nieuwe
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND.
TONNEN.
N. 58.
Woensdag 21 Juli 1886.
Vijftiende Jaargang.
VOOR
abonnementsprijs:
VERSCniJiXT WOENSDAG EX ZATERDAG.
Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentien:
BINNENLAND.
F euillet on.
Oorspronkelijke Novelle
t. p. van baeren.
1MEHSF00RTSCIE COUBANT.
Per 3 maanden 1.Franco per post door het gehecle Kijk.
Afzonder]ijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intczenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 6 Cent.
Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Omtrent den gezondheidstoestand
des Konings, vernam de residentschrijver
van het Z. D., dat de maagaandoening,
aan welke hij onlangs leed, hem nogal
heeft aangedaan. Zijn kragtig gestel over
won die ongesteldheid betrekkelijk spoe
dig, maar de koning hield er uit een
gevoel van afmatting, waardoor hij spoe
dig moede wordt. Groote beweging kan
hij zich dan ook nog niet veroorloven.
Met eiken dag neemt echter de beterschap
toe.
De minister van binnenlandsche
zaken heeft aan de commissarissen des
konings de volgende aanschrijving gericht
«Uit consulaire ambtsberichten is mij
gebleken, dat de ten vorigen jare waar
genomen epidemie van mond- en klauw
zeer uit Duitschland is geweken, en ook
de varkensziekte daar niet meer epidemisch
heerschtuit dien hoofde heb ik besloten,
zoo lang die gunstige berichten aanhou
den, wederom dispensatiën te verleenen
van het verbod, bedoeld bij art. I van
het koninklijk besluit van 9 April 1884
(Slaatsbl. no. 48,) wanneer het verleenen
van dergelijke dispensatie in het belang
der volksvoeding door u, onder voor elk
geval te stellen voorwaarden, wenschelijk
wordt geacht, tot aanvoer van varkens,
voor de slachtbank bestemd, uit Duitsch
land afkomstig. Mochten dus verzoek
schriften daartoe bij u ingezonden worden,
dan zie ik die ter beschikking tegemoet,
onder mededeeling der voorwaarden, door
u noodzakelijk geacht, ter verzekering
dat de in te voeren varkens gezond zijn
en die invoer kan plaats hebben onder
omstandigheden, waardoor gevaar van
besmetting van onzen veestapel is buiten
gesloten."
In het Dagbl. v. Ned. wordt door
professor Buys Ballot aangedrongen op
een krachtig en afdoend optreden in
Atjeh. Hij ontraadt een aanvallende
politiek, omdat Nederland geen vrij volk
mag onderdrukken en ook omdat men
politieke maatregelen niet dan in den
hoogsten nood en na rijpe overweging
niet volkomen kennis van zaken veran
deren mag, wat ens in den oorlog met
Atjeh reeds zooveel schade berokkende.
Maar iets anders is het, zooveel kracht
te ontwikkelen, en te toonen, dat men
aanvallen van buiten liefst kan voorko
men, anders afdoende kan afweren.
Zelfverdediging mag men en moet men
in dit geval tot het uiterste drijven,
althans bij machte zijn te drijven. Veilig
heid moet allerwegen zijn in ons gebied.
Er moet een einde aan komen dat bijna
elke, moet ik niet helaas zeggen, dat
elke aanval op onze posten met verlies
voor ons eindigt, hetzij dan van personen
of van geweren.
Mocht dan ieder Nederlander, die van
deze of van een tegenovergestelde
meening is, er op staan, en zich met
anderen vereenigen om erop aan te drin
gen, dat meer licht verspreid worde
over deze duistere zaak; dat óf de Hooge
Regeering óf de Staten-Generaal een
enquête doe houden, welke gedragslijn
men te volgen hebbedat inmiddels het
leger in Indië zoo versterkt worde, dat
het in staat zij ons gezag te herstellen
en den maatregel dien men als den
beste zal erkennen, uit te voeren.
Bij het departement van koloniën
wordt, volgens de Midd. Ct., gewerkt
aan het nemen van maatregelen tot
opbeuring der suiker-industrie, die nog
altijd zeer kwijnende is. De minister is
voornemens verbetering aan te brengen
door eene wijziging van de bepalingen
van het regeerings-reglement voor Neder-
landsch-Indië, betreffende op hoog gezag
ingevoerde cultures. Een wetsontwerp
daartoe moet reeds gereed liggen.
De beruchte verordening van den
gemeenteraad van Oldebroek tegen het
gebruiken van rijwielen blijkt niet te zijn
ingetrokken, maar buiten werking gesteld
door de invoering van het nieuwe provin
ciaal reglement op de wegen in Gelder
land. Aan de Zw. Ct. wordt daarover
geschreven Vóór de werking der zooveel
geruchtmakende gemeente-verordening
werd het vleesch per rijwiel van Elburg
naar hier overgebrachttijdens die wer
king was zulks, zeer ten ongerieve van
gewone burgers, onmogelijke waardoor
men genoodzaakt was zijn middagmaal
zonder vieesch te nuttigen of expresse te
bezigen. Nu door het nieuwe reglement
deze verordening buiten werking raakt
kan men weder per rijwiel zijn vleeschje
bekomen. Men zegt wel, dat toch proces
verbaal zal worden opgemaakt, maar de
4)
Kijk, dat doet mij leed, zoo spoedig
weer te vertrekken. Maar, in vredesnaam
dan.
Zie, daar had ik warempel vergeten
u een sigaar aan te bieden. Neem me
niet kwalijk."
De Heer Van den Winter zocht naar
den koker, maar vond hem in geen zijner
zakken. Hij wilde opstaan, in den meening,
dat hij hem op den schoorsteenmantel
had liggen.
Lachend begon Arnold
Heeft u hier soms kennis aan
Sapperbleu, zijt ge een goochelaar?
heb je op de Hoogeschool ook al de
zwarte kunst beoefend
't Schijnt wel zoo," antwoordde
Arnold, doch 't is heel natuurlijk.
W ij vonden hem heden morgen onder
uw stoel liggen, zoo ge ziet, nog onge
schonden. Ik vreesde dat ge hem noodig
mocht hebben, of hem verloren zoudt
wanen daarom ben ik zoo vrij geweest
hem even te bezorgen.
Dank u wel voor je liefde dienst,
antwoordde de Heer Van den Winter
lachend.
Arnold echter zag soms verstolen naar
Mathilde om. Deze scheen hare kalmte
geheel terug verkregen te hebben, want
ijverig ging hare blanke hand heen en
weer.
En nu, sprak Arnold, het
wordt mijn tijd, ik zal u dus tot mijn
leedwezen moeten verlaten. Mocht ge
echter ook lust hebben van de partij te
zijn, het zal ook papa hoogst aangenaam
wezen.
Wat dunkt u, Mathilde, zouden we
ons ook niet eens verfrisschen en van
het vriendelijk aanbod gebruik maken?
Of zoudt ge, ging hij voort, zich tot
Arnold wendend, of zoudt ge soms
liever niet
Integendeel, haastte Arnold te
verklaren, integendeel, hoe meer ver
scheidenheid van gezelschap des te aan
genamer de wandeling.
Fiat dan! sprak Mijnheer Van
den Winter «Mathilde maak u dus
gereed.
Maar als Tante straks komt,
gaf zij in bedenking.
toekomst moet leeren, of men dit durft
te doen.
Naar het Hand. meldt, heeft de
Rotterdamsche wielrijder E. Kiderlen jr.,
die verleden Zaterdag weder de held van
den wedstrijd te Amsterdam was, thans
in 't geheel G7 gouden medailles gewon
nen. Gelukkig voor hem, dat hij niet
verplicht is ze te dragenhij zou ten
slotte onder den eerelast moeten bezwij
ken.
Het in de fabriek van de firma
Merkelbach van Enkhuizen en Co., te
Breda gegoten standbeeld van Hugo de
Groot is zoo goed als gereed en bijzon
der goed uitgevallen. Het zal binnenkort
naar Delft vervoerd worden.
Eene verandering van de grens
tusschen Bussum en Hilversum is voor
gesteld, op de gronden die reeds meer
malen tot grensverandering aanleiding
gaven. Sedert den aanleg van den
Oosterspoorweg nl. zijn op grondgebied
van Hilversum nieuwste buurten verrezen,
welke oogenschijnlijk en feitelijk tot
Bussum behooren deze gemeente echter
laat bijv. de kinderen uit deze buurten
niet op hare scholen toe, terwijl Hilver
sum niet dan gebrekkig voor politie, ver
lichting enz. zorgen kan. Van daar het
voorstel om den feitenlijken toestand, ten
nutte van 86 bewoners, wettelijk te be
krachtigen.
In ruil ontvangt Hilversum een ('onbe
woond) stuk grond van 127 H. A., waar
door die gemeente dan de geheele renbaan
onder haar politie-toezicht krijgt.
De voltooiing van de ontmanteling
van Nijmegen zal de volgende maand
gevierd worden. Door ingezetenen is
voor het feest reeds f1600 bijeenge-
brccht.
De Amsterdamsche rechtbank heeft
den socialist P. J. Meegens, wegens verzet
tegen de politie in Damstraat en War
moesstraat, veroordeeld tot 6 maanden
gevangenisstraf.
Door de Baarnsche Vélocipèdeclub
zal, bij genoegzame deelneming, vermoe
delijk op 31 Juli of 1 Augustus e. k.,
een wielerwedstrijd in het figuurrijden
worden gehouden op een daarvoor nog
gereed te maken terrein.
Thans meldt ook de Haagsche
correspondent van de Midd. Ct. dat onze
Regeering ernstig overweegt een soort
s»cialisten-wet in het leven te roepen.
Het gevoelen van den Raad van State
over een dergelijken stap zou reeds zijn
ingewonnen.
Den 5en Augustus e. k. zullen te
Nijmegen door de Geldersche Harddra
verij- en Renvereeniging wederom groote
wedrennen worden gehouden. Daarmede
zullen de feesten dus, welke den Nijinege-
naars in de maand Augustus te wachten
staan, worden geopend, daar op dienzelf
den dag des avonds de wielrijders voor
den grooten internationalen wielerwed
strijd op 6 en 7 Augustus in de Sociëteit
«de Vereeniging" feestelijk zullen worden
ontvangen, en na afloop van deze wed
strijden liet reeds vroeger vermelde
feest tot viering van de voltooiing der
ontmanteling en den uitleg der stad
zullen plaats hebben.
Aan de burgemeesters van onge
veer duizend gemeenten in Nederland is
een biljet gezonden ter aanplakking in
't openbaar, vermeldende de voorwaarden,
waarop de vrijwillige dienstneming bij
het korps mariniers geschieden kan, ter
wijl tevens hunne medewerking gevraagd
wordt indien zich personen, die geneigd
zijn bij genoemd korps in dienst te treden,
zich bij hen mochten aanmelden.
Tot die voorwaarden behoort o. a., dat
aan hen, die niet jonger dan 18 en niet
ouder dan 34 jaar zijn, mits zij zich voor
zes jaar verbinden, bij aanneming een
handgeld wordt gegeven van f130, aan
jongelingen van 16 tot 18 jaar, mits zich
verbindende voor 8 jaar, f75, enz.
Het incompleet van het korps was op
1 Juli jl. ruirn 100.
In de buurtschap Boekeloo, ge
meente Lonneker, (werd Zondag namid
dag weder eene socialistische bijeenkomst
gehouden, die door ongeveer 500 perso
nen uit Enschede, Hengeloo en omstreken
werd bijgewoond. Woordvoerders waren
Domela Nieuwenhuis en Bennink. De
burgemeester van Lonneker was met
eenige politie-agenten tegenwoordig en
slaagde er in dank zij zijn kalm en
beleidvol optreden de orde volkomen
te handhaven. Tot tweemalen toe moest
hij den eersten spreker tot de orde
roepen, toen deze te heftig uitvoer tegen
burgemeester van der Zee te Enschede.
Een socialist, die klaarblijkelijk in kenne-
lijken staat verkeerde en een boer met
een mes eene wonde aan den hals toe
bracht werd door de politie in verzekerde
bewaring genomen.
Aan Jen goudsmid den heer G. B.
Brom te Utrecht was door het kerkbe
stuur van Oldenzaal de herstelling op
gedragen van een grooten monstrans, die
door den tijd belangrijk geleden had.
Dezer dagen heeft dit kunstwerk zijn
oorspronkelijke gedaante en vroegeren
luister teruggekregen en is weder in ge
bruik genomen. De Tijd bevat de navol
gende beschrijving van dit meesterstuk
der middeleeuwsche goudsmeedkunst, dat
uit het einde der 14. eeuw dateert.
«Eene krachtige profileering dient als
basis van den roosvormigen voet met
uitspringende hoeken, die sober versierd
is met drijfwerk en den zeskantigen met
contreforten en vlechtwerk versierden
sokkel draagt, waaruit zich de veelhoe
kige steel ontwikkelt door een nodus
van eigenaardigen vorm. Deze laatste
geeft aan elk zijner zes Wakken de beel
den en ronde bosse van twee apostelen
onder fijn bewerkte baldakijns te zien,
terwijl de hoeken worden geflankeerd
door contreforten met pinacles.
«Afgescheiden door een profiel, spreidt
zich uit den steel de met bloemen en
beeldjes versierde, door een rand met
loofwerk en kanteelen omkraagde drager,
die den middelbouw, eveneens uit het
zeskant geconstrueerd, met drie groote
contreforten, tot steun dient. Deze con
treforten zijn zoo weelderig, maar toch
gemotiveerd, met beeldjes, frontalen, pi
nacles, enz. beladen, dat het oog als van
zelf rust zoekt en vindt in het middelpunt,
waar een cylindervormig glas de luna,
door twee engelenbeelden gedragen, om
sluit. De vakken boven en onder den
cylinder zijn gevuld door loofwerk, waar-
tusschen geëmailleerde bloemen niet wei
nig het eflëct verhoogen.
«De bovenbouw, in tweeën verdeeld,
eveneens zesvoudig, is nog schooner van
teekening, nog corrector van afwerking,
en toont in de benedenste étage het fijn
geciseleerde Madonnabeeld tusschen een
rijk geprofileerd systeem van pijlers, con
treforten, schraagbogen, frontalen en
pinacles, zich ontwikkelend tot de tweede
Nu ja, die is wel meer gewoon, dat
wij beiden op wandeling zijn. Daarvoor
geen vrees.
Eenige oogenblikken later zeide Oom
tot den bediende.
Zeg tegen mijne vrouw, dat wij met
beide heeren Van den Hooghen op wan
deling zijn, en dat ze ons omstreeks negen
uur weer hier kan verwachten."
IV.
Boschzicht was een welbekende uitspan
ningsoord voor de bourgeois van Arnolds
geboortestad. Den twintig minuten langen
weg kon men inderdaad schilderachtig
noemen. Eene dubbele rij van breedge-
takte eiken en beuken welfde zich over
het wandelpad en weerden zoigvuldig
iederen doordringenden zonnestraal. Aan
weerszijden van den weg verhieven zich
hier en daar trotsche villa's te midden
van donkere dennen of statige eiken.
De weg liep opwaarts en voerde on
merkbaar naar den heuveltop, waarop
Boschzicht was aangelegd. Wie van uit de
varanda een blik in het dal wierp, bleef
gaarne eene wijle het pittoreske landschap
beschouwen. Daar aan den voet lag de
nette stad met zijne huizenzee in een
zoet siesta neder, waarboven als onver
moeide wachters zich een drietal torens
slank en lenig ophieven. Nog verder ont
waarde men verscheidene landelijke
dorpjes te midden van korenvelden,
weiden of kreupelboschjes, terwijl daar-
tusschen de blauwe rookkolom van een
locomotief als een rusteloos wolkje henen-
dreef.
De drie heeren met Mathilde hadden
zooëven onder de vingerbladige kastanjes
vóór de veranda plaats genomen en ver
meiden zich een oogenblik onder weder-
zijdsche uitroepen in het schoone verge
zicht. Vooral Arnold was onuitputtelijk
in het aanwijzen van schilderachtige
partijen, zoodat de Heer Van den Winter
de opmerking niet weerhouden kon, dat
de student een geboren dichter was.
Arnold zag zijdelings naar Mathilde
om werkelijk ging er iets in zijn hart
om, dat de Dichter bij zijne inspiratie
gevoelen moet, een overweldigend heer
lijke indruk, te schoon bijna om in woor
den terug te geven.
De beide oude Heeren geraakten weldra
in een levendig onderhoud, eerst over den
toestand hunner stad en vervolgens op
meer politiek gebied.
Arnold volgde hen niethij gevoelde
zich te poëtisch gestemd om zich thans
met het dorre proza te bemoeien.
Vindt U het ook niet een liefelijk
vergezicht begon hij meer fluisterend
dan sprekend tot Mathilde.
Allerprachtigst," antwoordde zij
kleurend, ik wist niet, dat het hier
zoo lief was.
Ja 'k heb 't hier vroeger ook altijd
het schoonste plekje om onze stad ge
vonden, en vooral thans in zulk een aan
genaam gezelschap, is het heerlijker dan
ooit.
Mathilde bukte naar haren gevallen
zakdoek, als om daardoor den blos
te verontschuldigen, die hare wangen
kleurde.
Arnold stak een sigaar op en blies in
doorzichtige, lichtblauwe wolkjes den rook
welbehaaglijk voor zich uit. De zachte
wind voerde ze naar Mathilda en zij
ademde den geur weder in met het
zelfde gevoel, als dezen middag voor het
raam.
Zij zweeg, Arnold vervolgde
Slechts mijn lievelingsoord buiten
A.... kan eenigszius met deze omgeving
wedijveren, ofschoon het heuvelachtige
van hier ginds gemist wordt. Is u wel
eens in A.... geweest?
Neen, nog nooit, want de Tante,
die ik daar heb, is om familiezaken
ons nooit genegen geweest, zoodat wij
de eerste uitnoodiging nog ontvangen
moeten.
Nu ik wil honen dot dip piot lm»