor deze betrekking be
dankt.
Te New-York heeft de mayor de voor
naamste burgers opgeroepen tot een mee
ting, ora er tegen te protesteeren, dat
Engeland lersche Amerikanen gevangen
houdt en de Regeering der Unie uit te
noodige krachtig tusschenbeide te treden.
De Russische Regeering heeft bevolen,
dat de Israëlieten, die in Kieuw wonen,
naar de voorsteden moeten verhuizen; Is
raëlitische dienstboden moeten de stad
verlaten, terwijl de Israëlieten geen Chris
ten dienstboden mogen houden.
GEMENGD NIEUWS.
Zaterdag werd door de rechtbank te Mid
delburg een scheldpartij behandeld, waarbij
de aanklager er waarschijnlijk het slechtst
zal afkomen. Iemand uit Zeeuwsch Ylaan-
deren had een zijner buren uitgescholden
voor „brandstichter" hetgeen deze aanleiding
gaf eene klacht in te dienen. Ter terecht
zitting erkende de beklaagde het scheld
woord gebezigd te hebben, doch voegde er
bij, dat hij die beschuldiging waar kon ma
ken. Van deze verklaring werd acte geno
men en eene instructie tegen den gescholde-
ne aangevangen. Tengevolge daarvan is „de
in zijn eer gekrenkte persoon" in arrest ge
nomen. Zijn „gevoeligheid" kan kan hem
mogelijk duur te staan komen.
Zondagavond verdronken te Krimpen a/d
IJsel drie jongelieden, die met een boot
zonder riemen over het onstuimige wate
ren wilde varen; waarschijnlijk is de boot
door den wind omgeslagen. Hun lijken zijn
alle opgevischt.
Twee dienstboden, die te Delft op naam
van anderen lekkernijen hadden gehaald,
zijn door de politie aldaar aangehouden.
Zondagnamiddag is de bomschuit On
bestendig, te Scheveningen thuis behoo-
rende, in het gezicht van Zandvoort om
geslagen en met man en muis vergaan.
Zij telde 7 opvarenden.
Uit eene weide in den polder de Ooij,
onder de gemeente Ubbergen, zijn in den
nacht van Vrijdag op Zaterdag jl., ten na-
deele van den heer Burgers, steenfabrikant
aldaar, drie paarden ontvreemd. Men ver
moedt, dat ze naar Pruisen zijn vervoerd.
Trots alle nasporingen, ook daar te lande,
heeft men den dief of dieven of de ge
stolen paarden nog niet kunnen ontdekken.
Zondagmorgen onstond te Assen een
woordenwisseling tusschen de Wed. v. O.
en haar dochter, waarbij ook haar zoon J. v.
O. tegenwoordig was, die zich daaraan ech
ter niet stoorde, maar naar de kerk ging.
Tehuis komende, was de vrede tusschen
moeder en dochter nog niet hersteld, waarop
v. O. partij tegen zijn moeder koos. Deze
werd hierdoor zoo woedend, dat zij op
haar kinderen toeliep, en haar dochter met
een klomp sloeg, terwijl zij haar zoon een
ernstige wonde met een mes aan den lin
kerslaap toebracht. Naar men meent, heeft
de sterke drank daar weer een groote rol ge
speeld.
Door een vreeselijken brand is de stad
Emoed, in Hongarije geheel vernield. Vijf
oude vrouwen en vier kinderen kwamen
bij die ramp om het leven. De bevolking ver
keert in de grootste ellende en vertoeft, voor
zoover zij niet naar andere plaatsen ver
trokken is, in de open lucht.
Te Weenen zijn in het jaar 1881 216
echtscheidingen uitgesproken. Onder de
paren is er een, waarvan de man 67 de
vrouw 78 jaren oud is. Sinds 1816 had
den deze beiden lief en leed gezamenlijk
gedragen; nu eerst kwamen ze tot de
overtuiging, dat ze eigenlijk niet bij el
kander behoorden.
Men moet in Amerika maar komen om
vreemde dingen te zien gebeuren. Nu
wordt uit New-York weer een staaltje ge
meld, dat waarschijnlijk wel alle vroegere
in dwaasheid overtreft. Een speculant is
op het denkbeeld gekomen om gereser
veerde plaatsen te verkoopen, teneinde
goed te kunnen zien bij de voltrekking
van het vonnis van Guiteau. De plaatsen
hadden zulk een aftrek, dat de speculant
weldra alle had uitverkocht; nu bestaat
er een ware handel, en men verkoopt ze
reeds met tien en twintig percent boven
den inkoopprijs.
Z. H. Paus Leo XIII heeft een prach
tige cameé, waarin zijn borstbeeld is uit
gesneden en die met paarlen bezet is,
geschonken voor een verloting, door de
R. C. Ziekenverpleging te Amsterdam te
houden, ter uitbreiding van haar gesticht.
Mejuffrouw Canrobert, dochrer van den
Franschen maarschalk, zal dit jaar haar
examen als onderwijzeres afleggen.
Soubiran, die met behulp van zijn knecht
Dostes zijn schoonouders vermoordde om
van hen te erven zijn vrouw was zie
kelijk en hij had geene kinderen is
door het hof van Agen tot levenslange
dwangarbeid veroordeeld. Het misdrijf werd
5 jaren geleden gepleegd en eerst onlangs
kwam de justitie op het spoor. Dostes
namelijk kreeg twist met zijn medeplich
tige, en liet zich bij die gelegenheid
woorden ontvallen in tegenwoordigheid
van anderen, waardoor de vermoedens die
men koesterde tot zekerheid werden.
Tafereel uit de Utrechtsche rechtzaal.
Een gemeente raadslid voor de rechtbank.
Wij leven toch in een gelukkig landl
Wij regeeren onszelf, althans wij wor
den geregeerd, zooals wij het wenscheu.
Wetten en verordeningen worden gemaakt
overeenkomstig ons verlangen, onzen aard,
onze zeden en gewoonten. Wij kiezen de
bekwaamsten, de edelsten, de besten uit
ons midden, en vaardigen hen af, om ge
zamenlijk met de uitvoerders van den
volkswil de grenzen vast te stellen, bin
nen welke alle burgers zich vrijelijk kun
nen bewegen, opdat er waarlijk vrijheid
geen bandeloosheid heersche.
Hoe jammer, dat we ons in onze keus
soms deerlijk vergissen! Niet altijd, he
laas zijn de besten onder ons onze ver
tegenwoordigers; dikwijls worden de hardste
schreeuwers, de brutaalsten gekozen om de
belangen des volks te behartigen.
Onze gemeenteraden leveren daarvan
soms niet onaardige bewijzen, en vooral op
het platteland treft men wel eens zonder
linge achtbare mannen aan.
Maandag jl. stond zoo'n „achtbare" uit
het dorp Zevenhoven terecht voor de cor-
rectioneele rechtbank alhier, en de man was
zoo vermakelijk, hij verkondigde zulke
dwarse begrippen over hetgeen passend
was of niet, dat zelfs de deftige rechters
zich niet van lachen konden onthouden.
De veldwachter, die tegen hem proces
verbaal had opgemaakt, legde voor de
groene tafel zijne verklaringen af, en in
middels zat het raadslid, met beide han
den om de rechterknie, op het bankje zoo
op zijn gemak heen en weer te wiegelen,
alsof hij straks den burgemeester van Ze
venhoven eens even „zijn vet" zou ge
ven.
„Is het waar, wat ge daar gehoord hebt,
dat ge dien veldwachter voor „groote, ge-
meene smeerlap" hebt uitgescholden?"
Maar dat woord zou hij niet durven zeg-
genl Dat wist de president toch ook wel
Hij zou zoo iets niet eens in zijn hand willen
nemen, laat staan in zijn mond. Neen, al
wat hij gezegd had daarvan was hij stellig
overtuigd mocht hij in zijn huis zeggen
in zijn huis, waar die veldwachter als bode
van het polderbestuur, maar tegen zijn wil,
was binnengedrongen, om hem stukken te
laten teekenen. Zijn vrouw had wel gezegd
„Ga maar binnenmaar zijn vrouw was de
baas niet in huishij was baas 1 wat zou je
wel denken?
„Dat is nu een quaestie over de maritale
macht, die je maar met je vrouw moet uit
maken. Hier is de vraag alleenheb je die
scheldwoorden gebezigd
Hij had niets gezegd, dat hij niet mocht
zeggen.
z/Dat zullen wij wel beoordeelen, als ik
eerst maar weet wat je gezegd hebt."