NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad UTRECHT EN GELDERLAND. De laatste ier Caldiero's Een beroep op aller mefleverting. N°. 13. Zaterdag 14 Februari 1885. Veertiende Jaargang. VOOR abonnementsprijs VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort. advertentiën: BINNENLAND. Feuilleton. AMERSFOORT COURANT Per 3 maanden 1.Franco per post door het gekeelo ltijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdags en Vrijdags. Van 1 6 regels 0.40; iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Onder de stichtingen, die het laatste gedeelte der vorige eeuw op onzen vaderlandschen bodem zag ver rijzen, neemt het Nederlandsche zen delinggenootschap een belangrijke plaats in. Het is wel opmerkelijk, dat het in het aanzijn trad in 1797, omstreeks twee jaren na een staatkundige om keering, die zooveel spanning teweeg bracht, welke storm toen zeker nog niet had uitgewoed. De verhoogde belangstelling in dingen, die slechts door samenwerking konden slagen, uitte zich hier op een zeer bijzonde re wijze. Over het zendingswerk in het al gemeen wordt verschillend geoor deeld. Daar zijn er, die voor den ijver, bij dien arbeid ten toon ge spreid, de schouders ophalen. Wij zullen niet onedelmoedig zijn hun, die dat doen niet afvragen, ons het werk hunner handen te toonen, niet onderzoeken wat zij, die geen begrip hebben van de toewijding der man nen, die onder alles behalve schitte rende vooruitzichten wegtrekken, om aan heele en halve heidenen de voortreffelijkheden der Christelijke levensbeschouwing onder de aandacht te brengen, wat zij doen voor het welzijn hunner broeders. Doch er is één bedenking, die nog al vaak wordt opgeworpen. In onze eigen omgeving zijn heidenen in overvloed, somtijds Christenen in naam, doch wier zedelijkheid wel eenige verbeteringen behoeftrnen- schen ook, wier maatschappelijke toe stand deerniswaardig is, en die daar om elk oogenblik aan allerlei ver leiding en verzoeking blootstaan. Waarom wijdt men niet aan deze zijn krachten? Volkomen waaralleen zouden wij hun, die dit bezwaar opperen, in overweging willen geven, eens flink de handen uit de mouwen te steken, om datgene te verrichten, wat zij als het eerst noodige be schouwen. Dan wordt het eene ge daan en het andere niet nagelaten. Ook de resultaten van het zen dingswerk staan niet bij allen even hoog genoteerdgewoonlijk het laagst bij die ze niet kennen. -Men beweert, dat elke bekeerde «heiden" meer kost dan zijn gewicht aan goud, en dat hun aantal zeer gering is. Ook zijn er, die de diepzinnige waarheid verkondigen, dat een goed Mohammedaan veel beter is dan een slecht Christen. Dat laatste geven we zonder eenig voorbehoud toe. Maar wat den in vloed betreft van het zendingswerk op onze Indische maatschappij, - we zullen ons nu maar tot deze be palen, omdat wij er het meeste be lang bij hebben, en hel arbeidsveld van het Genootschap thans tot on zen Oost-Aziatischen archipel is be perkt, deze laat zich niet afme ten naar het getal bekeerlingen, dat niettemin aanzienlijker is dan velen voorgeven. Zelfs de lieden, die de Christelijke begrippen niet tot de hunne maken en de Christelijke ge loofsleer verwerpen, nemen, zonder het zelf te erkenen, van de eerste over en brengen ze onwillekeurig in toepassing. En wat de rechtstreeks beschavende invloed aangaat, die van Christelijke middenpunten uit gaat, men vergelijke eens de zeden en gewoonten van de Alfoeren in de Minahassa, het noordelijk gedeel te van Celebes, vóór het Evangelie daar werd verkondigd, met den he- dendaagschen toestand. Wat den arbeid van het Genoot schap vooral onderscheidt, is zijn practische wijze van werken. Men bepaalt zich niet tot het invoeren van een dogmatiek, die de inlander misschien even lijdelijk zou overne men als hij in vroeger tijden den Islam heeft aanvaard, zonder daar door op te houden een echte „hei den" te zijn, behebt met de aller 't Is zoo geen goud zonder dwaaste bijgeloovigheden. Neen, hij wordt onderwezen, aan andere maat schappelijke vormen gewend, zijn geheele wezen wordt tot een hooger beschavingspeil gebracht We hebben hooren vertellen, dat er onder de inlandsche Christenen op Java vreemde luidjes gevonden worden, die, omdat zij «Christen" zijn, zich voor werken te goed ach ten. 't Kan wel zijn. Desgelijks heeft men ons weieens verhaald, dat ook onder de Euyopeesche, en nog wel onder de Nederlandsche Christenen enkele min aantrekkelijke figuren loo- pen schuim Het niet uitsluitend vooropstellen van de bijzondere leerstellingen van een bepaald kerkgenootschap heeft onder de vrienden der zending scheuring teweeggebrachtnevens de inrichting, die te Rotterdam haar hoofdzetel heeft, is er een andere gevormd, die de eischen der ver draagzaamheid op den achtergrond schuift. Deze noodlottige splitsing betreuren wij diep. Tot voor korten tijd had het Nederlandsche Zende linggenootschap aller sympathie, juist omdat het ruimte liet aan verschil van opvatting op dogmatisch terrein later is de geldelijke toestand van het Genootschap van dien aard ge worden, dat het eerst zijn kapitaal heeft moeten aantasten, thans reeds het oogenblik ziet naderen, waarop het, indien het niet krachtig wordt ondersteund, zijn taak zal moeten nederleggen. Een inrichting met zulk een grootsch verleden, op zoo nobele grondslagen gevestigd, mag niet ten Zij is aronde schakel geworden in een onmisbare den keten on zer betrekkingen tot Indië. De strijd over leerstukken, die zoo moorddadig werkt voor den waarachtig Christelijken geest, mag het gebouw, met zooveel zorg opge trokken, met zoo bewonderenswaar dige toewijding tot zijn tegenwoor dige hoogte gebracht, niet omver werpen. Dat allen, die in de couran ten de noodkreet lezen, welke de Hoofdbestuurders de Nederlandsche natie hebben toegeroepen, behulp zaam zijn, om de dreigende ramp af te wenden. Er is hier een gewichti ge arbeid te verrichten blijve nie mand, die hulp verleenen kan, van verre staan. (Zij, die door geldelijke bijdragen de bovenstaande inrichting verlangen te steunen, om dit genootschap, dat 87 jaren lang nuttig werkte in stand te houden, kunnen zich vervoegen bij den heer D. P. M. Graswinckel alhier.) Red. Tot Substituut-officier van Justitie bij de arrond. rechtbank te Zutfen is door den Koning benoemd Mr. H. J. van der Poel Hiddingh. thans ambtenaar van het openbaar Ministerie bij de Kantonge rechten in het arrond. Arnhem. Naar men zegt, zal Z. M. de Koning in de tweede helft van Mei zich naar Karlsbad begeven, ten einde andermaal de badkuur te ondernemen. Men zegt, dat de ex-keizerin Eugénie dezen zomer ecnigen tijd te Amsterdam komen zal, om zich in het Amstelhotel onder behandeling van Dr. Mezger te stellen. De aangekondigde discussie tusschen de heeren Westhoff en Dornela Nieuwen- liuis, over het onderscheid tusschen recht matige grieven en onbillijke eischen der Socialisten, heeft op den bepaalden tijd in Maison Stroucken te Amsterdam plaats gehad. Zoo groot was de opkomst, dat de grootste zaal tot in de kleinste hoekjes bezet was en door den drang van buiten, in den gang de porceleinen kachel werd stuk getrapt en alle ruiten in de deuren werden gebroken. Naar aanleiding der stellingen van den heer Westhoff' werden achtereenvolgens besproken de wet op den arbeid het gebrek aan wettelijk verzekering van den rustdag aan den arbeider; het onderwijs der kinderen en verbod van arbeid door kinderen; afschaffing der plaatsvervanging in het leger afschaffing van het bestaande prostilutie- stelsel afschaffing van belasting op levensbe hoeften Strengere bepalingen tegen woeker. Al deze punten van bespreking werden door den heer Westhoff als rechtmatige grieven der Socialisten aangemerkt. Voorts besprak hij als onrechtmatige grieve het verlangen naar afschaffing der staande legers; den tegenzin tegen machineriën en de kracht van den stoom de eisch van algemeen stemrecht; de grief tegen ongelijke verdeeling van het grondbezit; De heer Westhoff heeft (link gesproken en van zijn standpunt met argumentatie het bovenstaande weerlegd. De heer Nieuwenhuis bleet niet in gebreke hem te antwoorden, maar gelijk het bij zulke gelegenheden in den regel gaat: men kwam niet tot een resultaat. Iedere ketter heeft zijn letter. Dat bleek ook uit het gesprokene door den heer Nieuwenhuis, waar hij, voor vela stellingen, door hem verdedigd, de bewijzen putte uit den Bijbel, voornamelijk uit Handelingen If en IV en uit het uitdrijven der wisselaars uit den tempel door Jezué, dien hij de revolutionair bij uitnemend heid noemde. De heer Westhoff gaf hem echter eene betere verklaring van de hier genoemde bijbelplaatsen. De replieken kenmerkten zich, door wederzijdsche gewaardeering en gematigd heid. Het publiek gedroeg zich rustig, ook bij het heengaan. De Sociteit «Momus" te Maastricht is voornemens bij gelegenheid der vasten avondfeesten 2200 wittebrooden aan de armen der stad uit te deelen. Te Bussum zal binnenkort een rijkstelegraaf worden opgericht, hetgeen velen Amsterdammers, die daar wonen, genoegen verschaffen zal. uit het Italiaansch van vitt0ri0 bersezio. 4) Hij boog het hoofd, trok zich den hoed over de oogen en verwijderde zich, zonder zelfs één blik op het paleis te slaan, met haastigen tred. Het hart van het jonge meisje kromp ineen. O mijn God, riep zij uit. Wat is er ge beurt Te half elf uur, den anderen morgen, werd den beroemden professor Fuloi door den knecht van 't hotel, waar hij zijn intrek had genomen, het visitekaartje van markies de Sottardo overhandigd. Laat den markies binnen, laat hem binnen! zeide hij met aandrang; en op staande ging hij den adelijken bezoeker te gemoet. Zonder vele uitwijdingen begon deze: Mijnheer de professor, de groote hoog achting, die u mij ingeboezemd hebt, ten eerste door den roep uwer geleerdheid en rechtschapenheid en daarna gisteren avond, door de welsprekendheid uwer woorden, brengen mij er toe uw raad in te roepen, omtrent eene der teedeiste en ernstigste onderwerpen, waaromtrent ik u bid, mij de geheele en volle waar heid medetedeelen, hetgeen ik vertrouwt u mij op mijn dringend verzoek ook niet zult weigeren. Zijne stem klonk kalm en bedaard, maar nog gedempter dan den vorigen avond. Hij zag vermoeid en de donkere kringen onder zijne oogen verrieden, dat hij een slapeloozen nacht had doorge bracht. De uitdrukking van zijn gelaat was angstig maar kalmja, men zou bijna gemeend hebben, dat hij in 't minst niet ontroerd was, indien niet de bijna lijkkleurige bleekheid zijner gelaats trekken en de lichte trekking aan den hoek van den mond, dit hadden gelogen straft. Mijnheer de markies, antwoordde de professor op ernstigen, eenigszins kathe- derachtigen toon: ik maak er mij eene gewetenszaak van immer aan mijne patiënten te zeggen, hetgeen ik denk, dat de waarheid is. En daar u mij de eer bewijst u onder hen te scharen zal ik ze u evenzeer mededeelen. Spreekt dus vrij uit. De markies aarzelde en sloeg verlegen de oogen neder. Ik hoop, ging de dokter voort met zijn scherpen blik op de oogen van den jongeling gevestigd, ik hoop gij onbe paald vertrouwen in mij zult stellen, zonder voor eenig geheim van hoe tee- deren aard ook, terug te deinzen, wetende, dat gij op een volstrekt en onbeperkt stilzwijgen kunt staatmaken. Eene schaduw van verwarring overtoog écn enkel oogenblik het voorhoofd van den markies: maar niet meer dan eene schaduw. Met zekere hoogheid zag hij den pro- fesssor aan, en viel hem op vastbesloten toon in de rede Mijn komen hier moet u 't bewijs zijn, dat ik een zoodanig vertrouwen in u stel. En na een oogenblik te hebben gewacht, voegde hjj er met waardige eenvoudigheid aan toe Buitendien, datgene wat ik u te zeggen heb, bevat niet het minste, waarover een Caldiero zich ook maar één oogenblik zou behoeven te schamen. De geneesheer boog ten teeken van ge heele instemming. Dat weet ik wel, zeide hij, maar ons mannen valt somtijds de bekentenis van een ongeluk, van eene kwaal moeilijker dan die eener fout. Hij had juist getroffenAlessandro de Sottarde sloeg de oogen neder zonder te antwoorden. Hij bedacht zich een oogen blik en legde daarna met kaline stem zijn geval bloot. Van mijn geslacht bestaan geschied kundige documenten, welke zijn adeldom bewijzen van af duizend Ik zeg dit niet uit ijdele glorie, maar omdat ik het dienstig oordeel, dat gij het wetet. Natuurlijk werden de huwelijken immer met gelijken van stand, fortuin en denk wijze geslotenzelfs geloof ik niet, dat eenig ander geslacht op dat punt zoo nauwgezet is geweest als het onze. Men verhaalt.dat de overgrootvader van mijn vader eene zijner dochters opgesloten heeft en doen sterven in een onzer kasteelen, omdat zij verliefd was, niet op een plejeber, maar op een edelman van kleineren adel. Mijn grootvader doodde een vriend in een duel, omdat hij, zonder de vereischte kwartieren, naar de hand dong van eene Caldiero, zijne zuster. En het rs van dat duel, hoewel bijna eene eeuw geleden, dat ik u meer in 't bijzonder moet spreken. Met dit systeem van huwelijken was ons geslacht in de middeleeuwen en in de XV, XVI en XVII eeuw stei k en wel gebouwd en krachtig naar geest en lichaam. O, indien gij de portretten mijner voorvaderen zaagt uit dien tijd Wat gespierde ledematen, wat breede en gewelfde borsten, welk eene bloeiende gezondheid in die gelaatstrekken! Indien gij de wapenrustingen aanschouwdet, die van hen bewaard zijn gebleven, dan zoudt gij verbaasd staan over hunne grootte en hun gewicht; het zou u haast onmogelijk toeschijnen, dat menschen- handen deze lansen, deze wapenknodsen en zwaarden konden hanteeren. Maar van af het einde der zeventiende eeuw, van af den tijd, toen de ijzeren wapenrustingen in onbruik begonnen te geraken en het algemeen in gebruik komen der vuurwapenen, den moed van den dappersten ridder op ééne lijn stelden met de vreesachtigheid van den minsten soldenier, van toen af is het geslacht der Sottardo's gestadig in kracht en gespierd heid achteruit gegaanDaar deze niet langer onontbeerlijk waren voor 't dragen der zijden kleederen en kousen en 't hofdegentje met gesneden gevest en witte schede, noch ook tot het maken der hoofsche buigingen en strijkages op de gladde parketvloeren der hofzalen, schijnt

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1885 | | pagina 1