NIEUWE NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR AMERSFOORT, BAARN, BUNSCHOTEN, EEMNES, HAMERSVELD, HOEVELAKEN, HOOGLAND, LEUSDEN, SOEST, STOUTENBURG, VUURSCHE, SCHEHPENZEEL EN WOUDENBERG, Beelden uit het verleden. Feuilleton. No. 74. Zaterdag 15 September 1883. Twaalfde Jaargang. Uitgever: A. M. Slothouwer, Een belangrijk besluit. CHAR VO. Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden f 1, Franco door het geheele Rijk'1,10. Afzonderlijke nummers3 Cent. Dit Blad verschijnt des Woensdags en des Zaterdags. te Amersfoort. Advertentiën van 1C regelsf 0,40. Iedere regel meer 0,05. Voor het Buitenland0,075 Reclames per regel0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Advertentiën kunnen ingezon den worden tot uiterlijk 's mor gens 10 uur des Woensdags en Zaterdags. Eene viermaal geplaatste ad vertentie wordt sleckts driemaal in rekening gebraekt. De Gemeenteraad der Residentie heeft onlangs een beslissing genomen, die van vèr strekkenden invloed kan worden op het Middelbaar Onderwijs, en daarom nogal eens een onderwerp van bespreking zal uitmaken. Op de voordracht tot wijziging der ver ordening op de middelbare scholen te 's Gravenhage, door Burgemeester en Wet houders aangeboden, is namelijk een amen dement aangenomen van prof. Evers, aldus luidende: „Ouders of voogden, die verlangen, dat hun kinderen of pupillen voortdurend van het bijwonen der lessen in één of meer vakken worden vrijgesteld, geven vóór den aanvang van den cursus hiervan kennis aan den directeur. De kinderen of pu pillen, ten wier aanzien zoodanige vrij stelling' is verlangd, worden gedurende dien geheelen cursus tot de lessen, in de vrijstelling begrepen, niet toegelaten. Tij delijke vrijstelling van het bijwonen der lessen in één of meer vakken kan door B. en W., na ingewonnen advies van den directeur en der plaatselijke commissie worden verleend." De aanleiding tot liet voorstel is hekend genoeg: zij ligt bij de zoogenaamde over- ladings-quaestie, sinds eenigen tijd aan de orde. In verschillende richtingen heeft men naar een middel gezocht om haar op te lossener is gesproken van het I. KADET EN OFFICIER door Het detachement gedraagt zich uitstekend. Ook daar heeft zich de zeeziekte al minder en minder vertoond; de gewoonte heeft het scheeps leven voor 't meerendeel reeds tot een tweede natuur gemaakt, wat door eene humane, maar overigens streng gehandhaafde krijgstucht op eene hoogst gewenschte wijze bevorderd wordt. Reeds hebben zich zangers, komediespelers, gym- nastiseurs en potsenmakers tot klubs vereenigd, die nu en dan bij stil weder hunne oorspron kelijke en toch, bij de geringe hulpmiddelen die hun ten dienste staan, soms vindingrijke voor stellingen dienstbaar maken orn de eentonig heid wat te breken, 't Is Zondag, de dag bij uitnemendheid die zich kenmerkt door zijn ge brek aan afwisseling, door de betrekkelijke wer keloosheid, waarin het geheele personeel deelt Met zonsopgang wordt de vlag geheschen, het schoonschip maken is spoedig afgeloopenin nette spiralen liggen einden der reepen en tou wen op het dek opgeschoten het geheele schip heeft een ander aanzien, zonder dat men nog- thans zou weten te verklaren, waarin dat ande re bestaat. De matrozen hebben zich in een be tere plunje gestoken, rooken, in strijd met de overige dagen der week, hun neusbrandertje hier en daar ziet men een bijbel of gebeden boek voor den dag halen het scheepswerk rust, aantal leervakken te verminderen, van de eischen -door liet eind-examen gesteld in te krimpen. Geen vak echter wilde men laten glippen, nu het eenmaal op het lijstje staat: en dewijl het diploma dat bij het eind van den geheelen cursus na een wèl-volbraclit examen wordt uit gereikt, recht geeft op zekere maatschap pelijke voordeelen, als daar zijn plaatsing op de eene of andere inrichting van uni versitair of technisch onderwijs, mededin ging naar sommige betrekkingen, en dus zekeren intellectueelen maatstaf van een reeds door de practijk geijkte waarde vertegenwoordigt, is het, zonder totale wijziging van de wet op het middelbaar onderwijs, niet mogelijk ook daaraan iets te veranderen. Is men dus bepaald overtuigd van het bestaan der „overlading," wij voor ons willen daaromtient geen uitspraak doen maar kunnen de vrees niet onder drukken dat men zich teveel heeft laten medesleepen door Duitsclie beschou wingen over dat onderwerp, dan rest er niet veel anders dan te doen gelijk nu in Den Haag op voorstel van het raads lid professor Evers gedaan zal worden. De voorname reden die ons noopt deze zaak hier te bespreken, is zekere bedaclu- heid voor ongemotiveerde navolging van het Haagsche voorbeeld. Men weet het, denkbeelden zijn besmettelijk men neemt ze dikwijls over zonder dat nog gebleken is of de verwezenlijking ook grootere na- deelen in liet leven roept dan die men meende te overwinnen. Dat nu zou in het gegeven geval zeer te betreuren zijn. Veel beter zouden we het achten, indien men het Haagsche stelsel, alvorens het ook elders toe te passen, den tijd liet om zich behoorlijk te ontwikkelen en zijn licht zijde, zoowel als den schaduwkant te vertoonen. alleen de hoog noodige manoeuvres rnet de zei len worden uitgevoerd en alles aan boord ademt rust en kalmte. Ja, 't is alsof de aanblik van de zee, de tinten die de lucht aanneemt, in éen woord, of alles het antwoord geeft op de ge heimzinnige stilte die overal heerscht. Het is de dag des Hoeren. Eerst des avonds schijnt alles te herleven en hebben bij voorkeur de ver makelijkheden plaats, waaraan nu ook Janmaat deel kan nemen. Gewoonlijk eindigen de voor stellingen vroegtijdig; de avond wordt door zang en dans besloten en op een niet al te laat uur klinkt de taptoe, het sein waarop alles rustig moet zijn. Ook de Oceaan, de onmetelijke watervlakte waarop de F. S. als een notedop ronddrijft, biedt enkele malen eene atleiding aan 't zij dat de talrijke scholen bruinvisschen, in zeemanster men, „de boer met zijn varkens" in wilde en pijlsnelle vaart het schip inhalen en zich eeni gen tijd daaromheen in de meest grillige en snelle wendingen blijven bewegen, 't zij dat er jacht wordt gemaakt op eenen haai, den dood vijand der zeelieden, die het schip in loomen vaart, nu eens op groote diepte dan weder aan het oppervlak van de zee, en door het loods- vischje gestuurd, standvastig volgt of dat de schoone kleurrijke beniters en andere bewoners van de zee het voorwerp zijn van de begeerlijk heid van Janmaat. De breede stiltegordel van de linie is thans voor goed ingetreden, de vaart van het ranke schip is zeer gering, somwijlen zelf is alle stuur verloren en maakt de vlugge bark half or ge heel rechtsomkeert, om wat de zeeman noemt, „een uiltje te vangen" De doodskoppen bij de Engelsche zeelieden bekend onder den naam van „devil heads" ver toonen zich laag aan den horizon en voorspel len langdurige stilte, terwijl de hooge deining Want dat ook de laatste aanwezig is, gelooven we wel te mogen aannemen. Bij de discussiën in den Gemeenteraad der residentie is er natuurlijk ook op ge wezen. Wij zouden willen vragen, of het be grip dat men, gewoon is te hechten aan het woord seliool, niet verloren gaat wtfhneer het vak-onderwijs zoozeer op den voorgrond treedt: De school is een opvoedingsmiddelhij liet aanbren gen van zekere mate van kennis stelt zij zich ten doel, de leerlingen zeker stand punt van ontwikkeling te doen bereiken. Welke leerstof daartoe noodig is, wordt bepaald door de paedagogen, de mannen die dat bestudeerd hebben. Is men het eenmaal daarover eens, en de vast stelling van het program hij de wet on derstelt die overeenstemming, dan kan en mag er ook niets af. Het spreekt dan ook vanzelf, dat de eischen niet te hoog moeten gaan, zeker niet zoo hoog, dat slechts uitmuntende leerlingen er aan kunnen voldoen. Geeft men nu den ouders de beslissing over de vakken, die hun kinderen op de scholen leeren zullen, dan verliezen die inrichtingen veel van haar oorspronkelijk karakter. Het onderwijs houdt op een afgerond geheel te zijnhet wordt een soort van mozaiëk, waaruit ieder de steentjes kiest die hem het meest aan staan, niet om redenen van opvoedkun digen aard, maar op grond van overwe gingen buiten alle paedagogiek om, ont leend aan den werkkring die reeds op jeugdigen leeftijd voor den knaap ge kozen wordt, minder aan den aanleg van den knaap, die laat het ons maar eerlijk eikennen, door een groot aantal ouders niet met de noodige juistheid be oordeeld wordt. De bezwaren aan de tucht ontleend de slap nederhangende zeilen met een regelma- tigen en doffen slag tegen masten en ra's heen en weer doet slaan. Toch is 't geen zaak deze stilte te veel vertrouwen te schenken, want nu en dan vertoonen zich, plotseling als 't ware kleine donkere wolken, die niemand heeft zien naderen, rnaar die met hunne verschijning niet zelden hevige windvlagen medebrengen, waar mede reeds menig schip stengen en masten verloor en zijne reis niet kon vervolgen alsvo- rens een noodhaven te zijn binnengeloopen. De zon staat nagenoeg loodrecht boven het spie gelgladde vlak van dezen gevreesden, vele gra den breeden gordel en maakt de hitte aan boord ondragelijk in weerwil van de tropische kleeding, die de passagiers reeds uit hunne kolfers te voorschijn hebben gehaald en ook in spijt van de zonnetent, waaronder men in deze streken den geheelen dag doorbrengt, nu de hitte be- nedendeks ondragelijk is. De bekende huiduit slag, in Indië „de Iioode hond" genoemd, ver toont zich reeds bij velen en maakt bij de ont stentenis eener goed ingerichte badplaats, het scheepsleven minder aangenaam. Eindelijk is de F. S. op 0° breedte gekomen en reeds heeft de uitkijk Neptunusden vorigen avond gepraaid en bij den Kommandant van het schip wordt de boodschap gebracht, dat de God derzee den volgenden dag de nieuwelingen, die zijn gebied nog niet betraden, zal doopen. Alles is voor dit feest op geheimzinnige wijze in gereedheid gebracht en op den aangewezen dag vieren geheel de equipage, het detache ment, de passagiers, in een woord allen het onschuldige en vroolijke feest van den zeedoop, waarbij de bootsman, met den klassieken drie tand Neptunus voorstelt en met zijne begun stigden de hoofdrol vervult. Met verstandige be reid .villigheid onderwerpt de jonge luitenant zich, even als de andere „baren" aan de niet deelen wij niet. Als directeur en leeraren mannen zijn, dan zal het zoo erg niet worden met de wanorde veroorzaakt door het komen en gaan van sommige leer lingen tusschen twee lesuren in. Doch er zijn twee moeielijkhcden, die we even wenschen aan te stippen. De eerste ligt in het eindexamen. Na tuurlijk, een leerling die een of meer lessen niet heeft bijgewoond, kan geen volledig examen-diploma krijgen. Toch zou het onbillijk zijn hem dat te ont houden. Is het dus voortaan niet nood zakelijk, in liet diploma de vakken aan te stippen, waarin voldoend examen is afgelegd We gaan nog even verder, en zouden de wenschelijkheid van dien maat regel in elk geval willen bepleiten. Ge steld, een leerling doet eind-examen, maar is in een paar vakken niet genoegzaam bedreven. Hij wordt dus afgewezen, en moet, als hij toch het diploma ambieert, blijven zitten. Nu herhaalt hij alles wat hij het vorige jaar leerde, ook dat wat hij goed heeft geweten. Dat zouden we anders willen. Men geve hem toch een diploma dat alleen de vakken ver meldt waarin hij genoegzame vorderingen maakte, en stelle hem een volgend jaar in staat het ontbrekende aan te vullen. Hij zal er zich dan met meer succes op kunnen toeleggen. Doch dat zou ons bijna van ons apropos afbrengen, Om de gewenschte verande ring te krijgen zou men wetswijziging moeten hebben. „Het andere bezwaar is van meer da- gelijkschen aard. Vrijstelling van één of meer vakken zal in Den Haag verleend worden op verlangen, uitgedrukt bij het begin van eiken jaarcursus. Best. Mijn heer A. vraagt voor zijn dertienjarigen zoon, die met goeden uitslag admissie- examen heeft gedaan voor de Hoogere altijd fijne en kiesche grappendie Neptunus en zijne volgelingen, opgewekt door de extra oorlains en 't geen de passagiers dien dag ten beste hebben gegeven gelieven uit te voeren, 't Is een gejubel en een gelach aan boord waaraan geen einde komt. Behoudens het on misbare toezicht op tuig en zeilen, is heden Jan maat in zijn ware element en is liet de mach tige Zeegod, die, zijnen drietand tot scepter, met de onvermijdelijke stokvischheer en meester is van de F. S. die loom en traag ronddobbert, als ware 't orn het scheepfeest ook niet in het minst te storen. De feestdag is vojrbij, de stiltegordel wordt al smaller en smaller en ieder oogenblik kan de Z. O. passaat, die volgens zeemansterm met de zon de linie nadert of er zich van verwij dert, verwacht worden. Het prachtige zuider kruis de tegenhanger van den zuidelijken ster renhemel van den Grootenbeer in den noorde lijken, is reeds duidelijk hoewel nog niet zeer hoog boven den horizon zichtbaar de noordster is verdwenen. Een dichte drom van wolken in het Z. O. voorspelt de nadering der langgs- wenschte koelte en de bekwame en ondervin- dingrijke scheepskapitein kondigt den passagiers uiterlijk den volgenden dag den gezegenden wind aan. Hij heeft zich niet vergist reeds iu den vroegen morgen hooren de passagiers een ongewoon rumoer op het dek en verlangend om te zien wat er gaande is, komen allen boven en zien een zachtgolvende zee, waarop de F. S. met goed gevulde zeilen, „alles bij" scherp bij de boeilijn voorwaarts snelt. Hoezeenu kan de ranke F. S. toonen wat hij is en wat hij kan, en inderdaad, hij doet zijnen bouwmeester eer aan en stelt de verwachtingen van den Ka pitein S. die hem ook nog moet leeren kennen, met te leur. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1883 | | pagina 1