Gemengd Nieuws.
Plaatselijke berichten.
Provinciale berichten.
De Neue Freie Presse verneemt dat er
sprake is van de aankondiging eener
nieuwe wijziging der kerkelijk-polilieke
wetten in de troonrede, waarmede de
Pruisische Landdag zal worden geopend.
Zij zou betrekking hebben op den terug
keer der geestelijke orden, met uitzonde
ring alleen van de Jezuiten. Klaarblijke
lijk zou deze concessie moeten dienen,
om het centrum gunstig te stemmen
voor de aanneming van bet legerontwerp.
Wat dit laatste aangaat zal nu Vorst
Bismarck er zich eens mede gaan be
moeien en naar verzekerd wordt, Heeren
afgevaardigden verbaren, dat hij de ver
werping als eene afkeuring zijner bui
tenlandsche staatkunde zal beschouwen,
waaruit natuurlijk eene ontbinding van
den Rijksdag volgt.
Vrijdag jl. begaf zich te Londen eene
deputatie van werklieden zonder werk
naar den heer Ritchie, president van den
Local Government Board, om werk te
vragen en te protesteeren tegen het wei
geren van onderstand aan nooddruftige
werklieden in sommige wijken van Lon
den. De heer Ritchie beloofde, de klach
ten te zullen onderzoeken, mits men hem
die schriftelijk overhandigde. Terugkee-
rer.de, begaven zich de werklieden, ver
gezeld van een talrijke menigte, naar
Trafalgar-square. Hen ziende aankomen,
sloten de winkeliers, van schrik bevan
gen, ijlings hun magazijnen. Aan balda
digheden maakte men zich intusschen
niet schuldig. Op het plein Trafalgar
hielden enkele werklieden toespraken,
waarin zij zich bitter beklaagden over de
ellende, waaraan sommigen hunner wa
ren prijs gegeven. Men moest maar tot
geweld overgaan, riepen sommigen.
De Ilaliaansche regeering heeft te
Berlijn torpedobooter. besteld voor een
waarde van 0,000,000 mark.
Prinses Latitia Bonaparte, dochter van
Prins Jeröme Napoleon en Prinses Clotilde,
zuster van Koning Humbert, is verloofd
met Prins Roland Bonaparte het huwe
lijk zal na Paschen voltrokken worden.
Men seint uit Washington, dat eenige
leden van het congres, met Randall aan
het hoofd, de middelen besproken hebben
om een verlaging der rechten op de tabak
te verkrijgen, zonder het beschermend
stelsel te raken.
Onder leiding van Henri George, die
door de socialisten tot nmaire" was ge
kozen, is een socialistisch orgaan uitge
geven, getiteld de Standard, met een
hoofdartikel van Henri George, over »de
inmenging des Pausen in de politiek."
Hij verzet zich tegen het gaan van den
pater Mac Glijn naar Rome. «Houdt een
Amerikaansch burger op zulks te zijn
omdat hij priester is?" vraagt hij. «En
moet een Amerikaansch burger, omdat
hü priester is, rekenschap van zijn daden
geven aan een vreemde rechtbank?"
De Chineesche Minister van Buiten-
landsche Zaken heeft toegestaan 25,000
dollars schadevergoeding te betalen aan
de familie der Amerikaansche zendelin
gen, die bij het Ching-Kiang oproer om
kwamen.
De dienst in de Remonstrantsche
Kerk wordt Zondag 16 Januari waarge
nomen door Ds. P. H. HUGENHOLZ Jr.
predikant te Amsterdam.
Donderdag en Vrijdag e.k. zal de
Godsdienstoefening der Vrije Ger. gem
geleid worden des namiddags 6 uur door
Ds. De Vries van Grafhorst, en Zondag
zal in diezelfde gemeente des voormid
dags half tien en des namiddags vijf uur
optreden den lieer Werner van Amsterdam.
Bij voldoende inteekening op de
dezer dagen circuleerende lijst, zal door
het Amsterdamsche tooneelgezelschap van
den heer A. v. Lier aan het einde dezer
maand in Amicitia eene voorstelling wor
den gegeven.
zulk eene werkzaamheid alle gevoelens
door leeglooperij ontstaan, verjagen en
daarenboven was het mrjne plicht de
middelen te verdienen om mijne oude
moeder, die in een plattelandstadje leefde
een goeden ouden dag te bezorgen. Het
was mij een genot hieraan te denken,
kortom, ik besloot het aanbod aan te
nemen, hoewel niet zonder dat een in
wendige stem mij zeide dat ik een ver
keerde daad beging.
Dit was het moment, lieve vriend, viel
Magnus zich zeiven in de rede, dat in
de geschiedenis van der. misdadiger
voorkomt, het kritiek moment waarin
men nog willen kan en, tegen beter
gevoel in, niet wil. Voor dit moment is
men verantwoordelijkwat later komt,
volgt uit noodzakelijkheid even als de
waterval het bootje inedesleurt, als het
niet ver genoeg boven den val heeft stil
gehouden.
Niettegenstaande alle kalme voornemens
\erd ik er toe gedreven om te hooren
wat Manuela van het nieuwtje zeide. Ik
ging wat vroeger, dan ik gewoon was
tot haar; doch het booze toeval regeerde
dezen dag. In plaats dat ik haar, zoo als
altijd, alleen vond, was zij ditmaal zeer
druk bezig, in den koelen benedengang,
met een groot keukenschort voor, en
omgeven door een regiment flesschen en
Aan begunstigers der yereeniging
Dorcas, werd onderstaand kort Verslag
over hare werkzaamheden in het afge-
loopen jaar uitgereikt
De Vereeniging ontving aan jaarlijk-
sche bijdragen, vrije giften en contribu-
tiën der werkende leden de som van
f 578,26.
Het was haar streven, die som op de
beste wijze te besteden en zooveel moge
lijk in de haar voorkomende behoeften
te voorzien.
Gedurende het jaar zijn door baar 40
kraamvrouwen bedeeld en heeft zij den
dringenden nood van enkelen trachten te
lenigen, terwijl aan het einde des jaais
bovendien door haar aan 228 huisgezin
nen uitdeeling is gehouden van
335 Hemden (mannen, vrouwen, kin-
der). 88 Lakens, 48 Dekens, 156 paar
Kousen en Sokken, 12 baaien kleeding-
stukken.
De belangen der Vereeniging worden
bij hare gewone jaarlijksche inzameling,
die in deze maand zal plaats hebben, op
nieuw beleefdelijk aanbevolen.
Door de arrondissements rechtbank
te Utrecht werden jl. Maandag de na
volgende alhier wonende personen ver
oordeeld tot de daarbij vermelde straffen
K. de G. beklaagd van opzettelijke be-
leediging van J. R. huisvrouw van W. H.
tot f3.boete, subs. 3 dagen hechtenis.
J. J. en H. v. G. beklaagd van strooperij
door het weghalen van doornstruiken
onder Stoutenburg begaan, beide vrij
gesproken.
- Aan het rijkstelegraafkantoor al
hier werden gedurende 1886 ontvangen
8884 telegrammen, verzonden 9350 ter
wijl het aantal overgenomen en gewis
selde diensttelegrammen respectievelijk
786 en 180 bedroeg. Op 1 Januari 1887
werden verzonden 13 en ontvangen 34
kaarttelegrammen. Op gemelde datum
was het tevens 25 jaar geleden dat het
kantoor alhier werd geopend.
De zangvereeniging der Amersf.
Afdeeling van de Maatschappij tot bev.
der Toonkunst zal op Donderdag 20
Januari a. s. in Amicitia eene uilvoering
geven.
Dezer dagen is verschenen het eerste
nummer van den zevenden jaargang van
het Maandblad der Vereeniging tegen
de Kwakzalverij. Een exemplaar hiervan
wordt gratis toegezonden aan elk die
het aanviaogt bij den uitgever H. van
BELKUM Kz. te Leeuwarden.
In dit nommer worden meer of min
der uitvoerig behandeld: Painexpeller
Miraculo-praeparaten, Tand halsbandjes,
Maagpoeder, de vergiftige Haarmiddelen,
llomeriana. Revalenta en het zoogenaam
de Racahout der Arabieren, terwijl ook
de samenstelling van de middelen van
graaf Mattel, de Peschier-pillen tegen
lintwormen en het dronkenschapsmiddel
van RetzlafT wordt opgegeven. Wie over
een dezer middelen wenscht ingelicht te
worden kan dus donr aanvraag van een
gratis-nummer bevredigd worden.
Een eigenaardige handelwijze heeft de
redactie d'tinaal te baat genomen, om
hare nuttige waarschuwingen weer eens
in een nieuw kleed te steken. De laatste
helft van het Maandblad voert namentlijk
een afzonderlijk opschrift, luidende: Hel
Schertsblad, of hoe een Courant van en
voor Kwakzalvers er zou kunnen uitzien
Dit gedeelte bevat een hoofdartikel, bin
nen- en buitenlandsche berichten, adver-
tentiën enz., alles alsof het door kwak
zalvers ten behoeve van hunne tegen
woordige of toekomstige vakgenooten
geschreven was, natuurlijk zoodal het
doel, de bestrijding der kwakzalverij ook
hierdoor wordt bevorderd.
Utrecht. In de Nicolaaskazerne alhier
werden dezer dagen op onderscheidene
plaatsen gedrukte blaadjes gevonden, op-
bussen. Met behulp van tante was zij
bezig om de ingemaakte vruchten bij te
vullen. De kleine Isabel stond er bij en
hield haar zwarte oogen, die zoo sterk
op die harer moeder geleken, wijd open
gesperd van nieuwsgierigheid. Manuela
goot met de stille gratie, die ieder barer
huisselijke bezigheden tot iets beziens
waardigs maakte, het kostbare vocht uit
een zuiveren schaal in de flesschen. Zij
was zoo ingespannen door deze «heilige
behandeling", zooals Gerard ze noemde,
dat zij mij bij mijne komst alleen met
een knikje begroette. Isabel sprong op
om mij te omhelzen, stootte tegen de
flesschen, er volgde een slag en
«Zij is dood I Zij is dood riep Manuela,
knielde bij de tafel neder, vatte behoed
zaam de verongelukte flesch met abriko
zen op en toen het vocht er werkelijk
uit sijpelde, hield zij eene lange spaansche
lijkrede, die oorzaak was dut Gerard de
schouders ophaalde en fluitende het ver
trek verliet; terwijl hij vraagde of ik
mede ging.
Ik ging mede omdat men zich toch
niet met mij bemoeide en ook een uurtje
later bereikte ik op het terras bij de
fontein alleen mijn doel bij de tante.
Het goede oudje hief een woordenrijk
vreugdegejubel aan toen zij het nieuwtje
vernam, Manuela wendde zich af en
ruiende artikelen bevattende van dezelfde
soort, als er meermalen in het socialis
tisch orgaan vDecht voor allen", voorko
men. Al deze blaadjes waren gedrukt aan
de welbekende idrukkerija Excelsior te
's Gravenhage.
Door de politie alhier werd de
hand gelegd op zekeren A. G. onlangs
als winkelbediende door den parapluie,
fabrikant IJ. ontslagen, als verdacht zich
aan valschheid in geschriften te hebben
schuldig gemaakt. Genoemde G. had na
melijk bij eenige klanten van zijn meester
de gelden die zij bij dezen schuldig waren
ge'ind en daarvoor kwitanties afgegeven,
valschelijk door hem met den naam van
den heer IJ. onderteekend, terwijl de
aldus verkregen gelden niet werden ver
antwoord.
Bariieveld. De prijzen van het wild
waren de vorige week als volgt
Hazen f2.00 a f2.20, Konijnen 30 a
50 cent, Patrijzen f0.60 a f 1.10, Faisan-
ten f2.50 a f3.00, Korhoenders f3.50 a
f4.50, Eenden 80 a 90 cent, Duiven 30
cent.
Niettegenstaande de jacht gesloten is,
was de verzending nog zeer belangiijk.
Nijkerk, De Armbesturen der Ned.
Hervormden, der R. Catholieken en der
Ned. Israëlieten alhier werden in de
vorige week verblijd door de ontvangst
eener belangrijke gift ten behoeve hunner
aimen.
Veenendaal. Onder de landbouwers
in de Middeubuurt en Honzennelleboog
wordt een adres van den raad van dit
doip geleekend, waarbij zij verzoeken,
bij de toenemende onveiligheid der buiten
buurten. de houders van honden, die
dienen tot bewaking van erven, viij te
stellen van de betaling van honden-be
lasting.
Doorn. Op uitnoodiging van de af
deeling Wijk bij Duurstede van het Ge
nootschap voor Landbouw en Kruidkunde
in de provincie Utrecht, zal dr. Mulder,
van 's Gravenhage, den 20 dezer maand,
ten 6 ure, alhier, Donderdag 13 Januari,
ten half zeven, te Amerongen, en a. s.
Maandag ten zes ure te Wijk bij Duur
stede landbouwvoordrachten houden.
Keizer Wilhelm's staat van dienst.
Keizer Wilhelm is nu tachtig jaar
soldaat, heeft in die lange periode heel
wat merkwaardige wapenfeiten meege
maakt, ging een tijdlang door voor een
der knapste officieren van zijn leger, en
heeft dan ook een merkwaardig gevul-
den staat van dienst.
Op Nieuwjaarsdag 1806, na den slag
bij Jena, op het oogenblik dat er om
zoo te zeggen geen Pruisen meer be
stond, gaf de koning in het armoedige,
droevige oude slot te Konigsberg aan
zijn derden zoon Wilhelm de uniform van
vaandrig, met de woorden «Ik geef u
die vandaag, omdat ge dan op uw ver
jaardag geen nieuw pak kleeren noodig
hebt." Het koninklijk patent werd eerst
op 22 Maart den prins overhandigd. Hij
lag toen te Memel ernstig ziek aan typhus,
en men meende dat bij de gevolgen der
ziekte niet zou te boven komen. Met
Kerstmis kreeg hij als feestgave den
rang van tweeden luitenant; hij leerde
den dienst bij de grenadiers te Konigs
berg, en toen in 1809 de koninklijke
fannlie weer Berlijn binnentrok, marcheer
de de jonge prins aan het hoofd zijner
compagnie. In hel park van het kasteel
Babelsberg kan men nog een loopgraaf
zien, die prins Wilhelm destijds onder de
oiders van majoor von Pirch gegraven
heeft,
In 1813 kon de prins wegens zijn
zwakke gezondheid zijn vader en broeder
niet naar het leger vergezellen. In Juni
werd hij tot luitenant benoemd, en na
zocht een langen tijd tusschen de kloen-
tjes, die in haar werkmand lagen. Daarbij
zag ik niets dan een klein stukje van
haar wang en het kan best zijn dat ik
mij alleen verbeeldde dat er een blos
op lag.
Toen wij alleen waren vraagde ik
haar of mijn blijven haar aangenaam
was. Zij zag mij aan en zeide op dien
rustigen kouden toon, dien zij soms kon
aannemen«Ik heb er u niet toe aan
gespoord. Hoe kan men hier in dit leelijke
land blijven, als men vrij is om ergens
anders heen te gaan."
Dan zoudt gij dus ook gaarne van
hier weg willen?"
«Gaarne?! O! er lag eene onbe
schrijfelijke uitdrukking in dien uitroep,
zij sloeg verlangend de oogen op en
zeide verder: nik zou liever naar mijn
land terugkeeren om er te sterven, dan
hier vele jaren leven."
«Gevoelt ge u dan ongelukkig Manuela?"
«Ongelukkig neen, Dat is immers
slechts zeer natuurlijk Dat zal een ieder
zoo gaan."
Meer kon ik niet uit haar krijgen, zij
bukte zich weder over haar handwerk
en ik ging heen om de kamers te huren
die tante mij had gerecommandeerd. De
tuin die bij die kamers behoorde was
alleen door eene heg van Gerard's tui
den slag bij Leipzig, in November, tot
kapitein In December stond uien hem
toe, zich bij het leger te velde te voegen
en op Nieuwjaarsdag 1815 woonde hij,
aan de zijde van Blüchcr, den overtocht
van den Rijn bij. Bij ,den slag bij Bar-sur
Aube werd hij met een terrein-verkenning
belast en kweet zich van dien post zeer
tot tevredenheid zijner chefs; hij ontving
het IJzeren Kruis, en van den Czaar de
St. Georgeorde, waarvan hij thans de
oudste ridder is. Bij den intocht te Parijs
werd hij tot kapitein der garde be
noemd.
In 1815 ontving hij het brevet van
majoor, maakte den veldtocht in België
mede, trok weer Parijs binnen en narri
te Berlijn deel aan de overwinningsfees
ten. De volgende jaren brachten hem
spoedige promotie; kolonel, generaal,com
mandant van de eerste devisie der garde,
commandant van liet eerste leger-corps,
luitenant-generaal en reeds in 1838 gene-
raal-commandant van het garde-corps.
Bij den dood zijns vaders werd prins
Wilhelm «prins van Pruisen". In 1849
voerde hij het commando over het Prui
sische legercorps dat tegen de Badensclie
insurgenten moest optrekken, en na de
capitulatie van llastadt werd hem de orde
«pour Ie Mérite" uitgereikt. Koning Frie-
drich Wilhelm IV, de Romaneske vorst
liet zich al zeer weinig aan het leger
gelegen liggen; prins Wilhelm nam dus
het bestuur over de militaire reorganisa
tie op zich in 1854 werd hij veldmaar
schalk.
Op Nieuwjaarsdag 1857 werd met
grooten luister het gouden feest van
prins Wilhelm's intrede in het leger ge
vierd het feest werd als iets zeer bui
tengewoons beschouwd, het is dertig
jaar geledenAan het legerhoofd werd
toen een zilveren schild en helm «wegens
aan het leger bewezen diensten" uitge
reikt; en toch had hij toen zijn eigen
lijke carrière nog niet begonnen; eerst
vier maanden later vond men in Frie-
drich Wilhelm's krankzinnigheid aanlei
ding om aan prins Wilhelm het regent
schap voor een periode van drie maan
den toe te vertrouwen.
Nauwelijks had de prins het regent
schap aanvaard, of hij omringde zich met
beproefde militairen von Manteufifel werd
hoofd van het militaire huis, von Roon
werd naar Berlijn ontboden, von Moltke
de eenige die van dit drietal nog over is,
werd tot chef van den generalen staf be
noemd, welke waardigheid hij nog be
kleedt. Het regentschap werd verlengd
totdat de koning stierf. Toen werd prins
Wilhelm koning Wilhelm I en riep von
Bismarck tot zich; het was liet begin
van den strijd tegen het Parlement, waar
van het onderwerp zoo vaak de belangen
van het leger betrof. De koning ver
klaarde in dien strijd, dat hij het desnoods
zonder Parlement wilde doen: «Ik heb
besloten Pruisen te versterken, opdat
het de plaats kan innemen, welke zijn
verleden het aanwijst, wanneer het een
machtige militaiie organisatie bezit."
De veldtocht in Sleeswijk-Holstein
maakte de Koning niet mede; na de
inneming der Düppeler-Schanze ging hij
echter naar het leger, hield te Sunduertt
een wapenschouwing en trok aan het
hoofd der zegevierende troepen Berlijn
binnen.
In 1866 nam de koning deel aan den
zesdaagschen veldtocht; op 2 Juli was
hij te Gitschin en op 3 Juli te Sadowa
driemalen zag hij het Pruisische leger
op het punt van te wijkenVou Moltke
kwam hem zeggen, dat het geen half
uur meer duten zou of de nederlaag
was beslist. Maar dat half uur werd
goed besteed; aan het eind daarvan
stond het leger van den kroonprins op
de hoogten van Chlurn en het lot van
Europa was veranderd. Oostenrijk had
den slag verloren en Frankrijk was in
de nedeilaag begrepen. Op 30 September
trok de koning van Pruisen weder Bei lijn
binnen; op Nieuwjaarsdag 1867, toen
hij het zestigjarig feest van zijn soldaten-
loopbaan vierde, stond hij aan het hoofd
gescheiden. In die kameis bracht ik nog
voor het avond werd de weinige bezittin
gen aan kaarten, wapenen, instrumenten
enz., die met mij de halve wereld waren
rondgereisd en nergens langer als zes
weken rust hadden gevonden en het
was mij vreemd na zoo vele provisoria
hier tot een definitivum gekomen te zijn.
Dit gebeurde in de eerste dagen van
Juli en nog vóór dat de maand half
vervlogen was merkte ik dat alles bij
't oude bleef en dat men de liefde niet
ontloopt als men de geliefde niet mijdt.
Waarom zal ik u bijzonderheden uit
dien tijd verhalenvoor den afloop der
geschiedenis zijn zij zonder beteekenis
en daarbij nog is het het oude en 't
zelfde liedje van twee harten die onher
roepelijk aan de machtigste betoovering
die op de wereld bestaat ten prooi zijn.
Nu was ik niet schuldeloos meer, even
als in het beginer begon een toestand
van stilzwijgend hopen en wenschen van
den eenen dag op den anderen. Manuela's
argelooze kinderziel was niet gewoon te
berekenen en af te meten, zij had tot
nu toe hare ingeving vrijelijk kunnen
volgen en ik die 's werelds beloop kende,
ik kon niets meer tegen mijn vurig
verlangen. Het bootje ging met den
stroom mede. Het werd rond ons beiden
als 't ware zoeler; ik sliep des nachts
van den NooiJduitschen bond, en had
Pruisen vergroot met het koninkrijk
Hannover, het groothertogdom Nassau,
Keurhessen, Frankfort en Sleeswijk-Hol
stein.
Daarop volgde de Fransch-Duitsciie
veldtocht en de koning van Pruisen werd
te Versailles keizer van DuitSchland op
16 Juni 1871 trok hij nogmaals zege
vierend Berlijn binnen. Iedere kleinigheid
van liet leger is hem belangrijk hij is
van den kazerne-dienst even goed op de
hoogte als van de manoeuvres der groote
legerkorpsen; hij zou kunnen zeggen,
zooals Frederik de Groote: »De wereld
rust niet veiliger op de schouders van
Atlas, dan Pruisen op zijn leger." In 1871
schreef hij boven het vredestactaat«Aan
leger en vaderland hartelijk dank, Wilhelm"
Onze visschers in -wintertijd. Sche-
veningen, het nijvere visschersdorp, biedt
op dit oogenblik een geheel anderen aan
blik aan dan in het overige gedeelte van
het jaar. Alle visschers zijn aan wal en
de schuiten staan thans alle, in schier
eindelooze rij, hoog opgetrokken op 't
strand. Bij groepen komt men thans de
kloeke zeelui tegen in hun eenvou
dige plunjedonkerblauwe lange jas
over een grijsblauwen wollen borstrok,
lakensche pet op 't hoofd, sneeuwwitte
klompen aan de voeten, en het onmis
bare stompje pijp in den mond.
's Avonds komen de jonggehuwde
vrouwtjes en meisjes ook een luchtje
scheppen op de zoogenaamde »zaal", een
gedeelte van den hoogen weg van de
Promenade tot de Keizerstraat, en de
mannen en jongens mengen zich onder
haar, terwijl door de meeste ongehuwden
de beslissende keuze voor 't volgend le
ven daar wordt gedaan.
Dat er veler, den grooten stap wagen,
getuigen de talrijke paartjes, die dag aan
dag in 't huwelijksbootje stappen. Tegen
2 uur ziet men reeksen rijtuigen, waarin
al de familieleden van het bruidspaar
het jongste lootje tot den oudsten grijs
aard allen in zondagspak kerkwaarts
rijden en voor de winkeliers, vooral de
suikerbakkers, is het thans de beste tijd.
Ook 's Gravenhage heeft er wel profijt
van. Vele winkeliers geven aan de huis
moeders langen tijd crediet, en als
't Kerstmis geweest is en de visschers
hebben afgerekend, worden zij trouw
afbetaald en zijn opnieuw volgaarne be
reid de mannen en jongens van de nood
wendige zilveren sigarenpijpen, tabaks-
doozen en gespen, en de vrouwelijke
sekse van zilveren of gouden kappen,
spelden, eau de cologne-flesschen en reuk
doosjes te voorzien.
De Scheveningers zijn verzot op uiter
lijke praal; aan de Zondagspakjes mug
niets ontbreken, zoolang'tmaareenigszins
kan. Trouwens bij 't huwen wordt niet
minder goed gezorgd voor een netten
inboedel en een goeden uitzet.
Over een maand of wat is de pret
weer uit. Dan steken de schuiten weer
van wal orn, in afwachting van het ha
ringseizoen, op versche visch uit te gaan.
Tot zoolang echter is het rusttijd en staat
de vaardige waterschout steeds bereid de
monsterrollen weer te doen leekenen.
Tot dusver zijn reeds een kleine dertig
tal bemanningen toegetreden, en men
mag verwachten dat het voorbeeld spoe
dig nog door vele andere zal gevolgd
worden.
Het weekblad De Huisvrouw vestigt
de aandacht op de cursussen in het koken,
die gedurende de te Amsterdam te hou
den tentoonstelling van voedingsmiddelen
zullen worden gegeven, en zegt aan het
slot zijner beschouwingen
«Uit deze opsomming blijkt de groote
belangrijkheid van dezen cursus. Wij
zouden wenschen, dat alle jonge huis
vrouwen en alle volwassen meisjes, die
eenmaal huisvrouw hopen te worden,
dien konden bijwonen. Natuurlijk zal
niemand beweren dat deze leergang van
vier weken voldoende is om haar vol
komen op de hoogte te brengen van de
bijna niet en mijne hand beefde als ik
die van Manuela drukte, ik hing aan
haar lippen als zij het kind kuste en
maakte mij duizenderlei voorstellingen
wat het zijn moest zulk een kus te ge
voelen. De gedachte dat zij niet mij
maar den anderen toebehoorde drong
met ontelbare angels in mijne ziel; ik
onderging de straf die op zondige liefde
is gezet, van den beginne af aan, niet
tegenstaande Manuela's oogen, die geheel
anders konden spreken dan die van
andere vrouwen, menigmaal zoo volkomen
zelfvergeten op mijn gelaat gevestigd
waren, dat mij een vreugdevollen schrik
om liet hart sloeg. In plaats van haar
vroegere apathie of harer kunstmatige
onverschilligheid, waarmede het arme
hart zich in het begin wilde «erdedigen,
was eene zoete, meisjesachtige schroom
gekomen en ik was er zeker van dat
mijne gewaarwordingen werden gedeeld.
Meer dan eenmaal liet ik mij verleiden
om in het donker onder de veranda
hare hand of haren arm met hartstoch
telijke kussen te overdekken en woorden
te fluisteren die geen deide had mogen
hooren.
Wordt vervolgd.)