Plaatselijke berichten. en de directeur der stoomtram waren spoedig op de plaats des onheils, zoodat de passage binnen kort weer vi ij zal zijn. Zondag ochtend werd door het bu reau der feestcommissie te 's Gravenhage vroegtijdig het navolgende telegram naar het Loo verzonden: Aan Zijne Majesteit den Koning. Sire! De feestcommissie voor het Na tionale feest van heden, in Uwer Majes- teits Koninklijke Residentie, nadert met den diepsten eerbied Uwe Majesteit. Het heugelijk zeldzaam feest, dat gansch Ne derland op dezen dag met vreugde ver vult, wordt voorzeker door de ingezetenen van 's Gravenhage met groote dankbaar heid herdacht. Sire! Moge het Uwe Majesteit gegund zijn nog talrijke jaren aan de zijde van onze zoo beminde Koningin en in het bezit van onze geliefde Kroonprinses, in de liefde en toewijding te blijven deelen van Neerland's volk, wiens schoonste leuze blijft: Oranje Boven! Men schrijft uit Brussel Zondagmiddag op eene wandeling naar Laeken werd ik onverwachts aangenaam verrast door een koorgezang van het «Wien Neerlandsch bloed," dat uit de richting kwam van het monument te Lae ken. Ik begaf me daarheen en trof daar vele Nederlanders aan met de Oranjestrik op de borst en waarvan een der heeren, toen ik me ook als Nederlander bekend maakte, me dadelijk met een oranjestrik decoreerde en mij welkom in hunnen kring heette. Alle zangers 24 in getal, belmoren tot de Nederlaudsche Jongelings- vereeniging te Brussel, die op eenvoudige, doch gulle, hartelijke wijze den dag van het 40-jarig jubileum van Z. M. onzen Koning herdacht. Voor circa 30 jaren is genoemde ver- eeniging opgericht door den tegenwoor- digen eere-voorzitter, den heer van Deth, (geboren te Amersfoort) consul-generaal van de Transvaalsche republiek. Presi dent en secretaris zijn de heeren A. Rou- lez en K. Tensen. In de volgende maand zal de Vereeniging ter herdenking van haar 30-jarig bestaan een driedaagsch feest vieren en wel op 15, 16 en 17 Juni a.s. In de voornaamste Nederl. bladen zul len tijdig uitnoodigingen worden gericht tot alle vereenigingen in Nederland, opdat afgevaardigden de feesten kunnen bij wonen. Het programma is nog niet officieel vastgesteld en is het mij daarom niet vergund, dit nu reeds mede te deelen, maar naar ik verneem moet het een luis terrijk en schilleiend feest zijn, dat den Nederlanders in Belgie's hoofdstad door genoemde vereeniging zal worden aange boden. De geheele Nederlaudsche bevolking van Brussel had zich Maandag met Oranje getooid ter eere van 't jubileum van onzen Koning. Een plechtige Godsdienstoefening werd gehouden in de kerk der heilige Catherine, waar het woord werd gevoerd door Ds. Pijnacker Hordijk. Des namid dags verzamelde zich weder een honderd tal landgenooten, in welker midden zich ook de gezant bevond, baron Gericke van Herwijnen met zijn echtgenoote. Het adres van gelukwensching aan den Koning draagt reeds vele liandteekenin- gen. Voor de rechtbank stond te 's-Gra- venhage terecht de bekende millioenen- heer uit Leiden, die zich te verantwoor den had wegens de volgende, vroeger in de nieuwsbladen reeds omstandig mede gedeelde feiten. De bekl. had, om zich wederrechtelijk te bevoordeelen, in het laatst van 1888 en begin 1889, de na te noemen gelden en goederen zich doen afgeven, onder het bedriegelijk en in strijd met de waarheid voorgeven de eenige erfge naam van landerijen, gelden en den titel van jonkheer te zijn geworden, van eene te Amsterdam overleden baronesse de la Bourgeois (welke dame echter niet be staan heeft) welke eigendommen hem eerst in 1890 zouden geworden. Hij had zich in rouwkleeren gestoken en van het gewaand overlijden aankon diging gedaan in een paar dagbladen, onderteekend door «Jhr. R. Broekhoff Jzo. de la Bourgeois." Zoodoende had hij weten te vei krijgen van een kennis zijner familie ter leen f 8035, van een kleedermaker voor ruim f200 aan kleedingstukkenvan een wijnhandelaar fijne merken wijn in groote hoeveelheid; van een beddenwin kel een ledikant met toebehooren van een boekhandelaar schilderijen, boe ken, enz., ter waarde van f2325. Bekl. verklaarde ter terechtzitting tot die bedriegelijke handelingen te zijn ge komen, door het lezen van eene adver tentie, waarin aan elk, die f 6000 stortte, een dagelijksch revenu van 100 werd verzekerd. Hij schreef er op, had te Breda eene samenkomst met den steller der advertentie en verbond zich tegen over dien heer, die voor hem aan de speelbank te Monaco spelenen win nen zou, naar eene zekere mathemati sche berekening. Bekl. was onnoozel ge noeg f 4500 te zenden aan een opgege ven adres, en hij zag daarvan geen cent terug. Om dat geld dus te vei krijgen pleegde hij de reeds voormelde bedriegelijke daden. Bekl. leefde in den Haag korten tijd, doch op zeer grooten voet; hij hield zelfs een maandrijtuig. 't Was ook van hier uit, dat hij f 4500 naar Nizza zond. In 't geheel maakte bekl. bijna f20,000 schuld. Hij verklaarde echter geen andere bedoeling te hebben gehad dan om rijk te worden, gelijk de advertentie betref fende het spelen hem voorspiegelde. Substiuut-officier van justitie, mr. Ort, de feiten van het weefsel van verdichting, daaraan voorafgegaan, volkomen bewe zen achtende, vorderde veroordeeling tot drie jaren gevangenisstraf. Mr. Jac. van Gigch achtte de verschij ning van een 23-jarig jongmensch van goeden huize, wiens familie door diens daden in rouw is gedompeld, een zeer tragisch feit. Pleiter trachtte te bewijzen, dat bekl. een sukkel was, ook tengevolge van vroe ger geleden storing in zijn denkvermogen, op wien verkeerde invloeden hebben ge werkt. Ten aanzien van 3 der feiten meende pl. dat de ratio movens, waardoor de be drogenen tot levering waren gekomen, niet was het gevolg van directe mislei ding door bekl. Voorts meende pl. dat bekl. gebeten had in een lokaas, dat sluw en verrade- lijk (bij advertentie en biiefwisseling) werd voorgediend. Hier was 't verband tusschen de feiten. Hij ging leenen om 't geld te zendenhij zou met dat geld veel geld verdienen, en betalen wat hij bij ver schillende menschen schuldig was. Is hier vroeg pl. 't oogmerk om zich of een ander wederrechtelijk te be voordeelen, dat voor «oplichting" wordt gevorderd? Pl. geloofde het niet en vroeg vrijspraak. Was zijne meening onjuist, dan beval hij zijn cliënt aan in de clementie des rechters. Uitspraak over 8 dagen. Zaterdag moesten van Den Helder twee zoons van den heer A. B., die bei den in den loop der week krankzinnig waren geworden, naar bet krankzinnigen gesticht 'e Meer-en-Berg worden vervoerd. Men meldt uit Amsterdam, dat Maandag vandaar 150,000 K G. steenko len zijn geladen met bestemming voor Krupp te Essen. Sedert eenigen tijd werden te Amsterdam nu en dan aan het hoofd kantoor en de bijkantoren der posterijen postwissels ter incasseering aangeboden en uitbetaald, die later bleken valsch te zijn. Donderdagnamiddag zegt het Nieuws trok het de aandacht van een ambtenaar aan het bijkantoor op de Prins-Hendrikkade, dat de stempels op een postwissel, aangeboden door een kruiersvrouw, niet op de gewone wijze waren aangebracht, doch door eene kunstvaardige hand op het papier waren geleekend met een soort crayon, in kleur overeenkomende met den gebruikelijken stempelinkt. De brengster verklaarde, haren lastgever niet te kennen, die 's avonds het ontvangen geld bij haar aan huis wel zou komen halen. De amb tenaren waren met deze verklaring wel tevreden, maar toch begaven een paar hunner zich de straat op en zagen iemand, die hun verdacht voorkwam, doch wien zij zelven ook zóó verdacht voorkwamen, dat hij ijlings de Foelie straat invluchtte, waar hjj spoedig daarna met een veranderd uiterlijk weder uit kwam. Nu begon een wedloop, die weldra eindigde door het optreden van een politieagent, waarna de jonkman naar den politie-posl in den Montalbaanstoien werd overgebracht. Daar verklaarde de kruister, dat men den rechten man niet had, zoodat de pas gevangene weder werd vrijgelaten. Dit raadsel werd later opgehelderd, doordien de arrestant op zijne vlucht gelegenheid had gehad, zijn baard af te rukken en een bril op te zetten. Nadere inlichtingen hadden dan ook tengevolge, dat de politie nog dien zelfden avond den man, zekeren F., aan zijne woning in de Saenredamstraat op zocht en daar een in bewerking zijnden valschen postwissel vond. Hij heeft ook reeds dadelijk eenige gewichtige beken tenissen afgelegd. Bij Kon. besl. zijn o. m. benoemd tot ridders der orde van den Ned. Leeuw de heeren A. M. Tromp van Holst, maj.- commandant der d.d. Schutterij alhier, C. de Mooy, dir. officier van gezondheid 2e kl.,chef van het militair hospitaal alhier; W. Beukers, Burgemeester van Bunscho ten; en is bij Kon. besl. verleend den rang van Luitenant-Kolonel aan den heer E. L. H. van Lanschot Hubrecht, gep. majoor der Huzaren, alhier. HET KONINGSFEEST. Zaterdagavond kreeg de stad onzer inwoning reeds een feestelijk aanzien. Van de openbare gebouwen en vele par ticuliere woningen wapperden toen reeds de geliefde nationale driekleur met de Oranjewimpel, Zondagmorgen was zulks algemeen. In de verschillende kerken werd het feest godsdienstig gevierd. Te 12 uur liet het carillon in de Lieve Vrouwetoren zich hooren en bracht door zijn liefelijke heldere toonen een ieder in feestelijke stemming. Maandag, de eigenlijke feestdag, werd onze stad als het ware overstroomd door bewoners van omliggende gemeenten, allen, evenals onze stadgenooten, feeste lijk met de geliefde oranjekleur getooid. Niettegenstaande de groote menigte werd geen enkele wanklank gehoord, zeker wel het beste bewijs, dat door ieder met opgewektheid werd feest ge vierd. Te 12 uur werd op het terrein, waar de infanterie kazernes eerlang zullen verrijzen, door garnizoen en schutterij groote parade gehouden. De parade, waarbij wij de burgelijke autoriteiten ditmaal misten, werd gecom mandeerd door den majoor der cavallerie F. C. W. Juckema van Burmania baron Rengers, commandant der Rijschool. Het defileeren geschiedde voor den luit. Kolonel der Veld-Artillerie A. Greve, garnizoens commandant, door wien, in tegenwoor digheid van alle officieren van garnizoen en schutterij, de beide nieuw benoemde ridders der orde van den Nederl. leeuw, luit.-koll. de Mocij, dirig. off. v. Gez. en A. M. Tromp van Holst, majoor com mandant der schutterij, in eene kernach tige toespraak, met de hun te beurt ge vallen onderscheiding werd geluk ge- wenscht. Twee ridders der Militaire Willemsorde namen op uitnoodiging deel aan de feest maaltijd der onderofficieren van 't gar nizoen, terwijl aan één, door lichaams gebreken verhinderd, eene gratificatie van f5 werd uitgereikt. De illuminatie en het vuurwerk slaag den. dank zij het bij uitstek fraaie en stille weder, uitmuntend. Als eenige der fraaist versierde punten noemen wij in de eerste plaats het Havik, alwaar de verlichting langs het water een inderdaad schoon schouwspel op leverde. Op een in de gracht liggend, mede zeer net versierd vlot, waarop de beeltenis des konings prijkte, werd in de laten avond nog muziek gemaakt. Op het Bloemendal waren door de bewoners drie eerepoorten opgericht, in de Groote en Kleine Haag telden wij er niet min der dan zeven, terwijl de bewoners dezer beide laatste straten bovendien nog elke woning afzonderlijk riik met groen had den getooid. Zeer aardig was de versiering door een stadgenoot ineen tuintje voor zijn woning aangebracht, nl. een van tuinkers ge zaaide dubbele W met kroon en jaar tallen, waarboven een keurig vervaardigde luchtballon was aangebracht welke des avonds werd verlicht. De leerlingen van het Gymnasium, toonden hunne liefde voor ons vorstenhuis in eene smaakvolle versiering aangebracht aan de brug op de oude Vischmarkt, hoek Langestraat, terwijl die der H. B. School niet bij hunne kameraden willende ach terblijven, de zijgevel van hun schoolge bouw hadden geïllumineerd. Het politie bureau trok mede door keurige versiering en verlichting elks aandacht. Veel zouden wij nog kunnen opnoemen doch de plaats ruimte ontbreekt ons. Wij eindigen daar om met den wensch, dat het God moge behagen, den vorst wiens veertigjarig regeeringsjubileum wij herdachten, onze geëerbiedigde Koning, nog jaren voor zijn land en volk te sparen. Aan Zijne Majesteit den KoniDg werd Maandag in den vroegen morgen onderstaand telegram gezonden Sire De ondergeteekenden, feestvierende be woners van den Hof te Amersfoort, loven God voor Uwer Majesteits gelukkig her stel, en kunnen nu met een verruimd hait en opgewektheid van hnnne vreugde getuigen. Zij brengen bij dezen, hulde aan Uwe Majesteit, hunnen geëerbiedigden Koning, wenschen Uwe Majesteit geluk met Uwe 40-jarige regeering en bedanken hunnen Geliefden Vorst, voor al het goede, in die lange reeks van jaren verricht en tot stand gebracht,God geve Uwe Majesteit voortdurend gezondheid, tot geluk van Hoogstdeszelfs Huis, en tot heil van Uw dierbaar Volk. Uwer Majesteit's trouwe Onderdanen, H. J. Bonnier, G. P. Ittmann, Th. J. H. Bianchi, H. de Jager, W. van 't Woudt, Th. Ouwerkera, G. W. van Goor, Mej. de Wed. G. Schimmel, Jabs. Rosier, Ja cobus Stork, J. G. van der Geest, D. Prins, D. Willigenburg, N. W. van Woudenberg, Ant. Stöcker, E. Brizée, L. van Barne- veld, R. Cruiflf, H. J. Klein, J. van Poel geest, Th. Verhaar, A. N. de Folter. Waarop Telegraphisch werd geantwoord Den heer Bonnier te Amersfoort. DE KONING betuigt de feestvierende bewoners van den Hof hoogstdeszelfs dank. Adjudant van dienst, J. VAN DE POL. Gisteren avond werd door de beide compagnieën der d.d. schutterij, eene serenade, aangeboden door H.H. officieren, gebracht aan hunnen commandant, majoor A. M. Tromp van Holst, ten einde hunne sympathie te betuigen met de onderscheiding hem door Z. M. den Koning toegekend. vergat en met haar moest medewee- nen »Ge zeidet daar dat Verena in een ge lukkigen staat leeft wat meent ge daarmede? vroeg Arthur. «Wel, zij verhaalde mij, dat het haar vader gelukt was, op eene zeer zonder linge en wonderlijke wijze onverwachts in het bezit te geraken van zijn verloren vermogen; dat haar vader zich voor het oogenblik te Parijs bevond, daar het be sluit tot verbeurdverklaring zijner goede ren was opgeheven en hem een eervolle terugkomst in Frankrijk was verzekerd «O God, het wordt dag, helder dag voor mij, hoe meer ik de afzonderlijke gebeur tenissen te zamen vat. Moge ik nog zoo lang het verstand behouden totdat ik het einde zal gezien hebben. En dan, dan zal ik ook Verena wederzien! Ja, ja, ik zal haar wederzien ik moet haar weder zien Arthur legde zijn hoofd op zijne beide handen en keek strak voor zich neder. De waard sloop naar de keuken. Toen hij na een geruimen tijd terugkeerde, vond hij Arthur in dezelfden toestand zitten. Toen de waard voorbij de tafel liep, meende hij Arthur te hooren schreien. Eindelijk stond Arthur van zijne plaats op. Zijn borst verhief zich hooger dar, gewoonlijk, een teeken, dat hij hevig be wogen was. «En heeft zij niet gezegd, wanneer zij zou wederkeeren?" vroeg Arthur op zach- ten toon. De waard scheen weder om een ant woord verlegen. «Zeker! Zij heeft het gezegd uw zwijgen bewijst mij genoeg. Spreek, spreek in Gods naam, vriend!" «Nu ja zij dacht mij of dit jaar of met den aanvang van het volgend jaar nogmaals te bezoeken." «Is dat waar «De loutere waarheid!" «Dan zal ik hier blijven, zoolang tot dat zij komt en dan, vriend, laat mij dan roepen opdat ik komen kan, en mij voor hare voeten werpe om vergeving van haar aftesmeken." Het naderend geklingel van bellen en het stilhouden voor de heiberg van de slede des dokters brak de ontboezeming van Arthur af. Hij betaalde zijne verte ring en stapte in de slede. Het volgend oogenblik gleed deze vooruit. «Mijne worde brandt weder vreeselijk, dokterzeid-e Arthur toen de slede om den hoek van den weg draaide en het asyl St. Wolfgang zichtbaar werd. «Laat den voormiddag nog passeeren ik hoop tegen dezen avond het middel geheel gereed te hebben dat u leniging voor uwe pijn zal verschaffen. Dan zult gij zien dat gij heden rustig zult sla pen." »Wij willen het hopen!" De koetsier reed heden harder dan gisteren, want na een kortstondigen tocht had men het asyl bereikt. De avond was genaderd toen dokter Marcuet Arthur's kamer binnentrad. De dienaar die hem volgde droeg twee fles- schen rooden wijn, plaatste ze op tafel, bracht nog twee glazen en verliet toen de kamer. De dokter stelde zich aan als bemin nelijk gastheer en ontkurkte de beide fles- schen, zonder dat Arthur bemerkte dat de dokter een wit poeder in een der fles- schen schudde. Weldra klonken de glazen. De dokter wist het gesprek allengs te brengen op het ontstaan der wond, totdat Arthur eindelijk zelf begon «Zooals gij reeds van vroeger weet, ben ik de zoon van Maurits Falkening, den rijken en voornamen bankier te Br... Het moet wel voor u zonderling kliDken dat ik mijn vader deze bijnamen geef en er mij op verhoovaardig, maar ik doe het alleen om duidelijk te doen blijken dat ik door den stand en het vermogen mijns vaders in de maatschappij een goede plaats had kunnen innemen, zonder door zorgen gekweld te worden. Volgens den wil mijns vaders genoot ik eene goede opvoeding, en liep het gymnasium in mijne vaderstad, snel en met goed gevolg door. Na mijn moeders dood moest ik mjjne wetenschappelijke studiën afbreken en plotseling een geheel ander veld be treden. Het bezoeken van de handel school zou, zooals mijn vader dacht, een overgang voor mij zijn tot het zuiver praktische leven, maar ik gevoelde niet temin te goed hoe verschillend dat leven met het tot dusver gevoerde voor mij zijn zou. Mijn hart geraakte dientengevolge in een tweestrijd, die mij voortdurend fol terde en pijnigde. Wel trad ik in de zaak van mijn vader, maar hoe dieper ik mij inwerkte in de dusgenaamde geheimen van 't boekhouden en der zaken, des te minder kreeg ik er lust in. Wat hielp het mij echter. Goed- of kwaadschiks raakte ik aan den sleur gewoon, en ik ben er zeker van dat ik ten lange leste doorkneed zou zijn geworden in die eeuwig terugkeerende getalrijen, ware het niet dat er iets voorgevallen was dat mij eens klaps uit mijn doodslaap opwekte. Een vrouwelijk hart ontvonkte mijn gevoel en wist mij te ketenen. Dat ik liefde voor dat meisje gevoelde, kan ik eigenlijk niet Zondag, 19 Mei. zal bij de Vrije Ger. Gemeente gepredikt worden door den Heer Roelofsen, van Lunteren. Bij de gisteren alhier gehouden stemming ter verkiezing van drie leden voor de Provinciale Staten, zijn uitge bracht 1538 stemmen. Van onwaarde 4. Volstrekte meerderheid 768 stemmen. Gekozen Mr. A. W. van Beeck Calkoen, met 1025, Mr. J. M. Richelle, met 1005 en D. P. Hamers met 998 stemmen. Mr. H. J. H. Baron van Boetzelaer van Oosterhout verkreeg 517, Jhr. Mr. B. Ph. de Beaufort, te Baarn, 497, en Mr. C. W. Loten van Doelen Grothe, te Soest, 483 st. 3303te STAATSLOTERIJ. Vijfde klasse. (Eerste week.) Trekking van 13 en 14 MEI (1500 LOTEN.) Ten kantore van den Collecteur te Amersfoort zijn aan de navolgend» num mers te beurt gevallen Prijs van flOOO, No. 17179 Prijzen van 100, No. 204 en 17108. Prijzen van f7©, 104, 145, 228, 291, 2038, 5786 5789, 10918, 11703, 11730, 11747, 17132, 17143, 17186, 18076, 18937 20020, 20727 20834 en 20864. Te zamen 23 prijzen. Zonder prijs zijn u'tgetrokken 115. 138, 206, 224, 229, 235, 279, 290, 2007, 3607, 3626, 3636, 3647, 3649, 3650, 3655, 3656, 4534, 5718, 5725, 5762, 5777, 5783, 5792, 8612, 8624, 8640, 8668. S687, 9724, 9746, 9761, 10929, 10939, 11708, 11712, 11714, 11772, 11797, .5753, 17107, 17134, 17138, 17140, 17146, 17152, 18017, 18047, 18059, 18087, 18096, 18846, 18851, 18872, 18879, 18887, 18895, 18897, 13905, 20012, 20715, 20752, 20765, 20769, 20771, 20819, 20847, 20863, 20875 en 20944. i Jan. Nu, wat zeg je er van, dat in het Ruhrdal zooveel duizenden mijn werkers den arbeid gestaakt hebben Piet. Dat het maar naar is voor de fabriekarbeiders, die nu gedaan krijgen, omdat het werk wegens gemis aan steen kool moet stilstaan. J. Ja de goeden moeten het steeds ■net de kwaden misgelden. P. Maar bij die groote werkstaking in het Ruhrdal is het moeilijk uit te maken, wie de goeden en wie de kwaden zijn. Volgens het eene bericht maken de mijornaatschappijen grove winsten door hunne arbeiders slecht te betalen, en volgens het andere worden de mijn werkers voldoende betaald, maar stellen zij te hooge eischen. J. Waar is het, dat menige maat schappij of particulier rijk is geworden door de arbeiders ellende te laten lij(fcn; maar waar is het ook, dat veel arbeiders een makkelijk leventje zonder arbeid zoeken te leiden, terwijl dikwijls onbe kwame werklieden een loon als bekwame eischen. P. Zoo wordt iedere partij door ver keerden bedorven. zeggen, maar toch kan ik het niet ont veinzen dat mijne beleefdheden tegenover haar meer dan de uitdrukking waren van den fijnen gezelschapstoon. Nog in twee strijd, verneem ik van een mijner beste vrienden eenige berichten over het ver leden van dit meisje de nevel die de verschijning omhulde was voor mijn kort zichtig oog opgeklaard. Ik zag nu eerst in het meisje een wezen dat mijn achting niet meer verdiende, dat, wilde ik mijzelf en mijne overtuigiug geen geweld aan doen, zelfs moest mijden. En zooals het gaat, ik verloor met het kwaad tevens het geneesmiddel. In plaats van mijn verdriet te lenigen door in andere meisjeskringen eene be tere gezellin te zoeken, werd ik een men- schenhater. Liet ik al somtijds mijne blikken eens glijden over de vrouwelijke wezens in mijne naaste omgeving zoo hadden zij geen van allen voor mij die aantrekkingskracht, die ik noodig had en zonder welke ik mij geen ware en op rechte liefde denkeD kan. Zoo verliep een geruime tijd totdat langzamerhand mijn beter ik ontwaakte en ik weder met genoegen de schoone wereld kon inzien. Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1889 | | pagina 2