nieuwe
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND.
N. 84.
Woensdag 20 October 1886.
Vijftiende Jaargang.
VOOR
abonnementsprijs:
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentien:
BINNENLAND.
Feuilleton.
THEA.
BUITENLAND.
AMERSFOORT Li COURANT.
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzondert ij ke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Van 16 regels 0,40 iedere regel meer B Cent.
Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Grootc letters en vignetten naar plaatsruimte.
Op last van Z. M. den Koning,
zal de chef-bloemist, de heer J. M.
Kraaijenbrink, in gezelschap van den
heer Q G. van Dijk, volontair-bloemist
op 't Loo, een vakreis naar Frankrijk
ondernemen, om de verschillende kwee-
kerijen, zoo te Parijs als te Orleans, te
gaan bezoeken.
Men heeft gemeld, dat het ontslag
van mevr. Bulkley uit de gevangenis
geheel alleen van Z.M. zou zijn uitgegaan.
Dit wordt thans door het D. v. Z.-H.
tegengesproken. De min. van Justitie is
degeen, van wien het is uitgegaan. Hij
heeft reeds voorlang Z. M. op de hoogte
gesteld van den toestand van mevr. B.
door overlegging van geneeskundige rap
porten, deels op grond van de ingediende
verzoeken om gratie, deels op uitdrukke-
lijken last van den minister zelf, uitge
bracht. Vervolgens is zonder eenigen
aandrang of zelfs eenig verzoek van den
Koning aan Z. M. een ontwerpbesluit ter
teekening voorgelegd tot volledige kwijt
schelding van den verderen straftijd. Bij
dat ontwerp zijn, zooals steeds gebruike
lijk is, overgelegd de requesten waarop
het steunt, de adviezen over die verzoe
ken uitgebracht en verschillende genees
kundige rapporten. Eerst toen het besluit
reeds geteekend was, heeft de minister
met den raadsman van mevrouw B. ge-
Sproken, naar aanleiding van eene zin
snede der .adressen, volgens welke de
veroordeelde zou beloofd hebben zich
voortaan van alle onwettige middelen
ten aanzien van mr. Hoek en zijne kin
deren te zullen onthouden. De minister
verlangde zekerheid, dat die belofte zou
worden gestand gedaan, maar tevens dat
ook geen andere, zij het ook wettige
middelen zouden gebezigd worden om
het den heer Hoek lastig te maken, en
verzocht daarom den bekenden advocaat
van mevr. B. die belofte in ontvangst te
nemen en den minister van het afleggen
daarvan mededeeling te doen. Het gevolg
hiervan was, dat die advocaat naar eigen
goedvinden eene verklaring opstelde, die
hij de veroordeelde uitnoodigde te onder
teekenen, waaraan zij heeft voldaan. Dat
de minister het ontslag afhankelijk zou
hebben gesteld van de belofte, dat mevr.
B. niet meer te Apeldoorn zou komen,
is onwaar.
Op Vrijdag 22 October zal in een
der zalen van het paleis voor Volksvlijt
te Amsterdam, precies te 2 uur de uit
reiking der diploma's aan de bekroonden
der Bakkerij-tentoonstelling plaats hebben.
De burgemeester van Amsterdam zal
de diploma's uitreiken.
De heer C. H. van Rhijn zal op
Dinsdag den 19 Oct. a. s. te twee uur,
het hoogleeraarsambt in de faculteit der
Godgeleerdheid met eene rede in het
auditorium der rijks hoogeschool te
Groningen aanvaarden.
Het voorstel waarbij den auditeur
der schuttersraden de macht gegeven
wordt om elke woning te doen binnen
treden tot opsporing van de schutters,
die onwillig zijn om de hun opgelegde
boete te betalen, is door de Tweede Ka
mer aangenomen.
De elf ontwerpen tot bekrachtiging
van provinciale belastingen in de ver
schillende provinciën hebben bij het on
derzoek in de afdeelingen der Tweede
Kamer tot geen bedenkingen aanleiding
gegeven, evenmin als het onteigenings-
ontwerp voor een locaalspoorweg Medem-
blik Hoorn.
Door de Vereeniging Algemeen
Stemrecht te Sneek is voor de a. s. her
stemming voor een lid der Tweede Ka
mer tot candidaat gesteld mr. P. J. G.
van Diggelen.
Men verneemt, dat de verschillende
vakvereenigingen te Rotterdam, de wer
keloosheid groot genoeg achten om in
den aanstaanden winter te pogen door
werkverschaffing den nood te lenigen.
De wijze waarop moet nog niet bepaald
zijn.
Het Zuid-Hollandsche melkvee wordt
tegenwoordig tot zelfs in Italië gezocht.
Zoo kocht in de vorige week een
Italiaansche veehandelaar zoowel te Groot-
Ammers, als te Berg-Ambacht, puike
kalfkoeien, waarbij hij tot f245 per stuk
besteedde.
Terwijl men in Gelderland nog
niets hoort van tabakshandel, is aan de
Roman van KARL HEIGEL.
13)
«Uitstekendprees Waldemar; als je
dien loop morgen even gemakkelijk maakt,
dan
«Wel, dat kan ik net zoo netjes als
ik een flesch opentrek, van boven naar
beneden en omgekeerd. Verbeeld je, de
kapelmeester protesteert tegen mijn
entonneeren 1 Maar ik doe het morgen
weer net eender of ik vraag overmorgen
mijn ontslag. Maar kom I laten we die
komedie toch op zij zettenIk had wel
zoo graag gezien, dat je mijn rol aan
collega Schwebel had gegeven. De goede
man heeft toch al de geelzucht van nijd.
Ellendig komediantenvolk is 't toch
Maar van eene in vertrouwen Wat zou
den dat voor geheimenissen zijn Wat
gebeurt er? Waar zal de bliksem in
slaan
«Ik begrijp waarachtig niet wat je
bedoelt 1" riep Waldemar in de oprecht
heid zijns harten uit.
»Je wilt me niet je wilt me niet
begrjjpenUit principe ga ik met geen
van de lui om en toch weet ik reeds
zoo ongeveer alles. De een zegt, dat het
vóór, de ander, dat het na de laatste al-
gemeene repetitie tot een breuk is ge
komen."
«Maar, voor den duivel, Stiibbecke,
tqsschen wie dan
«Wel, voor den duivel, menheer Frei
berg, tusschen vader en zoon Hahnen-
kamm. Schulden-Kasper is op de flesch."
«Dat liedje heb ik al een jaar of wat
hooren zingen."
«Ja, maar deze keer is hij perduZe
spreken van honderd vijftig duizend mark.
Papa Hahnenkamm heeft openlijk zijn
eerewoord gegeven, dat hij geen penning
betaalt, en dat is het eenige geval, waarin
ik aan zijn eerewoord geloof."
Er volgde een pauze. Waldemar zat den
komiek in koortsachtige spanning aan te
kijken. Hij had er een voorgevoel van,
dat dit alles nog slechts de inleiding
was, en dat vriend Stübbecke, terwijl hij
zijn glad, zwart haar kalmpjes boven
het oor in een krul draaide, er over zat
na te denken hoe hij den broeder zijner
beroepsgenoote het pijnlijkst kon treffen.
Daarbij dwaalden Waldemar's blikken
over den bowl. Hij dacht aan den ver
kwister, die deze had gegeven en schoof
zijn vol glas met een haastige beweging
achteruit. «Hoe kon je onder dergelijke
Duitsche grens de handel in vollen gang.
Te Cranenburg en omliggende plaatsen
wordt voor de prima partijen helderkleu-
rige spintabak, die niet van hagel heeft
geleden, 42 a 46 mark voor de 50 Kg.
besteed.
De nieuwe wet op het recht van
vereeniging en vergadering heeft den
geestigen teekenaar van «de Lantaarn"
stof gegeven voor een aardig tafereeltje.
Het stelt voor eene vergadering van
hoog- en zeergeleerden ter gelegenheid,
dat een professor in het strafrecht zijne
inaugureele rede houdt. De professor
spreekt«en dus heeft de humani
taire richting van onze moderne crimina
listen geleid tot de bewering, dat de
staat volgens het nieuwe strafrecht meer
zorg draagt voor de misdadigers dan
voor de eerlijke burgers."
Een van de agenten van politie, die
de vergadering bijwonen sommige
collega's doen een dutje valt, in het
volle besef van zijn waardigheid, den
professor in de rede met de woorden:
«Nu is het uit, Mehair! Dalte is de
zijdelijksche, voorvaderlijke opruiing in
allemaal gemeene termen tegen de be
staande wetten. In naam der wet gaat
gij terstond uiteen
Men schrijft aan 't lltr. Dagbl.
uit Amsterdam
Onder de woordvoerders en aanvoer
ders der sociaal-democraten vindt men
tegenwoordig ook een gewezen officier
van het Nederlandsche leger. Heden kon
men hem het woord hooren voeren in
de vergadering eener schilders-vereeniging
(namelijk huisschilders) in het Volkspark.
Het is de voormalige kapitein der infan
terie P. A. Jansen, wiens naam indertijd
groote ruchtbaarheid verkreeg, omdat hij
zich verzette tegen het gedwongen kerk
gaan, den officieren opgelegd, en wiens
belangen zich de Tweede Kamer destijds
aantrok. Nadat deze Jansen als officier
was ontslagen geworden, werd hij in
1873 directeur van het huis van arrest
te Middelburg, om hem aan een bestaan
te helpen. Deze welwillendheid beloonde
hij met zich in die betrekking schuldig
te maken aan handelingen, welke hem
niet alleen zijn ontslag, maar ook een
vonnis van de Middelburgsche rechtbank
op den hals haalden.
Na zijne gevangenisstraf te hebben
ondergaan, vestigde Jansen zich als «zaak
waarnemer" te Middelburg. Tevens trad
hij op als apostel voor het algemeen
stemrecht, en thans heeft hij zich aan
gesloten aan de sociaal-democratische
partij, treedt hier en daar in vergade
ringen op als haar woordvoerder, en
schrijft meê in Recht voor allen.
Bij al zijne veelzijdige begaafdheden
beoefent deze persoon op zijne manier
ook de dichtkunst en de toonkunst. Hij
componeert liederen en maakt er ook
zelf den tekst bij. Zoo droeg hij in de
vergadering van heden een socialistisch
lied voor, door hem gedicht en op noten
gezet. Het kan niet onnuttig zijn, bij
deze gelegenheid hier te vermelden, dat
hij niet lang geleden zijne fortuin als
componist op geheel andere wijze be
proefde te maken. Toen namelijk vervaar
digde hij lofliederen op leden van het
Koninklijk Huis, en zond die als blijk
van zijne hulde aan Hunne Majesteiten.
Het zij dat met deze voortbrengselen
zijner gaven als toon- en verzendichter
en de toezending daarvan aan HH. MM.
het doel niet werd bereikt, hetzij er
andere motieven in het spel zijn, deze
vurige hulde brenger aan het Koninklijk
Huis, houdt nu lofspraken op de roode
vlag der revolutie, en wijdt met geest
drift zijne zangen aan de sociaal-demo
craten.
«Je moet ze maar proeven 1" roepen
op onze straten de fruitverkoopers achter
hunne kruiwagens.
De Weener correspondent der Stand
ard is van oordeel, dat met de verkie
zing van een nieuwen Vorst voor Bul
garije nog wel wat gewacht zal worden.
Hij doet in zijn bericht een zeer geschikt
middel daartoe aan de hand. Volgens
artikel 143 der constitutie van Tirnova
is n.l. het Bulgaarsch ministerie verplicht,
de groote Sobranja bijeen te roepen,
wanneer de verkiezing noodig is van een
nieuwen Vorst of drie regenten, gedu-
j rende de minderjarigheid van den troon-
opvolger. De constitutie heeft alleen het
oog op den dood van den vorst en niet
i op diens afstand van den troon. Volgens
i artikel 28 evenwel kan de Vorst nog ge
durende zijn leven drie regenten benoe
men, welke benoeming dan later door de
Sobranja moet worden bevestigd.
Welnu, zegt bovengenoemde correspon
dent, nu heeft het ministerie niets an
ders te doen, dan de indertijd doorVorst
Alexander benoemde drie regenten
Stamboeloff, Moetkoeroff en Karaveloff
als zoodanig ter benoeming aan de groote
Sobranja voor te dragen en dus het re
gentschap te bestendigen; Rusland zoo
wel als de andere groote mogendheden
kunnen niet anders, dan met dergelijke
handeling tevreden zijn.
Wanneer het onderstaande volkomen
waarheid behelst, beginnen de Elzas-
Lotharingeis zich langzamerhand weer
als Duitschers te beschouwen. Naar uit
Straatsburg wordt gemeld heeft n. .1 de
Stedehouder van Elzas-Lotharingen op
een feestmaal aldaar nagenoeg het vol
gende gesproken uToen ik in November
van het vorige jaar hier kwam, niet zon
der bezorgdheid over de moeielijkheden
der mij gestelde taak, vervulden mij de
blijde toejuichingen der bevolking met
het zelfvertrouwen, den staatsman die
een moeielijken arbeid voor zich ziet,
zoo onontbeerlijk. En toen ik in den
loop dezes zomers overeenkomstig den
eenstemmigen wensch der landsvertegen-
woordiging en zonder mij door de hier
en daar opkomende twijfelingen van het
spoor te laten brengen, de verkiezingen
voor den Straatsburgschen gemeenteraad
deed uitschrijven, heeft de stad tot ant
woord eenen gemeenteraad verkozen, be
staande uit hare beste mannen, en welke
zijne roeping .niet hierin gelegen acht,
de raadszaal tot een strijdperk voor politie
ke redetwisten te laten worden, maar
met trouw en nauwgezetheid alleen op
het welzijn der stad het oog gevestigd
houdt. En toen in dit najaar het eer
waardig keizerlijk echtpaar de stad
Straatsburg met een bezoek vereerde,
werden HH. MM. door de eenen met
waardigheid, door anderen met onstui
mig enthousiasme, door allen met eerbied
en blijdschap ontvangen, en die ontvangst
heeft mij te meer verheugd, naarmate
het gevoel van trouwe gehechtheid en
vereering dieper is, hetwelk ik nu sedert
een halve eenw voor mijnen keizerlijken
heer koester. Tegenover zulke ondervin
dingen en feiten is het natuurlijk, dat ik
mij, ondanks den betrekkelijk korten tijd,
omstandigheden die boujl aannemen
vroeg hij daarop.
Doch Stübbecke had voor dit bewijs
van fijngevoeligheid slechts een spottend
lachje over. «Ik heb je immers gezegd,
dat ze betaald is," hernam hij.
«Dat is hetzelfde of, liever gezegd, nog
wel zoo erg I Iedere droppel zou mij op
de tong branden."
Stübbecke haalde de schouders op.
Daarop ging hij met zijn mededeelin-
gen voort. «Schulden-Kasper scheen
vandaag bijzonder opgewonden. Men
zegt, dat hij naar Amerika moet het
spijt mij, dat jou naam ook in het schan
daal is betrokken."
«Mijn naam? Hoe dat mijn naam?"
riep Waldemar, en de lippen des jongen
mans begonnen ook, toen hij niet meer
sprak, zenuwachtig te trillen.
Wederom ontstond een pauze. Stüb
becke zette zijn haar ook boven het an
dere oor in de krul. Daarop boog hij
zich met den elleboog op de tafel, ver
over deze heen en liet er op volgen
«De booze wereld zegt, dat de directeur
vertelt, dat jffrouw Thea de schuld is dat
zijn zoon is geruineerd."
«Dat liegt hij I" gilde Waldemar, die
toornig opsprong.
«Dat heb ik ook gezegd, maar de
kwade wereld meent hm je weet
wat de laster doet.
Waldemar zonk in zijn stoel achterover
en verborg het gelaat in de handen.
Toen hij het weder ophief was Stübbecke
door het doodsbleeke wezen en den
dwalenden blik des jongen rnans ge
troffen.
«Je weet zelf het beste wat je van
dergelijke praatjes moet gelooven," liet
de komiek er op volgen met het oprecht
gemeende voornemen den ander tot kalmte
te brengen. Maar deze was daarvoor niet
vatbaar.
«Hahnenkamm belastert mijn zuster
om zich zonder dat hem zulks een
geldelijke opoffering kost, van ons te
kunnen ontdoen," riep Waldemar op de
tanden knarsend uit. «Maar nog heden
zal ik hem opzoeken om hem voor zijn
leugens te tuchtigen. Hooren zal hij het,
dat hij nog laaghartiger is dan een
slavenhandelaar en dat ik voor mij zeiven
eerst dan weer achting hebben zal, wan
neer ik niet meer in zijn dienst ben
o, mijn hoofd, mijn hoofd
«Zou je hem dat alles nu nog willen
gaan zeggen 's Avonds om elf uur
Geloof je dan werkelijk dat hij je zou
ontvangen Als je verstandig bent,
dan drink je deze bowl met mij leeg en
laat aan de anderen niets bemerken.
Daar daar komt er al een."
Door den in 't duister gehulden tuin
hoorde men iemand naderen, die
«Schep vreugde in 't leven,
Zoolang het lampje brandt
neuriede, 't Was de eerste tenor. De
man kwam weldra bij de verande aan-
gedanst en scheen in een buitengewoon
opgeruimde stemming te verkeeren. „Hij
had," zoo vertelde hij, «met zijn vriend
Schwebel ontbeten en daarna uitstekend
fijn gedineerd. tSchep vreugde in 't
leven! tot acht uur toe. Daarop waren
ze in een vigilante eerste klasse
geklommen om uit rijden te gaan
u Zoolang het lampje brandtBij de
Brigittabrug was Schwebel uitgestegen
om te onderzoeken wat de oorzaak was
van het oploopje aldaar. Maar de
eerste tenor had zich door het aanschou
wen van een malheur niet uit zijn aan
gename stemming willen laten brengen
en was intusschen naar huis gereden om
zijn overjas te halen. Hij had dien voor
zichtigheidsmaatregel minder om zijn chef
genomen die kon naar den weerga loopen,
als om het publiek, dat hem op de han
den droeg. En nu kwam hij daar om
Stübbecke, zijn besten, droefgeestigen
Stübbecke op te vroolijken;