Gemengd Nieuws. Plaatselijke berichten. Provinciale berichten. Na een beraadslaging van zeven uren is in 't Engelscbe Lagerhuis bij tweede -lezing de wet goedgekeurd, door de Re geering ingediend tot verbetering van het lot der kleine pachters in Schotland. Verder werd door de Regeering mede gedeeld, dat de onderhandelingen met Nederland over den sterken drankhandel in de Noordzee nog steeds voortduren, en dat ook Duitschland daaraan zal deel nemen. Naar uitRangoon wordt gemeld, is het Engelsche garnizoen te Yemethen sterk 300 man, door 9000 opstandelingen om singeld. Generaal Prendergast is met 100 man tot hun ontzet opgerukt. Ook uit Mandalay zal eene koionne vertrekken om Yemethen te hulp te komen. Men verwacht heftigen tegenstand. In het Pruisisch Huis van Afgevaar digden is het debat over de begrooting van Eerediensi geopend. De heer Windthorst verklaarde bij die gelegenheid, dat hij met 't oog op het nieuwe kerkelijk-politiek wets-ontwerp ditmaal niet als gewoonlijk de klachten der katholieken zou voordragen, en zich evenmin over het ontwerp zal uitlaten, ten einde daardoor geen invloed te oefe nen op de beraadslagingen daarover in het Heerenhuis. De man, die onlangs in de Fransche Kamer twee revolverschoten loste, zekere Pronier, is door deskundigen voor krank zinnig verklaard, en zal naar een gesticht gezonden worden. Zondag a.s. zal de Godsdienstoefe ning der Vrije Ger. gemeente des mor gens half tien en des avonds om vijf uur geleid worden door den heer Vaarties van Dordrecht. Door den Raad der gemeente Leus den is aan de Directie der IIoll. IJz. Spoorwegmaatschappij een adres verzon den met verzoek aan de lijn Amersfoort- Kesteren, waar deze door hunne gemeente gaat, een halte te willen oprichten. De vorige week werd door de dames H. Menalda van Schouwenburg en A. van der Werf, te Utrecht, met goed gevolg examen afgelegd in de nuttige handwerken. Donderdag, 4 Maart, legde Mej. H. Tillema, kweekeling aan de Chr. nor maallessen alhier, te Utrecht met goed ge volg examen af in de nuttige handwerken. Aan den heer Mr. W. R. Veder is op zijn verzoek door Z. M. eervol ontslag verleend als Auditeur bij de d.d. schut terij alhier. De verloting, onlangs door eenige dames alhier ten bate der Maatschappij tot Opvoeding van Weezen in het Huis gezin gehouden, heelt f 700,opgebracht. Vrijdag den 16. April e.k. zal door de Afdeeling Amersfoort van het genoot schap voor Landbouw en Kruidkunde wederom eene stieren-keuring gehouden worden. Maandagavond werd in 't Café «de Valk" door de tooneelvereeniging «Oefe ning baart Kunst" de aangekondigde voorstelling gegeven ten voouleele der algemeene armen. De zuivere opbrengst dier voorstelling bedraagt f 28,75'. Bij Kon. besluit is de heer P. H. E. L. Jonxis, benoemd tot ontvanger der directe belastingen en accijnsen, alhier, terwijl zijne plaats te Doesburg zal wor den vervuld door den heer A. Merens, controleur te Utrecht. De heer J. G. M. Randhare, onlangs tot luit.-kol. bevorderd is overgeplaatst naar Deventer, terwijl in zijne plaats, door den majoor Baron van Heeckeren, uit Zutfen, het bevel over de alhier in Allengskens verlieten de meeste heeren de club. Ook de heer Henri Böhmer liet zich door den bediende zijn mooien, astracanner pels aantrekken, en ging, door den indruk van al het gesprokene in eene knorrige stemming naar huis. Gelukkig voor Mathilde, dat zij al op hare kamer was. Ook hare moeder had zich ter rust begeven, haar plaagden de zenuwen. En wat plaagde den heer Henri Böhmer Wilt gij het weten De eer zucht, en die had nu met zijn neef eene lieele deuk gekregen. V. Mathilde was wel naar hare kamer gegaan, maar niet om zich ter rust te begeven. Zij had behoefte om alleen te zijn en alles, wat sedert den vorigen dag inet haar was voorgevallen, nog eenmaal voor haar geest te brengen. Daar zit zij aan haar tafeltje, met de hand aan het voorhoofd, en mijmert, Wat gaan er niet al gedachten door dat jeugdige hoofd «Zonder hem," mijmert zij, «zouden mijne moeder en ik niet meer leven, en het leven is zoo zoet! Ik heb immers alles op de wereld, wat ik wensch en verlang, en dat alles zou gedaan geweest zijn zonder hem, en dat juist hij rnij het leven redden moest, de schoonejon- garnizoen zijnde afdeeling van het le Reg. Huzaren zal worden aanvaard. Door den heer J. Kool wordt (zie achterstaande advertentie) eene lamp in den handel gebracht, die alle, in den laatsten tijd in den handel gebrachte systeemen, in lichtsterkte overtreft. Deze petroleumlamp, naar den uitvinder Se pulchre genoemd, geeft volgens getuigenis der jury van de jongste Antwerpensche tentoonstelling een licht, gelijk staande met dat van 37'A tot 45Vi normaalkaar sen. Deze conclusie werd verkregen na het nemen eener proef met een Sepul- chre-lamp der kleinste soort, waaruit men mag afleiden, dat de grootere soorten een inderdaad schitterend licht zullen verspreiden. Hiervan kan men zich trou wens eiken avond ir> 't magazijn van huishoudelijke artikelen van den heer Kool overtuigen, die tevens alle verdere bijzonderheden dezer uitmuntende lamp aan een ieder gaarne mededeelt. Door de politie alhier is aangehou den en in het huis van bewaring opge nomen Leonardus Moerings, polderwer ker wonende te Rozendaal (N.-Brabant) thans rondzwervende, gesignaleerd in het algemeen [politieblad van 1884 en '1885, als hebbende nog 5 dagen gevangenisstraf te ondergaan voor twee veroordeelingen. In de vergadering van jl. Maandag door de gemeenteraad alhier gehouden, werd de aanvrage van Dr. J. Sandberg om ontslag uit zijne betrekking als con rector aan het gymnasium, gesteld in handen van B. en W. om advies. Door Burg. en Weth. werd een ont werp besluit aangeboden, om in te gaan den le Sept. a.s. de jaarwedde van den rector van het gymnasium te brengen op f3000,en die van den conrector op f2700,—. Het advies door Burg. en Weth. uil- gebracht op een verzoek van de firma Hamers en Van Beek, om aan haar een stuk grond bij «de Hooibergen" af te staan, ten einde daar een spoel te maken, werd evenals het contract door den Burgemeester met de Commissie voor de restauratie der Koppelpoort gesloten, ter secretarie gedeponeerd ter inzage van de leden, ten einde beide zaken in eene volgende vergadering te behandelen. Het kohier van den hoofdei, omslag voor het dienstjaar '1886 is vastgesteld op een bedrag van f42,628,30. Vervolgens werden de beraadslagingen voortgezet over het ontwerp-reglemenl tot regeling van de brandweer, welk ontwerp in de vorige zitting was aangehouden. Art. 3 van het reglement bepaalt, dat de bediening der spuiten zal geschieden door het bestaande korps vrijwillige on bezoldigde en door eene aangestelde be zoldigde brandweer dat de vrijwillige brandweer zich zelf organiseert onder goedkeuring van B. en W., dat zij een of meer spuiten ter barer beschikking zal hebben, en de manschappen der bezoldigde brandweer worden aangesteld door B. en W. op eene aanbeveling van den opperbrandmeester. Volgens art. 15 zullen de 150 manschappen, waaruit de bezoldigde brandweer zal bestaan, eene jaarlijksche belooning van f3 genieten, boven en behalve 15 cent per uur voor dienstverrichting bij brand, bij oefening in de behandeling van het inateiieel of bij de beproeving der spuiten. Het reglement is evenwel niet defini tief vastgesteld maar aangehouden tot de behandeling van de ontwerp-verordenin- gen tot voorkoming en tot blussching van brand, die binnenkort den Raad zullen worden aangeboden. Aan den weg, loopende van af den straatweg naai Naarden langsden Vlasak- kerweg tot aan den Utrechtschen straat weg is de naam gegeven van «Korte Bergstraat." Utreelit. De procuratiehouder A. de L. der onlangs gefailleerde firma A. de L. geling, die zoo menigmaal ons huis voor bij liep en dan steeds zijn blik op mij sloeg. Waarom was mij dat opgevallen? Ik weet het nietWaarom verzuimde ik nooit voor het raam te gaan zitten, wanneer ik kon berekenen, dat hij er zou vooi bijkomen En waarom was ik verdrietig, wanneer hij niet kwam? Was het alleen, omdat hij mijn neefis omdat hij zijne ouders verloren heeft en niemand bezit, die hem liefheeft. Ik wist het toen niet, wat ik voor hem gevoelde, maar nu weet ik hethet was liefde, ik be minde toen reeds dien schoonen jongen. Maar zou hij ook mij beminnen? Ik mag het veronderstellen, daar hij mij altijd zoo belangstellend aanziet, altijd in de kerk komt, die ik bezoek, en dan aan de deur staat om mij te zien. En braaf is hij ook, want hoe aandachtig luistert hij niet naar den leeraar. Zoo dacht ik nog voor eenige dagen, maar nu, nu weet ik het, dat wij elkander beminnen. Ik heb immers in mijn angst, toen ik hem dood waande, hartstochtelijke woorden gesproken, zijn mond met kussen be dekt, dat zou ik een ander nooit gedaan hebben, en allen, die er om heer. ston den, mochten het liooren en zien, want ik sprak de waarheid, de waarachtige waarheid. En dan, »vat gevoelde ik niet, toen hij zijne oogen opsloeg en uitriep meelfabrikanten aan den Amsterdamschen straatweg alhier, werd jl. Zaterdag ge arresteerd en naar de cellulaire gevan genis overgebracht, als verdacht van bedriegelijke Bankbreuk. In eene tapperij in de Teelingstraat alhier ontstond jl. Zondagmiddag twist tusschen twee der bezoekers, waarbij het al spoedig van woorden tot daden kwam en zekere J. zijn tegenstander met een koffiekom zulk een slag op het hoofd toebracht, dat deze ernstig werd verwond en geneeskundige hulp noodzakelijk was. J., die n3 het feit te hebben gepleegd een goed heenkomen had gezocht, werd nog dienzelfden avond gearresteerd. Door de Maatschappij ter bebou wing der terreinen van de buitenplaats «De Oorsprong" werd onlangs eene prijs vraag uitgeschreven voor een ontwerp van bebouwing. Hierop zijn 37 antwoor den ingekomen welke aan het oordeel eener Jury werden onderworpen, die met eenparige stemmen den prijs ad f 1000 toekende aan het ontwerp onder het motto «La Source," ingezonden. Bij de opening van het naambriefje bleek, dat de ontwerpers waren de hee ren W. C. A. Hofkamp en D. Semme- link, respectivelijk Hoofd-opzichter bij de Gemeentewerken en architect te Nij megen. Itaaru. Den heer J. C. T. Baron d'Aulnis de Bourouill alhier, is benoemd tot lid van het bestuur voor zedelijke verbetering der gevangenen voor de af deeling Soest, Baarn en Bunschoten van welke vereeniging het hoofdbestuur te Utrecht is gevestigd. De dames Spengler openen 15 Mei a. s, in hare villa «Canton,f alhier, eene inrichting, waarin zwakke dames, vrouwen en jonge meisjes (deze niet jonger dan 14 jaren) zoo noodig, tegen matigen prijs, een goede verpleging en versterkend voedsel kunnen vinden. «Canton« zal jaarlijks van Mei tot November geopend zijn voor patiënten van elke godsdienstige gezindheid. Vcenendaal. De groote jaarlijksche houtveilingen zijn in het zuid-oosten der provincie Utrecht geëindigd. Wegens de weinige vraag naar schors en <ien groo- ten voorraad schelhout van voorgaande jaren waren de prijzen lager dan in 1885. Naar berekening is voor de schors be steed f 33 a 39 per voor (12 HL.). Slag hout gold f4,50 a 6,50, bakkershout f2,50 a f4 per vim of 104 bossen, spar ren delen 50 c. a f 1,75 per stuk. Wijk bij Duurstede. Alhier is een vrouw overleden, ten gevolge van een val, die een aderbreuk vooroorzaakte. Putten. Zaterdag j.l. ten half tien arriveerde alhier onze nieuw benoemde burgemeester de heer C. J. van Eeghen, die recht feestelijk werd ingehaald. Bijna van ieder huis wapperde de driekleur terwijl er eenige zeer sierlijke eerebogen waren geplaatst, welke 's avonds door lampions werden verlicht. Ook had zich een eerewacht van p. m. 80 personen te paard eenvoudig doch netjes versierd met oranje sjerpen en vlaggen voor de ontvangst van den heer v. E. gevormd. Bij aankomst aan het station werd Z.E.d. Achtb. opgewacht en verwelkomd door twee leden van den raad de heeren Baron Van Aylva Van Palland en Z. F. C. Diemont terwijl de kinderen der openbare school uit Steenenkamer (gem. Putten) onder geleide van het hoofd dier school den heer J. v. d. Pol in de 2e klasse wachtkamer van het station Z.Ed. Achtb. een welkomst-lied toezongen. Na afloop daarvan nam de Burgemees ter met da leden van den raad plaats in een open rijtuig van den heer Baron van Aylva van Pallandt en begaf zich voor uitgegaan en gevolgd door de eerewacht en een massa menschen allen juichende en zingende naar het Familie-Hólel alwaar Waar ben ik I Waar ben ik 1 Waar is Mathilde Dat was mij een bewijs, hoe hij om mij dacht, dat ik hem niet on verschillig was. O 1 die woorden, zij waren zoo zoet, noch nooit had ik zulke woorden gehoord. Ik hield zijne hand vast, en innig in de mijne gesloten en ook zijn handdruk heb ik gevoeld. Mijn oog zag in het zijne, en dat oog sprak van liefde, trouw en dankbaarheid evenals het mijne. Dat oogenblik beschouw ik als dat, waarop er tusschen ons een verbond is gesloten, een verbond, dat niemand verbreken, vernietigen kan." Liefelijke mijmeringen vervulden haar geest. Maar op eenmaal nemen hare gedachten een anderen loop. «Zouden mijne ouders ons verbond weigoed keuren? Heb ik niet aan hun onderhoud met mij van heden avond kunnen op merken, dat zij hem niet genegen waren?" Heeft mijn vader mij niet gezegd, dat ik van mijne redding niet te veel ophef moest maken, ja, het zelfs van mij ge- eischt? Groote God! En zonder Richard ware ik gestorven! Maar later werd mijn vader toch vriendelijker jegens hem ge stemd. Wie weet, welk een strijd mij te wachten staat, maar wat ook gebeuren moge, getrouw zal ik hem blijven." Ein delijk begaf zij zich ter rust en zeker zullen liefelijke droomen haar slaap ver gezeld hebben. Z.E.d. Achtb. voorloopig zijn veiblijf zal houden. Daarna keerden de leden van den raad gevolgd door den stoet naar de raadzaal, alwaar inmiddels een com missie uit de leden van den taad werd gekozen om den burgemeester voor zijne installatie weder af te halen, de heernn Baron van Aylva van Pallandt en Diemont werden daarvoor aangewezen zoodat deze eenige oogenblikken daarna weder om naar 't hótel reden om Z.E.d Achtb. naar de 'raadzaal te begeleiden, welke begeleiding wederom door de eerewacht geschiedde. Na de installatie werd de burgemees ter evenals van het station weder jui chende en zingende, voorafgegaan en ge volgd door de eerewacht en honderden menschen, naar het hotel gebracht. Des namiddags maakte Z.E.d. Achtb. een rijtoer in een open rijtuig door het dorp en een klein deel der gemeente. Er heerschte een zeer opgeruimden geest onder de menschen en door prach tig weder begunstigd was het alzoo een waar feest voor Puttens ingezetenen. Voortliuizeu. Naar wij vernemen, moet het Classicaal Bestuur van Harder wijk geweigerd hebben in deze gemeente en in die te Kootwijk te doen wat des kerkeraads is en de meeste predikanten uit den ring moeten besloten hebben om hunne vacaturebeurten in deze beide plaatsen niet te vervullen. (Overv. Weekbl.) Een vette buit. Twee bakkersjongens in Den Haag zagen eenige dagen geleden, 's morgens om 7 uur een dikke, vette zwaan op het Spui neerstrijken. Het beest scheen erg vermoeid, zoodat het den jongens niet moeilijk viel het te grijpen. Een politie-agent, die een en ander gezien had, vei zocht hun mee naar 't bureau aan de Nieuwe Haven te gaan. De zaak bleek echter in orde te zijn, want een oogenblik later kwamen de jongens zegevierend met hun buit terug. Een geheimzinnige misdaad. Politie en justitie te Odessa worden op 't oogen blik bezig gehouden door zulk een ge heimzinnige geschiedenis, dat men eerder aan een sprookje zou gelooven, dan aan iets dat werkelijk gebeurd is. In de stad Nowotscherkask werd eeni- gen tijd geleden een aldaar wonend metselaar 's nachts uit den slaap gewekt door een onbekend man, die hem een goede som gelds beloofde, wanneer hij meeging om eenig metselwerk te ver richten. De man stemde daarin toe en zette zich met zijn onbekenden werk gever in een gesloten rijtuig, dal na eenigen tijd rijdens stilhield. De metse laar werd door vier gemaskerde personen gegrepen en geblinddoekt, en men beval hem mee te gaan. Na eerst een poosje den gelijken weg bewandeld te hebben, ging men eenige trappen af. Toen men stil stond, werd de metselaar van zijn blinddoek ontdaan. Hij bevond zich in een onderaarsch gewelf; daar stond een doodkist, waarin een in 't zwart gekleed meisje lag. De vijf onbekenden gelast ten hem nu die doodkist in den muur te metselen en dreigden hem, wanneer hij het niet deed, met den dood. De man kon wel niet anders doen dan het bevel nakomen en toen hij gereed was, kreeg hij een goede belooning en moest zweren niet te zullen verklappen, wat hij gedaan had. De man verklapte echter toch het ge heim aan de politie, maar niettegen staande alle pogingen die in 't werk gesteld werden, heeft men nog niets kunnen ontdekken. Men vermoedt, dat de nihilisten hier weer de hand in hebben. Treubig einde. Twee smokkelaars, te Winschoten thuis behoorende en met Richard hebben wij het laatst in het koffiehuis «de Harmonie" verlaten, toen men hem het gouden horloge en ketting gaf, toen hem, die vroeger straatslijper was, door voorname heeren de hand werd gedrukt en men tot hem sprak «Wij zijn u allen genegen, waar en wanneer gij een blijk onzer achting en vriendschap of hulp noodig hebt, kunt gij op ons rekenen." Wij zagen, dat tra nen van dankbaaiheid in zijne schoone oogen stonden. Die bewijzen van goed keuring deden hem zoo goed, maar niets was er, dat hem gelukkiger maakte, dan de gedachte, dat hij haar, die hij be minde, het leven gered had, haar dank bare, liefderijke blik was hem oneindig meer waard dan al de schatten der wereld. Hij was verlangend om te weten, hoe het haar nu ging. Zelf kon hij haar niet bezoeken, want hij had vast besloten, geen voet meer in het huis zijns ooms te zetten, hij verzocht daarom de bak kersvrouw in zijne plaats te gaan. Hij vernam door haar, dat het bij zijn oom goed ging, en dat de dames geene na- deelige gevolgen van het ongeluk hadden ondervonden. Wat werd hij door die tijding gerust gesteld 1 Het viel hem niet op, dat zijn oom nog niet bij hem was geweest, om hem een vracht spiritus beladen van Oost- Friesland terugkeerende, werden door de ambtenaren achtervolgd. De Aa willende oversteken, zakten zij door -het ijs en verdronken beiden. Iemand die in twaalf jaar zeventienen een half millioen francs verkwist, behoort voorzeker niet tot de alledaagsche per sonen. Op deze onderscheiding mag Ray mond Seilliére, oud 39 jaur, wonende te Parijs, alle aanspraak maken. Hij en zijn broeder Francois zijn de zonen van den bankier Selliére, bij de groote Europee- sche kapitalisten bekend. Raymond ver oorloofde zich de vrijheid jaarlijks onge veer anderhalf millioen te verteren en daarenboven in twaalf jaar schulden te maken, ten bedrage van vijf millioen. Zijn broeder Francois is van meening, dat het nu tijd is die verkwisting te doen ophouden en heeft te dien einde de onder curateelestelling van Raymond gevraagd doch hiertegen kwam de heer Marcaud, te Chalon-Sur-Saone in verzet, omdat Raymond Seilliére hem zeer veel geld schuldig is. Hij beweert dat iemand, zoo schatrijk als de heer Seilliére, niet verkwist als hij anderhalf millioen'sjaars verteerteen man met zulk een kolossaal vermogen kan zelfs nog veel meer ver teren. Zoo oordeelt de heer Marcaud, als leverancier en schuldeischer van Raymond Seilliéremaar geheel anders is het oor deel van hem, die eens van Raymond Seilliére erven moet. De rechtbank was het met Francois eens, stelde Marcaud, die beweerd had, dat de eischer geen ander doel had dan hem te onthouden wat hem wettig toekwam, in het ongelijk, en veroordeelde hem bovendien tot be taling van de proceskosten. De verkwister is dus onder curateele gesteld. De rol, die de Hovas op Madagascar spelen, is niet ongelijk aan die, welke aan de Pruisen in Europa is ten deel gevallen. Anderhalve eeuw geleden bestonden er ter nauwernood Hovas op Madagascar. Het gezag van het eiland was in handen van de toen veel meer beschaafde Saka- laven en Antankaren, die op de Hovas met minachting nederzagen. Deze hebben in de eerste jaren dezer eeuw echter het geluk gehad een man van genie als aanvoerder te hebben. Deze, Adrianam- pouine geheeten, maakte gebruik van de verdeeldheid der andere volken, om de oppermacht der Hovas voorgoed op het eiland te vestigen. De regeering van zijn zoon Radama is samengegaan met de komst der Engelsche zendelingen, die de inboorlingen tot methodisten gemaakt hebben, met behulp van het gezag der Koningin Ranavalo II. Deze ging in 1869 zelve op plechtige wijze tot de christe lijke leer over, evenals haar eerste minis ter Rainilaiarivoni, en liet al de afgods beelden op het geheele eiland met den sterken arm vernielen. Sedert dien tijd hebben de Engelsche zendelingen het heft in handen en niet den minsten lust om hun invloed prijs te geven aan wien ook. Het is dan ook waarschijnlijk, dat de heer Lemyre de Villers, de nieuwbe noemde Fransche resident op Madagascar, geen gemakkelijke taak zal hebben. Het tractaat, dat zijne bevoegheid regelt, is niet fraai gesteld, en bevat niet onbe langrijke leemten. Het zal dus grooten- deels op den takt van den heer Lemyre de Villers aankomen om zijne positie te kunnen handhaven. Voorheen is hij in Senegambië en Cochinchina als gouver neur geweest. In Cochinchina had Le myre de Villers vele vijanden, die hem ook ditmaal tegengewerkt hebben. De heer de Freycinet heeft deze invloeden echter wijselijk ter zijde gesteld, op grond van de administratieve talenten, waarvan de heer Lemyre de Villers steeds blijk gaf. Als men afgaat op de oorspronkelijke beteekenis, moet men, volgens de Prov. Gr. Ct. niet beunhaas, maar beunaas schrijven. Beunaas was in vroegere eeuwen, ten tijde der gilden, de gewone titulatuur voor zijne zelfopofiering zijn dank te be luigen. Hij achtte zich ruim beloond door Mathildes dankbaren blik, door den druk barer hand. Toen Richard des avonds na het ont vangen van het gouden horloge en ketting op zijn zolderkamertje kwam, waren zijne gedachten vervuld met al hetgeen, wat in de laatste dagen was voorgevallen. «Ja, Mathilde, ik heb u het leven gered, in mijne armen hebt gij gerust. God gaf mij de kracht, toen ik zag, dat gij in gevaar verkeerdetJa, ik zag u,toen ik uit mijne bezwijming ontwaakte, voor mij op de knieen liggen, ik voelde, dat gij mijne hand vasthield. O hoe geluk kig was ik toen Het was mij, toen ik weder bijkwam, alsof ik in eene lange sluimering gelegen, alsof ik gedroomd had, dat gij, dierbare mijr.e lippen ge kust, alsof ik gehoord had, dat gij uit- riept «Ik wil met u sterven, Richard, ik bemin u immers!" «Neen," zeide hij, «ik heb toen niet gedroomd, ik heb die woorden duidelijk gehoord, uw kussen gevoeld Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1886 | | pagina 2