NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad UTRECHT EN GELDERLAND. IN HET VUUR. No. 55. Woensdag 9 Juli 1890. Negentiende jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. BINNENLAND. FEUILLETON. AMERSFOOBTSCHE COURANT. VOOR abonnementsprijs: Per 3 maaudcn ƒ1.Franco per post door het geheele Kijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort. advertentien: Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent. Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. De Burgemeester van Nijmegen heeft het navolgende schrijven ontvangen van Jhr. S. M. S. de Ranitz, adjudant en particulier secretaris van Z. M. den Koning, en dit aan de ingezetenen be kend gemaakt: Het Loo, 2 Juli 1890. Ingevolge de bevelen van Hare Maje steit de Koningin heb ik de eer Uw WelEdelGestr. Hoogstderzelver opi echten dank te betuigen voordevele bemoeiingen, door u genomen bij gelegenheid van het bezoek van Hare Majesteit en Hare Ko ninklijke Hoogheid Prinses YVilhelmina aan de stad Nijmegen. Hare Majesteit verzoekt Uw WelEdel Gestr. aan allen, zoowel te Nijmegen als in de omstreken en de naburige gemeen ten, die hebben medegewerkt der Koningin en Hare Koninklijke Hoogheid eene schit terende ontvangst te bereiden, daarvoor den dank van Hare Majesteit te willen overbrengen. Hare Majesteit stelt de hartelijke ont vangst van allen en de volmaakte orde, die overal heerschte, op de hoogste prijs en verzoekt Uw WelEdel Gestr. met name aan die inwoners welke zich zoo buitenge wone moeite gaven hunne straten en wo ningen een feestelijk aanzien te geven, de verzekering te willen geven, dat Hare Majesteit en Hare Koninklijke Hoogheid daarvoor in hooge mate gevoelig waren. Het bezoek van Hare Majesteit en Hare Koninklijke Hoogheid aan uwe schoone stad en prachtige omstreken heeft in alle opzichten de aangenaamste herinneringen achtergelaten. Aan allen, zonder onderscheid, zegt Hare Majesteit hartelijk dank. Ontwerp tot regeling ran den krijgsdienst. Het geheele ontwerp bevat 362 artike len. In hoofdzaak zijn de voorstellen van de staats-commissie gevolgd, terwijl de regeering met de nota van de heeren Reuther c. s. in verschillende opzichten niet instemt. De strijdkrachten zijn on voldoende en moeten verbeterd en ver sterkt; alle kringen der bevolking zullen hun leden beschikbaar moeten stellen tot verdediging des lands. Volgens het ontwerp zal de zeemacht bestaan uit actieve zeemacht en zeeweer; de landmacht uit leger, landweer en de aanvullingsreserve en in buitengewone omstandigheden vrijwillige legercorp sen. De organieke sterkte van het leger op voet van ooi log bedraagt niet meer dan 116000. Het maximum dienstplichtigen bij de zeemacht is 3100; jaarlijks wordendaar- hij niet meer dan 600 dienstplichtigen ingelijfd. Bij het leger worden jaarlijks ingelijfd ten hoogste 13,200 dienstplichtigen voor volledige en ten hoogste 2500 dienst plichtigen voor korte oefening. De dienst duurt voor de ingelijfden bij de actieve zeemacht 6 jaar, bij de actieve landmacht 6 jaar. Daarna gaat de dienstplichtige naar zee- of landweer over en dient daarbij 5 jaar. Tot lange- ren diensttijd kan hij de wet worden verplicht. Dienstplichtig is ieder minderjarig man nelijk Nederlander, die binnen het rijk verblijf houdt of wiens vader, moeder of voogd aldaar woont; ieder minderjarig mannelijk Nederlander, die binnen het rijk woont, en ieder mannelijk ingezeten niet Nederlander, die op 1 Januari het 20e levensjaar was ingetreden, behoudens de bij de wet gemaakte uitzonderingen. Een veldleger zal gevormd worden ter sterkte van 45.000 man; het zal de mo biele kracht van het leger uilmaken. Daarnaast een bezettingsleger van 30,000 man, beantwoordende aan de inrichting van ons vestingstelsel, bestemd om een krachtige passieve weerstandslijn te vor men. Tot aanvulling van de verliezen in tijd van oorlog is gerekend op de vorming van 20,000 man depottroepen, die zoo geoefend zullen worden dat er na de mobilisatie over beschikt zal kunnen worden. Op een aantal reservebataljons is ge rekend, die bewakingsdiensten zullen ver richten aan de kusten tot het voorkomen van landingen of in linien en stellingen ter verzekering van de veiligheid. De sterkte dezer reserve die later tot eene divisie kan worden gevormd, zal niet minder dan 20,000 man bedragen. Dan komt de landweer: een krachtige legerreserve van 50,000 man, samenge steld uit oud-gedienden van het leger, in den hoogsten nood geholpen door den land storm, bestaande uit alle nog beschtkbare mannen van den te bepalen leeftijd. De vrijstellingen worden verleend of telkens voor een jaar of voor altijd. Tot de eersteredenen van vrijstelling behoort o. a. eenige zoon of kostwinner. Verder worden telkens voor éen jaar vrijgesteld studenten in de godgeleerdheid, die bin nen het rijk aan eene erkende inrichting van onderwijs tot geestelijke of bedienaar van den godsdienst wordt opgeleidde R.-K. ordebroeder behoorende tot een binnen het rijk gevestigde kloosterinrich ting. Vrijstelling voor altijd wordt o. a. verleend aan geestelijken en bedienaars van den godsdienst bij een kerkgenoot schap, bij kon. besluit te bepalen; den R.-K. ordebroeder die 27 jaar is. Dienstvervanging is toegelaten voor broeders. Bij de actieve zeemacht is de eerste oefening 12 maanden, met mogelijk heid van verlenging. De werkelijke dienst voor eerste ver blijf onder de wapenen der tot volledige oefeningen ingelijfden bij de landmacht is 12 maanden bij de onbereden, 18 maanden bij de bereden korpsen. Voor korte oefeningen worden de af geleverde manschappen 3 maanden in werkelijken dienst gehouden. In sommige gevallen kan door den Koning aan aangewezenen tot den dienst ontheffing van werkelijken dienst worden verleend, hetzij voor den geheelen duur van den diensttijd, hetzij voor een gedeelte daarvan. Daarmede wordt vooral rekening gehouden met de belangen van kunsten en wetenschappen. De vermeerdering der jaarlijksche kos ten tengevolge der nieuwe regeling wordt geraamd op f 1,550,500; daartegenover staat dat thans de kosten der schutterijen vervallen of f228,000, zoodat f 1,322,500 meer zal worden vereischt. Op voorstel van B. en W. van Groningen is door den Gemeenteraad aan het bestek van een werk aan de gasfa briek de volgende bepaling toegevoegd: »De aannemer is verplicht, de werklie den, onderbazen, enz., door hem voorde uitvoering der op het terrein der gas fabriek te verrichten werkzaamheden te bezigen, bij eene soliede Nederlandsche maatschappij, ten genoegen van de direc tie, tegen ongelukken te verzekeren, en de polis daarvan aan den directeur der gasfabriek over te leggen, vóór met de uitvoering van het werk wordt aange vangen." Overeenkomstig de aldus gewijzigde voordracht is besloten. Zaterdagnamiddag werd in de Loge te 's Hage een warme hulde gebracht aan den afgetreden inspecteur van 't lager onderwijs, den heer Moens. Omringd door onderwijzers, onderwijzeressen en belangstellenden in hetgeen door hem voor het onderwijs was verricht, nam de heer Moens te midden zijner vrienden plaats. De heer G. B. Lalleman, oud-hoofd eener school te Amsterdam, nam het woord, herinnerde aan de uitstekende diensten door Moens bewezen, zijn zeld- zamen tact en zijn ijverig streven naar hel doelde volksveredeling en volksbe schaving. Uit naam van honderden van elke richting werd daarom den heer Moens dank gebracht voor hetgeen deze had gedaan, en bood de heer Lalleman ten slotte namens onderwijzers en onderwij zeressen en hooggeachte vrienden een aandenken aan als bewijs van waardee ring en van hulde. Dit aandenken is een beeld op marmeren zuil. De namen van de vereerders zijn geschreven in een album in prachtband. De vrienden van den heer Moens hadden daaraan toegevoegd een fauteuil van don kerrood fluweel en een bronzen pendule. Diep bewogen voor dit bewijs van sym pathie en liefde, dankte de heer Moens. Hij wees op den nieuwen weg, die thans voor de onderwijzers was geopend en uitte den wensch, dat ook de onderwij zers, gelijk spreker, erkenning mochten vinden voor hun streven om 't goede te winnen. De inspecteur van het middelbaar on derwijs dr. Van Eijk, en de oud-school opziener mr. A. Keraijk werden onder de belangstellenden opgemerkt. Men meldt uit Haarlem, dat heden in den Raad komt een voorstel van B. en "W. strekkende om ruim 63 H. A. duingrond, toebehoorende aan mevrouw v. d. Vliet, te onteigenen, ten behoeve van een gemeentelijke duinwaterleiding. Dit voorstel wordt vooral door de be woners der nieuwe wijken, die in den tegenwoordigen stand van zaken, geen water kunnen krijgen, met ingenomen heid begroet. De politie te Zwolle heeft wederom procesverbaal opgemaakt tegen een kleer maker, die een 12-jarigen jongen in zijn dienst had zonder voorzien te zijn van de bij de wet voorgeschreven arbeids kaart. Door den bekenden calligraaf An- tonie Grevenstuk is aan de afdeeling Amsterdam van den «Nederl. Bond van oud-onderofficieren" eene zeer fraai be werkte naamlijst aangeboden, die een juweeltje van penteekenkunst mag hee- ten. De afdeeling benoemde den schenker dan ook tot eerelid. Zaterdagmiddag ten ongeveer 6 ure steeg de heer H. Rodenhof, in gezelschap van den heer Mersman, op met zijn reu zenballon uit den tuin van het Paleis. Een nog al krachtige Zuidwestenwind dreef den ballon voort in Noordoostelijke lichting over het Y. Slechts twintig mi nuten ongeveer bleef hij boven, na eene hoogte bereikt te hebben van 950 meter. Hij daalde neer op het weiland eener hoeve te Landsdorp, waar den kapitein van de toegesnelde mannen op de meest bereid willige wijze hulp werd geboden. Een nogal kluchtig voorval ging daarmede gepaaid. De onderhandeling over den prijs voor het vervoer van schuitje en ballon geleek op een aanbesteding bij af slag. De een nam op zich, den ballon voor 5 gulden te vervoeren; twee an deren verklaarden het te willen doen voor respectievelijk 2 en 1 gulden. Hier uit ontstond een woordenwisseling tus- schen de beide laatslen, die weldra tot een vechtpartij oversloeg, totdat de ka pitein een beslissing nam, waardoor «het werk werd gegund aan den hoogsten inschrijver", dus voor 5 gulden. Van 1 Juni tot heden zijn in den Haag 257 gevallen van mazelen gecon stateerd. In de zaak van de vrouw en haar dochter, uit de Bloemstraat te 's Graven- hage, die verdacht werden een knaap zoodanig te hebben mishandeld, dat hij aan de gevolgen stierf, is naar men meldt, door de deskundigen een verslag uitge bracht, waarbij de geneesheeren tot de Naar het Zweedsch, VAN 91. BOOS. 17) Welaan Melcher, verlaat mij ont vlucht mij. Nog ben ik in staat je dit te vragen nog vertegenwoordig je. niet het geluk mijns levensMaar komt het eenmaal zoover blijf je hier wordt je nabijheid het geluk, waarop ik aanspraak maak dan dan zal ik je niet meer kunnen vragen om van hier te gaan Onwillekeurig verwijderde zy zich van hem. Hare stem, die eerst had gebeefd, werd allengs zekerder, bijna bevelend en de duisternis verhinderde haar zijn ontroerd gelaat te zien. Deze schoone, harmonische kalmte, waarachter zij in dit beslissend oogenblik haar oproetig hart wist te verschansen gaf haar den schijn eener koude gebiedster. ilk kan je niet verlaten" stamelde Melcher. «Het ware myn dood erger dan de dood het zou leven zijn, met het bewustzijn dat het hoogste en beste in ons stervende is Wil-je dat? Ver- lang-je dat inderdaad? vervolgde hij harts tochtelijk; »wil-je mij van je stooten wil-je mij weer tot die ledigheid terug dringen waarvoor je mij hebt geleerd te huiveren?" Hij trachtte hare hand te vatten, maar zacht onttrok zij hem die. «Welaan, ik heb je gewaarschuwd" hernam zij nog steeds op den berede neerden, bedaarden toon. «Denk er aan dat ik viij ben dat jij gebonden bent, Bedenk-je goed eer je verder gaat overleg met je zelf of je moed hebt en kracht Want ik ben een gevaarlijk wezen, Melcher, en zij richtte zich plot seling overeind en stond in haar volle lengte, met flikkerende oogen tegenover hem, «ik ben gevaarlijk! Er is een wils kracht in mij, die, dit voel ik, die mij slecht zou kunnen doen worden! Als ik mij eenmaal aan iets of aan iemand hecht, dan geef ik mij geheel zonder voorwaarden, zonder terughouding, al zouden dood en vertwijfeling daarna mijn lot zijn. Ik blijf nimmer op den halven weg staan. Daarom bedenk-je goed, mijn vriend Heb-je mij verstaan?" Zij legde even haar hand op zijn arm en zag hem onderzoekend aan, met hare doordringende oogen. Zij wilde weten of hij de gansche bedoeling harer waarschuwende woorden had begrepen, maar zij kon niets anders dan hevige gemoedsaandoening in zijne trekken lezen. Het sterke, krachtige ele ment in haar karakter, zoo ongelijk aan zijne zwakke, onstandvastige natuur, werkte op hem als een dronk champagne. Hij werd bedwelmd, ontroerd, geprikkeld; doch de diepe, innerlijke bedoeling harer woorden kon hij wilde hij niet ver staan. «Ik kan je niet verlaten ik kan het nietherhaalde hij telkens weer op hartstochtelijken toon. „En toch Melcher, bedenk wat je doet! Ik ken mijzelve als je eenmaal in mijne macht bent, laat ik je nooit meer vrij Nog ben je vrij nog zeg ik koel en bedaard: «ga heen!" Denk je niet aan het woord «plicht?" Ben je het geheel met je zelf eens, omtrent den zin daar van. Melcher schrikte. «Stil, om Gods wil stil" fluisterde hij. Roep mijne geheimste gedachten niet wakkerzij kunnen mij somtijds krankzinnig maken. Waartoe thans nog redeneeren of overleggen Eens komt toch het oogenblik dat jaren lange overwe gingen te niet doetneen, neen thans geen koud overleg!.... geen be redeneerd plan tusschen onsl... Wie weet, misschien blijkt het geheel overbodig Malhilde antwoordde niet. Zij trok even haar schouders op en een bijna minach tende blik uit haar halfgesloten oogen, gleed over zijne gestalte. «Zwak besluiteloos, als alle man nen" dacht zij. Langzamerhand was het geheel donker geworden. Een zwarte wolk hing voor de maan en dikke regendroppels begonnen te vallen. «Wij moeten zoo snel mogelijk naar huis gaan" zeide Mathilde, zich huiverend in baar shawl wikke[end, «foei wat is het hier donker en koud I" Haastig liepen zij de groote laan door. Beiden zwegen. Zy luisterden naar de regendroppels, die zoo dof en zoo wan hopend eentooning neervielen. Nu en dan spraken zij een enkel woord, maar het was ledig, zonder beteekenis of zin. Al- lenks had eene sombere, treurige afscheids- stemming zich van hen meester gemaakt. Het was uit een paar schoone zomer dagen waren als een droom voorbijge gaan het heerlijk gezang verstomde. «Zal je van avond nog iets componee- ren?" vroeg zij bij het scheiden. «Ja" klonk zijn dof antwoord. «Dat is het eenige, wat myne opgewondenheid tot bedaren brengt «Dat lied moet je mij geven" zeide zij op vriendelijken, diep weemoedigen toon. «Dat zal ik als eene herinnering bewa ren; als wij misschien niet meer...." «Stil, o stil I" riep hij woest, «Ik kan niet meer! Zie-je dan niet wat ik lijd hoe ik als van smart wordt verscheurd? En toen hij haar had vaarwel gezegd en alleen naar huis wandelde, schreide hij als een kind. Tot nog toe had Bertha nog niets ge merkt van de verhoudiog, die zich tus schen Melcher en Mathilde ontwikkelde. Zij zag hen bijna dagelijks met elkander, maar in hare tegenwoordigheid gingen zij slechts op de vriendschappelijke manier van goede bekenden tezamen om. Dan daalden zij tot Bertha's standpunt af in hunne gesprekken; zij praatten over onderwerpen, die tiaar belangstelling opwekten en zij maakten somtijds ook wel een weinig muziek. Maar de zoo gevaar lijke punten, de geheimen van hart en leven, de geheimzinnige tooverkracht der muziek, werden alleen op hunne wande lingen besproken. iDtusschen begon rnen onder de bad gasten op hun iytiemen omgang te letten. Aanvankelijk waien het bedekte vragen en toespelingen, verwonderde blikken op mevrouw Ornfelt; maar het duurde niet lang of men sprak ronduit over de ver-

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1890 | | pagina 1