ft Wordtt vervolgd.)
Buitenlandsch Overzicht.
port der raadscommissie worden achtereen
volgens met algemeene stemmen a. voorloopig
vastgesteld de gemeente-rekening over 1881,
bedragende aan inkomsten f 148113,801/2 en
uitgaven f 141348,22l/3 en alzoo met een
batig saldo van f6765,38. De Wethouders
onthielden zich daarbij van medestemmen;
b. goedgekeurd de rekeningen over 1881 van
de schutterij (f 1817,09), het burgerweeshuis
(f 12170,27), het burgerlijk armbestuur
(f 6169,56) en de kamer van koophandel
(f 137,81l/j)- De bij het bestuur dier instel
lingen betrokken raadsleden namen geen deel
aan de stemming.
Voorstel van Burg. en Weth. ten opzichte
van de vergoeding aan leeraren der hoogere
burgerschool voor de waarneming tijdens de
vacature door het overlijden van den Direc-
teur-leeraar Dr. A. J. Menalda van Schou
wenburg ontstaan. Overeenkomstig dat
voorstel wordt z. h. o. aan het dagelijksch
bestuur machtiging verleend om het niet-
uitbetaald tractement van Directeur f378,73
toetekennen aan den waarnemenden directeur
den heer A. M. Kollewijn, en dat van Leeraar
ad f946,82 te verdeelen onder de leeraren,
naar gelang van het aantal lesuren door hen
waargenomen.
Verzoek van Dr. B. J. Goossens om eer
vol ontslag als leeraar aan de hoogere bur
gerschool, tengevolge van zijne benoeming te
Leiden. Zonder hoofdelijken omvraag
wordt dit ontslag, waaromtrent de inspecteur
is gehoord, met ingang van 1 Oct. verleend.
Verzoek van den heer W. J. Hakkert,
benoemd tot directeur te Apeldoorn, om eer
vol ontslag als leeraar aan het gymnasium en
de hoogere burgerschool, zoo mogelijk tegen
1 Sept. Het gevraagd ontslag, waaromtrent
de betrokken inspecteurs zijn gehoord, wordt
z. h. o. verleend en zal zoodra mogelijk in
gaan.
Verzoek van den heer T. Ravenhorst, be
noemd tot hoofd der openbare school te
Westervoort, om eervol ontslag als onderwij
zer aan de Jongenschool. Z. h. o. ver
leend met ingang van 16 Oct. of zoo moge
lijk vroeger.
De heer Visser treedt de vergaderzaal
binnen.
Op voorstel van den Voorzitter besluit de
gemeenteraad z. h. o. den rector, konrector
en verder bestaande leeraren van het pro
gymnasium, als zoodanig te erkennen bij het
gymnasium.
De Voorzitter ncodigt de Heeren Herschel
en v. Beek uit, het stembureau te willen
vormen voor de nu volgende benoemingen
en ook voor het trekken der afdeelingen.
Achtereenvolgens worden benoemd
a. tot tijdelijk leeraar in oude talen aan
het gymnasium de heer H. J. Reynders te
Amsterdam, met algemeene stemmen.
b. tot leeraar in de Engelsche taal en let
terkunde aan het gymnasium en de hoogere
burgerschool de heer C. J. Voortman te
Schiedam, eveneens met algemeene stemmen.
c. tot tijdelijk leeraar in natuurwetenschap
pen (hoogere wiskunde en cosmographie) aan
de hoogere burgerschool de heer G. J. Buys,
Luit. t. z. te Nieuwediep, bij eerste stemming
met 9 st. De mede-aanbevolene heer L. P.
C. Luyten te Vrijenban bij Delft erlangde
5 st.
Mededeeling van A. Meijer dat hij de be
noeming tot onderwijer aan de openbare tus-
schenschool niet aanneemt. Ter voorziening
in de daardoor ontstaande vacature wordt de
heer A. van der Vliet te Dirksland, onlangs
op eene der voordrachten alhier geplaatst,
met algemeene stemmen benoemd.
De raadsafdeelingen worden volgenderwijs
bij loting samengesteld: le afd. de heeren
Croockewit (weth.), v. d. Wall Bake, v. Beek,
Gerritsen, Groeneboom, Lagerweij, Scheltus
en Zandijk; 2e afd. de heeren Celosse (weth.),
v. Burgsteeden, Herschel, Huet, Visser en
v. Zijst (1 vacature.)
De voorzitter bedankt de stemopnemers
zachten kreet uitte.
Beiden staarden elkander een oogenblik
sprakeloos aan.
„Lucie, gij hier?" riep Joseph toen, op
haar toetredende. Doch zij strekte hare han
den afwerend naar hem uit, terwijl zij zich
met moeite vasthield aan de leuning der
bank, waarop zij zoo even gezeten had.
„Joseph!" was alles wat zij uitbrengen
kon. Toen, nadat zij een weinig van haren
schrik bekomen was, stamelde zij: „Dus
hebben mijne oogen mij niet bedrogen?"
„De verlorene, de doodgewaande staat
voor u," sprak Joseph, al zijne krach
ten verzamelend, om niets van zijne ont
roering te laten blijken. Want, ach! in dat
ééne oogenblik reeds had het oog der
liefde gezien, hoe zij, de eenmaal vroo-
lijke, van levenslust tintelende Lucie,
eene bleeke, ernstige vrouw was gewor
den, op wier schoon gelaat de smart diepe
vorens gegroefd had. Alleen de oogen
hadden nog dezelfde lieve uitdrukking als
voorheen, toen hij gaarne een deel van zijn
leven had willen geven, om er één enkelen,
vriendelijken blik van te ontvangen.
voor hunne bemoeiingen.
Ingekomen zijnde begrootingen voor
1883 van de gemeente (f 156347,98), de
schutterij (f2079,75), het burgerweeshuis
(f11915, waaronder f2152,645 subsidie) en
het burgerlijk armbestuur (f 6510, waaronder
een subsidie van f6151.83). Te onder
zoeken in de afdeelingen.
Goedkeuring van Gedep. Staten op het
raadsbesluit tot onderhandschen verkoop van
terrein aan het kerkbestuur der remonstrant-
sche gemeente. Voor informatie.
Besluit van Gedep. Staten waarbij onge
grond ziju verklaard de bij hen ingebrachte
bezwaren tegen 's raads beslissing tot niet
toelating van jhr. Calkoen als lid van den
gemeenteraad. De voorzitter brengt in
het midden dat jhr. C. op hunne vraag aan
B. en W. heeft geantwoord zich niet in hoo-
ger beroep van dat besluit te hebben voor
zien bij Z. M. den Koning, weshalve eerlang
zal kunnen worden overgegaan tot het be
palen van den dag voor eene nieuwe verkie
zing. Als voren.
Circulaire van het hoofdbestuur der Ned.
vereeniging tot afschaffing van sterkeu drank,
aandringende op het maken van plaatselijke
verordeningen, in verband met de drankwet
en op toetreding tot die vereeniging. Als
voren.
Verzoek vau de gem eente-vroedvrouwen
om, met het oog op toenemende bevolking en
stijgende prijzen van levensmiddelen, hare
jaarwedden van f250 in overeenstemming
te brengen met de eischen des tijds. Te
behandelen gelijktijdig met de gem.-begroo-
ting voor 1883.
Rapport van Burg. en Weth. in wier
handen zijn gesteld lo. een voorstel der com
missie van toezicht op het 1. o. tot wijziging
van het raadsbesluit ten opzichte aan de ge
subsidieerde meisjesschool in Maart 1881
genomen, en 2o. een verzoek van twee leden
derzelfde commissie tot oprichting van eene
openbare school voor meisjes. Zich vereeni-
gende met eene bijgevoegde ampele-nota van
den burgemeester en het deswege uitgebracht
advies van den distrikts-schoolopziener, stel
len B. en W. den gemeenteraad voor het
jaarlijksch subsidie van f1800 te verhoogen
tot f3200, en verder te bepalen dat het
hoofd der school worde bijgestaan door „zes"
onderwijzeressen, (van welke ééne de hoofd
akte bezit), die allen door haar benoemd,
ontslagen en bezoldigd worden.
De heer Gerritsen geeft in overweging
deze zaak ten fine van onderzoek te verzen
den naar de afdeelingen, waarop de voorzit
ter te kennen geeft dat de betrekkelijke
stukken allen reeds zijn afgedrukt en aan
de leden worden toegezonden, om eene ge-
wenschte meer spoedige behandeling te be
vorderen.
Hierna wordt op voorstel van den voor
zitter besloten tot nederlegging van de stuk
ken ter secretarie en behandeling in eene
volgende vergadering.
Een afschrift van het vonnis door de arr.
rechtbank tegen de firma Houtzaager van
Yeen gewezen, betreffende het vuur-, haven
en tongeld. Nedergelegd op de secretarie,
ter inzage voor de leden.
De zitting is daarna gesloten.
De uitslag der toelatings- en herexamens
aan het gymnasium is als volgt: in de
vijfde klasse zijn toegelaten de jongelingen
Brouwer en Langen, die den cursus aan
het Pro-gymnasium te Harderwijk ten
einde toe hadden bijgewoond, verder met
herexamen Holtzschue en B-uijs. In de derde
klasse zijn toegelaten Wolff en Pompe,
die herexamen hadden; één werd afgewezen.
In de eerste klasse ziju toegelaten: -Cramer,
de Vries, van Greuningen, Kenninck en
Griep. De cursus begint met 40 leerlingen.
Zaterdag jl. had in het gebouw der
H. B. School alhier de installatie plaats
van den nieuw benoemden Directeur Dr.
J. Camper;, van Leiden, in tegenwoordig
heid van het dagelijksch bestuur, de com
missie van toezicht en leeraren dier school.
Door den heer Burgemeester en den heer
Voorzitter der commissie werden herdacht
den ijver en werkzaamheid van den ont
slapen directeur, de waardigen Dr. Me
nalda van Schouwenburgdie met al de
kracht die in hem whs, zich wijdde aan
den bloei der school, welke hij had hel
pen organiseeren en had zien groot wor
den. Namens de gemeente verklaarde de
Burgemeester zeer te waardeeren de hulp
van de leeraren, die zich tijdens de vaca
ture belast hadden met de werkzaamheden
van wijlen den directeur-leeraaren den
ijver der commissie. De Voorzitter der
commissie van toezicht beantwoordde de
Burgemeester, sprak nog een waardeerend
woord tot de leeraren, de heeren Dr. Goos
sens en Hakkert die beiden tot uitgebrei
der betrekking bij het Middelbaar
Onderwijs waren geroepen. De heer Dr.
Campert betuigde zijn taak met ijver en
ingenomenheid te zullen aanvaardenbe
kend met den goeden naam dien de Amers-
foortsche H. B. School bezit en de goede
zorgen, die in deze gemeente aan het Midd.
Onderwijs worden besteed. Daarna ver
klaarde de heer Burgemeester den direc
teur als zoodanig geinstalleeid.
De stad, die wel meer dan eenige an
dere behoefte heeft aan een flink politie
toezicht, Dublin, is gedurende eenige da
gen het tooneel geweest van allerlei wan
ordelijkheden, waartoe juist de politie zelve
aanleiding gaf. De drukke, moeielijke en
gevaarlijke dienst in Ierlands hoofdstad,
vooral gedurende de drie laatste maanden,
werd door de stedelijke agenten genoemd
als het motief voor een verhooging van
bezoldiging, die zij in een adres aan den
Onderkoning vroegen. Men weet dat reeds
vroeger, te Limerick en ook te Dublin
de handhavers der veiligheid een min of
meer vijandige houding tegen de Regee
ring 'hebben aangenomen, en het is waar
schijnlijk daarom, dat op hun billijk
verzoek geen acht werd geslagen; wel
licht vreesde het gouvernement, dat een
concessie aan de misnoegden als een bewijs
van zwakheid zou worden aangemerkt.
Toen kort daarop zij, die zich bij die
adresbeweging het meest op den voorgrond
hadden gesteld, verplaatst werden, barstte
de ontevredenheid losDonderdag hielden
zij een meeting, waarin een motie werd
aangenomen tot afkeuring van de handel
wijze hunner supereuren. De overheid
was nu van meening dat beambten die
een bijeenkomst houden, niet op hun post
zijn, en schorsten de lui die er bij ge
weest waren, hetgeen beantwoord werd
door een algemeene werkstaking van al
de anderen. Groote blijdschap bij alle
boosdoeners, oproermakers, dieven en as
pirant-moordenaars De Onderkoning vaar
digde terstond een proclamatie uit, waarin
hij een beroep deed op de hulp van alle
welgezinde burgers tot handhaving van de
orde en de rust, en reeds den eersten
dag kwamen 400 ingezetenen zich aan
melden voor vrijwilligen politiedienst. Te
gelijk kreeg het garnizoen last zich voor
alle gebeurlijkheden gereed te houden.
Vrijdagavond reeds hadden er in de
straten kleine opstootjes plaats, die door
de soldaten werden bedwongen: de beide
volgende dagen werd dit erger, toen aller
lei gespuis van de verwarring gebruik
trachtte te maken. Zondagnacht heerschte
er groote opschudding: het gepeupel wierp
met steenen naar de soldaten, die her
haaldelijk de menigte uiteendreven, waarbij
een twaalftal personen door bajonetsteken
gekwetst en eenigen gearresteerd werden.
Maandagavond vielen nieuwe wanordelijk
heden voor, en werd o. a. een officier der
politie, die op de menigte zijn revolver
afschoot en een persoon kwetste, door de
oproermakers onder handen genomen en
doodelijk gewond. Te middernacht werden
de straten door een charge van de troe
pen met de bajonet schoongeveegd. In-
tusschen begonnen de werkstakende stads-
agenten eieren te kiezen voor hun geld:
velen hunner melden zich bij de overheid
aan en verzochten op nieuw in dienst ge
nomen te worden; zij werden vooreerst in
de. buitenwijken op post ges.eld. Ook zon
den zij aan den Onderkoning een petitie
waarin zij hun vergrijp tegen de discipline
erkennen, hun spijt over het gebeurde
betuigen, onder eerbiedig verzoek hun
grieven in nadere overweging te nemen.
Eenige uren vroeger had de Onderkoning
nog een wapenschouwing gehouden over
zevenhonderd vrijwillige constabels die
ijverig hun best gedaan hadden bij het
bedwingen der wanordelijkheden. Hij prees
hen namens de Koningin zeer om hun
trcaw in het behartigen van het openbaar
welzijn.
Uit Egypte zijn we ieder oogenblik be
langrijke tijdingen te wachten. Het blijkt
meer eu meer dat Wolseley niet vrij ge
bleven is van de gewone fout van leger
aanvoerders ook hij heeft de macht
des vijands te licht geteld, en de opge
vijzelde overwinning bij Kassassin schijnt
al heel weinig om het lijf gehad te heb
ben. Beide partijen bereiden zich thans
voor op de dingen die komen moeten.
Beneden Kassasin legden de Egyptenaren
in het zoetwaterkanaal een aarden dam
die den toevoer van drinkwater zeer ver
minderde: daarentegen namen zij hooger
op een afdamming weg ten einde door
een sterke strooming de voorwerken
van hun stelling te Telel-Kebir te
inundeeren. Bovendien sloeg Arabi een
versterkt kamp op te Salalich, in noord-
waartsche richting halfweg tusschen Is.
maïla en Telel-Kebir, waardoor hij Wol.
seley in de flank bedreigt.
De Britsche opperbeve' hebber van zijn
kant was ook niet werkeloos. De Schot-
sche brigade waarop hij wachtte kwam te
Ismaïla aan: verder zond Wolseley eet
batterij berggeschut, uit Indië gekomeo
naar Kassasin, zorgde voor ruimen toe-
voer van levensmiddelen, en organiseerde
een brigade van 200 marine-soldaten, met
mitrailleuses gewapend. Naar Alexandriè
zijn door de Engelsche Regeering no°
5000 man gezonden, om Wood in staat
te stellen van daar Wolseley's operation
te ondersteunen. Van Cyprus kwamen te
Alexandrië 2000 man, om de Schotsche
brigade te vervangen en transportdiensten
te verrichten.
Te Cairo heerscht weer groote onge-
rustheid, dewijl de bevolking tegenover de
Europeanen een dreigende houding aan
neemt. Men vreest dat de prefect van
politie aldaar, die het gezag van den Khe
dive poogt te handhaven zich niet zal
kunnen staande houden.
Te Konstantinopel altijd nog gescharrel
over de militaire conventie. Eerst had
de Porte voorgesteld, haar troepen ft
Alexandrië te doen landen en dan onmin-
delijk naar de door Engeland aangewezen
landingsplaats, Aboukir te doen mar-
cheeren, daarna wenschte zij haar soldaten
te Port-Saïd aan wal te doen gaan. Voor
beide voorstellen vroeg lord Dufferin eerst
instructies, maar het schijnt dat ooi
Engeland thans de onderhandelingen zoo
veel mogelijk tracht te rekken.
Op dit oogenblik is de oplossing van
het Grieksch-Turksch geschil aan de di
plomatie opgedragen. De vijandelijkheden
op de grenzen zijn gestaakt, en van weers
zijden zijn [gevolmachtigden benoemd om
te Konstantinopel over deze zaak te con-
fereeren. Als die heeren het nu maar eens
kunnen worden!
BINNENLAND.
De Minister van Binnenlandsche Zaken
heeft aan den Gemeenteraad van Zierikzee
medegedeeld, dat, volgens het oordeel van
den Minister van Justitie, het nieuwe
strafwetboek waarschijnlijk niet voor 1
Mei 1884 zal worden ingevoerd.
H. K. H. Prinses Marianne heeft 5(1
gulden geschonken aan de Nederlandschf
Vereeniging tot bevordering der Zondags
rust.
Als „men" goed is ingelicht, zou Minis
ter Pijnacker Hordijk met een ontwerp
kieshervorming gereed zijn, dat nu spoe
dig naar den Raad van State zal gezonden
worden.
Vóór een paar jaren is te Ilpendam
een maatregel ingevoerd, die zeer goed
voldoet en vooral in deze dagen
van uitnemend nut blijkt te zijn. Door
den Raad zijn namelijk een 8 tal iugeze-
tenen aangesteld tot keurders van het hooi;
zij genieten daarvoor een vaste bezoldiging.
Bij alle landbouwers word door hen ge
regeld in de hooibergen een nauwkeurig
onderzoek ingesteld, met het oog op
broeiing en gevaar voor brand.
Meermalen gebeurd het, dat op hun
last het hooi weer uit de schuren en
naar buiten gebracht worden.
Gevaar voor brand word daardoor zoo
goed als geheel voorkomen, vooral dit jaar,
nu het hooi zoo nat naar binnen is ge
haald.
GEMENGD NIEUWS.
In de voorlaatste week liep een vrij
bejaard heer haastig door eene der stra
ten van de duitsche hoofstad, toen hij
juist bij een hoekhuis in botsing kwam
met een niet minder haastigen jongman,
d:e, met een handkoffer, reisdeken enz.
beladen, den ouden heer ondershoven liep,
"oodat zijn bril hem van den bloedenden
neus vloog. De omstanders kozen voor
den ouden heer partij, riepen een agent
van politie, verzekerden hem, dat de jonge
reiziger den ouden heer met opzet tegen
het lijf geloopen en ge kwetst had, en het
gevolg was, dat de agent beiden medenam
mar het bureau van politie. Hier aange
komen zette de jongman zijn koffer neder
en de oude heer liet zijn oog vallen op
den naam, die daarop geschilderd stond.
Tot zijne niet geringe verbazing las hij daar
zijn eigen naam en kwam hij tot de ontdek*