Gemengd Nieuws. Ofücieele Publicatiën. BUITENLAND. Plaatselijke berichten. Provinciale berichten. plaats. Zoo vertrekt men op de heenreis van Amsterdam bijv. te 5.55 ,s middags per Rijnspoorweg, om te Utrecht den trein te treffen, en te 5.33 per Holland- schen spoorweg, om te Rozendaal aan te sluiten. De prijs van Utrecht be draagt voor de reis heen en terug f 20 per 2e en f 14 per 3e klasse; voor Am sterdam f 21 voor de2e klasseen f 14.55 voor de 3e klasse, en van Rotterdam f 18.15 voor de 2e en f 12.70 voor de 3e klasse. Zondagmorgen keerde Keizer Wilhelm met zijne gemalin van hun uitstapje naar Rijksland in Potsdam terug. Onderweg hebben de hooge reizigers slechts eenige uren gerust in Munster, in Westfalen. Daar bood men den Vorst en de Vorstin een galamaaltijd aan, die gracelijk werd aangenomen. Natuurlijk hield de Keizer een «vredelievende" redevoering waarin hij sprak van de bekwaamheid zijner Westfaalsche onderdanen in het smeden van degens, die zij, als het noodig is, ook met evenveel trouw en ridderlijkheid als vroeger zullen kunnen hanteeren." Men kan gelooven dat Duitschland werkelijk den vrede wil, en niets anders. Maar is het noodig, dat de keizer gezwol len redevoeringen houdt, waarvan men nu juist niet zeggen kan. dat zij erg vredelievend zijn. In Spithead sprak de keizer met. rechtvaardigen, trots over zijn machtig leger en zijn schoone vlooten au klinkt uit. Munster een oproeping, die bijna een strijdkreet mag heeten. Voor het behoud van den Europeeschen vrede ware het te wenschen, dat de toespelingen op de machtige legers en de schoone vloten, mitsgaders op derzelver bewapening wat minder in den mond der heerschers bestorven lagen. Het Handelsblad kreeg gisteren een particulier telegram uit Berlijn, dat de Czaar met den Czarewitch zeker heden (27 Augustus) in Potsdam zouden komen dat zij in het nieuwe paleis hun intrek zouden nemen dat het bezoek van den Czaar zeer kort zou zijn, doch dat de Czarewitch den Duitschen Keizer zou vergezellen naar de groote manoeuvres die de Keizer zelf zal leiden. De Natio nal Zeitung van gisterenmiddag bevat ongeveer hetzelfde bericht, maar zegt, dat dit den 8en of den 9en September gebeuren zal. dus juist vóór 'sKeizers vertrek naar de legeroefeningen. In ver band met de andere berichten, die over deze belangrijke aangelegenheid de ronde doen, komt deze laatste lezing ons voor, de meest waarschijnlijke te zijn. Op het laatst weet men beelemaal niet meer wat er nu gebeuren zal en doet men het beste den loop der zaken kalm af te wachten. In het Engelsche Lagerhuis heeft baron Ilenry de Worms verklaard, dat een charter, zal worden verleend aan eene Maatschappij, welke zich de ontwikkeling ten doel stelt van den handel en deko lonisatie in het noorden van Engelsch- Bechuanaland en in de Transvaal. Engeland zal het toezicht hebben op de betrekkingen van bedoelde Maatschappij metdeinland- sche stammen en de naburige vreemde Mogendheden. Het is der Maatschappij niet veroorloofd grondgebied te verwer ven zonder de goedkeuring van Engeland. Het Engelsrh beschermheerschap over het land van Khama wordt door de Maat schappij niet overgegeven. In het Hoogerhuis heeft baron Henry de Worms eene gelijkluidende verklaring afgelegd. Zou dat de nieuwste manier zijn, om de verloren positie in Transvaal en de omliggende landen te hei winnen? Aan het postkantoor Amersfoort en de, daaronder ressorleerende hulpkantoren werd gedurende de maand Juli 1889: zweepslag naar achteren gaf, en daarbij natuurlijk bij vergissing, niet zijn eigen paard, maar dat van zijn neef trof. Het beest sprong verschrikt in de hoogte, zoo dat, als zijn berijder het niet snel bij de manen had vast gegrepen, hij achterover zou zijn gestort. «Wat beduidde dat?" vroeg Audigast met toornige blikken aan den huzaren luitenant. »Is het misschien een slecht te pas gebrachte aardigheid? Die had uw wakkeren neef Hans wel. het leven kun nen kosten; en dat zou toch, dunkt me, een slechte belooning zijn voor zijn trouwe diensten." «De lichte zweepslag gold mijn paard," verontschuldigde Edgard zich, «en ik kon 't niet helpen dat de knol van Hans zoo dicht bij mijn paard stond dat er licht eene vergissing kon plaats hebben. Een goed ruiter zal zich daardoor niet uit het veld laten slaan, ofschoon 't waar is dal Hans geen kavalerie-oflicier is." «Evenmin als ik," merkte Audigast wrevelig op. Hans sprak echter geen woord. Nog diemelfden dag verliet Audigast, die zijn misnoegen over Edgard's handel wijs niet verborgen hield, het slot Durren- stein. Tot Hans, die zijn vriend een eind weegs begeleide, sprak hij op waarschu wende toon «Neem u in acht voor uw neef. Hjj Ingelegd f 47G8.48Terugbetaald f3736.34'/, Het laatste, door dat kantoor uitgege ven, boekje draagt het nummer 1837. Zaterdag is nabij Nimmerdor alhier het lijk gevcnden van een jongman voor over liggende in een sloot. De ongelukkige leed aan toevallen en schijnt onder het zoeken van braambessen een toeval te hebben gekregen en woorover in de sloot gevallen te zijn alzoo wordt vermoed doordien er een omgevallen mandje met braambessen in zijn nabijheid gevonden werd. Vergadering van den Raad der ge meente Amersfoort op Vrijdag, den 30. Augustus 1889, des namiddags ten 7'/, ure. Punten van behandeling: 1. Rekeningen van het burgerlijk arm bestuur, het burger-weeshuis, de dienst doende schutterij, de Karner van Koop handel en der gemeente, allen over 1888. 2. Voorstel van Burg. en Weth. tot het aangaan eener 3'/, geldleening tot aflossing der nog niet uitgelote aandee- len van de 4% geldleeningen. Jan. Bij den hevigen schoolstrijd hoort rnen telkens zeggen, dal het kind aan zijne ouders behoort. Piet. Wie dat zegt kan toch niet mee- nen, dat de ouders met hun kinderen kunnen doen, wat zij willen, want ik geloof niet, dat iemand in onzen tijd kan goedvinden, dat kinderen, die wegens behoeftige omstandigheden tot een last zijn, worden afgemaakt, gelijk bij onze voorvaderen geschiedde. J. Ik heb ook nooit gehoord, dat iemand bezwaar had tegen art. 353 van het burgerlijk wetboek, dat voorschrijft«De ouders zijn verplicht hunne minderjarige kinderen te onderhouden en op te voeden." P. Als nu de staat voorschrijft, dat de ouders hunne kinderen niet slechts moe ten voeden, maar ook opvoeden, en bij de opvoeding ir. onze dagen schoolonderwijs onmisbaar is, dan zou ik denken, dat de staat ook voor scholen dient te zorgen, want de daglooner en de ambachtsman kunnen zelve dat onderwijs niet geven en geen gouverneur bij hunne kinderen bekostigen. J. Zou de slaat nog niet wat verder moeten gaan en de kinderen van onwe tende en onverschillige ouders in bescher ming nemen? Want de onwetende en zedelooze ziet zelf de jammerlijke gevol gen van onwetendheid en zedeloosheid het minst in. Amcrongeu. Zondagmorgen sloeg de bliksem in het kerkgebouw van de Ned. Herv. gemeente, te Amerongen, tijdens de godsdienstoefening plaats had onder leiding van ds. Heinecken uit 's Hage. Boven het orgel in een raam gesla gen, naar het scheen in den vorm van een vuurbol, was het licht ter nauwer- nood zichtbaar, of de bol spatte met ge sis uiteen, zonder echter eenige schade te veroorzaken. Hoewel de gemeente ver schrikt opsprong, wist ds. Heinecken haar door een bemoedigend woord tot kalmte te brengen, en zong zij op zijne uitnoo- diging psalm 91 vs. 5. Hierna nam de godsdienstoefening een einde. Barneveld. „Het honiggewin valt niet mee. Liet het zich in het begin van den zomer aanzien, dat de bijenhouders een goed jaar zouden hebben, de opbrengst is niet bijzonder. Van het gewin op de heeft iets slechts tegen u in den zin. Waarom, weet ik niet, daar gij toch wel de beste mensch op de wereld zijt. Houdt Edgard u er misschien van ver dacht, dat ge hem bij Serena in 't vaar water zit?" «Dan muesthij wel krankzinnig wezen," gaf Hans ten antwoord. «Als Serena tegen mij, armen jongen, vriendelijk is, dan is dit ten deele toe te schrijven aan hare natuurlijke aangeboren goedheid,en ten deele aan eene omstandigheid die ik u niet mag vertellen." «Dat zij, zooals het wilsprak Audi gast. «Maar zoo gij ooit met den ka merheer of met zijn fijn zoontje in vijandschap mocht komen, of door andere omstandigiieden in nood mocht verkeeren, kom dan bij mij en ik zal u met open armen ontvangen. Geef mij daarop uw woord van eer en den handslag." Dit deed Hans dan ook met dankbare ontroering. «Nu is hij weer weggegaan," klaagde Bertha in stilte, «zonder zich te verkla- ten. Aan den moed daartoe kan het hem niet hebben ontbroken, daar ik hem toch duidelijk mijne genegenheid heb te kennen gegeven. Zouden Hans'vijandige inblazin gen of Serena er de grond van zijn Ach Serena maakt alle jongelui het hoofd op hol, en men weet waarljjk niet waar boekweit is weinig terecht gekomen. De heide daarentegen bloeit prachtig en deze kan nog veel goed maken. Ook in dit opzicht wordt naar droogte verlangd. Tafelhonig wordt verhandeld tegen f 0.25 a f0.50 per half K. G." 23 Aug. Ter alhier gehouden scha- penmarkt besteedde men bij een aanvoer var, 1350 stuks de volgende prijzenha mels flS a 22, ooien f 11 a 15, lamme ren f 8 13. KERKNIEUWS. Ned. Her». Kerk. Beroepen: Te Wouterswoude, B. Wissing, te Niekerk. Te Oost-Voorne, C. H. Ris Lambers, Theol. cand. te Bar neveld. Te Nieuwerkerk, G. B. Fijnvan- draat, te Stavenisse. Te Op- en Neder- Andel, J. G. Klomp, te 's Graveland. Te De Meer, J. G. Dekking, te Jaarsveld. Te Sebaldebuburen, J. Heeringa, te Terhorne. Te Heinkenszand, N. P. Fokkens, te Schelluinen. Te Terkaple, H. W. M. Hup- kes, te Garrelswner. Bedankt: Voor Alkmaar, door M. Göpner, te Harderwijk. Voor Hagestein, door J. F. L. A. de Jagher, teIJselmonde. Voor Ouddorp, door J. Vonk, te Olde- broek. Ned. Gere/. Kerk. Beroepen: Te Heeg, J. G. Klomp, te 's Graveland. Bedankt: Voor Scheveuingen, door T. H. Woudstra, te Maassluis. Chr. Ger. Kerk. Beroepen: Te Elburg, A. Brouwer, te Amsterdam. Te Jutrijp-Hommerts, P. Veenhuizen, Theol. cand. Te Pella(N. Ame rika) P. Nieuwenhuis, te Brielle. Te Oud- Beierland, R. Loman, te Herwijnen. Te Rottevalle Th. Oegema, Theol. cand. Te Doesburg, G. A. Gezelle Meerburg te Haarlemmermeer. Aangenomen: Naar Aalten, door J. M. Mulder, Theol. cand. Naar Wolvega, door A. de Geus, te Medemblik. Bedankt: Voor Joure, door C. M. W. Plet, te Sexbierum. Brutaal! Verleden week verwachtte men te Liverpool drie stoomers uit New- York. Alle drie waren zij bekend om hunne snelle vaart. Geen wonder dus, dat men te Liverpool ongerust begon te worden, toen geen der schepen drie dagen na den datum, waarop zij verwacht wer den was aangekomen. Eindelijk, den vierden dag, kwamen zij kort na elkaar binnen. Toen den kapitein van een der schepen gevraagd werd, of hij met zooveel slecht weer had te kampen gehad, dat hij zoo laat aankwam, luidde zijn antwoord «Slecht weer 't Mocht wat, prachtig weer, maar wij zijn tegengehouden door kolossale ijsbergen." «Door ijsbergen In dezen tijd van het jaar «Ja zeker «Maar waar kwamen die dan toch van daan «Och, een van die brutale Hollandsche cacaofabrikanten had ze in zee laten neerleggen en er met groote borden, waar op koeier. van letters, laten opzetten, dat zijn cacao de beste was. 't Is schandelijk om met dat goed Amerikaansche schepen dagen lang uit de koers te houden De Eiffeltoren, die reeds als model voor zoo menige snuisterij gediend heeft, had Maandag voor het eerst en wel met succes de eer om voor de parijsche rechtbank te dienen als ....verzachtende omstandigheid. Zekere Lamarck, die aan geklaagd was wegens verzet tegen het openbaar gezag en mishandeling van een politie-agent, zocht eerst den rechter te vermurwen door hem over zijn doodzieke vrouw te spreken en over zijn vader, die in den duitschen oorlog gesneuveld was. Toen hij meende dat dit niet hielp, voegde door. Ze is en blijft toch altijd een steenen pop, zonder de minste verandering in haar gelaatstrekken. Ze vei trekt geen gezicht, al spreekt haar vader ook den grootsten onzin. Ze lacht niet, ze schreit niet, ze maakt zich niet boos, zelfs niet wanneer haar kamenier de grootste dom heden begaat. Zoo lang Serena hier blijft is zij de koningin, en ik een nul in 't cijfer. Waarom gaat ze niet naar Wildingen terug? Ik zou zelfs op de on beduidende Pauline jaloersch kunnen wor den, daar Arno zich meer met haar dan met mij bemoeit. Ach over alles zou ik me kunnen ergeren, en boos op mijzelve worden." «De wensch van Bertha, dat Serena niet langer op het slot zou vertoeven, werd dan ook spoedig vervuld. Toen de erfbezitter met zijne dochter naar zijn verblijf terugkeerde, werd hij door zijn broeder, diens echtgenoote, Bertha en Pauline met Hans een eind weegs bege leid. Edgard bleef onder voorwendsel van eene lichte ongesteldheid te huis. Evenals Bertha was ook haar broeder ontevreden over Serena. Al zijne pogingen om op inniger, gemeenzamer voet met haar te komen waren op hare gemoedskalmte afgestuit. Zooals jegens iedereen, was ze ook jegens hem goed en vriendelijk ge weest, verder had hjj het echter niet hij er aan toe, dot hij ook aan den Eiffel toren gewerkt had. Dit deed effect. «Ja" sprak de president, «al gij zooveel aanspra ken hebt en zelfs hebt meegewerkt, moogt ge wel op eenige toegevendheid rekenen." Hij kwam ditmaal vrij met twee dagen gevangenisstraf. Figaro vreest, dat de EifTeltoren-zelf daarover het hoofd zal schudden. Naar de Transvaalsche bladen melden, is op de plaats Knappiesfontein, het ei gendom der Algemeene Exploitatie- en Bouwmaatschappij, gelegen in het district Heidelberg-Witwaterrandsche goud velden, een zeer rijke goudader ontdekt. Oogge tuigen beweren, dat het naar alle waar schijnlijkheid het Witwaterrand mainrif is. Ook gaat de Maatschappij haar eigen klipkuilen en steenzagerijen exploiteeren en heeft zij zich reeds eene oppervlakte van 25,000 vierkante yards van de beste steengronden verzekerd, waarvan zij groote voordeelen zal trekken en tevens in een groote behoefte voorzien zal. Prof. Chandler Roberts te Londen heeft berekend dat de rookrnassa, die dagelijks boven de Engelsche hoofdstad, opstijgt ongeveer 6000 centenaars gewicht heeft en dat daardoor een waarde aan steen kolen van ruim 2'/, millioen pd. st. per jaar ongebruikt verloren gaat, ongerekend een verlies van 300.000 pd. st. van trans port der kolen enz. en 2 millioen pd. st. wegens schade, die de rook veroorzaakt. De waarde, die derhalve door den Lon denschen rook verloren gaat, kan te za- men op circa 4'/2 millioen pd. st. per jaar worden gesteld. Aardappelenziektc. Even regel matig als de varkensziekte, komt ook de aardappelenziekte elk jaar op nieuw weer te voorschijn, en evenmin als men een afdoend middel weet om gene te voorko men, kent men er een om deze te bestrijden. Wel zoekt men, gedachtig hieraan dat wie zoekt, ook zal vinden, maar het middel heeft men nog niet gevonden. Laat ons intusschen hopen, dat het der wetenschap moge gelukken nog in deze eeuw beide ziekten aan hare macht te onderwerpen opdat wij niet meer van hare sloopende werking 't slachtoffer behoeven te zijn. De verspreiding der aardappelziekte heeft plaats door eene woekerplant, een zwam, Peronospora geheeten, welk vreemd woord Hechtzaad beteekend. Zij vormt aan de oppervlakte van het loof der aardappelen zoogenaamde spoordragers, die, wanneer zij rijp zijn. openspringen en hun inhoud door de lucht verspreiden. De wind neemt de sporen her en der mee, en regen of dauw bevestigen haar op het gezonde loof der aardappelen, waarop zij zich weldra ontwikkelen en met haar zooge naamd mycelium het bederf aanbrengen. Aan de oppervlakte der bladen vormt zich nu een menigte schimmelplantjes, die ^hh allen op eene onrustbarende wijze vermenigvuldigen en langzamerhand ook de knollen zullen naderen, om daar be derf en verrotting te weeg te brengen. De regen vooral is hun hierin behulpzaam en daarom is 't niet vreemd, dat op droge gronden en in droge jaren, de ziekte zich minder openbaart dan in het tegengestelde geval. Desniettegenstaande doet zij zich elk jaar in meerdere of mindere mate gelden en het kanonsdus niet bevreemden, dat de rusteloos zoe kende geest van den mensch ook hier veel heeft beproefd. Van de proeven willen we er een me- dedeelen, omdat ze onschuldig is en licht genomen kan worden. Eenige jaren geleden vertoonde zich de ziekte bijna overal in al haar omvang. De een deed dit, de ander dat om de vijandin te bestrijden, helaas, alles te ver geefs, of neen, dat is niet geheel waar, wantin Fransch-Zwitserland was een land bouwer, die zijn aardappelveld rolde, zoo dra zich de ziekte vertoonde en zoo waar, de uitkomst was alleszins bevredigend. Dit voorbeeld werd nog denzelfden zomer nagevolgd door Dr. L. Rau, bij wien de verwoestingen in het loof al tamelijk erg waren. Hij liet, vroeg in Augustus eenige kunnen brengen. Zelfs de minste poging om het gesprek te leiden op zijne liefde voor haar, of haar eene verklaring te doen, wist Serena met groote gemakke lijkheid en door zulk een trotsche be handeling af te keeren, dat Edgard woedend werd, en de oorzaak daarvan niet aan zichzelve toeschreef, maar daaraan, dat Serena een ander begunstigde. En deze gelukkige scheen bijna zeker niemand anders dan de «boer Hans" te zijn; zijne talrijke zegepralen over meisjes- en vrouwenharten, hadden den schoonen huzaren-luitenant zoo ijdel en ingebeeld gemaakt, dat hij zich voor onweerstaan baar hield. Des te pijnlijker ondervond hij nu het tegendeel. De kamerheer had er bij zijn zoon meermalen ernstig op aangedrongen dat hij eindelijk een be paalde verklaring van Serena zou verlangen hoe zij over eene verbintenis met Edgard dacht, en deze besloot nu haar eene vurige liefdesverklaring te schrijven. Daartoe wilde hij zich de afwezigheid van de andere slotbewoners ten nutte maken, en daarom had hij eene ongesteldheid voorgewend. Hij zette zich aan de schrijf tafel, zocht het sierlijkste papier uit, doopte de pen in de violetkleurige inkt en schreef«Aangebedene Serena I" Met deze twee afgezaagde woorden was Edgard's briefstijl al ten einde. Ach, hij akkers op zwaren leemgrond met een ijzeren rol bewerken, waardoor als 't ware de geheele opwas vernield werd. Wel werden de bladen allen door ziekte ver teerd, maar toch werd de schimmelplant in haar voortwoekeren gestuit. Uit de op den grond» liggende stengels schoten nieuwe zij^heuten op en 14 dagen na de kunstbewerking, hadden de akkers hun groen aanzien weer terugbekomen. In October vertoonde zich echter de ziekte weer, maar omdat de oogst nabij was, schoot er voor haar geen tijd over om hare vernielende werking te voltooien. Om tot eene vergelijking te kunnen ko men, waren eenige akkers ongerold ge bleven. En wat was nu de uitkomst van een en ander? Dit: de opbrengst van het gerolde veld was grooter dan die van het ongerolde en behalve dat, waren zijne knollen veel gaver of gezonder. Op grond hiervan laat men dan zeker ook wel eens eene kudde schapen over het aardappel veld loopen. De ondervinding heeft ge leerd, dat ook dit strekt ter bewaring van de aardappelen, als de ziekte zich reeds in het loof heeft vertoond. Een en ander is licht te beproevenbaat het niet, schaden zal het evenmin. De BURGEMEESTER en WETHOU DERS van AMERSFOORT, Gelet op art. 6 der wet van den 2. Juni 1875 (Staatsblad No. 95), Brengen ter kennis van het publiek, dat een door de Directie van het R. K. liefdehuis ingediend verzoek, met bijlagen om vergunning tot het oprichten van eene rookerij in het perceel alhier gelegen aan het Havik, wijk F. nommer 466, bij het kadaster bekend onder sectie E, No. 789, op de Secretarie der gemeente ter visie ligt, en dat op Maandag den 9. Sep tember aanstaande, des voormiddags ten elf ure, gelegenheid ten raadhuize wordt gegeven om, ten overstaan van het ge meentebestuur of van een of meer zijner leden, bezwaren tegen het oprichten van de inlichting intebrengen. Amersfoort, den 26 Aug. 1889. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, T. A. J. VAN ASCH VAN WIJCK. De Secretaris, W. L. SCHELTUS. De BURGEMEESTER en WETHOU DERS van Amersfoort, Gezien de tweede zinsnede van art. 21 der verordening op de Straatpolitie Doen te weten, dat de hoofdbewoner van een gebouw, de gebruiker van een erf, de eigenaar of beheerder van eenig onbewoond eigendom, of van eenig on gebruikt erf, verplicht zijn de straten vóór, achter en terzijde van hun pand gelegen, waar overburen zijn «ter halve breedte" en waar geene overburen zijn, of op pleinen en grachten «tot vijf me ters uit den stoep" te doen wieden, zoodat de straat op Maandag, den 9 September aanstaande, des voormiddags te 10 uren behoorlijk gezuiverd is, op straffe bij art. 37 der gemelde verordening bepaald. AMERSFOORT, den 26 Augustus 1889. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, T. A. J. VAN ASCH VAN WIJCK. De Secretaris, W. L. SCHELTUS' De BURGEMEESTER en WETHOU DERS van AMERSFOORT, Gelet op art. 6 der wet van den 2, Juni 1875 (Staatsblad No. 95), Brengen ter kennis van het publiek, dat een door C. J. VAN GINKEL inge diend verzoek, met bijlagen, om vergun ning tot het oprichten van eene slach terij in het perceel alhier gelegen aan kon zoo prachtig rijden, en met pistool en degen omgaan hij kon kaart en alle andere soorten van spel meesterlijk spe len hij was de keurigste van alle dansers hij wist vrouwen en meisjes vleierijtjes te zeggen en andere verleidelijke kunsten te bezigen maar schrijven, daar was hij niet van thuis, zoowel wat het voeren van de pen als den stijl betrof. En toch moest hij die proef ondernemen. Pein zend stond hij van zijn stoel op, liep op en neer in de kamer en verzonk in diep nadenken. Eindelijk trad hij voor het venster dat op den tuin uitzag, en keek naar buiten. «Aangebedene Serena," herhaalde hij halfluid, «eerste en eenige geliefde mijns harten! Hoe nu verder?" Hij sloeg een blik in zichzelf. Serena's beeld, de eerste en eenige geliefde zijns harten, maakte plaats voor een weekelijk beeld, dat hem plotseling op andere gedachten bracht. Dicht onder het venster van het slot zat het schoone Treesje op de hurken en wiedde het onkruid uit de met groen ten beplante bedden. Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1889 | | pagina 2