NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad UTRECHT EN GELDERLAND. De Spoorweg-overeenkomsten IN HET VUUR. No. 46. Zaterdag 7 Juni 1890. Negentiende jaargang. abonnementsprijs: VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. advertentien: BINNENLAND. FEUILLETON. iMERSFOORTSCHE COVRANT. VOOR Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Kijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. ingezonden stukken en berichten intezendeu uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort. Van 16 regels 0,40; iedere regel meer 5 Cent. Advertentien niern.aal geplaatst orden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. |7g||K* Zij die zich tegen 1 Jnli op dit blad abou- neeren, ontvangen de voor dien tijd verschijnende Sos. gratis. Het kan niet in onze bedoeling liggen, deze in haar ganschen om vang en in alle bijzonderheden, te bespreken, en evenmin, stuk voor stuk de bezwaren uiteen te zetten, die tegen haar zijn ingebracht en de argumenten te behandelen, waarmede men heett gepoogd deze te weder leggen. Daartoe is een blad van zulk een hoogst bescheiden uitgebreidheid als het onze niet de geschikste plaats. Laat ons alleen even mogen wij zen op de beteekenis van den wet- gevenden arbeid, thans aan de orde gesteld, wellicht reeds in openbare discussie gebracht. Ons spoorwegnet is bij brokstuk ken in elkander moeten komen, vruchten van den ondernemingsgeest van onderscheiden maatschappijen. Verschillende oorzaken zijn daar wel licht voor aan te gevende natuur lijke ligging van ons land, door vele waterwegen doorsneden, aan breede riviermonden, welker overbrugging aanmerkelijke onkosten zou veroor zaken, heeft er denkelijk bet meest toe bijgedragen. In elk geval, het is nu eenmaal zoo, en nu de Staat onge veer klaar is met den bouw dier we gen die ter oorzake van hun kost baarheid niet voor aanleg door par ticulieren in aanmerking konden ko men, nu heelt men de nadeelen van splitsing en verdeeling gezien, en gelegenheid gehad om na te gaan hoeveel meer voordeel de handel en de nijverheid zouden trekken van die lianen, indien elke maatschappij voor zich en zonder tusschenkomst van derden ot vierden onze zeehavens in directe verbinding kon brengen, met het achterland, waarmede we door onzen transito-handel economisch verbonden zijn. Dit is, in hoofdzaak, het doel der onder voorbehoud van de goedkeu ring door de Wetgevende macht ge sloten overeenkomsten met de drie spoorwegmaatschappijen. Die van den Rijnspoorweg zal verdwijnenhaar concessie vervalt einde 1898, en dan zoude quaestie: „vernieuwing of naas ting" zich voordoen. De Regeering wil reeds nu de bezittingen dier maat schappij aankoopen, teneinde een nieuwen toestand in het leven te roepen. We hebben allerlei becijferingen gelezen waaruit zou moeten blijken, volgens den een, dat de Regeering de Rijnsp. maatschappij vrij stief moederlijk behandelt, de belangrijke diensten vergetende, die zij aan het verkeer heeft bewezendat de Staat min of meer misbruik maakt van den gedrukten toestand, waarin die maatschappij eenigen tijd heeft ver keerd, maar dien zij nu te boven is. Anderen daarentegen beweren dat de Minister van Waterstaat dikke en oreede riemen heeft gesneden van het leer der natie, en best nogeenige tonnetjes had kunnen afdingen. Bij zulk uiteenloopend oordeel is het bil- lijkste en tevens waarschijnlijkste dit, dat met de onderscheiden belangen behoorlijk rekening is gehouden. De lijnen der R. Sp. maatschappij zullen ter exploitatie overgegeven worden aan de beide machtige maat schappijen die ieder kent in dien zin, dat heide in de gelegenheid worden gesteld, door haar treinen te laten doorloopen ook op de beenen van haar mededingster, de havenplaatsen vooral Amsterdam en Rotterdam te bereiken. Men gevoelt welk groot voordeel hieraan is verbonden. Directe en snelle gemeenschap tusschen de Zee en België, Duitschland en Frankrijk over Nederland moet het gevolg wor den van deze nieuwe regeling, waar van sommigen vreezen dat zij tot moeilijkheden tusschen de beide maatschappijen aanleiding zal geven, een gevaar dat wij echter geheel en al denkbeeldig achten, aangezien de toepassing van het stelsel steeds on derworpen blijft aan de contróle der Regeering. Men vreest nog meer dan dat, namelijk een al te groote vriendschap pelijkheid tusschen de Hollandsche- en de Exploitatie-maatschappij, ten gevolge waarvan de reizigers door hooge vrachttarieven het gelag zul len moeten betalen. Voor het binnen- iandsch personen-verkeer is daar in derdaad gevaar voorzoolang er nog wat meer concurrentie is, door de aanwezigheid eener derde maatschap pij, wordt het moeielijker onder één hoedje te spelen. Konden in de wet eenige meerdere waarborgen gegeven worden, dat de tarieven beneden zeker maximum moeten blijven, 'tzou stel lig aanbeveling verdienen. Evenwel, ze ontsnappen niet aanhet toeziehtder Regeering, die ze moet goedkeuren vóór ze in werking treden. Met de vrachten voor goederen is dit iets andersdeze zullen wel niet hooger worden dan strikt noodzakelijk is, omdat we, in onze steeds verbeterde waterwegen een voortrellolijk middel bezitten om tot goedkoop vervoer te land te dwingen. Het is misschien niet overbodig dat de Tweede Kamer al haar aan dacht geeft aan de vraag, of voor het ambtenaars- en werklieden-per soneel voldoende zorg wordt gedra gen, wat betreft Zondagsrust, arbeids duur en verzekering. In geen con cessie voor een openbaar middel van vervoer mogen bepalingen dienaan gaande ontbreken, en, zoo dit wèl het geval is, moet men de eerste de beste gelegenheid aangrijpen om een vroeger gepleegd verzuim te her stellen. Eindelijk veroorloven we ons nog den wensch uit te drukken, dat men in de Tweede Kamer, bij het bespre ken van dit onderwerp en bij het ne men eener beslissing, de politiek ge heel ter zijde laat. De deskundigen uit beide partijen zijn de aangewezen mannen om hun licht op de zaak te doen schijnen zóó helder dat ook de leeken met bewustzijn hun vóór of tegen kunnen uitspreken bij de amen dementen, de artikelen, of de wet zelve. Zijn de bezwaren zóó groot ge bleken, dat men liever de tegenwoor- digen toestand wil bestendigen dan over te gaan tot een anderen, van welken men in elk geval eerst zal moeten afwachten wat hij brengen zal, dan mag niet de gedachte dat misschien de Minister zijn portefeuille in de schaal zal werpen iemand weer houden van een afkeurende stem. Omgekeerd mag niemand, om een Minister te treffen die niet tot zijn partij behoort, zich verklaren tegen een regeling, die hij zou aannemen indien zij van een geestverwant af komstig ware. Naar men verzekert zal de Eerste Kamer tegen het laatst dezer maand wor den bijeengeroepen. In de zitting van de Tweede Kamer was eergisteren voor 't eerst na zijn langdurige ongesteldheid wederom tegen woordig de heer Bool, afgevaardigde voor Leiden De heer Farncombe Sanders, lid van de Tweede Kamer, heeft te Haarlem een voordracht gehouden, over de spoor wegovereenkomsten. Spreker zette de voor-en nadeelen van de nu hangende voorktellen uiteen, en kwam tot de conclusie, dat zij niet aan nemelijk zijn; hij althans zou er tegen stemmen. Staatsexploitatie achtte hij het eenige goede stelsel voor onzen tijd. De minister van binnenlandsche zaken heeft het afbreken van het his torische Waterpoortje te Maastricht ver boden. Het fonds van onderofficieren, enz., die onder toekenning van gagement of van gratiGcatie uit den militairen dienst worden ontslagen, heeft in 1889 totaal ontvangen f94.736,30, terwijl is uitgege ven f91,585,38, zoodat bij slot van het jaar 1889 meer is ontvangen dan uitge geven f 3150,92; terwijl een kapitaal van f 485,000 op het grootboek der 2'/i pet. Nat. Werk. Schuld als eigendom van het fonds is ingeschreven. Het aantal deelgenooten aan het fonds op ultimo Dec. 1889 bedioeg 980. De stations langs den Oosterspoor weg werden telefonisch verbonden. De Hollandsche Spoorweg maatschappij heeft reeds een gedeelte van dit werk gereed. Eergisteren is door het dames-co mité der in April jl. te Utrecht gehouden fancy-fair ten voordeele van het op te rich ten Nederlandsch Gasthuis voor Minver mogende Ooglijders, aan de heeren re genten dier inrichting afgedragen een bedrag van f 22,331.89'/, vertegenwoor digde de opbrengst van het weldadig heidsfeest, na aftrek der onvermijdelijke onkosten. In Sliedrecht zijn bij de Dinsdag gehouden verkiezing voor een lid der Prov. Staten van Zuid-Holland 1069 stemmen uitgebracht op den candidaat der anti-revolutionaren, den heer W. H. van Haaften, terwijl de liberale candidaat de heer W. M. van Haaften, 989 stem men op zich veereenigde, zoodat eerst genoemde gekozen is. Deze week hebben dieven bij een banketbakker aan den Ginnikenschen Steenweg te Breda gedurende den nacht een geheel gereed gemaakt bruiloftsmaal weten weg te voeren. Men is hun nog niet op het spoor. Te Boskoop zal den 18 Juni feeste lijk herdacht worden. Twee muziekcorp sen zullen op het feestterrein zich doen hooren. De kinderen der beide scholen en de verpleegden van het oudemannenhuis zullen onthaald worden. Des avonds zal een geïllumineerde boot varen, en tot slot bal-chumpètre op het feestterrein. De rechtbank te Assen heeft Maan dag in een vonnis beslist, dat het in be slag nemen en begraven van voor de Naar het Zweedsch, VAN M. KOOS. 9) Zij ging aan de piano zitten, en liet onder het uittrekken van hare handschoe nen den blik over de muziek glijden. «Wat is het? vroeg zij, het blad om heerend. «Groote goden, welke hanepoo- len! En u verlangt van mij dit a prima vista te spelen Na een paar préludes begon zij met het nieuwe stuk. Toen zij eenige malen had gespeeld, werd de uitdrukking op haar gelaat levendiger, hoe langer zoo •warmer belangstelling bezielde haar, en ondanks de afschuwelijk geschreven noten, speelde zij de begeleiding bijna zonder fouten ten einde, terwij zij daarbij zacht de melodie neuriede. Maar dat is een klein meesterstuk I" riep zij bewonderend uit, toen zij het ten einde had gebracht. «Welk een vuur, welk een bezieling waar heeft u dat opgediept? Van wie is het, vervolgde zy met een vragenden blik op Melcher. Deze stond met zijne handen om de stoelleuning geklemd. Zijne oogen flikker den, zijne lippen trilden, en hij was zoo ontroerd dat hij bijna niet kon spreken. „Ik heb het gecomponeerd" stamelde hij «onlangs van nachtU zal mijn ongeduld kunnen begrijpen mijn ongeduld om het te hooren en het zoo meesterlijk te hooren, als ik het van u verwachten mocht. Zij scheen een en al verbazing. „U heeft u dat gecomponeerd I" herhaalde zij een paar maal, terwijl zij verwonderd en bewonderend tot hem op zag. Hij beantwoordde haren blik, en een paar seconden lang zagen zij elkander zoo diep en innig in de oogen alsof zij tot in eikaars ziel wilden doordringen, op ééns wendden beiden tegelijk den blik af. Op nieuw las zij het lied. Zij doorliep het zeer langzaan en oplettend, maakte een paar opmerkingen over enkele on juiste harmoniën, en begon het toen van voren af met haar volle schoone stem te zingen. Melcher luisterde ademloos. Hij kon het zelf niet vatten, dat hij het was, die het scboone stuk, dat hij nu hoorde, had gedicht. Eene dringende levenskracht en levensvolheid dooitintelde hem het duizelde voor zijne oogen zijn eigen werk verrukte hem. Op dit oogenblik was hij sterk en vrij de boeien van jaren en jaren waren verbroken de toekomst lag voor hem open hij meende, dat aarde en hemel hem toebehoorden, dat geen grootheid voor hem onbereikbaar verhe ven was. Zijne phantaisie nam een for- schen sprong: zij toonde hem het oogen blik der volmaking, der zegepraal, en hij genoot reeds van den bedwelmenden drank En te midden dezer gevoelens deed zich op onklare, verontrustende wijze het rnischen van uit de verte opkomende stormen vernemen «Heb dank I" fluisterde hij, toen zij zijn lied had uitgezongen, op hartstoch telijke toon en vatte hare beide handen »u heeft mijn lied geschapen u heeft er leven aan gegeven Zij glimlachte en trok hare handen zachlkens terug. Wel beantwoordde zij zijn vurigen blik niet, maar toch lag op haar gelaat eene bijna even sterke ontroering, als op het zijne, uitgedrukt. »U heeft zeker vroeger veel gecompo neerd, niet waar?" vroeg zij, haar vin gers licht over de toetsen latende glijden. «In mijn jongen tijd welmaar sedert jaren heb ik geen enkele maat gezet. «Maar na dit, zal u natuurlijk veel meer dichten I" „Gelooft u dal?" Zijne hand beefde, terwijl zijn oog vra gend op haar bleef gericht. Zij antwoordde niet. Zij speelde zacht voort, en allengs kwam het gesprek op verschillende nieuwe muziekstukken. Zij zong enkele gedeelten voor hem uit nieuwe composities, en ten laatste speelde hij op haar verzoek eene brillante Polonaise van Chopin, met al den gloed, dien hij daarin wist te leggen; hij speelde, dat de tonen als vonken opstoven hij speelde, als wilde hij uitdrukking geven aan het nieuwe leven dat in hem was ontwaakt. «Ziet u wel" zeide zij bewonderend «dat u veel meer virtuositeit bezit dan ik? U is in alles mijn meerdere." «Volstrekt niet; u heeft, wat mij ont- bieekt, studie en regel. Ik ben er zeker van dat u ook componeert." «Geen nood. Ik zou het eenvoudigste lied niet kunnen dichten. Ik bezit geen scheppingskracht hoegenaamdik ben uitsluitend reproduceerend." De minuten gingen onopgemerkt voor bij zij waren in een muziekale stemming gekomen die hun tijd en plaats deed ver geten. Zjj hadden het ook niet gemerkt dat de canapés in de zaal langzamerhand door toehoorders waren bezet, die met belangstelling en groote nieuwsgierigheid zaten te luisteren. Op ééns sprong Melcher op. Eene klei nigheid riep hem uit zijne roes tot de werkelijkheid terug een jong meisje, aai dezelfde kleuren als Bertha op haar hoed droeg, was de verhooging voorbijgegaan. Die kleur trof hem. Hij brak te midden van een stuk af en haalde zijn horloge te voorschijn. Het was bijna elf uur; hij schrikte en stond dadelijk van de piano op. «Vergeef mij" zeide hij op een over dreven klagenden toon «maar ik moet u thans verlaten. Ik zie tot mijn spijt, dat ik het uur reeds heb verzuimd, waarop mijne arme vrouw Hij kwam niet verder. Zijne «arme vrouw" bleef hem letterlijk in de keel steken. Hij gaf Mathilde de hand, boog voor haar, dankte haar met warmte voor deze uren en verzocht dringend, dal deze niet de laatsten mochten zijnen toen snelde hij in zenuwachtige vaart de ver hooging af en de zaal uit. Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1890 | | pagina 1