NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad UTRECHT EN GELDERLAND. KOUSOUMA. No. 39. Woensdag 16 Mei 1888. Zeventiende Jaargang. VOOR abonnementsprijs: VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort. advertentien: BINNENLAND. Feuilleton. TSCII COURANT. Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Kijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend, Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Zaterdag werd voor H. K. H. Prin ses Wilhelmina ten paleize eene kinder partij gegeven, waarop vele kinderen van aanzienlijke ingezetenen genoodigd waren. De heer M. P. Okhuysen, presditigitateur en opticus uit Rotterdam, genoot namelijk de hooge onderscheiding voor HH. KK. HH. H. M. de Koningin en het Prinsesje te mogen optreden. In de eerste plaats werden eenige num mers, aan tooverkunst gewijd, uitgevoerd, welke alle de bijzondere goedkeuring van HH. KK. HH. mochten verwerven, het geen bleek uit het herhaald applaus van het Prinsesje en de verder op het feest genoodigde freules en jonkers. Voornamelijk voldeden de verschillende kinderspelen, welke besloten werden door een groot sneeuw bombardement, terwijl de heer Okhuysen telkens door Hare Koninklijke Hoogheid werd gecomplimen teerd. Het geheel werd besloten door een Optisch Polyorama (Dissolving Views). Na afloop betuigde II. M. de Koningin nogmaals haren dank wegens de uitste kende wijze waarop het feest was gearran geerd. Vóór den aanvang van het diner dat de oudminister de heer Bastert, in het Hotel den Ouden Doelen te 's Gra- venhage gaf aan zijne vroege ambtge- noolen, wachtte den voormaligen premier, den heer mr. J. Heemskerk Az., een eigenaardige verrassing. Hem werd ten geschenke aangeboden de herziene Grond wet in prachtband, een eenig exemplaar, dat daarvoor bijzonder was gedrukt. Daarbij waren gevoegd de portretten, in één lijst, van zijne ambtgenooten uit het vorige Kabinet, met hunne handteeke- ningen. Door de commissie tot ondersteuning der werkhervatters te Almeloo is eene circulaire onder de werklieden der firma's Scholten verspreid, waarin van hen ant woord wordt verlangd op de vraag, of zij van de commissie ondersteuning wil len aannemen, onder afkeuring van het op aandrang van den heer Domela Nieu- wenliuis, genomen besluit, om de nog beschikbare som van f1600, die ten be hoeve der werkstakers was ingezameld, tot andere doeleinden te bezigen. «Wij vragen niet schrijft de com missie of gij niet misschien zelf tot dat besluit hebt medegewerkt, zonder dat het u op dat oogenblik recht duide lijk was, wat gij daarmee goedkeurdet. Maar wie na er over nagedacht te hebben blijft goedkeuren, dat gelden, verzameld om hem te helpen, nu voor iets anders worden uitgegeven, die erkent, dat hij geen hulp meer noodig heeft, en die kan derhalve van onze commissie geen hulp ontvangen. «Zoowel de zoo ondoordachte her nieuwde werkstaking van 16 April bij de firma H. en B. Scholten, als het besluit van de bovenbedoelde volksvergadering hebben het medegevoel voor de gewezen werkstakers bij velen in den lande zeer verminderd en hebben gemaakt, dat er veel minder is ingekomen, dan anders hoogstwaarschijnlijk het geval zou ge weest zijn. Toch hebben wij ook na onze vorige uitdeeling nog een bedrag van ruim f'2500 tot onze beschikking, welk bedrag wij hopen te verdeelen onder allen, die door inlevering van nevens gaand biljet hunne afkeuring van het meergenoemde besluit en hunne behoefte aan ondersteuning willen kenbaar maken." Het biljet luidt«De persoonwever of weefster op de Looms Nostaande in de fabriek van Gebr. Scholten Co. of H. B. Scholten te Almeloo, ver klaart af te keuren het genomen besluit, om gelden, voor de gewezen werkstakers te Almeloo verzameld, tot andere doelein den te gebruiken, en wil gaarne in aan merking komen voor geldelijke onder steuning door de commissie, die zich daartoe te Almeloo, onder voorzitterschap van burgemeester Boelen, heeft gevormd." Dit biljet moet worden geworpen in eene gesloten bus, geplaatst aan de fabriek, waar de lieden werkzaam zijn. Wie zijn biljet niet vóór Maandag 14 Mei des avonds ten 7 ure in de bus heeft geworpen, wordt geacht van alle verlangen naar ondersteuning afstand te hebben gedaan. Bij de verlegging van den Maas mond nabij Keizersveer (Noord-Brabant) zal, ter bespoediging der voltooiing 's nachts met electrisch licht gewerkt worden. Het Heilsleger schijnt thans ook hier te lande evenals in Engeland, zijn betoogingen in de open lucht te be ginnen tenminste in de Oude Plantage te Rotterdam heeft eene godsdienstoefe ning plaats gehad in de open lucht. Ongeveer 40 mannen en vrouwen namen daaraan deel. Er werd gezamenlijk ge zongen, en afwisselend werden door ver schillende personen godsdienstige toe spraken gehouden. Vele nieuwsgierigen woonden deze veriooning bij. Als een staaltje temeer van den tegenwoordigen overvloed van het onder wijzend personeel kan dienen, dat vóór een paar dagen te Rozendaal iemand met postpapier liep te venten met de onderwijzersakte in den zak, in welker bezit hij zich reeds een paar jaar mag verheugen. Ware het niet beter, dat hij een flink handwerk had geleerd? In Noord-Brabant schijnt men zich bijzonder toe te leggen op het stichten van kunstboterfabrieken in hetbui tenland. Te Kleef is eene dergelijke fa briek, die hare voltooiing nadert in aan bouw voor de firma Simons van den Bergh, te Oss;voor de firma Ant. Jurgens aldaar zal er, naar men verneemt, eene te Goch verrijzen; terwijl de firma Jos. M. Verschure en Zn. te Oosterhout bezig is eene fabriek te Hamburg te vestigen. D. v. Z.-H. Men schrijft uit Ooststellingwerf aan de Franeker Crt. Naar wij van goeder hand vernemen, zal door de veenarbeiders te Appelscha deze week een vergadering worden ge houden, met het doel de wenschelijkheid te bespreken, om den arbeid van vrou wen in de veenderijen af te schaden. Volgens de Wereldburger zal de commandant-generaal der Zuid-Afiikaan- sche Republiek, Piet Joubert, eene Euro- peesche reis ondernemen en dan ook Nederland bezoeken. Naar wij vernemen, zullen de sta tions van de Geldersch-Overijselsche lo- caalspoorwegen en die van den locaal- spoorweg «Willem III" worden opgenomen in het rechtstreeks binnenlands goede rentarief. In het geding tusschen de verga dering van Stad en Lande van Gooiland en de Hollandsche Spoorwegm. nam het openbaar ministerie Vrijdag conclusie. Daarbij werd het beweren van ge daagde, als zou de dagvaarding nietig wezen, evenmin beaamd als zijn beweren, dat de vergadering geen rechtspersoon- ijkheid zou bezitten; het onrecht van de spoorwegmaatschappij werd erkend, doch het openbaar ministeiie achtte de vor dering, om het zanden te doen staken, bij dit (voorloopig) vonnis niet toewijs- baar. Daar velen onzer lezers zeker ver langend zijn iets te vernemen omtrent de interpellatie van Domela Nieuwenhuijs, of beter gezegd de maiden speech van een majesteitschenner, laten wij deze hieronder volgen, zooals wij die vonden in 't Utr. Dagbl. van den 15. dezer. Ofschoon niet veel waarde hechtende aan plechtige verzekeringen, omdat zij zoo dikwerf op uitvoering laten wachten, heeft hem toch in de openingsrede ge troffen het woord, waarbij verklaard werd dat de maatschappelijke vraagstukken aandacht eischen. Daarin ligt de erken tenis, dat daarin iets dringends ligt. Een ieder zal dat dringende toegeven. En nu onderstelt hij dat de regeering eindelijk in deze iets zal willen doen. Hij weet niet of het woord in de ope ningsrede is geschreven onder den indruk van de jongste talrijke werkstakingen, maar dat doet er niet toe. Zeker is 't, dat er iets zal moeten gedaan worden. Nu heeft de heer Schaepman verleden week te Rotterdam verklaard dat de enquête aan 't licht heeft gebracht, dat de toestand van de arbeidende klasse weinig bekend is. In dit opzicht althans staat hij aan de zijde van den heer Schaepman. De werkstakingen brengen ons daaromtrent meer licht. En nu ves tigt Spr. de aandacht op den toestand der turfindustrie. Er zijn daarbij turf- bazen, turfmakers en baggeraars. De bazen liet hij rusten. Bij de turfmakers werden jonge vrouwen, soms 14 dagen kraams, en knapen aan harden inspan- nenden arbeid gezet. Ook de baggeraars moeten zeer hard werken, zonder dat zij zelfs voldoende voor hun onderhoud ver dienen. De baggeraars zijn losse werk lieden, die een 7 a 8 weken achtereen arbeiden, eigenlijk zonder eenige tusschen- poozen en zonder eene behoorlijke rust plaats, waaromtrent spr. eenige bijzon derheden mededeelt. Bijna onmenschelijke arbeid wordt door hen verricht en daar voor krijgen zij (blijkens een artikel in het N. v. d. D.) hoogstens f250 &f300, waarvan 7 a 8 menschen moeten leven. Daarvoor moeten jonge knapen midden in den nacht mannenarbeid verrichten. Die lieden zijn dan ook zoo arm, dat zij nooit geneeskundige hulp kunnen betalen. Die turfmakers en baggerlieden heb ben, toen hunne eischen niet werden ingewilligd, het werk gestaakt. De werk gevers beweren niet meer te kunnen geven. Maar de werklieden zijn aan het rekenen gegaan en nu is gebleken dat den verveeners zeiven de roede f2.70 kost; en de verkoopprijs voor die 1600 turven is f3.52, dit is eene winst van 82 cents. Er worden 4 roeden per dag door een man verwerkt, zoodat de ver- veener f3.28 verdient aan iederen arbei der, terwijl doorgaans 60 man aan 't werk zijn. Dat is dus geen verhouding tusschen den werkgever en den werkman. Dat werkt natuurlijk in alle opzichten nadeelig voor den laatste; het schoolver zuim wordt er sterk door bevorderd. Ook hieromtrent ontleende Spr. de bijzonder heden aan het aangehaalde artikel in het N. v. d. D. Onder zulke omstandigheden zijn na tuurlijk werkstakingen aan de orde. Dat is niet te voorkomen, want men kan niet aannemen dat rustig zal worden voort- gewerkt aan arbeid waaraan zweet en bloet kleeft. Ontstaan die werkstakingen dan worden daar militairen heengezonden, waardoor de gemeenten op kosten wor den gejaagd. Of zou men thans uit pure belangstelling voor het district Schoter- land die militairen gezonden hebben? Die militairen, niets te doen hebbende, maken zeker nu en dan wel eens den boel aan den gang. Zij maken zich ook aan drankgebruik schuldig, hetgeen na- deeligen invloed op de dorpelingen uit oefent, terwijl als de militairen wat drank gebruikt hebben, zij gaarne eens helden daden willen toonen. Het geldt hier het woord van Lodewijk XVsals ik onder daan ware zou ik zelf in opstand komen; het volk heeft recht." Maar ons volk is lijdelijk, omdat het verhongerd en uit geput is en daardoor alle energie ver loren heeft. Ook St. Simon is van de leer, dat zoo noodig het eigendomsrecht moet Javaansche Roman. DOOR MARIA BOGOR. 36) «Wat zal ik aan je moeder zeggen, Kousouma, wanneer ik haar daar ginds ontmoet?" «Vraag haar dat zij mij vergeve en dat zij mij blijve liefhebben." «Je vergeven! Arm kind! Niet de slachtoffers maar de snoodaards hebben behoefte aan vergiffenis." Een oogenblik straalde er een ontem bare haat uit de oogen van Nanni, maar zij onderdrukte die plotselinge opwelling. «Gij ziet wel, mijn kind," vervolgde zij op minzamer toon, »dat er verschil lende wegen zijn, langs welke men het groote einddoel bereikt. U, bij voorbeeld, heeft Allah den weg der smarte doen betreden." «Jawel Nanni." Wanneer gij later, even als ik thans, uw einde voelt naderen, dan zult gij nog wel eens terugzien op de afgelegde baan en alles wat u thans zoo groot voorkomt' zal in uwe oogen dan zoo klein en zoo nietig zijn." Kousouma keek haar verwonderd aan. «Och ja," vervolgde de oude Indische en het was alsof haar hoofd reeds in den glans der goddelijke majesteit gehuld was, «wat komt het er ook op aan welk kwaad de menschen ons doen, Allah is immers eeuwig goed en rechtvaardig!" «Maar Nanni!en mijn kind dan?" Allah was volstrekt niet onrechtvaar dig en wreed, toen hij u het kind ontnam, dat ge onder het hart gedragen hebt, maar de besluiten en beschikkingen van Allah zijn dikwijls zeer geheimzinnig en de arme stervelingen begrijpen zeniet!" De jonge moeder antwoordde slechts met een zucht. «O! als ik hem nu eens kon zien IAls ik nu eens tegen hem kon lachen en zijne lieve armpjes rond mijn hals kon leggen! ik zou zoo gelukkig zijn, Nanni, niettegenstaande al mijne schande en al mijn hartzeer en wroeging, dat ik u zooveel verdriet heb gedaan I" En Kousouma verborg haar hoofd in hare handen en weende bitter. »Zoudt ge niet denkeu dat uw kleine Achmat hier boven veel gelukkiger is, dan hij het hier op aarde bij u zou ge weest zijn, hij zoo zonder vader om hem lief te hebben en te beschermen?" »Ik zou een vader en een moeder voor hem geweest zijn; ik zou dag en nacht voor hern hebben gewerkt!" «O ja, dat weet ik wel, maar een vrouw is zwak. Wanneer zij niet geluk kig is, dan lijdt het lichaam daaronder en Kousouma zal ook niet lang leven." Terwijl zij dit zeide keek Nanni met treurigheid de bleeko en vermoeide ge laatstrekken van het jonge meisje aan. «Zou ik gaan sterven?" zeide Kousouma met een van aandoening bevende stem»o, wat zou dat een genot zijn!Het leven is zoo bitter en alleen de dood is zoet! Maar vóór dat ik ga sterven heb ik nog iets te doen I" «Wat dan?" Kousouma begreep dat zij op het punt was van zich te verradenzij wilde de stervende echter niet voorliegen en toch moest zij haar geheim getrouw be waren. Zij zeide dus: «als Nanni dood is, zal Kousouma haar taak voleinden maar Nanni moet in vrede hare oogen sluiten." «Maar wat is er dan?" herhaalde de oude vrouw. «Ragha leeft nog; ik zal Ragha de oogen gaan toedrukken." «O! Allah moge je zegenen?En wat zal ik aan je zoon zeggen, Kou souma »Dat zijn moeder spoedig hij hem komt en dat zij in het paradijs het wiegeliedje voor hem zal zingen." «Ik zal je boodschap overbrengen, mijn kind." Een tijdlang bewaarden beide vrouwen het stilzwijgen. De storm was geheel bedaard en de zon deed de regendroppels opdrogen op de bladeren der palmboomen, die de hut overschaduwden. «Zet dat venster een weinig open, Kousouma, opdat ik voor het laatst nog eens de natuur kan aanschouwen, vóór dat ik deze aarde verlaat." Kousouma voldeed aan haar verlangen en de frissche bergwind, die naar binnen woei, verspreidde een aangenamen geur door het vertrekje. «Is dat de gambotia of de melati, die ik ruik?" vroeg de Indische; «is het de bloem der liefde of die van den dood, die in mijn nabijheid bloeit?" «De hoogste liefde is sterker dan de dood, Nanni!de bloem, welker geur ge thans inademt, is de bloem der liefde, want uw geheele leven is niet anders geweest dan liefde vóór en toe wijding aan anderenwat de menschen liefde noemen, is niets dan bedrog en bekooring der zinnen; maar wat Allah met dien naam bestempelt, is rechtvaar digheid en waarheid. Weinige dagen na de begrafenis van Nanni, die, na eene korte ongesteldheid, haar was voorgegaan naar betere ge westen, vinden wij Kousouma weder in het woud van Tjiboërm. Voor het hutje van Ragha op het donzige fluweelzachte mos nedergehurkt, staart zij als droo- rnend voor zich uit; doch zien hare oogen in werkelijkheid ook al niets van de on telbare heerlijkheden die het maagdelijk bosch als tot een Eden maken, voor haar geestesoog rijzen alle gebeurtenissen in den laatsten tijd doorleefd in de meest sombere kleuren op. En wanneer zij dan denkt aan haar kleinen Achmat en zijn vriendelijk lachend gezichtje als 't ware weder voor zich ziet, dan trilt daar weder een snaar in haar ontvankelijk gemoed en «wraak, wraak voor uw' te vroeg gestorven lieveling," klinkt het haar in de ooren. Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1888 | | pagina 1