NIEUWE
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
EEMNES, HAMERSVELD, HOEVELAKEN, HOOGLAND,
VUURSCHE, SCHERPENZEEL EN WOUDENBERG
LEUSDEN, SDEST,
In het verre Westen.
Feuilleton.
No. 37.
Woensdag 7 Mei 1884.
Dertiende Jaargang.
Uitgever: A. M. Slothouwer,
Buitenlandsch Overzicht.
AMERSFOORTSCRE COURANT.
•i
Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden f 1,
Franco door het geheele Rijk1,10.
Afzonderlijke nummers3 Cent.
Dit Blad verschijnt des Woensdags cn des Zaterdags.
te Amersfoort.
Advertentiën van 16 regelsf 0,40.
Iedere regel meer 0,05
Voor het Buitenland0,07
Reclames per regel 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Adverteutiëii knnueii ingezon
den worden tot uiterlijk 's mor
gens 10 uur des Woensdags en
Zaterdags.
Eene viermaal geplaatste ad
vertentie wordt slechts driemaal
in rekening gebracht.
De dagbladschrijvers kunnen weer op
hun knoopen gaan zitten tellen: Zal de
conferentie over de Egyptische financiën
wel, zal zij niet plaats hebben? en
de berichten zullen wel weer eenigen tijd
balanceeren. Van Engeland wordt stellig
verwacht, dat het niets anders ter sprake
zal willen brengen dan de financiën, en
naar het schijnt heeft het in dit opzicht
Duitschland, Oostenrijk en misschien ook
Rusland aan zijne zijde. Frankrijk kan
zich met dat denkbeeld minder goed ver
eenigen, en wil liefst nog eenige andere
quaestiën, Egypte betreffende, in behan
deling zien genomen. Natuurlijk, zegt
Frankrijk, denk ik er niet aan het vroe
ger gemeenschappelijk toezicht over de
geldmiddelen van den Khedive en zijn
volk te herstellenvan dat systeem heb
ik genoeg; ook wil ik niet al te sterk
aandringen op vaststelling van den ter
mijn voor de ontruiming, doch gaarne
zou ik eenige waarborgen ontvangen
dat Egypte niet geheel door En-
gelsche ambtenaren zal worden bestuurd,
terwijl dan ook de ontbinding van het
tegenwoordige en organisatie van het
nieuwe Egyptische leger besproken zal
moeten worden. Als mede-onderteekenaar
van den vrede van Berlijn, en als suze-
rein van Egypte, zal ook de Sultan mee
moeten doen, doch deze houdt zich bij
zonder gesloten. Als de heeren confe-
Misschien waren haar groote donkere oogen
gewoon, kinderlijk vroolijk te stralen, maar op
dezen avond verrieden zij vrees en beschroomd
heid, terwijl een eigenaardig zenuwachtig trillen
van de frissche lippen den indruk gaf, dat alleen
de tegenwoordigheid der andere vrouw haar
weerhield om in een luid snikken uit te barsten.
Hoewel het duidelijk was dat zij twee mannen
verwacht had, lette zij toch nauwelijks op hen.
llare volle teedere opmerkzaamheid schonk zij
aan de vrouwuit een duidelijk zichtbaren
familietrek maakte Harold op, dat deze haar
moeder was.
Een groet werd er niet gewisseld. Wel echter
bemerkte Harold, dat toen de vrouw voor zijn
geheimzinnigen begeleider stond, het op gedemp-
ten toon van hare lippen klonk
«Moet het dan toch'? Kan het niet anders?"
«Het moet geschieden," antwoordde Webster
streng, «het is een plicht, en dien moet gij
vervullen."
«Mijn krachten zullen mij begeven -- ik zal
onder al de vreeselijke indrukken bezwijken,"
zeide de vrouw nauwelijks hoorbaar.
«Denk aan uwe dochter," vermaande Webster
haar, «gij zijt het tegenover haar verplicht."
Nog dieper liet de vrouw haar hoofd zinken.
Voor zij woorden had kunnen vinden om een
antwoord te geven, rolde een open reiswagen,
door twee paarden getrokken voor de deur.
«Komaan, vooruit," riep Webster weder op
strengen toon, «iedere minuut die verloren gaat
reeren wilier), zoo moet hij gezegd heb
ben, laat hen dan maar të"Konstantino-
pel komen. Maar de heeren weten bij
ervaring dat men aan den Bosporus uit
nemend de kunst verstaat om hen aan
de praat en de zaken sleepende te hou
den: men zoekt dus een geschikter plaats
van samenkomst, bijv. Genève den Haag
schijnt ook reeds genoemd te zijn. Voorts
meent men dat de Groote Heer bij voor
baat het beding zal maken, dat zijn
schatting met geen cent verminderd en
aan zijn souvereine rechten over Egypte
geen haartje te kort gedaan wordt.
Dus op die kleine verschilpuntjes
na, is de zaak in orde.
Minder in orde is het te Khartoem
het uitblijven van rechtstreeksche be
richten van Gordon is zelfs een ongun
stig verschijnsel. In het Britsch Lager
huis is door den gewezen Minister (in
het kabinet-Beaconsfield) Ilicks-Beach
een motie voorgesteld, waarin het niet-
zenden van troepen naar Khartoem ter
ondersteuning van Gordon wordt afge
keurd. Die motie zal waarschijnlijk, dank
zij de aansluiting der liberalen, verwor
pen worden, maar, zegt the Times, zij
drukt niettemin de overtuiging uit van
de groote meerderheid der natie. Ook
de Khedive begint te vinden dat zijn
Regeering wel iets zou kunnen beproe
ven aan een Sheik uit Soedan werd
vijfduizend pond sterling aangeboden als
hij kans zag Gordon goed en wel uit
Khartoem te halen. Be man had wel zin
in dat sommetje, maar wilde dan ook
weten wat hij Gordon moest zeggen
omtrent de regeling van de Soedansche
zaken. Daar de Regeering dat zelf niet
wist, kon zij het den Sheik ook moeielijk
vertellen. Intusschen hebben die zendin
gen een vermakelijke zijde Gordon werd
gezonden om de bezettingen der be-
kan noodlottig worden."
De vrouw keerde zich om en kuste het meisje.
«Wees niet bang, Charlotte," sprak zij met
bevende stem, «wat beduidt een nachtelijke rit
van een paar uren Hij, op wien ik vertrouw,
is de zekerste borg voor mijn veiligen terug
komst."
Charlotte antwoordde niet, zij deed blijkbaar
haar best om zich goed te houden, om het af
scheid voor hare moeder niet nog zwaarder te
maken. Al vertrouwde zij gerust te kunnen zijn,
wat de veiligheid van hare moeder betrof, zoo
verminderde dit toch hare onrust niet, waarin
zij door het geheimzinnige van de onderneming
verkeerde. Webster scheen te raden wat er
in haar binnenste omging, want hij strekte zijn
rechterarm naar haar uit, waarin zij schuw de
hare legde.
«Neen, wees niet bang," herhaalde hij drin-
«gend, met het aanbreken van den dag keert
uwe moeder terug, en zoo God wil, in veel opge
wekter stemming dan zij nu van u heengaat."
Hij bood de vrouw zijn arm, om haar bij het
beklimmen van den wagen te helpen, en eerst
nu scheen Charlotte Harold te bemerken, daar
het volle licht van haar lamp op hem viel. Zijn
blik vol deelneming boezemde haar blijkbaar
vertrouwen in, want zij ging naar hem toe, en
terwijl zij met koortsachtige haast zijne hand
greep, verzocht zij hem zachtjes voor de veilig
heid van hare moeder te waken, en deze niet
uit het oog te verliezen.
«Met mijn leven sta ik in voor haar veiligheid,"
antwoordde Harold uit den grond van zijn hart.
Hij wilde er nog iets bijvoegen, maar Webster
had de vrouw doen plaats nemen op den wagen
en keerde zich naar hem om. Ook op hein viel
het volle licht, en daardoor ontdekte Harold,
dat hij hem een donkeren, doordringenden blik
toewierp, en blijkbaar slechts door de tegenwoor-
dreigde plaatsen te halen; nu gaat een
Sheik om Gordon te halenwie zal later
moeten gaan om den Sheik te halen, als
deze wat lang wegblijft?
De Mahdi is op de grenzen van Abes-
sinië, waarheen, gelijk men zich herin
neren zal, ook admiraal Hewett gegaan
is om met koning Jan te onderhandelen
over een gezamenlijke bestrijding van de
opstandelingen. Maar Hewett had een
tweehonderdtal basso-bizoeks (ongeregelde
troepen) bij zich en deze schijnen het
zoo bont gemaakt te hebben dat koning
Jan hem een boodschap stuurde dat hij
welkom zou zijn, doch asjeblieft die rare
snuiters zoo spoedig mogelijk moest weg
sturen, aan welk verzoek dadelijk werd
voldaan.
De meesten voegden zich nu bij den
Mahdi. Deze heeft de Egyptenaren aan
gemaand, zich uit de voeten te maken,
en de Christenen in Abessinië, om gauw
Mohammedanen te worden, anders zou
hij hun mores leeren. Van vermindering
van het aanzien des mahdi's is, volgens
vertrouwbare berichten, nog geen quaes-
tie: wel van het tegendeel.
De heer Gladstone heeft het in 't La
gerhuis gedaan weten te krijgen, dat tot
het eind der tegenwoordige zitting, dat
is tot aan de maand Juli, tweemaal per
week morgenvergaderingen gehouden zul
len worden tot afdoening van de thans
aanhangige zaken.
Van gewicht zullen ook de eerstvol
gende zittingen van den Duitsehen Rijks
dag zijn, waar het voorstel tot verlen
ging van de socialistenwet aan de orde
komt. De commissie heeft het geamen
deerd ontwerp met 10 tegen 10 stemmen
verworpen, maar uit deze stemming bleek
ook, dat de partijen, vooral die van het
centrum, niet eensgezind zijn op dit punt,
en daaruit meent men te kunnen opma-
digheid van het meisje weerhouden werd hen
een barsche opmerking te maken. Een tweede
vluchtigen blik gold Charlotte en alsof de man
door de angstige uitdrukking van het lieve gelaat
zachter gestemd werd, zeide hij oogenschijnlijk
rustig tot den jongen notaris:
«Wees zoo goed naast den koetsier te gaan
zitten. De dame heeft de oplettendheid van een
vertrouwd vriend noodig, anders zou ik u de
plaats naast haar inruimen."
Zonder een woord te zeggen besteeg Harold
den wagen; bijna op hetzelfde oogenblik slin
gerde Webster zich met de vlugheid van een
knaap op zijne plaats. De in zijn mantel gehulde,
sprakelooze koetsier zette de paarden aan, en
in vluggen draf reed men tegen den wind inde
stad uit.
Nadat men een uur lang onder het diepste
stilzwijgen den landweg gevolgd had, sloeg de
wagen een bosch in. Niettegenstaande de maan
achter de regenwolken zichtbaar was, heerschte
daar zulk een dikke duisternis, dat men het aan
de paarden, die uit zich zeiven in den stap
waren overgegaan, moest overlaten om den
besten weg te zoeken. Wel bemerkte Harold
dat Webster, die achter hem zat, nu en dan
eenige woorden met zijn buurvrouw wisselde,
maar hij kon ze niet verstaan. Uit den toon
der gedempte stemmen meende hij echter te
kunnen opmaken, dat de vreemdeling haar woor
den van troost toevoegde, haar moed insprak
en haar vermaande, om zich zoo goed mogelijk
te beschutten tegen het gure weer.
En een kwade nacht was het inderdaad,
dubbel kwaad voor hen, die gedwongen waren
er zich geheel en al aan bloot te stellen. Onop
houdelijk viel de fijne regen van den hemel
neer.
Nu van deze, dan van gene zijde trof hij de
reizigers, al naardat de wind, door de toppen
ken, dat in den vollen Rijksdag veel kans
op aanneming bestaat.
Te Potsdam is verleden week een
fraai gedenkteeken onthuld op het graf
van den vader der coöperatieve vereeni-
gingen, Schulze-Delitsch. 't Was een een
voudige en toch indrukwekkende plech
tigheid, den grooten volksman ten volle
waardig.
Als uit Spanje telkens wordt bericht
dat het er volkomen rustig is, en dat
zich nergens meer sporen vertoonen van
onlusten, dan kan men er vrij zeker op
aan dat het er nog niet pluis is. Spanje
heeft meer dan eenige andere staat be
hoefte aan handhaving van zijn financi-
ëel crediet in het buitenland, en vandaar
die herhaalde officieuse en officiëele ver
klaringen. Niettemin hoort men af en toe
van arrestatiën, van pogingen om het
leger aan het gisten te brengen, van het
aanplakken en snel door de politie weer
afrukken van oproerige proclamatiën, enz.
Nauw was de telegrafische gemeenschap
met Frankrijk hersteld, of weder vond
men haar afgesneden tusschen Piqueras
en de grens. In hoeverre het waar is
gelijk gemeld wordt dat het déraillement
van den spoortrein bij Badajoz niet is
toe te schrijven aan een misdadig opzet,
doch aan plichtverzuim van de ingenieurs
aan wie het toezicht op de reparatiën
van de brug was opgedragen, zullen we
ook maar in 't midden moeten laten.
Omtrent de Tongkin-quaestie kan al
leen gezegd worden dat de benoeming
van een nieuwen gezant van China te
Parijs een vredelievend leeken is, althans
den weg tot onderhandeling opent. Te
Peking schijnt de stemming vrij kalm te
z\jn, te Nanking maakt men zich nog
altijd ongerust over een mogelijken aan
val van de Franschen.
der hoornen in zijn oorspronkelijke richting ge
stoord, zijn weg benedenwaarts zocht. De takken
knarsten en piepten, te-wijl zij bij het regel
matig heen en weder slingeren tegen elkander
wreven. De hoeven der paarden plasten hier en
daar in het water; met eentonig geluid stieten
de raderen tegen d6 ijzeren assen. Het was een
akelige nacht, een spookachtige rit, wel ir. staat
om voedsel te geven aan de rusteloos werkende
phantasie van Harold.
De lieve Charlotte zat op denzelfden tijd in
de zeer bescheiden woning voor de naaimachine
zij kon geen rust vinden. Haar groote oogen
hield zij treurig op de zoomen van haar werk
gericht. Met een bang hart was zij in gedachten
hij hare moeder op den geheimzinnigen tocht.
Het was haar te moede, alsof met den somberen
Webster het noodlot onder haar vreedzaam dak
gekomen was. En toch had zij zoo dikwijls ge
hoord, dat haar moeder hem «vriend" noemde,
en had zij gezien dat bij de vertrouwelijke mede-
deelingen welke de nachtelijke reis voorafgingen,
heete tranen over haar bleeke wangen vloeiden.
II
De regen, die den laten reizigers hun tocht
zoo onaangenaam maakte, doorweekte ook het
dak eener vervallen blokhut in een dicht begroeid
dal aan den voet der Sierra del Monte Diablo.
Met dit onderscheid echter, dat de verweerde
balken het water niet uit de eerste hand kregen,
maar zware druppels nu eens een voor een, en
dan weer in menigte tegelijk er op neervielen,
al naarmate de wind de boomtakken boven de
hut schudde, en de herfstachtig gekleurde bla
deren van hun snel aangroeier.den last bevrijd
den.
Wordt vervolgd.