NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND.
N. 80.
Woensdag 6 October 1886.
Vijftiende Jaargang.
THEA.
VOOR
abonnementsprijs:
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentien:
BINNENLAND.
BUITENLAND.
F euillet on.
AMEBSFOORTSCIE CODBiNT.
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Eijk.
Afzondert ij ke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Van 1 G regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Door het hoofdbestuur van den
Anti-dienstvervangingbond is aan de
Tweede Kamer der Staten-Generaal een
adres ingezonden, waarin er op aange
drongen wordt, om de afschaffing van de
plaatsvervanging in de nieuwe Grondwet
zelve op te nemen. Genoemd hoofdbe
stuur vreest, dat als zoodanige regeling
aan den gewonen wetgever overgelaten
wordt, bij eene nieuwe militiewet niets
terecht komt van afschaffing der plaats
vervanging, en meent dat op Regeering
en Volkvertegenwoordiging de plicht rust,
om een gebiedend voorschrift daaromtrent
in de Grondwet een plaats te doen
vinden.
De commissie van rapporteurs over
het ontwerp betreflende de overeenkomst
met de Ned. Rijnspoorweg-maatschappij
bestaat (volgens de handelingen) uit de
heeren Verniers van der Loeff, van der
Goes, Vos de Wael, van Asch van Wijck
en van Osenbruggen.
De geschorste kerkeraadsleden, die
thans door het vonnis der synode uit
hunne betrekking zijn ontzet, hebben van
deze uitspraak revisie gevraagd bij de
Algemeene Synode.
Er is in 't geheel f9281 bijeenge
bracht voor de bedienden en dienstboden,
die door den brand te Scheveningen hun
goed en betrekking hebben verloren.
Vrijdag zijn 24 personen naar den
procureur-generaal verwezen, beschuldigd
van op 26 Juli, in de Lindenstraat en
op de Lindengracht te Amsterdam, bij
de ongeregeldheden in den Jordaan
aldaar, de politie met steenen geworpen
hebben.
Op Vrijdag 8 October a. s., den
gedenkdag van Alkmaar's onzet, zal op
het Doelenveld aldaar een luchtballon
worden opgelaten, systeem Montgolfiére,
bestaande uit 12 banen, met de stedelijke
kleuren en het opschriftnOpgelaten ter
eere van het 25-jarig bestaan der Sociëteit
Alkmaar's Victorie 1861. 8 October
1886-1573."
Zaterdag namiddag werd de heer
Posthuma, directeur van de firma van
Gend en Loos te Leeuwarden, op den
overgang van het hoofd- naar het tus-
schenperron door een locomotief over
reden en gedood. Ondanks de waarschu
wing van den stationschef en enkele
particulieren, die zich aan het station
bevonden, kroop hij onder den afgeslo
ten boom door, toen de machine aldaar
passeerde.
De heer N. U. van der Kolk, die
Zaterdag met den heer Julhes te Amster
dam opsteeg, deelt mede, dat de ballon
te half zes in zee daalde, tusschen het
gat van de rivier de Eem en het Gooi,
op ongeveer 3 kwartier afstarids van het
strand. Na een half uur nu eens op dan
onder de golven geslingerd te zijn, kwam
kotter 84, schipper Molgboom, uit Dur-
gerdam, de drenkelingen te hulp, die
hen Zondagochtend te half drie te Schel-
lingwoude aanbracht. Met de Lemmer
nachtboot kwamen Julhes en Van der
Kolk ten 3 ure te Amsterdam aan. Ook
de ballon, met welken Lhoste en Kiese-
wetter opstegen, had eene noodlottige
luchtreis. Na meermalen onder water
door gesleept te zijn, landde men ten
ongeveer 7 ure bij fleerde.
Met het weder opbouwen van het
afgebrande Badhuis te Scheveningen,
wordt thans ten spoedigste een begin
gemaakt. De architecten Henkenhof en
Elbert, die het verloren gegane gebouw
oprichtten, hebben ook nu het ontwerp
geleverd en zij zullen met de leiding van
het optrekken van het nieuwe gebouw
belast zijn. Een deel van den muur aan
de landzijde zal blijven staan.
Scheveningen is thans eenzaam en ver
laten want het badseizoen is Vrijdag ge
sloten.
Kolonel Van Zuylen wijst de volks
vertegenwoordiging in een artikel in het
Hbl. met ernst op haar plicht, om mede
te werken tot het behoud onzer koloniën,
door er bij de regeering met kracht op
aan te dringen ons Indisch leger te ver
sterken.
De schrijver acht dadelijke en volle
dige voorziening hierin, 's lands eerste
plicht. De groote moeilijkheden om een
genoegzaam aantal flinke en volledig ge
oefende Europeesche soldaten uit te zen
den, acht hij niet gering maar zij moeten
overwonnen worden met het krachtige
woord het moet
Hoewel de werving voor het Indische
leger in den laatsten tijd iets gunstiger
is, dan in vroegere jaren het geval was,
heeft die verbetering nog weinig te be
duiden. Ten spoedigste worden 5 a 8000
man gevraagd en volgens den gunstigsten
maatstaf kan hieraan niet voor de helft
voldaan worden.
De schrijver zal niet ophouden te wijzen
op de dringende noodzakelijkheid der
legerversterking tot hij gehoor krijgt bij
hen, die handelen moeten.
Als een staaltje van de ruwheid
of beter gezegd onmenscbelijkheid van
de Zigeuners, die zich in de laatste dagen
weèr hier en daar in ons land willen
ophouden, meldt men aan de N. R. Ct.
het volgende:
»Om een voorbeeld te geven van de
ruwheid of beter gezegd de onmensche-
lijkheid van die Zigeuners diene het
volgende: Te Putten, nabij onze grenzen,
viel uit een der wagens een kind, en
werd over een beentje overreden, en
wat deden nu de onmenschen? Het kind
werd opgenomen, en in een zak gestopt,
en (mijn pen weigert haast het te
beschrijven) tegen een boom dood
geslagen Vervolgens nam men het
deerlijk verminkte lijkje er uit en wierp
het voor de beren!
ïVan menschen kan men zoo iets
niet verwachten, wel van wilden, en het
is dan licht te begrijpen, waarom door
de Rijkspolitie alles in het werk gesteld
wordt om die Zigeunersbende met de
beren en wat zij verder meevoeren, uit
ons land verwijderd te houden.
Zaterdagmiddag ontstond er brand
in het Rot te Haaften aan een hooimijt,
die vermoedelijk door kinderen is aange
stoken. Spoedig deelden zich de vlammen
aan een dichtbijstaand huisje mede, er
volgden nog twee huizen, in eigendom
aan vijf arbeidersgezinnen, die hierdoor
van alles beroofd werden, daar zeer
weinig van hun huisraad gered is en
niets verzekerd was.
In den Maas- en Scheldebode komt
een ingezonden stuk voor, waarin aan
F. Domela Nieuwenhuis gevraagd wordt
wat hij met zijn onlangs verworven ver
mogen heeft gedaan. Gelijk men weet,
zegt de schrijver is van alles wat deze
sociaal-democraat schrijft en spreekt,
scheering en inslag, dat het kapitaal en
het erfrecht moet worden opgeruimd, en
dat dit binnen niet langen tijd zal wor
den tot stand gebracht door middel van
de bloedigste omwenteling, die de we
reld ooit heeft aanschouwd, tenzij de
kapitalisten nog bij tijds mochten beslui
ten, vrijwillig van het hunne afstand te
doen en dit te stellen ter beschikking
van de aanstaande socialistische maat
schappij.
Tot dusver is er niets van verluid, dat
Domela Nieuwenhuis met de door hem
geërfde kapitalen heeft gehandeld, zooals
hij eischt dat zal worden gehandeld döor
de kapitalisten, die hij bestrijdt en die
hij met de bloedige wraakoefeningen zij
ner volgelingen bedreigt. Integendeel
wordt verhaald, dat hij zijn vermogen op
zeer voorzichtige wijze belegd en in vei
ligheid gebracht heeft. Indien dit waar
mocht zijn, dan is daarmede uitgemaakt
dat Domela Nieuwenhuis zijn volgelingen
misleidt en alle aanspraak op vertrouwen,
alle aanspraak zelfs op den naam van
eerlijk man heeft verbeurd.
Mitsdien noodigt het blad den leider
der sociaal-democraten uit, om eens be
kend te maken wat hij zelf met zijn
kapitaal heeft uitgevoerd.
Gelijk te verwachten is heeft Domela
Nieuwenhuis zich er met een Jantje van
Leiden afgemaakt. Merkwaardig is, dat
hij zijn voormalig beroep niet verloo
chent en den Maas- en Scheldebode, door
hem »Smaad en Scheidbode" genoemd,
verwijst naar Lucas 12, 13 en 14.
Het bloed kruipt waar het niet gaan
kan.
Te Leiden is Zondag door eene
toepasselijke toespraak in de Pieterskerk
en Maandag door een volksfeest Leiden's
ontzet herdacht. Van den vroegen morgen
af vulde een vroolijke menigte de straten.
De traditioneele uitdeeling aan behoefti-
gen kon ditmaal, dank zij een aanzien
lijke gift uit Amerika, met bijzondere
mildheid geschieden; aan 1800 vrouwen
werden bons uitgereikt voor brood en
haring, aan 1500 mannen bons voor
sigaren en bier.
Om 1 uur werd een optocht gehouden
van 24 stedelijke vereenigingen met
hunne banieren, bij welke gelegenheid,
.onder 't zingen van een hymme, kransen
werden bevestigd om het monument van
v. d. Werf op de Ruïne. Des avond werd
het feest besloten met concerten en met
een vuurwerk, waarvan het hoofdmoment,
volgens het Vad., zou bestaan uit een
hutspot, geflankeerd door haring en
wittebrood, waaruit zich een tempel der
vrijheid moest ontwikkelen.
Te Hilversum is in beginsel beslo
ten tot het oprichten eener vereeniging,
die zich tijdelijke werkverschaffing zal
ten doel stellen, met verfraaiing van-en
bevordering der netheid in en om de
gemeente, als nevendoel daaraan verbon
den. In de op uitnoodiging van het be
stuur van het Nutsdepartement Hilver
sum gehouden voorloopige vergadering
is bereids aan eene commissie van tien
leden het ontwerpen van de statuten en
een reglement opgedragen.
De stoomtram Wageningen-Eede
vervoerde gedurende de maand Aug.
6795 reizigers in locaal en 5193 in reeht-
streeksch verkeer. De totaal-opbrengst
over die maand bedroeg f2660.43, tegen
f2886.93 in die maand van 1885.
Op welke wijze Rusland zijn doel soms
zoekt te bereiken, blijkt uit een bericht
door de Kola. Zeitung uit Sofia ontvan
gen. Daarin toch wordt medegedeeld, dat
generaal Kaulbars den 29 Sept. den
aldaar wanenden Macedoniër Rabad Jan
den bij zich liet komen en hern vroeg,
of hij met hulp zijner te Sofia wonende
landgenooten, een opstand tegen de te
genwoordige regeering zou kunnen be
ginnen, en hoeveel geld hij daarvoor
noodig had. Zoo de opstand gelukte, zou
den R tssische troepen in Bulgarije komen
en Macedonië van de Turken bevrijden.
Rahal Janden raadpleegde zijn landge
nooten, maar zij wilden er niet van hoo-
ren en maakten het plan bekend.
Eene volksvergadering te Sofia gehou
den verklaarde zich voor de regeering.
Ook is terstond na de opheffing van
den staat van beleg te Sofia een nieuw
dagblad verschenen, de Nesavissima Bul
garia (het onafhankelijk Bulgarije) waarin
al dadelijk tegen Rusland en diens af
gevaardigde generaal Kaulbars wordt te
velde getrokken. Het beschuldigt Rusland
Roman van KARL HEIGEL.
9)
Dat de neiging voor orde hij de beide
dames, zoowel in haar goede als in haar
kwade dagen dezelfde is gebleven, be
wezen de vleeschkleurige zijden schoenen
op de piano, de lange robe met sleep,
die op gindsche tafel ligt en de borden
met eten op de stoelen. Reeds dagen ge
leden geel geworden en verwelkte
bouquetten en kransen hangen en liggen
overal in 't rondeven zoo talrijk zijn
de photographieën van de mooie Tbea
en face of en trois quart, in tooneel-,
bal- of wandelcostuum.
De geheele inrichting getuigde meer
voor den welvaart dan voor den smaak
der beide dames. Haar materieele toe
stand was bepaald gunstiger geworden
den eersten van het kwartaal zaten ze
niet meer over de huurpenningen in angst
en al mocht mama Freiberg wel wat
meermalen dan noodig was van vonzen
bankier" gewag maken, was die hier
toch geen hersenschim.
Thea bezat een kostbare garderobe,
zeer veel juweelen, een verlengd contract
en alleen uit gewoonte had ze een paar
duizend gulden schuld. A'° kunstenares
stond ze nog op hetzelfJe ^eil, als toen
ze debuteerde. Ze zong zonder talent of
warmte en speelde alleen dan goed, wan
neer haar rol jongensachtige driestheid
of de naieveteit van een kamerkatje van
haar vorderdedoch haar optreden en
haar geheele figuur waren nog steeds
onberispelijk. ïThea zag er weer be
koorlijk uit!" zei het publiek, en dat
was voor een directeur, die zich op de
manier van Hahnenkamm op de verhef
fing van de kunst toelegde, al meer dan
voldoening genoeg. In eiken platenwinkel
was tusschen de photographieën van
prinses X, en professor Zoo-en-Zoo juf
frouw Thea als godin of als luitenant
stellig te zien, en daar 'zij in die vier
jaren zelve slechts een streep dikker en
een zweem ouder geworden was, was de
liefde van het publiek voor haar ook
slechts in ondeelbaar geringe mate afge
nomen. Zonder dat imejuffrouw Thea
met haar mama" daarbij werden geïn
viteerd, gaf geen viveur van naam meer
een diner.
Waren moeder en dochter met dit
twijfelachtig geluk, dien twijfelachtigen
roem tevreden? Ja.
En hoe ging het Waldemar Die
was thans de dramaturg van het Apolli-
notheater. Het eerste jaar, dat hij aan
den schouwburg was verbonden, had hij
een nieuw tijdperk voorbereid, het tweede
was hij beginnen te hopen dat dit tijd
perk komen zou, het derde had hij ge
wanhoopt, in het vierde had hij al zijn
streven tot bereiking van dat doel ver
geten. Zijn chef, die bij het hooren van
die hervormingsplannen eens medelijdend
was beginnen te lachen, gebruikte den
man met zijn vurigen ijver even zoo goed
als den man, dien volstrekt geen vuur
of ijver meer bezielde, voor zijn doel en
behandelde hem, nadat over de ontwer
pen tot het doen tot stand komen van
volksvoorstellingen en blijspelen eenig
gras was gegroeid, zelfs met een zekere
welwillendheid. Maar de jonge man was
trouwens ook een bijzonder bruikbaar
sujet en was naar gelang van de omstan
digheden stormram, bliksemafleider, pak
ezel of geheim agent. Wel is waar ging
nog menig uur voorbij, waarin Walde
mar met innigen weerzin op zijn drukke
en toch onvruchtbare werkzaamheden
neerzag, maar weldra verloor hij de kracht
die te laten varen en ten slotte verloor
hij zelfs den lust daartoe, al mocht hij
bij zich zeiven erkennen hoe waardeloos
al 't geen hij deed was. Over dag cor
respondeerde hij met theaters van dezelfde
beteekenis als dat van Hahnenkamm,
vertaalde even nauwgezet een geestigen
als een laffen en een geesteloozen tekst
van een operette uit het fransch in 't
duitsch, schreef recensies, annonces en
reclames, en slenterde avond aan avond,
terwijl er werd gespeeld achter de cou
lissen, en in de pauzen in het foyer rond.
Was de comedie eindelijk uit, dan ging
hij naar »de Krokodil", een in de buurt
gelegen hotel, waar iedere ster aan den
kunstenaarshemel en dus natuurlijk ieder
acteur van het Apollinotheater steeds
habitué was. En daar zaten komiek en
liefhebber, tenor en bariton, van eerste
en tweede qualiteit en genre, zich met
bier en meer of minder boosaardige
tooneelpraatjes van de vermoeienissen
van hun tot veredeling van 's menschen
geest dienend beroep te herstellen.
Menigmaal kwam Hahnenkamm junior,
die zich intusschen een tweeden bijnaam
»de eeuwige vaandrig", had verworven
daar eveneens een kijkje nemen en dan
werd de zitting gemeenlijk meteendob-
belpartij besloten. Zijn vader kwam daar
entegen nimmer in »de Krokodil," Wel
iswaar, als hij van de goedkoope spijzen
en dranken, die daar te bekomen waren,
hoorde reppen, trok zijn hart geweldig
daarheen, maar de vrees, dat de een
of andere volstrekt onbekende acteur
met hom broederschap zou willen sluiten,
hield hem terug.
Waldemar ging gemeenlijk in ïde
Krokodil" dineeren. Dat deden nog meer
geëmploieerden van het Apollinotheater
zelfs de eerste tenor vond tegen den
tijd dat de maand en het genoten tracte-
ment op hun einde liepen, dat de een
voudige kost in dat hotel voor zijn stem
beter was, dan de massa schotels van
de table d hóle in het Grand-IIotel.
Doch op gezegden Julidag, een dag die
voor onzen held van zooveel beteekenis
zou worden, bleef Waldemar de eenige
gast.
Groote gebeurtenissen werpen haar
schaduwen reeds voor zich uit. Zulk een
schaduw lag ook over de ongezellige
sacteurstafel". Rataplan de nieuwe ope
rette, het in ontelbare reclames en voor
loopige aankondigingen als het glorie
rijkste kunstwerk van de laatste honderd
jaar uitgebazuinde spektakelstuk zou den
volgenden avond voor den eersten keer
worden opgevoerd. Reeds was de laatste
algemeene repetitie gelukkig afgeloopen.
Wie een dankbare rol had voorspelde
dat het stuk naam, wie slecht bedeeld
was, dat het fiasco zou miken. Doch
hierover waren allen het eens, dat juf-
Louw Thea, al kwam zij alleen in het,
tweede bedrijf op, ditmaal furore zon