NIEUWE
EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
EEMNES, HAMERSVELD, HOEVELAKEN, HOOGLAND, LEUSDEN, SOEST,
VUURSCHE, SCHERPENZEEL EN WOUDENBERG,
Nieuwe abonné's ont
vangen de Courant tot
I April gratis.
Feuilleton.
Het pint van ROODEN BASTIAAH
No: 20.
Zaterdag 8 Maart 1884.
Dertiende Jaargang
Uitgever: A. M. Slothouwer,
Gr ondwet sh er ziening.
W. ROMBOUTS.
Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden f 1,
Franco door het geheele Rijk1)10.
Afzonderlijke nummers3 Cent.
Dit Blad verschijnt des Woensdags en des Zaterdags.
te Amersfoort.
Advertentiën van 16 regelsf 0,40.
Iedere regel meer 0,05.
Voor het Buitenland0,07*
Reclames per regel 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
De algemeene indruk, dien we van het
concept-ontwerp tot wijziging van eenige
artikelen hebben verkregen, doet ons den
wensch uitspreken dat het binnen een
niet al te lang tijdsverloop tot wet inoge
worden verheven.
Daarmede bedoelen wij geen betuiging
van onbepaalde instemminger zijn
het ligt niet in ons plan dit heden uit
voerig uiteen te zetten, doch we noemen
slechts de grondslagen van het kiesrecht,
die niet bestaan in zekere mate van be
kwaamheid maar in zekere gegoedheid,
en die, naar onze bescheiden meening,
in elk geval liever in een organieke wet
dan in de Constitutie moesten zijn neder-
gelegd, enkele punten waaromtrent
onze wenschen zich verder of in andere
richting zouden uitstrekken, doch zoo zal
het waarschijnlijk velen gaan; de vol
maakte uitdrukking van zijn verlangen zal
misschien niemand in het ontwerp terug
vinden. Dat neemt niet weg, dat wij de
aanneming en afkondiging als een belang
rijke schrede voorwaarts zouden beschou
wen.
De herzieningscommissie heeft een
hoogst belangrijken arbeid verricht.
Zij bepaalde zich niet tot de behande
ling alleen van die artikelen waaromtrent
de noodzakelijkheid van herziening als
met den vinger was aangewezen de ge
heele Grondwet is door haar met nauw-
DOOR
Maar wantrouwend, als hij steeds was omdat
hij zelf niet deugde, geloofde hij die woorden
een strik om hem weer binnen te palmen en de
eerste deur, die hij open zag in schietende, liep
hij bijna eene oude vrouw omver, die een gil
van den schrik gaf en daardoor de andere huis-
genooten, haar zoon en dochter, naar voren deed
stuiveu onder den uitroep „Om Gods wil moe
der, wat is er
Eer de oude tijd bad om te antwoorden smeekte
Bernard haar reeds om een schuilplaats, daar
hij. zooals de snoodaard loog, van huis was
weggeloopen waar hij zoo slecht werd behan
deld dat hij hetniet langerkonuithouden, en zijn
hardvochtige vader hem nu reeds op het spoor
was en weder medenemen wilde." De menschen
die hem, op zijn bloemzoet gezicht en door
zijn overredende spreektrant, geloofden, brachten
hem dra naar den zolder, waar zij hern op een
afgeschoten kamertje op sloten, hem belovende
de zoekers het huis uit te zullen houden.
Wolf echter liet zich niet misleider.. Het beest
was weldra aan de deur, waar hij met een woe
dend geblaf zijne volgelingen tot zich riep.
Form klopte dadelijk aan en verzocht binnen
gelaten te worden, maar de man des huizes
antwoordde, achter de gesloten deur, dat hij niet
opendeed en zij daar niets te maken hadden.
Goswijn bemerkende dat er op die wijze niet
gezetheid onderzocht, ten einde elke be
paling in overeenstemming te brengen
met de nieuwe behoeften en inzichten
die zich gedurende het achter ons lig
gend gedeelte van de Regeering van Ko
ning Willem III geopenbaard hebben.
Het woord herziening is hier wel opgevat
in die uitgebreider beteekenis, die het op
het woord „wijziging" voorheeft.
De bepalingen omtrent de troonsop
volging zijn verduidelijkt, om bijdeeven-
tueele toepassing alle dubbelzinnigheid
af te snijden. Omtrent Luxemburg wordt
bepaald dat, zoo de kroon van dat land
eenmaal aan een ander dan den Koning
der Nederlanden mocht vervallen, zij niet
weder gelijktijdig met die van Nederland
kan worden gedragen. Het getal leden
der Tweede Kamer wordt onveranderlijk
vastgesteld op 90. Omtrent het kiesrecht
is het volgende voorgesteld: „be leden
der Tweede Kamer worden rechtstreeks
gekozen door de ineerdei jarige mannelijke
ingezetenen, Nederlanders, die niet bij
rechterlijke uitspraak de beschikking of
het beheer hunner goederen hebben ver
loren, noch van eenige rechten zijn onzet,
en die, hetzij ter zake van de bewoning
van een huis of een gedeelte daarvan in
de belasting ten volle zijn aangeslagen,
en het uit dien hoofde over liet laatst
verloopen dienstjaar verschuldigde geheel
hebben voldaan, hetzij wonen op kamers,
niet afzonderlijk in zoodanige belasting
aangeslagen, en waarvan de jaarlijksche
huurwaarde ongemeubeld ten minste zoo
veel bedraagt als de som waarop de minste
belasbare huurwaarde daar ter plaatse is
gesteld. Het bedrag van de minste ten
volle belastbare huurwaarde wordt dooi
de wet neigens lager dan 3b of hooger
dan ƒ300 bepaald. Wordt ter zake van
de bewoning van huizen geen Rijksbe
lasting geheven, dan wordt het kiesrecht
met hem was te onderhandelen, stelde voor dat
hij met Wolf en Freerk op wacht zoude blijven,
terwijl Form den burgemeester op kon zoeken,
om met diens bijstand toegang te krijgen, welk
voorstel gereedeu bijval vond, waarop Form zich,
tot dat einde verwijderde. Nadat hij den burge
meester, die hij gelukkig tehuis trof, van de
oorzaak zijner komst kennis had gegeven, ver
klaarde deze zich bereid mede tegaan en hem
zijn zoon weder te bezorgen. Aan de woning
gekomen eischte hij dan ook, krachtens de Pruis-
sische wet, die op dat stuk zeer streng is,
dat men den vluchteling uit leveren of de deur,
voor hun onderzoek openen zou aan welk bevel
inen nu geen weerstand meer durfde bieden,
zoodat Bernard spoedig op zijn zolderkamertje
gevonden werd.
Angstig zag hij nu eens zijn vader, dan
den vreemden heer aan en gevoelde, zooals
te begrijpen is, zich alles behalve op zijn
gemak toen hij hoorde dat het de Burge
meester was. Hij hield zich echter wijsselijk
stil, maar de oude Form had nog eene hevige
berisping der huisgenooten te verduren over de
slechte behandeling die hij zijn zoon aan deed,
waardoor deze genoopt was geworden, hem te
verlaten en zijn heil onder vreemden te zoeken.
Hoe hij daaronder te moede was, nu hij begon
te vermoeden welken streek de kwajongen hem
weder gespeeld had, laat zich gereedelijk den
ken. Hij hield zich echter, ter wille van de om
geving, inen gelastte Bernard eenvoudig hem
te volgen als hij niet wilde dat dit met geweld
werd doorgezet. De snaak, bemerkende dat
wederstand nutteloos zou zijn, verklaarde zich
eindelijk bereid doch eischte dat de magistraat
zich verwijderen zou, daar hij zijn vader iets te
zeggen had, waar anderen niet mede noodig
hadden.
„Buiten de deur, zal ik mij verwijderen" kreeg
afhankelijk gesteld van de huurwaarde
der woning of het gedeelte daarvan het
welk men krachtens eenig persoonlijk
of zakelijk recht in gebruik heeft. De
minste jaarlijksche huurwaarde welke
kiesrecht geeft, wordt door de wet nergens
lager dan op 52 of hooger dan op f 300
gesteld." In plaats van de aftreding, om
de twee jaren, van de helft der Tweede
Kamer, wordt voorgesteld aftreding van
de geheele Kamer, om de vier jaren. De
toelage aan de leden wordt van '2000
op 1000 teruggebracht, maar met toe
kenning van vergoeding voor reis- en ver
blijfkosten.
Van de belangrijkste wijzigingen
we moeten ons thans tot slechts enkele
bepalen, stippen we nog aanAan
ieders vrije keuze wordt overgelaten het
afleggen van eed of belofte, overal waai
de Grondwet dit voorschrijftde woorden
„ieder naar de wijze zijner godsdienstige
gezindheid," zijn geschrapt. Aangaande de
defensie lezen we o. a. het volgende:
„Alle Nederlanders, daartoe in staat, zijn
verplicht mede te werken tot handhaving
der onafhankelijkheid van het Rijk en
tot verdediging van zijn grondgebied. Ook
aan ingezetenen, die geen Nederlanders
zijn, kan die plicht worden opgelegd. Er
is een zee- en landmacht, bestaande uit
vrijwilligers en dienstplichtigen. De wet
regelt den verplichten krijgsdienst. Zij
regelt ook de verplichtingen, op te leggen
aan hen, die niet tot de zee-of landmacht
behooren. De dienstplichtigen te land
mogen niet dan met hun toestemming
buiten Europa worden gezonden. Voor
de dienstplichtigen ter zee wordt een
korter diensttijd dan voor die te land
bepaald." Zeer vereenvoudigd en verdui
delijkt zijn ook de bepalingen omtrent
veranderingen in de Grondwetvoorge
steld wordt de aanneming dei' herziene
hij ten antwoord, en ook nu gaf hij toe en ver
liet rnet de anderen het huis, steeds naar den
hond glurende, die hern steeds nijdig brommende
op de hielen volgde. -- Toen hij echter hoorde
dat Bastiaan leefde en hem zijn schanddaad ver
gaf, werd hij weer de oude, onbeschaamde vlegel,--
haalde zijn vader op zijne gewone grove wijze
er over door dat hij hem, als een schooljongen
naliep en zeide op hoogen toon dat hij volstrekt
geen plan had gehad om weg te blijven, maar
alleen inaar een reisje op het oog had gehad
omdat het thuis zoo eentoonig was.
Zoo kwamen zij eindelijkonder allerlei ge
kibbel en gemor, weder in het houtvestershuis,
waar Goswijn en Freerk hen verlieten om van
hun wedervaren aan de achtergeblevenen ver
slag te doen. Als men echter gehoopt had dat
deze gebeurtenis een les voor Bernard zou worden,
dan had men zich deerlijk bedrogen. De valsch
aard had innerlijk spijt dat hij Bastiaan niet
beter geraakt had en zwoer bij zich zelf dat
hij het een ander maal wel eens secuurder
overdoen en Wolf ook voorgoed onschadelijk
zou maken, daar zooals hij zeide Zoolang die
twee er waren, hij het met Geerte Mie nooit
klaar zou spelen, tenzij hij er iets op vinden
mocht om haar door list te ontvoeren. Dosma,
die van de geheele geschiedenis niets wist,
werd weer opgezocht en weldra zaten de aterlin
gen, weder in druk gesprek bij elkaar om daar
toe middelen te beramen. Eindelijk sprong deze
op en riep, verheugd in de handen klappend
uit„Vivat Bernard daar schiet mij een heer
lijke gedachte te binnen „over een week is er
weer houtverkooping te Göttingen en daar gaat
Goswijn met de jongens altijd heen. Die dag moet
onze dag zijn om de meid op te lichten." Op
perbest was het antwoord, maar dan is de rak
ker misschien nog niet weer beter, en dan lie
pen wij nog erger in den knip. „Dat 's waar
artikelen, ongewijzigd te doen plaats heb
ben met volstrekte meerderheid der beide
Kamers in vereenigde zitting.
Wij hebben dan nu den lang verwach
ten arbeid.
Dat is reeds iets. Maar eigenlijk nog
niet veel. Want de groote vraag rijst
thansZal die arbeid vergeefsch zijn
Vooreerst weten we nog niet, of de
Regeering het voorstel, of liever het
samenstel van voorstellen, gelijk het daar
ligt, zal oveinemen.
Doch de Minister Heemskerk is
Voorzittei van de Commissie: en het zou
toch wel wat vreemd zijn indien hij
voorstellen had helpen formuleeren die
hij vooraf wist dat de goedkeuring zijner
ambtgenooten niet zullen wegdragen. Van
het overleg in den Ministerraad kunnen
wellicht nog wijzigingen het uitvloeisel
zijn, doch we meenen in dit concept
wel grootendeels het aanstaand Regee-
rings-voorstel te mogen begroeten.
En dan
Zal het dan toch de minderheid in de
Kamer gelukken, deze dringend noodige
hervorming van de baan te schuiven.
omdat het niet mogelijk was in de Com
missie een meerderheid te vinden voor
verandering van het bestaande onderwijs
artikel
Indien de liberalen van elke nuance
vaderlandsliefde genoeg bezitten, om hun
bijzondere inzichten niet op den voor
grond te stellen, indien zij zich bij
elkander aansluiten, vast overtuigd dat
het land niet van hen verlangt het be
wijs dat zij in hun opvatting van een of
ander punt van regeeringsbeleid gelijk
hebben, maar een gemeenschappelijk stre
ven om ons vooruit te brengen, om een
eind te maken aan den staat van poli
tieke verdooving en verslapping waarin
ook zei Dosma, maar laten wij den tijd niet voor-
uitloopen ik zal morgen wel eens gaan kijken
hoe hij er aan toe is en of het kan lukken."
Zoo scheidden zij met de belofte elkander den
anderen avond weder te ontmoeten. Geerte Mie,
de goede ziel, die van dit alles natuurlijk niets
vermoedde, verpleegde den gewonde steeds met
zorgvolle teederheid. Herhaaldelijk had Bernard
de bekentenis zijner genegenheid op de tong
gelegen doch altijd hield zijne natuurlijke schuch
terheid haar nog steeds terug; en kwam het
niet vei der dan een diepe weemoedige zucht,
Geerte Mie, die dit merkte en meende dat eenig
geheim verdriet hem kwelde, vroeg bekommerd
naar de oorzaak, terwijl zij zijne kussens nog
eens met vaardige hand, terecht schikte. Met
gevoelvollen blik zag hij haar aan doch zweeg,
maar die blik en dat welsprekend zwijgen, gaven
der lieve maagd eensklaps helderlicht. Zij schrok
er eerst van, omdat zij eerlijk moest bekennen,
niet te weten hoe zich te houden omdat zij, ja
hem zeer was genegen, doch van de liefde die
hij dan recht had te eischen, bij zich zelve nog
niet veel had bespeurd, daar haar hart eigen
lijk meer voor den levenslustigen en knappen
broeder klopte dan voor den eenzelvigen lijder.
Zij besloot daarom zich voorals nog niet uit te
laten om, door tijd te winnen, gelegenheid te
hebben zich zelf ernstig te beproeven en naar
bevind van zaken te handelen.
Bastiaan herstelde vrij spoedig en wijdde zich
met ijver aan zijne nieuwe betrekking, doch ging
met vader niet mede naar de houtverkooping,
waardoor de bondgenooten een dwarse streep
door hunne rekening kregen, en genoodzaakt
werden hnnne snoode plannen op te geven, of
uit te stellen tot betere gelegenheid.
Wordt vervolgd,