NIEUWE
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
AMERSFOORT, BAARN, BUNSCHOTEN, EEMNES, HAMERSVELD, HOEVELAKEN, HOOGLAND, LEUSOEN, SOEST,
STOUIENBUOG, VUUHSCHE, SCHERPENZEEL EN WOUDENBERG,
Feuilleton.
EDELMAN EN FABRIKANT.
No. 21.
Woensdag 14 Maart 1883.
Twaalfde Jaargang.
Bnitenlandsch. Overzicht.
A. J. C. KREMER.
v.
AMEBSFOORTSGHE COURANT.
Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden f 1,Advertentiën van 16 regelsf 0,40.
Franco door het geheele Rijk1,10. Uitgever: A. M. Slothouwer, Iedere regel meer 0,05.
Afzonderlijke nummers3 Cent. TE AMERSFOORT. Reclames perrege"''10 20
Dit Blad verschijnt des Woensdags en des Zaterdags. p g 1
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Advertentiën kunnen ingezon
den worden tot uiterlijk 's mor
gens ÏO uur des Woensdags en
Zaterdags.
Eene viermaal geplaatste ad
vertentie wordt slechts driemaal
ia rekening gebracht.
De zaak der humaniteit heeft in het
Engelsch Lagerhuis een overwinning be
haald door de voorloopige aanneming
(bij tweede lezing) van een wetsontwerp
waarbij het onmannelijk „vermaak" dat
duivenschieten heet wordt veroordeeld.
De voorsteller, de heer Anderson, had
de beschermende hand willen uitstrekken
over elke soort van wilde dieren in ge
vangen toestandzooals dieren in mena
gerieën enz.maar daarbij stuitte men
op moeielijkhedeneen pierb. v.waar
mede iemand hengeltis een dier in ge
vangenschap als men haar aan den haak
slaat om er een baars mee te vangen,
de indrukdien zulk een behandeling
op haar maken moet werd door een tegen
stander der wetSir Maxwellzeer leven
dig geschetst, op de erkenning van An
derson dat hij een hartstochtelijk liefheb
ber van hengelen is! kon dat toch
ook wel als mishandeling worden aan
gemerkt. Na een zeer warme discussie,
waarbij nog door den Minister van Bin-
nenlandsche zaken een schets van een
dame werd voorgelezen van de wreedheden
die een „duivenschietwedstrijd" vaak ver
gezellen werd het beginsel van het ver
bod met groote meerderheid aangenomen,
dat numet weglating van het overige
gedeelte des voorstels, op nieuw zal wor
den geredigeerd.
door
«Zoo u dit voorstel niet aanneemt, hoewel
het verreweg voor u het voordeeligste is, bie
den wij u aan, mijn compagnon en ik, den vol
molen op nader te bepalen voorwaarden van u
te pachten.»
Weer schudde Van Oosterwoud het hoofd,
maar ditmaal heftiger dan de eerste maal.
«Eindelijk ten laatste. Wij stellen u voor den
volmolen aan ons te verkoopen.»
De baron hield het niet langer uit. Hij stond
toornig op, ditmaal zichtbaar toornig. «Dat in
der eeuwigheid niet!» riep hij uit. «Ik verkoop
geen voet van mijn grond, geen titel of jota
van mijne rechten! Ik dank u voor uwe aanbie
dingen. Hebt gij mij nog iets te zeggen of te
verzoeken?»
Op dit laatste woord legde hij een wezenlijk
beleedigenden nadruk.
«Pardon, heer Baron,» antwoordde de kleine
man, die opvliegend van aard was en wiens
geduld reeds al te lang een zware proef had
doorstaan maar nu was uitgeput. «Ik heb niets
te verzoeken. Ik kwam hier in uw belang
niet in het onze. Ik heb u voor nadeel willen
vrijwaren, evenals mijne confraters,» die
vergelijking deed den baron zeer, dat zag hij,
«ik heb gehoopt dat deze, als zij u voorbeeld
zagen, dat zouden volgen, maar ik zie, er
is niets aan te doen, en als God iemand te
gronde wil richten, dan ontneemt hij hem eerst
het verstand.»
Een zeer bekend lid, de beer Gorst,
kondigde aan dat bij Dinsdag (13 Maart)
een motie zou voorstellen waarin het
Huis verklaart de gruweldaden der Boeren
te betreuren en als zijn gevoelen te ken
nen geeft, dat onmiddellijk ernstige
maatregelen moeten genomen worden ter
stipte handhaving der conventie van 1881,
van de zijde der Tiansvalers, ten einde
de rechten der inboorlingen te Waarbor
gen.
In het bassin van het dok te Dublin
vond de politie acht dolkenjuist beant
woordende aan de beschrijving gegeven
van de messen waarmede Lord Caven
dish en de heer Burke in het Phoenix-
park werden vermoorden gelijk aan de
exemplarenkort geleden op een zolder
ontdekt. Gelijk men zich herinneren zal
was het de koetsier Kavanaghdie met
zijn rijtuig de moordenaars naar het park
reed, en over het drama dat thans het onder
werp van het groote rechtsgeding uit
maakt de eerste belangrijke verklaringen
aflegde.
Het voornaamste nieuws uit Egypte
betreft den valschen profeetden „rnahdi",
over wiens vorderingen men zich onge
rust maakte. Er is thans een Engelsch
corps onder generaal Hicksmet een
batterij geschut naar toe, om den man
tot staan te krijgen. De „Dally-News"
correspondent die de troepen vergezelt
schreef den 11e Februari dat de mahdi
in Soedan grooten aanhang heeft: zijn
leger overtreft in getalsterkte het Egyp
tische. Zijn soldatenmeest gewapend
met lansen en pijl en boog, wijken niet
voor het, trouwens meest op te grooten
afstand gericht geweersalvo der Egypte-
naren, en vallen daarna krachtig aan.
Voor de Engelsche bataillons zullen zij
wel van houding moeten veranderen. Te
Cairo is bericht ontvangen dat de Egyp-
Beekman sprak met nadruk en met een wei
nig meer verheffing van stem, dan wel juist
noodig was.
«Komt gij mij hier in mijn eigen huis belee-
digen?» riep nu op zijne beurt Van Oosterwoud.
«Denkt gij in uw overmoed en laatdunkendheid,
u alles te mogen veroorloven wat u in uwe op
winstbejag geslepen hersens opkomt?»
«Winstbejag, ja, winstbejag, maar liefst geen
winstbejag waardoor een ander benadeeld wordt,»
viel de fabrikant hem in de rede. «Wij willen
geen onderdrukking, wij mergelen geen arme
boeren uit, wij vernielen voor ons vermaak
met onze honden, en de bescherming, die wij
aan het wild verleenen dat wij zelf niet dooden,
niet den oogst van weduwen en weezenwij
ja, wij jagen naar winst, maar een eerlijk en
verstandig industrieel en koopman, die leven
wil, weet ook dat anderen moeten leven, en
dat, hoe gemakkelijker en aangenamer hen het
leven is, dat des te voordeeliger is voor zijn
winstbejag!»
De kleine man stond als een kemphaan te
genover den kolossalen edelman, die hem met
steeds klimmenden toorn had aangehoord en al
zijn wilskracht moest te hulp roepen om zich
niet aan hem te vergrijpen. Toen sloot hij even
zijne oogen. Een seconde en dat was voldoende
om hein weder geheel meester te maken van
den toestand.
«Ik verkies, dat gij oogenblikkelijk het kas
teel verlaat en dat gij er nooit meer een voet
in zetten zult. Gij kunt gaan.»
Beekman nam zijn hoed. De baron schelde.
Pieter, de lijfknecht, verscheen.
«Pieter, laat dien man uit, en onthoud dat
ik nooit meer voor hem te spreken ben.»
Men kon het duidelijk aan den baron zien,
dat hij zich bedwingen moest om niet te zeg
gen: «Pieter, schop din roturier de poort uit!»
tenaren een overwinning behaalden en de
gouverneur van Soedan, Abd-el-Kader
Sennaar is binnengerukt.
De positie van het nieuwe Fransche
ministerie is door de laatste gebeurte
nissen zeer versterktzoowel in de Kamer
als in den Senaat yerd het door een
flinke meerderheid gesteund. De verwer
ping van het voorstel tot Grondwetsher
ziening in gene, en van de gelijkstelling
van burgerlijke en godsdienstige corpo-
ratiën ten opzichte van het recht van
vereeniging in dezenhet laatste onder
belofte dat de Regeering zelve een voor
stel tot nadere regeling zal indienen
kan beschouwd worden als een verkla
ring van vertrouwen. Op een feestmaal
door den „Cercle national" ter eere van
den premier gegevenverklaarde hij in
een toespraakdat een politiekdie al
de dringende quaesties tracht te ontwij
ken om met niemand in botsing te komen
niet mannelijk is; in Frankrijk heeft de
Regeering niet alleen tot taak de wetten
uit te voeren, maar moet ook met lei
dende politieke inzichten een richtsnoer
aanbieden voor de toongevende meerder
heid, die zich tot de uiterste linkerzijde
kan uitstrekken. Ten slotte wijdde hij
een dronk aan de parlementaire republiek.
Te Parijs bestond verleden week plan
op het Plein der Invalieden een monster
meeting van werklieden te houden. De
Prefect van Politiedaarin gevaar voor
rustverstoring ziendeweigerde op aan
vraag van het bureau de vereischte ver
gunning te verleenen. op grond van de
bepaling der wet die voor dergelijke bij
eenkomsten een besloten gebouw ver
plichtend stelt. Tegelijkertijd werden voor
zorgsmaatregelen genomen. Vrijdagmid
dag omsteeks 2 uur verschenen niettemin
een paar duizend meetinglustigenLouise
Michel was er natuurlijk ook bij. Toen
zich een ophooping vormde op het oogen-
blik dat zij wilde gaan „spreken", kwam
de politie, en dreef de menigte uiteen.
Dewijl er verzet plaats had werd een
vijftiental personen gearresteerd. Om
streeks 500 „vergaderden" wilden nu
naar het Elysée om zich bij den Presi
dent te beklagen, maar de openbare
macht hield hen daarvan terug. Ten 3
uur was het plein ontruimd. Een uur
later kwamen ongeveer duizend lui terug,
en pleegden baldadigheden: eenige rij
tuigen werden omvergegooid en ruiten
ingesmeten. Het viel de politie niet moeie-
lijk ook dezen troep te verwijderen. Men
zegt dat er weinig werklieden aan de
manifestatie deelnamende belhamels
waren „slecht ter faam staande lieden".
Sommige bladen beweren dat er een
groot getal monarchalen bij gezien zijn
zelfs eenige der meest bekende afgevaar
digden en Senatoren van de rechterzijde.
Aan het Pruisisch Ministerie van Oor
log is een nieuw hoofd opgetredengene
raal Bronsart van Schellendorfeen con
servatief van het zuiverste watermilitair
in elke spier van zijn lichaam, en van
wien niet verwacht wordt dat hij van de
inzichten van den Landdag veel notitie
zal nemen. De vorige Minister, generaal
Von Kameke, vroeger in blakende gunst
bij den Keizer heeft zijn positie verspeeld
door zich niet krachtig genoeg in den
Landdag te verzetten tegen het plan om
de officieren voor de inkomstenbelasting,
althans wat hun particulier vermogen
betreft, met gewone burgers gelijk te
stellen, terwijl ook zijn verklaring in den
Rijksdag, dat verdere uitbreiding der
artillerie onnoodig was, slecht werd opge
nomen. Von Kameke is thans in den
adelstand verheven en trekt zich uit het
openbaar leven terug.
een slotte nog eenige nihilistische
In geen kleine woede keerde de fabrikant het
kasteel den rug toe. Hij was met de beste be
doelingen daar gekomen, en hoezeer waren deze
miskend; welk een reeks van bel edigingen had
hij te verduren gehad. Hij bewonderde zich zelf,
dat hij nog zoo bewaard was gebleven en, die
voldoening nam hij teu minste naar huis, dat
hij de hem aangedane vernederingen behoorlijk
betaald had.
De baron intusschen gevoelde, dat hij van
dit oogenblik Beekman haatte met al de kracht
van zijne ziel, en in zeer slechte luim zoo
slecht als hij zich niet bewust was in jaren ge
had te hebben, ging hij naar de woonkamer,
oin zijne echtgenoot op te zoeken. Dit wist hij,
dat zij in dit geval zijn gedrag zou goedkeuren.
Toen hij deze daar niet aantrof, schelde hij om
Jansje. «Waar is Mevrouw?» vroeg hij de ste
vige, roodwangige, levenslustige geldersche.
«Mevrouw zei dat ze hoofdpijn had en niet
aan tafel zou komen, Mevrouw is op hare kamer.»
«Kuren,» mompelde de baron die het tijdperk
van verliefd zijn reeds lang achter den rug had,
en nu niet zelden de gebreken zijner vrouw
vergroot en hare deugden want ook deze
bezat zij niet meer zag. Vervolgens vroeg
hij: «Waar is de jonker?»
«Ik denk dat de jonker naar den koepel is
gegaan.»
«Ja,» dacht de baron, «daar zal hij wel te
vinden zijn. Hij is altijd op den loop als ik hem
hebben wil; welnu, ik zal hem daar wel vinden.
Ook met hem heb ik een appeltje te schillen,
dat hem allicht niet aangenaam zal zijn, maar
ernstige kwalen maken krasse geneesmiddelen
noodig.»
III.
Jonker Huge had zich werkelijk, nadat hij
door zijne moeder de kamer was uitgejaagd
naar den koepel begeven.
Die koepel stond aan den zoom van een fraai
bosch van zware eiken en beuken. Men had van
daar het uitzicht over eene uitgestrekte weide
door welke de kleine heldere rivier stroomde,
welke het rad dreef van den volmolen, die in
het verschiet zijn roode pannen dak tusschen
het loover van eeuwenoude lindeboomen opstak.
In de verte, aan den anderen kant der weide,
werd het gezicht gesloten door 't verscheiden
groen van welig houtgewas, boven 't welk zich
het spitse torentje van een dorpskerkje verhief
en' waartusschen hier en daar koket een huis
of hutje zich scheen te verschuilen. Wolken met
verzilverde en vergulde randen dreven statig
als ontzachlijke vogels door het zwerk, en wier
pen hunne breede schaduwen op de weide, alsof
een onzichtbare hand er een somberen sluier
over voortsleepte; geen schilderachtiger plek
had voor den koepel kunnen gekozen worden
en slechts zelden kwam het rustige, het liefe
lijke, het harmonische van het landschap zoo
indrukwekkend te voorschijn als op dien morgen.-
De koepel zelf was een klein gebouwtje, dat,
geheel onderkelderd boven een paar vertrekjes
bevatte. In vroegeren tijd, in den tijd d»r thee
tuinen, had een der heeren van Oosterwoud
dien koepel laten bouwen en een theetuintje
naar den Hollandsehen smaak laten aanleggen.
Sedert vele jaren echter stond hij ongebruikt
en ongemeubeld, totdat jonker Hugo van. de
kostschool terugkeerde en zijn vader verzocht
hem in gebruik te mogen nemen.
De baron, die zijn zoon niet gaarne iets wei
gerde, had daarop den koepel laten opmaken.
Men had eenige oude meubels op het kasteel
van den zolder gehaald, en daarmede een der
vertrekken gemeubeld, waarin zij wezenlijk geen
slechte vertooning maakten. De jonker gebruikte
(Wordt Vervolgd.)