INGEZONDEN.
besteed voor ruim ben half millioen.
In genoemde scholen ontvangen tusschen
de vier en vijf duizend kinderen geregeld
en goed onderwijs en in dat paleis te
Breda zullen 200 gauwdieven en schurken
elk hun eigen kamer hebben.
- De Zierikzeesche Courant teekent nog
aan dat die Noord-Brabantsche scholen
niet meer kosten, dan hetgeen er ver
timmerd werd aan één oud oorlogschip
om er een opleidingschip van te maken.
Op de Utrechtsche straat alhier had
jl. Zondag avond eene vechtpartij plaats
tusschen een drietal burgers, waarbij
een hunner, zekere B.wonende te Hoe
velaken zijn mes trok met het doel om
zijn tegenpartij over het aangezicht te
snijden; deze echter de bedoeling van
B. bemerkendevond gelegenheid de
stoot althans in zooverre afteweren dat
niet zijn aangezicht werd getroffen, maar
het mes hem over de rechterhand ging
en hij aan die hand vrij ernstig werd
vërwond.
Tegen den dader die onmiddellijk dooi
de politie werd aangehoudenis proces
verbaal opgemaakt.
Dinsdag avond werden in eene druk be
zochte vergadering door de Amersfoort-
sche Hoofdkiesdistricts Kiesver-
eeniging tot candidaten gesteld voor
het lidmaatschap van den gemeenteraad
de navolgende heeren
B. W. VAN BURGSTEEDEN.
Mr. H. I. H. Baron VAN BOETZE-
LAER VAN OOSTERIIOUT.
E. L. H. VAN LANSCHOT HU-
BRECHT.
M. L. CELOSSE.
W. VAN LEER.
Daar de heer van Leer, die ter ver
gadering aanwezig was, verklaarde deze
benoeming om voor hern oversvegendc
redenen niet te kunnen aanvaarden, werd
den heer I. ZANDIJK Jr. door het lot
daartoe aangewezen tegenover den heer
M. W. SCHELTEMA Ez.die een gelijk
aantal stemmen op zich vereenigde.
Het 20ste Christelijk Nationaal Zending-
feest zal den 4den Juli a. s. op het
schoone landgoed «Yoor<taan» bij
Blauw-Kapel in de onmiddellijke nabijheid
van Utrecht gehouden worden. Het ter
rein is uitnemend geschikt en groot ge
noeg om duizenden feestgangers te ont
vangen. Wanneer het weder gunstig is
zullen velen opgaan om in dat heerlijk
oord hunnen Schepper te loven en te
prijzen.
VERGADERING van den Raad der
gemeente Amersfoort op Donderdag, den
28 Juni 1883, des namiddags ten 1 ure.
Punten van behandeling
1. Rapport der Commissie in zake de
gasverlichting.
2. Voorstel van Burg. en Weth. in
zake het verstrekken van eereblijken en
belooningen voor getrouw schoolbezoek.
3. Voorstel van Burg. en Weth. tot
vaststelling van de toelage aan de Ge
zondheidscommissie.
4. Advies van Burg. en Weth. op het
rekest van den heer Cramer von Baum-
garten om concessie voor den aanleg van
een tramlijn.
Bij de Vrijdag te Amsterdam gehou
den aanbesteding van de concessie voor
de uitsluitende levering van gas aan de
gemeente en aan particulieren waren drie
inschrijvers: lu. De pijpgasfabriek De
Bruyn die aanbiedt bij verplichte oprich
ting van 2 fabrieken een retributie te
geven van f 0,03 bij een gasprijs van 9
cent, een van f 0,027 bij een gasprijs van
8Va cent en een van f 0,023 bij een gas
prijs van 8 cent per M3. 2°. De Impe
rial and Continental Gaz-Company bij 2
fabrieken een retributie resp. van f0,0385
f0,031 en f0.024 per kub. Meter, en bij
éen fabriek resp. van f 0,041, f 0,034 en
van t 0,0275 per M3. 3°. De Compagnie
Générale Frangaise voor éen fabriek
0,0419, f 0,0341 en f 0,0261 per M3.
GEMENGDE BERICHTEN.
II. de Koning, de warmoezenier te
Gorinchem, die in den avond van 29
Maart jl. in zijne woning de echtgenoote
van P. Monshouwer vermoordde, stond
Vrijdag voor het Hof te 's Hage terecht.
Tegen hem werd een tuchthuisstraf van
20 jaar geéischt.
Het aantal bezoekers van de interna
tionale visscherij tentoonstelling te Lon
den, van de opening af tot het eind dei-
vorige weekbedraagt 527,264.
Te Noordwolde is een boerenknecht
op een ongelukkige wijze om 't leven ge
komen. Twee paarden willende opvangen
had hij een der dieren een lossen strik
om den nek geslagen en den anderen
lossen s*rik zelf zoolang om den hals ge
daan. Het reeds gevangen paard schijnt
aan den loop te zijn gegaan en beide
strikken daardoor aangehaald te hebben
tenminste men vond den knecht geworgd
in de weide liggen terwijl het paard nog
juist bijtijds uit zijn benauwden toestand
verlost werd.
Een landbouwer onder Maasheze is
doodelijk door den bliksem getroffen ter
wijl hij bezig was een boom te vellen.
Te Dakota meldde zich onlangs bij een
expres-postdienst een stevige vrouw als
koetsier aan: «Kunt gij met muilezels
omgaan?» vroeg de posthouder ongeloo-
vig. Een half trotsche, half verachtelijke
lach krulde haar volle lippentoen zij
antwoordde: «Bah! Als men zooals ik
reeds driemaal getrouwd is geweest!4
De posthouder liet haar niet uitspreken,
maar nam ze dadelijk in dienst.
Te Groningen is door twee achter een
broodkar loopende kinderen een porte-
monnaie met f9ü aan bankpapier gevon
den. De moeder een weduwe heeft
oogenblikkelijk aangifte gedaan.
Schromelijke achteruitgang van
de aardappel-teelt.
De aardappel-teelt moet, in den wa
ren zin des woordswel de eerste plaats
in de bouwerij bekleedenomdat die
kuituur schier in alle werelddeelen gedre
ven wordt en de edele vrucht rnet alle
recht verdient den eerenaam te dragen
«Brood der armen.»
Jaarlijks ziet men dat gewas in alle
provinciën van ons land voor menschen
en dieren, ook voor de fabricage verbou
wen om er zich gedurende de lange
wintermaanden mede te voedendoch
het verbouw, of liever gezegd de produc
tie, levert bij lange na niet op om in
de behoefte des volks te voorzienzoo
dat het buitenland ons onvermijdelijk
daarin tegemoet moet komen. Men moge
zich in ons landje hoogst gelukkig achten
dat voornamelijk Duitschland ons in den
hachelijken toestand, waarin wij verkee-
rente hulp komtwant anders zoude
voorzeker de rampdie ons jaarlijks treft,
groot zijn, terwijl bij totale mislukking
ware ellende te duchten is.
Alvorens met mijne beschouwingen ten
aanzien van het verbouwen van dat ge
was verder uit te wijdenwil ik de vraag
stellen: «Waaraan is het te wijten, dat
«de teelt van dit zoo onmisbaar geworden
«volksvoedsel voor het algemeen in de
«laatste jaren zoo schromelijk achteruit
«is gegaan, en wat zal de toekomst we-
«zen, indien men met den verbouw voort
«blijft sukkelen op den ingeslagen weg?»
Een andere en betere verbouw, reorga
nisatie van het tegenwoordige stelsel van
behandeling en bewerking van de aard
appel-teelt zijn mijns inziens voor de al-
gemeene welvaart hoogst noodzakelijk.
Men drale dus niet langer hiermedeom
een beteren en meer degelijken verbouw
daar te stellen ter voorkoming van erns
tige gevolgendie op dat gebied zijn te
verwachten.
Landbouw-maatschappijen in 't alge
meen u zijn de toestanden bekendén
uwe medewerking voor het belang des
volks, waarvoor gij gesteld zijtwordt in
de gegeven omstandigheid ten zeerste
ingeroepen. Het feit, de groote achter
uitgang van dat gewas, dient in ernstige
overweging genomen te worden voordat
de ramp, namelijk volslagen gebrekons
komt bezoeken. Deze wenkenontleend
aan onderzoekingennasporingen en ve
lerlei proevenwaaraan ik sedert eenige
jaren onverpoosd mijne krachten heb ge
wijd eene speciale studie er van ma
kende, nopen mij uwe welwillende aan
dacht op deze zaak te vestigen.
Na de vraag die ik steldewaaraan
het te wijten isdat de aardappel-kui
tuur haren ondergang nabij gaat, dien
ik vooraf mijne opmerkingen, beschou
wingen en de behandeling van de teelt,
zooals die door velen op schandelijke
wijze thans veronachtzaamd wordt, eenigs-
zins uiteen te zetten en aan te toonen
dat slechte oogsten meerendeels zijn te
wijten aan de slordigheid van verbouwers
die niet de minste kennis bezitten om
de teelt met zorg en nauwgezetheid te
betrachten. Dat deze woorden in de ooren
van eenige landbouwers hard klinken,
behoeft geen nader betoog, maar om eene
verandering in den toestand te brengen,
waaraan dringende behoefte bestaat is er
geen andere uitweg te vindendan wel
de ware toedracht van moedwillige ver
onachtzaming en verwaarloozing der teelt
bekend te makenopdat zij die de raad
gevingen willen volgen er op bedacht zijn
eene wijziging in hun verbouw te bren
gen. Ziehier de thans over 't algemeen
gevolgde wijze van verbouw van aardap
pelen slechts enkele goede en zorgvul
dige bouwers, die er een gewetenszaak
van maken roekeloos daarmede te werk te
gaan make hierop eene gunstige uitzon
dering.
Wil men deugdelijk aardappelen teelen,
aan alle eischen voldoende, dan dient
men vooraf voor puikegoed uitgelezen
poters zorg te dragendeze te trekken
van nieuwe soorten namelijk de uit zaad
gekweektedie weerstand tegen de ziekte
kunnen bieden. Het is tevens een groot
vereischte, dat men redelijk groote po
ters neme, met goed vruchtbeginsel en
ze uitsluitend bezige van talrijk bezette
en flink ontwikkelde struiken. Wijders
dienen de poters gedurende den winter
in luchtige vorstvrije kelders zorgvuldig
te worden bewaarddan wel wat mij
beter bevalt gekuild te wordenmet in
achtneming van de noodige voorzorgen
zoodat met de behandeling daarvan geen
te groote broeiing kan ontstaan waardoor
het te vroeg uitloopen, dat de oorspron
kelijke kracht van den aardappel doet
verloren gaan, voorkomen wordt.
Eindelijk is het van groot belang, dat
de poters vroegtijdig in het voorjaar nog
eens goed worden nagezienin manden
of kisten geborgen worden om ze te laten
kiementegen medio April zorgdra
gende dat de kiemen niet worden be
schadigd, en hieruit te plantenof liever
gezegd de poters, met de kiemen naar
boven gericht, in de daarvoor bestemde
gaten te zettendoch vooral niet roeke
loos daarin te rollen.
Vele landbouwers, ieder voor zich zelf
venneenen goede, ja zelfs beste poters
te bezittendoch ze weten in de verste
verte niet wat deugdelijke poters zijn
evenmin met welke zorg men ze bij het
rooien van aardappelen moet uitschieten
en later zorgvuldig bewaren.
De thans algemeene wijze van handelen
en het verbouwen van aardappelen komen
hierop niet neer en alzoo moet men tot
de gevolgtrekking komendat men het
oude stelsel is toegedaan en er een af
keer van heeft zich aan het nieuwe te
hechten.
Wanneer een landbouwer het tijdstip
genaderd ziet om met het rooien een aan
vang te makendan wordt een zeker
aanta! rooiersoprapers of opraapsters
bijeen gezameld en over het daggeld of
de betaling bij vierkante oude roeden
overeen gekomen.
Met deze mannen, ieder van een greep
voorzien trekt rnen naar 't veld de baas
of eigenaar van den akker doet aanwij
zing, waarna de werkzaamheden aanvan
gen. Volgens algemeen gebruik kent rnen
hem de eer toe de eerste aardappelstruik
te rooien. Heeft die struik naar zijn oor
deel of bij toevaleen goed beschot op
geleverd dan maakt de eigenaar bij voor
baat groote illusies, dat de geheele bouw
hem eene voordeelige opbrengst zal op
leveren die echter meestal zeer zuinig
of slecht uitvaltterwijl de weèrsgesteld-
heid in de meeste gevallen de schuld er
van krijgt. Men rooit alzoo lustig daarop
voort de uitgedolven aardappelen wor
den ter opdrooging op de grond verspreid
en de oprapers, meerendeels uit oude
vrouwen of jonge meisjes gekozen nemen
hunne functie getrouw waar de aard
appelen voor de inzameling in drie, som
wijlen in vier soorten verdeelendena
melijk: groote, middelsoort, poters en
kriel. Voor de aardappelen, die voor po
ters dienen, zijn gekozen de grootste uit
krielsoort of uitschot en alles van de
aangegeven soortwat er maar eeniger-
mate op gelijkt, wordt afgezonderdzon
der evenwel gade te slaan ofdievaneen
volslagen goede struik afkomstig is. Mis
vormde, wanstaltige, zelf krielsoort wor
den in de mand bijeengezameld en de
voorraad bij het vallen van den avond
ten huize van den respectieve eigenaar
gebracht, die op zijn beurt in de schuur
of het achterhuis, in den regel niet vrij
van vochtigheid een plaatsje afstaat. Die
hoop poters groeit dagelijks aan en staat
den boer of verbouwer allengs in den
weg, zoodat eene opruiming noodzakelijk
wordt geacht. Hij neemt daarop een kort
besluit en de poters moeten onvoorwaar
delijk den kuil in, al was het in't begin
van de maand October, en worden dus
veel te vroeg aan den schoot der aarde
toevertrouwd. Beter is het echter, voor
zooverre de invallende vorst zulks niet
belet, daarmede tot medio December te
wachten, ter voorkoming van eene te
spoedige ontkieming in het voorjaar. Deze
poters in October gekuild, blijven alzoo
in hun winterverblijf tot. de eerste helft
van Maart, soms ook later. Eerst dan
moeten zij te voorschijn gehaald worden
om te worden gepoot.
Een ieder kan nu wel nagaandat die
zetaardappelenzoo vroeg gekuild, op
hunne beurt ook zeer spoedig in het be
gin van het voorjaar, ja zelfs nog eerder,
lange spruiten of ranken hebben gescho
ten ergo zeer slecht als pootgoed te be
zigen zijn. Dit verschijnsel levert bij den
bouwer volstrekt geen bezwaar op en deze
lacht in zijn vuistje dat ze zulke flinke
spruiten hebben gemaakt. Hij verkrijgt
daardoor de overtuiging, dat die vrij van
verrotting zijn gebleven en beroemd er
zich nog wel opdat hij ze met goed ge
volg heeft gekuild. Met de onvolmaakte
uitgeloopen gerimpelde aardappelendie
veel op een vijg gelijkennauwelijks het
aanzien waard zijn en geenszins ge
schikt om als pootgoed te dienenbegeeft
men zich te velddat isnaar de
slecht toebereide akkers en in de daar
voor niet zonder de gewone onverschillig
heid met puntigen poothouten gemaakte
gaten worden met verregaande verachting
de poters geworpen even als of men zeg
gen wil «ziedaar, ik ben van de last af
en meer kan ik er niet aan doenter
wijl het eindbeslag van het werk, de
volbrachten poting met een Hinken klomp-
trap om de gaten te sluiten als 't ware
bezegeld wordt. Het ware immers verkie
selijker, dat de in volmaakt goeden toe
stand verkeerende poters nauwlettend,
met kiemen naar boven gericht, in den
grond werden gezet de kosten van zulk
eene bewerking zijn immers zoo hoog niet
Neem aan dat een arbeider voor het in
zetten een cent per vierkante roede meer
verdient dan op de gewone wijze van
inrollenalsdan beloopen de kosten op
honderd roeden slechts één gulden en
het is dus wel de moeite waard, bij de
betrekkelijk geringe kosten een maatre
gel toe te passendie de opbrengst zoo
zeer verhoogt. Dezelfde slordigheid of
onbekendheid als bij de teelt en verzor
ging van aardappelen wordt waargeno
men bij de bewerking en het onderhoud
de meeste akkers of velden dragen
toch de volste blijken van jammerlijke
verwaarloozing het onkruid op de vel
den of akkers te bespeurenverkrijgt de
overhand ten nadeele van de plant, die
onder den druk moet kwijnen of verar-
moeden. Een schralezuinige bouw moet
dus het gevolg zijn van deze handelwijze;
de productie van den bouw, deerlijk te
gengevallen dwingt hem ja zelfs de po
ters, die in het aanstaande jaar moeten
dienen om de teelt voort te zettenvoor
eigen consumptie aan te sprekener op
steunende dat altijd weer andere poters
verkrijgbaar zijn op de markt. Vraagt
men die bouwlieden nu af, waaruit deze
slechte oogst te wijten isdan krijgt men
van bijna iedereen tot antwoord«ik heb
beste poters gehad of op de markt ge
kocht, goed en degelijk gemest, het land
wel onderhoudenkortom ik heb alles
er aan gedaan wat in mijn vermogen was.»
Men wil volstrekt niet erkennen dat de
hoofdoorzaak van den tegengevallen of
mislukten bouw aan eigen schuld te wij
ten is zich koesterende in de beschou
wing en zelfbeoordeeling van in alle op
zichten goed te hebben gebouwdvoedt
men andermaal de hoop het volgende
jaar een beteren oogst te zullen hebben.
Blijft men echter bij het oude stelsel
voortgaanhetzelfde lot of nog slechter
staat wederom te wachten.
Volgens mijne nasporingen en onder
zoekingen worden te Amersfoort en in
de omstrekenwellicht ook op vele andere
plaatsenaardappelen verbouwd die meer
dan een halve eeuw hebben bestaan.
Vraagt men zich nu af, lijden die aard
appelsoorten niet aan ouderdomziekte
de uitkomsten der verkregen oogsten dra
gen er immers duidelijk ten volle blijk
van? Nu wordt de vraag gesteld: «Welke
«veranderingen en verbeteringen zijn in
«de opgegeven toestanden van den aard-
«appelverbouw te brengen die tot gunsti-
«ger resultaten aanleiding zullen geven?»
Het antwoord hierop zal kort en zakelijk
wezen. In onderscheidene plaatsen van
ons Rijkwaar de teelt op groote schaal
gedreven wordt, vindt inen Maatschap
pijen voor Landbouw en telkens ziet men
naar gelang van de behoefte nieuwe zich
constitueerenmet bekwame mannen aan
het hoofddie het bestuur uitmaken en