Zestiende Jaargang
T.jïï^v-- -i-'U-i.
^nPgiutodifiisO
PftBftrWi/r 30 wpve"ll,er! l887"-
Jaecn 9[/((jino/l snielil Jarf
ttT
IBPjf
rlltóW .Ij b ll>\ M.U).'dl
ei JL'aihjt-Tsib «-b job ,M«bas
099!?
Ineg
Ij: II\y. lo u-s ,-joI)
i9 j' 9iw tooV
JIKI WA'f
(JM Tfc'K'ifr/btj
/flPOSÏ HA
eb ioov
f9Jtijisqo
tn^moii9giKt w
.0 ipJ<5
BINNJENLAND.
Ï5ÏÏTT nob ïooiï Iwioov/'j'i eiort
Js,1— n,De correspondent te Londen der
Sj)A.&98em|:,Bb .nawuoiJi j
Vóór de -jury tfl .Pover uitspraak deed
betreffende de oorzaak 'van den dood der
y^p^ronken schepelingen van de Scholtqn,
zeide "de Coroner nog, jp zijne opsq/o-,
mine der feit,endat van straf bare nala;
frghVid aan de zijile van de Schollen
nóch tan de Roia ~Mècty gebleken is.
L^itjfggppamdeJiad, kwee lichten, hetgeen
de officieren van. de.Schollen kan misleid
heBoem 'Stellig is het zonderling, dat
eenig gezagvoerder iéts'tbé heeft gelaten
in strijdt fltdt i'de. vQopSGbiiften,
De Coroner ve^klparije vqorts, vap
oordeel 'te zijn 'dat de vergissing dei-
officieren van de'Schollén oorzaak is
.aaovaritig.lj De belande
steVke zeestrooming was hun-- blijkbaar
onbekend, ook werd na de aanvaring
niet alles pp de gehalten gedaan tot
van mercschenlevens," \vaarby een
jr^y-kd pprnerkte, .dat eene mailboot
feïi $ïhWeni fytySl
ima (ISJ 50 fj <a frsj - I I' MUI .rr
mtfi ffeb/ev^n'^n^, de aanvariiig,.-De(
;«?pige¥ien de,
oordeel d&jflj nopgijs^den ^joestand
vari de sloepen geen practisehe^ waarde
Doodig, er op teigioijaen, dat er vele
noodlottige misverstanden ontslaan d$Of
vil^Md^jopiy.liBfQ dAir «flQdaigga&n
mMEdi Mftf, ttöfuumwl
ucfijR georeKeii is. IJoorgaans worden
twïm l?lP^l»t?flfl]dle. fifil'l«Fl .Mvqenj
A|chi (y>p ,dp^ kpsf^i)! genomen ,-vyorj
fefoo'ïm1 I#iio^86v%^98fevawft%(iyfi
trekken. De Coroner zeide te nop^^-^gt
de rampn, v,ap.,c|?y(/St/jol(g^, ,dSj
regeei ing moge nope^.^ipj hare, te.daeii,
ten einde de aanneming te' verzekeren
van bepaalde signalen door in nood ver-
ke^fdf ^ciiep.e^-ippx injep, .nu&versuran
kunnen r R
De gezwórejièr, dpdjéni daarop de vol
gende uitspraak:
Dat devyënbrink fag (hééft-pfaa'ts gevon-
asrivaupg,def.,Sui?o(/eri rnpfi
de Rosa Mary, terwijl dezegeankond.
lag nabij Dóvéf. De gezwóreSien oordeel
den dat de kapitein en de officiëren' déH
Scliolfën eene fout hebbel), begird1!) 'dóór
gëfé'rekening te' hoüifeéf jriet'ltlé1 stérke'
slfPofflAifig der zee, tb'^n"'Zijbeproefden
de Rosa Mary vporbij té'stoomen.' De
jury prijst de menschlievetide pogingen
van den kapitein en rle bemanning van
het stoomschipEbró,' waardóöY veel
mèiischènlevens gééed zijn. De Cöioher
depd dé jury opmerken, dat dé nalatig-
b'ériPyer officieren van'de Schollen alsóog
onbewezen is, en ried d<-r jury aan, de
bekliésing over dit pubt'liéVér aai) ónde
ren over te laten. Op grtrhtb'IVatl' dèzeii
raad SivéW dé dêébetréheóde zinsiièdé
uit het verdict Weg'^èiilb/b. Be 'Coroner
dééd Uti$ dé' noodzakelijkffeiÜ uitkomen,
dat in gevaar verkeereride schepen n'ó'od^
signalén bezigen, welke elk misverstand
fjrejHuifëiit?- n T8 snoabnimronma
Dé Coroner te Folkestone 'opëhde
Zaterdag' bet onderzoek bétVéffènde 'tyvee'
aangéfpopTrfe lijkeït0'vafr'''sélfip%1r&ukènn-
gén. dep S.chplten, waarvan de een bij
zich droe;"
in pip
kestope tféëct 'UitspraaK .tnjyaejrtZ'ertdep
als 'oré te'Doter. Hét CoroPerS-ondeVzoek
te Deal wórdt'HÖig vppi terzet.
Verscheidene léifeé'der jary'te Dover
merkten Zateidag ifógl>bp, ""dat reeders
van particuliere schepen gebruik maken
van veterppjepde .■pr*|ur.p(jlep^- verdool
de venj|gnra(ig iyeuné'-èitór® övoi <if. De
Coroner^zeide nog, _dat de getuigenissen
nopens den toestand der rboo^n de
Schollen zeker otïgftnJflg' luiderf. De
booten; rfdiiBtéÓ Snpdp^tlbv^ijtóssehakt
worden, terwijl er hechts twee beschik
baar warem
.31 Aivi XU3-i
Zaak WUIiuk Ketjeu.
Het volgende aVïré's is" voptn!pe/iigé
dagen verzonden aan de Tweede Kamer
der StatVibCfeneiaaF: 1 1
ikGevtft inébóvetischuldigriéll eérbietl nte
kennen, Willink 'KetjetijnWillem'Bvebhard"
dat bij, nu drie jaar geleden, vol ver
trouwen, een- beroep deed op het recht
vaardigheidsgevoel der Nedérlairdsche
volksyei tiegepwoordiging, jhcj^ beklagende
over ftaude, wetschennis en, roof ten zij
nen'nadeele gepleegdV fd
daf-die volksvei tégeinvtfób/di'gftl^ 9(jem
1' a jiar later afwees> als ongegrond: in
zijne beweringen;
H
dat de Nédérlands'che Regeering hem
daprna, persoonlijk door taSsdhe'nkojTist
van eéri Kamerlid'en schriftelijk officiéél
dé toez^pgjng' deed èen'er plaatsing in ci-
vièfptl' 'dierU^*11 nM.'
dat adressant bert dergelijke officiëélé
toezegging reeds' eenmaal' in Indie ontj
va'ngén héhbendè, 'ép.liiet.op tfleurgèstelcj
dit nuJiyyé'd!ér'!w*ei-dfd''"
I 'dat hij"l"aoor"',gëè'A""tllérWel 'bevenof
dïiTvem'"géV'érffn'^élk' 'geval 'dVdr
herhaalde schending van gedane bétóften'
tot liet uiterste gebracht, de Regee
ring tot eenérésultaat trachttffHe provo-
ceeren doi»r. badr met een hondenzweep
te bedreigen;
dat de Regeéfjng hem hiei-ppjkip nieuw
beloftgn' dêéd: V,;'-.
dat adresiant; ofschoon geen vertrou
wen meejelhebbende in het-tf^^jsgevoel
Her Nederlandsche Regeering, toch zijn
laatsfè hoop nog gèvést'igd'hield dii'hhar
lÜHiialKigfréid;'''<;rl dbb»
'dkF'ó'ok'^it nóg'lé Veel bleek,"éd 'tH^
Regeering, uit overmaat van latligitighéili;
hiVe''b'élóftén' ophléitW 'schond;
'dóf, hü in'dé KéVnér dezë lafhartigheid
èn 'vUh' al'adrestóafnt's beychul'dTgj'ngérl'
li'ez'e alléén'gëloo'éliend wérd, en daar
door een blaam g'eVrdt^n' is op adrès-
sdrtfs'-^Vheltfs'ffdfad; ''"I. ó3«?»'^0
II thijJHWlfè nMlélF Ü8T11AÏbliUH1 id'VeVd
ddtfigdh'y1Ugéflo!i>ëi';''1eéh'Volksv'érteg'é^-
woordiging. welke .niet, ov^fiut^r|? »'wiV!
brijtfjjabV;5ToniH^tzijiu
déhó'éébftttsftlred'èfins vafi'deii Minist'ér
dtf'RiJlótfiêri''Taafl Hvil-'ddiéskati't Ópm'ed-
ken:
ifliJllOdl-:
it ópmpr-
1M-5 fl >i (i i
1 T'S.' Iliib, UVafJijeerddie be/frélgfn^ n\et
rtild'pï^aW 'f^bRdl'1 hij iiVë't' k'ójt dmg'éni'ó/
dig'd1!Wöiilën' dti'oRJdè'n hóófd'éód'itilêsai is
tktl"flofi'iiej órrblladb1 fiiebüit,lt'è'Vbe/eh-
dfij* tóèVr'hlj1 di!t^tiiiibKvfWè',b'éiövéri, hij
ibÖèfls''S|Kétóè)ehl<)b'ëkéHli Ts"^ géspVv'eiK
leerd en achtervolgd werd" d'tfoé'jtóIitfé-
Sgéfrtert,' dié' Rèin é'elTS tot de Witte
dociëtéVr'è'fi'CRt 'aóó' 'het JRprjinlib'rl 'véf!
Vbldrférij"1 na»» S0"11''-3» "(jlabsi b^og 1199
iJl2e3Edaf fiél' liti?s"VdR'dèh Jïir)isiéé''vdl)
Koloniën van af dien tij'd'clohF poliïiêfaéétf-
tien' btiWééki 'Welaïj1 '""1038 ,ol
RbraiR" hdfesi'ahtj' vóöbbij deii'ltlftils^
in 't publiek bedreigde, bij dezen asfti
het Ministerie gewéést is en den kaïper-
bewaartièt heeft toegevoegd: >Zeg den
Minister, dat ik hem in 't publiek met
(tézé'hbndéfizweépédé 'triij"!toebeho'ai!e?ide
sjeb VS no i)Y neb 00 hji utbev/gncs
stukken zal affischen, en hem latei-
den toegang tót het Ministerie door den
kamerbewaarder én den portier, op last
van den Minister, belet werd;
4e. pat adressant den generaal van
der Schneck en den heer van Gennip,
even vóór den Minister, die hondenzweep
liet zien lüetide yvooidpn: udaar. gaat de
eer van :t Indisch leger," «ziedtlar hét
recht itv Nedet land."
5e dat: hij detj' 3en November jl. een
oproeping jjulving. om te verschijneu
voor den irpchtei-c.ommissariï,,! als over-i
dSchte"; en hij, in do hoop eindelijk ter
verantwoording geroepëü Jte worden-,yoór
zijn openbare en zware (.beschuldigingen
van rpofwet^chfionig, fraude en. woord
breuk,; Van dien^rechteo de mededecling
ontving, dat van dit alles geougaprake
mocht zijn, en hij. enkel zou gehooid
WóWIen over de 'gékcTijféd'éivIs dt'r honden-
zwéep, 'Dat' adfëks^nft '-'aié'^è'étMédêhïi
toen naar wairhéidl nWUeSwHS.' doch
téÜéhs 'hóórde dgt Zij' dóór dëii Minisïèr'
zoo verzachVèYi'd "'Was"VhoWjesiëjd, dat
dè'-i réchter1 zé'lfs ni'ets vón' de aanklacht
-goKC fi.'.OVH o»T->;»d
'cRé' d'lt',"t'éVwïjl'',di'é aariklarlit van der,
rninistéF' ribd" bn'dert Veéh't'^'r aanhangig
was, door deri' eerster) in de Kamer ver
klaard wei'M,'1d&'t' diebedreiging tej
8ofe'JRél,BVrèlrlitóyi[jif]igi-:— 'WAvaul- was en
adressant, als ''ltjireii'de'^d^'l m'ó'Vimilahïë,
uiet toerekenbaar syas^ycipr zijn heschul-
m 4fi.'8egeer«githe«imi
jpodejudpn RjiR^illeni hejpe.u. ,j
ji7e dat ,adr^fap4„-^1,,waiW5 ?tjpde .rrb
die Rege'eriiig zoo bij „heyRailjng ^waar
beschipdigd -ey-rr, ,fln vfS?r grof
beleedigd,R^pfjt,y(jlat er van medelijden
irp^tj jaein-geen sprake kon of mocht zijn,
en hij dit ook nimmer gewild heeft
Fooals blijkté uit zijni'Vé^fechilletide—ge-
seliriftón 'én het aflvijzèn huntrer ■peisooé-
Ii)tedhu4p.0'ii)0v -«h ui Jail ncv nazei ld
Se datj-dd bewériilgfivafiddfen Minister
-als waat •haUiierfi'iéndie'J-'i dus 'ofat' adres-
sant niet gedreigd heeft en lijdende' is
kah rtidnonóünie --H dei'houding dier Re-
pèerfng afechuWélijk''wordt';:: welke dan
eelt'-niets: misitöendeilijdeh'ddobr'ipolitie
deed achtervolgen, zóó, dat'zijn uketnusr
sen en de dagbladeh ibimagionf'-^nofest
aatilKékendeü, w dettegenover hen') aan
gegane béloften uftrrtedelijden dan
aanhoudend geschonden 'werden';
dat uwe Kameéj ditaljeé, erl veuhmeer,
.l ui") d ei looit Ji;Q ,uind-J r - ja:-
als juist aannemende en goedkeuren
de, dat een beroep op "haar hearitwooril
I r' I -- 1
wordt met schande en krankzinmgver-
klaiing geen aanspraak meer l>al1
maken, dat nog eenig Nederlander zielj
tot haar kan of zal wenden om recht-
dat adressai.it nu recht zal zoeken op
andere wijze uwe Kamer voor de^ ge-
ofgen aansprakelijk .stellende, en liet
ëi'landsche. vplk 'lot getuige nemende,
't Welk doende,
j,wrl g.) W. E. Willink Ketj^n,
In ee.fi, open brief aan het fjpd^plandy
f.che vojk, zegt df heer Willink Ketjsu;.
ij^Ngdetmiider^l^ u -.i* m ui.b'la
Uit de Kamerdebatten, fid, 17|.,Nidy£UVl
ber.jj.j ove.i genomen d.opr dp verschillende
ilagbludet), bept ge gezien hop hef gey
stelrl js mét ile hevye|.i|(gen, voorkoii)fjid,^
'"nipiil1 yja^tjsndjb
Mijne voorstellingen zijn daarbij loiaaj te
iiiut .gepaan, en de rollen geheel ver-
ander^ D.e flegeering heeft nu eyu zeer,
^QQpe. xol,: z.y is de weldoende fiflgel
ge'w.^dep^ \yglke haar jpedy|ijdejjjtg J^ajuJ
IieeTt wjl|eii mtsti.eljkjui, tyjh pen goalie, u
uatuurgeppot op te heJjlpp^ ik ben
een ..aterliflg^:-yypl^eoiu die toegestoken
T?fr;teda sb.Jeb ,Jues "'R .nóbuotl jJ
P-lï-.ï8r;aFjlerl, efihRir ,.ptqtsJ1,aanIJ1hp|,
P0.lo.'npiiymyn.dtandRUUt, .^gjlprlpp-
landers, en meer dan ooit niRet ,ge bj.uyep
a^pd.ripge.Pupi) replit, .Cje ,/,tjl dij,.ppn j de
Reg^eping ve/scRyjdigtj. Dgze ^ag. tligf
'HIK?.?- A1'1 .JgeyfWfh' vei luqgrj'i hcj^,
Wjtm ge in. de npeentngLyprr
éPfé^fi A?1, 'k V^PlRelijkt ymodtyofti
Hns HMVi^Wn§Sïft) 'iiej.ljjjuf.i^yen
ei nog te rn'eer op aair'ltJugt^.yinL.tJanrf
dpótyfiet.,onecht d-Cj;, Rpgeeiinjj a'apgé-
daan, kap her)ste|/l))eny;g??tra|f|,(,iWoii|fiu(
1 kfc!i,'F!9ls^U ivafloiiV-l¥PniPII.4ze0k ïï«b
-HafiijK R'üai'^rpS.iij imp.etiftëFiu
volging bewogen lieb, doch jjik/noe.tigi)
li.eip bekct|onwenr jtyftiR ijt^tjjf erljep-,^
.wel,fff? weinig gyyr.dat kaptje gegaan
118. ^U/itariiaiicqab 9iiaenjili'jU Jad ican
De minister pleit oo); eeiiyerzgci^tg^
Ómstandiglieid, nl. mijn jnpnpmaiiie, Opjc
mSoW^iz 'kaRidëiïfiMF.V9So d a'jiR b^afy, j
onder dezelfJe opmerking als zooeven
5^eau. Hij veropt^pyej'jijBij voui loopig ppg
Lade1
',1 el. ill il-.it.,' ',Tc r, ',-m, 1 rum
ietsijin Iden wéji gèlégd, toen hij (Ie ohé
onaangéname .verkeering met Phégi'heb
gon:? Wat deert' den jóngen dus?"
zYrouw, idaar.hebt ge-geen verstand
van,f'antwoordde de i'o'iiile; Fink goed
hartig;' «weet-, gb; ala-de Franéehen óver
den Rijn willeny dan ligt er oorlógskaoit s
in; dpriuchtmij: isiót zelfs Somwijlen'aR
ofiiiJtiiïneeimarcheeFen" moet:'b ■noli
- tt-Otldjej oudje!1'- 'rib'p de'drouw,' i»gë
zijti miét bij je:-verstand, -gij mee maih
chee|-eu'?' Nui zie ik t'y*el,:gie hebt tien
jbpgen -het honfid" op hol' getiraöh^t."r!'
wNeen, vroirw, maar vaderlandsliefde
heeft het gedaané Als 't vadeiland in
gevaar' is,- mag geen man te huis
blijveniF'i: 1 1
- dG^ heeti- met I jei vaderlandsliefde I
H .iVaderiaacIoaoU mijn eënigeb jongen
wel kunriaiilontberen en ik--wefet steHig!
dat .hij' pooit weent teüiuik kónVt. 'Velledetl
öachti/heh iikl'ivan g «ijnl abegrsfebii» g ge
droomd en toen ik ontwaakte, schreeuwde
pep uil, op het .dak^jyan deoéChunr.r <i
1 b 1;yrauvy, ^gaakplrtmet zóo, wat
djyyggsbejdt.heb;ik-,.in tpij.au leven ah-niet
gedropmd.riiaiir eert goed christen men aob
ijelupft ex njet .aan.,,Zie, iv.rouw, ik houd
uechtj vaQl,,;yan Eraus, en hij is toeh
evgn zoo goed mijn zoon als de uwe,
agu,m«,enan ,?un(je1te,do«t)1,,zao
ik hem wilde ovejiygfle,0ztii>ii&l*&;blijNeiii5
l-.ullll. OitziWbilOllêll'll iVj -i 'i SI.',J
Raat hém uittrekken,-oudöi en bezwaar
je 'tlhart niet',metl verdiietj; want liedere
kogel treft niet,erl !(J is eenv eer voor
ons als hij terugkomt en' een wónde
heelt ontvangen voorchèt vaderlMid.'l
-11 «Maar zóo "hij nietv 'terugkomt!"
snikte dei oude vrouw.
»Dan," antwoordde de burgemeester;
terwijl bij vrodnu zijn" kapje aluamp »daii
konat hetrvan boven-, vrouw. zen -zWij
zullen dan zameu bidden: De Heer heeft
gegbvbnri de -Heer heeft tgenainénj de
nuuin des Heeren: zij geloofdlR;
»Amenl" zeirFrabS) tdie tot de 'afiieis
gereed,' in de kamer' trad.
■unEn' gle :wilt reeds heden, dadelijk
vertrekken?" tiép de ouile innedéü, -zicli
weenendi.laaD zijn Rals «verpeiid.! 1 n;!i
«M'oedei tjéuliof, -liieli goede 1 moet roei)
nooit uitstellen. Fem kort afscheid, een
goed afscheid, ,on- w.eenc met ,zooj moe-
dertje, want anders j valt imij 'd.'afscheid
te zM'a&r.üZietcileiOQrIog itregen UfiMFran-i
schen zahvvdn geen- ilhogen i duurtjlzijó,
binnen een.'jeen itlaandebrbén ik weder
teiüiuia *nuhsbiieij"<iao ook, toe djijgedr^s
gen-.ddt deciboofltej) eb de, Ki aosche
hoogmoed nóóit tutuin den hemel.gi oeiem
Dut God u behoede; lief nioedei tjo, jgoede
vaderT'i en nat eenfl kóituj 1o)i>idioivg«
uudiolzing,jukte Flansnzichiuitiiduatiiuieit
der; goedg-idudé, jutensclienm^i) -jtOocmde
»n99iW)::l:l in.' ok usl
!)l»
SKT'
phiedpnis riijit' dén Fransch
irulpjschèr óor/lpg
et -D tri-rs CTrllrf b
W?° W.
P
.fiüi
^1^) kbainp-
achtig zijn glas,, om Ret zwarten Seppel
nab'r'L'l htiofd 'ié Wfe'Hjiéb/dWri'aaP bjj be
dacht zichWalpurga mocht niet denken
daljjlyjruaar .de.bejberg-vvas -gegaan, om
dronk het glas led^^, zette het op de
tafel, stond op en ging langzaam od
SFfipH t»Rm «nsfil i-iS «1 1«#T
»Hoor, Seppè^'óMid^' 'ffjji bedaard, «ik
weet niet pf-.ggjooptngphflbïdi hebt wat
de stedelingen.,zeggen,„als een lompert
hen beleedjU-f^ij zeggep-'-'daft Idie met
pek omgaat wordt er mee besmet!" Ge
id Ve'el jmaafsj.óver.je moéd, en.
de hamfen ^èukén1 jé 'Vim VeébRVisR
nlaar'Vfbt ware moedié/wéet èe'Wèg'niii
IterwiJUt! >jé ISéggenyikn&a'p Üjd't Is- moed
4s"öe,/m«e/gsal' W?éhtén: tégèn 'dé'Frari1-
schegngi^prfi^L^is^g om de men-
X -
n ie,.tergen. Zie mij, ik behoef 't
té doen,' ik ben de éeliige 'ioón van
schen
niet
het huis, ik vecht niet óp een kermis
én ben geen nietdoener - in het doip
gelijk gij,-en-morgen met den dag ga
ik toch vrijwillig dienst nemen om tegen
de Franschen te vechten. Doe ook zoo,
als gt moed hebt, Reppel:!!' en bij déze
woorden di,aaide Krans Finb zich.lom
en ging trotsch de deur dór hertberg uit.
De jongelingen staalden h^pp, vei,bluft
na. Zij gevoe.ldpp^yt^l, insti|nctmatig eS
zeker fijr. jond'erscïieia tusschen ruWe
vechtlust""èn Edelén' rrroe'd, maar bet was
voorlied 'duidelijk,' ddt fn dezen woor-
denstr^d dfé'zwarte Seppel de verslagene
was, en daar hij zulks- gewaar werd,
werd hij wild en vocht-i met een andér,
die ten gujist^ van. Fink gpappoken had.
HaS? Ijiiiii-ii in de avundscheinei ing.
JBCSó 90 sustnlgew .iisüoqa sTi tl 0 .1
Jeb ,i99ai sl PpWsd u-)9 t9i)lub'iie^ i
too
-lid
Hr
n mi Jgncli iv .idjjaEê!l9M «tr\
Dé btirgerné'esféhd 'vrón'tf Fink zat
weenend in haar kamer. ij!" sur.
«Zoo ik 't- maaj* begrijpen/kon,'' zeide
zij snikkeaa' tdr haèr "inOT),; «ié,Tzijn kort
PÜP^Tfiqkenjd. aan 't ypnpter qtpnd, »zoo
ik 't, paaay begrjjpen kon, - waarom bij
't niet goed 't huis? HebJ^p^yyij
En wyéeen iiéiré ,wafjffQ-
.lófi-avond gelijk gisteren. Weder fiikker-
s^jpnt
zaclit uit den doukerblauwen, wolken-
lipozen hemel, Pfdef-j wyderorn weende
en klaagde de eenzame nachtegaal, be
wogen zich de glimwormen, kwaakten
de kikvors.!,-,, en schreeuwden de kre
k-I- en wede, was e Im-t-.emle
Walpurga, alsot, iemand zacht, zeei. z.acjjj,
aan '^.'yeijs^eW aekiop^' ^iad Maar('
was 't slechts dé (jlaèehdé vinger jler
slingerphiid"" g-we-t dn- aan het ven
ster klopte1, of zij had het hevig kloppen
vrtll-littar arun;-chart verkeerd OegrejieLI
want toen zij opende was alles stil en
eëlifeaarns'bulrtéh! e'8 9ri'yj ""jf" 09
Ldtig- stóriil. Irj 'sfün"E'ktiéti"vénsfér•'fek
lijiéCéfffc r,ahé bói'teW iri cle schertierirlhl
Nièté'verroérills éi)'bewoog'zich, 't \Va^
uitërniaté ÓtH' i'rr 'k. dorp én nóg 'stillë^
in hóéf ''atbélegéji 'hWsje. Zij gaf ïtrec.
abri liaré '^edóÓTitéfr Óv'ér. De faa'i
d'i,tlkè,teJ'VSifV 'alle habbelariisters-, e tot
fedér dórp hét e bRZaak h'éeft
rérfert"élaao^eF^efflFné,,;'1,?lth^fi
purga het gespiek van gistel et,
heiBef^iJ-eciiibr óRjordelijk rneeg
'tin*