NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad UTRECHT EN GELDERLAND. Vier weken verliefd. No: 28. Woensdag 6 April 1892. Een-en-twintigste jaargang. VOOR VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Uitgever G J. SLOTHOUWER, Amersfoort. Bjj dit nummer behoort een bijvoegsel. Staten-Generaal. BINNENLAND. F e uillet on. JMERSFOORTSCBE COURANT. abonnementsprijs: Per 3 maanden 1.j Franco per post door het gebeele Kijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. advertentien: Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent. Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Rroote letters en vignetten naar plaatsruimte. De wetsontwerpen, van de Tweede Kamer ontvangen, werden in twee ver gaderingen, door de eerste Kamer ge houden op de beide laatste dagen der vorige week, behandeld en aangenomen. De discussie over de meeste was natuur lijk zeer kort, zich hoofdzakelijk bepa lende tot eenige inlichtingen van den bij de zaak betrokken Minister. Zoo zei de Min. van Buitenl. Zaken, naar aanleiding van het Congo-tractaat, dat voortaan bij wetsontwerpen van dezen aard machti ging behoort te worden verleend voor verlenging van den termijn van ratifica tie; omtrent 'de Borneo-overeenkomst verklaarde de Min. van Koloniën dat de rechten der inlandsche vorsten voldoende zijn verzekerd. De instelling der Oranje- Nassau-orde werd door den heer Van Weideren Rengers als onnoodig bestre den: 6 leden stemden toe. Over de militaire noodwet werd wat langer ge debatteerdde heer Melvill van Lijnden zag in het feit, dat de Min. van Oorlog zich met minder had tevreden gesteld dan hij oorspronkelijk vroeg, een bewijs van zwakheid, dat spr. bezorgd maakt voor hetgeen bij de definitieve regeling der militaire quaestie te wachten is, nadat juist hierin de heer Van Roijen een bewijs had gezien, dat de Regeering een dam wil leggen tegen het wassend inilitairisme. De Min. verdedigde ztjn beleid in deze als een blijk, dat hij ruimte laat aan overleg. Over het ontwerp tot verdere schor sing van het uitvoerrecht van suiker uit Ned. Indië voerde de heer Fransen van de Putte het woord, die den toestand der suiker-industrie schetste als nog niet van gevaar bevrijd, en daarom het ont werp steunde; tevens gaf hij eenige wen ken omtrent een betere wijze van be lastingheffing, die de Minister van kolo niën beloofde ernstig te zullen overwegen. De heeren Regout en Bultman bestreden de wet, van oordeel zijnde dat de Indische suikerfabriekanten deze protectie in den vorm van belastingontheffing niet meer noodig hebben. De heer De Bruijn ver klaarde zich vóór de wet als een uit vloeisel van het beginsel, dat de indus- triën, die er behoefte aan hebben, be schermd moeten worden, welke gevolg trekking evenwel door den Minister niet werd aanvaard. De heer van Gennep ontwikkelde de meening, dat hier van protectie geen sprake is, zoodet de op positie van sommige strijders voor land bouwbelangen geen grond heeft; het geldt hier alleen het niet tijdelijk weer opleggen van een onbillijken druk, in afwachting van een definitieve regeling, die beter dan door uitvoerrechten kan geschieden. In dien zin, werd het ont werp ook door den Min. verdedigd. De aanneming geschiedde met 29 legen 8 stemmen; daarna ging de Kamer uiteen. H. M. de Koningin-Regentes heeft aan den Senaat van het Utr. Studenten corps bericht doen toekomen, dat H. M. gaarne de eerewarht zal aannemen, welke door het corps is aangeboden aan HH. MM. de Koningin en de Koningin-Regen tes ter gelegenheid van de a. s. eerste steenlegging van het Universiteitsgebouw te Utrecht. Het corps heeft een voorstel aangeno men van den Senaat, om aan het Cen traal Comité tot viering van nationale feesten te berichten, dat het ccrps voor waardelijk aan den optocht der burgerij zal deelnemen, daar er misschien gele genheid zal bestaan, dat het corps met zijn vaandels tegenwoordig is op de plaats, waar de eerste steen gelegd wordt, zoo dat het dan niet zou kunnen deelnemen aan den optocht, die bijna gelijktijdig gehouden wordt. Baron Six van Oterleek, voorzitter der Rekenkamer, is gisteren beëedigd als lid van den Raad van Voogdij van H. M. de Koningin. In eene dezer dagen te Rotterdam gehouden vergadering van het Rotter- damsche comité ter verkrijging van den Midden-Europeeschen tyd zijn de volgende besluiten genomen: 1. By de regeering de noodige stappen te doen tot, zoo spoedig mogelijk alge- meene invoering van den Midden-Euro peeschen tijd; 2. het comité, overwegende, dat deze wijziging in de tijdregeling vóór 1 Mei a. s. niet wel mogelijk is, zal in afwach ting van de algemeer.e invoering van den Midden-Europeeschen tijd bij het ge meentebestuur van Rotterdam aandringen op het voorloopig behoud van den Amster- damschen tijd 3. tot het bereiken van zijn doel zal bet comité zich in verbinding stellen met de comités, die zich in de hoofdstad en in andere gemeenten van ons land mochten vormen. Het comité koos tot voorzitter mr. J. van Gennep, tot onder-voorzitter den heer A. Plate en tot secretaris den heer F. A. Iloefer. Bij het afgraven eener terp onder Schagen zijn eenige honderden zilveren geldstukjes, ter grootte van een dubbeltje, gevonden. Aan de eene zijde vertoont zich een kruis, omgeven door twee gekartelde randen. In elk veld is een kleine ronde verhevenheid. Aan de keerzijde eene met een bisschopsmy ter overeenkomende kroon omgeven door een gekartelden rand. De Arnh. Ct. schrijft, naar aanlei ding van het bericht dat de Minister van Oorlog voornemen zou zijn om maatre gelen te nemen, dat de wacht voor de gevangenissen niet meer aan soldaten wordt opgedragen: Het getfolg daarvan zou wezen, dat de gevangenissen niet meer uitwendig bewaakt werden, wat in de eerste plaats de uitbreiding van het personeel voor den inwendigen dienst zou vereischen. Dit onbewaakt laten zou echter ook aanleiding kunnen geven, dat er tusschen de gevangenen en de buiten wereld verstandhouding ontstondop welke wijze behoeven we wel niet aan te geven. De maatschappelijke veiligheid zou daaronder zeker te veel lijden. De wacht zou daarom aan de rijksveldwach ters moeten worden opdragen, maar dit corps is voor deze bestemming niet sa mengesteld; in elk geval zou het aanzien lijk moeten worden vermeerderd. Heeft de minister, toen hij zijn plan ontwierp, aan de financieele gevolgen gedacht? Wij gelooven niet, dat met en kele duizenden guldens in de nieuwe be hoeften zou kunnen voorzien worden. Zondag a. s. zal de koninklijke mi litaire kapel van het regiment grenadiers en jagers naar Antwerpen vertrekken, ten einde aldaar de reeds vroeger aan gekondigde, doch uitgestelde uitvoeiing te geven ten voordeele van de nagelaten betrekkingen der slachtoffers van de ramp in de mijnen te Anderlues. Nog dagelijks komen te Naarden kransen aan ter eere van Comenius, Een der prachtigste is, volgens het Hdbl\ wel die, welke Donderdag bij de com missie gebracht werd, afkomstig van het gemeentebestuur van Preran en bestaande uit zeer fraai ineengevlochten kunstbloe men, voornamelijk vergeet-inij-niet, lelie van-dalen en bladbegonia. Van uit zee was jl. Maandag te Texel boven het eiland een bijzonder zeldzaam schouwspel waar te nemen, nl. een fata morgana of luchtspiegeling, 't Sterkst kwam 'lit uit boven het dorp Oosterend. Boven den dorpstoren scheen een tweede te staan, die in omgekeerde richting zich aan het boveneinde scheen vast te hechten, terwijl het kerkgebouw en andere huizen in de lucht hingen, allen met de aaken naar den grond ge keerd. Na ruim een kwartier zichtbaar te zijn geweest, verdween langzaam het even fraaie als zeldzaam schouwspel. Men schrijft uit Eemnes. Door den langdurigen winter moest de aibeid, die in de poldervelden te verrich ten was uitgesteld worden en valt nu samen met dien op veld en akker, zoo dat alles als het ware opgehoopt is ge worden. Het winterkoren staat goed te velde en heeft van de vorst geen na deel ondervonden, dank zij de vele sneeuw, die het veld bedekte. De weilanden worden tegen hoogen prijs verhuurd en brengen 20 pCt. meer op dan verleden jaar. De hooiprijzen zijn echter gedaald van 20 op 17 gulden per 500 kg., ter wijl ook de boter eene aanzienlijke da ling onderging. Gold die voor eenige weken nog fl.60 a fl.70 per Kg„ deze week daalde zij tot fl.00 De Minister van oorlog heeft den provincialen adjudanten eene aanschrij ving doen toekomen, waarin is opgeno men dat de miliciens van de lichting van dit jaar, die hebben deelgenomen aan de vrijwillige oefeningen in den wapenhan del. zooveel maar eenigszins mogelijk is, moeten worden ingedeeld bij het wapen, waarvoor zij zich hebben voorbereid. Door den Minister van Oorlog is een Koninklijk besluit uitgelokt, dat velen in den lande gelukkig zal maken. Voortaan zullen allen, die tot het scbrijversperso- neel van het leger behooren, tot de gra den van seigeant-majoor en adjudant onderofficier bevorderd kunnen worden en alsdan ook eene evenredige soldijver- hooging genieten. Tot nu toe konden de schiijvers bij de militaire autoriteiten het niet verder brengen dan den graad van sergeant. Door de Hollandsche IJzeren Spoor wegmaatschappij is aanbesteed het uit voeren van onderhoudswerken op de spoor wegen DordtEist, Ressen Bemmel, AmersfoortResteren en Nijmegen Kleef in 5 perc. begr. f28532. Minste inschrijvers waren voor perc. 1 Eijsvogel, Drurnpt f 6837; perc. 2 B. Boks, Amersfoort f5200; perc. 3 J. v. d. Berg, Amersfoort f3500; perc 5 J. G. v. d. Geest, Amersfoort f 5040; perc 4 W. L. Gerritsen, Lent f5210. Het jaarlijksch bezoek der beide Koninginnen aan de hoofdstad is bepaald op 26 April tot 2 Mei. In den loop der maand Mei zal een tegenbezoek gebracht worden aan de Duitsche keizersfamilie te Berlijn. Het bezoek, aan Groningen en Friesland te brengen, zal einde Juni of begin Juli plaats vinden. Het plan be staat in elk der hoofdsteden dier provin ciën vier dagen te vertoeven. De tijd van den zorner, niet in beslag genomen door deze reizen, zal door HH. MM. te Soestdijk worden doorgebracht. Ons land zal op het dezen zomer te Parijs te houden internationale con gres voor binnenlandsche scheepvaart vertegenwoordigd worden door de heeren Conrad, lid der Tweede Kamer, en Deking Dura, hoofdingenieur van den Provincia len Waterstaat in Overijsel. Door een 120tal conducteurs der Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschap pij is aan hunne directie een adres in gediend, waarin om verhooging van trac- tement wordt verzocht. Schets uit het werkelijke leven DOOK JACOB 11AGENAAR. 4) Den volgenden dag moest ik weder naar school en de tachtig kleine snuiters in mijne klasse zorgden wel, dat ik geen oogenblik onder het onderwijzen aan Rika denken kon. Toen ik om vier uur thuis kwam, vond ik geen brief en vier dagen verliepen er, zonder dat de brievenbesteller bij mij aanschelde. Zes maal daags ging ik voorbij den modewinkel op den hoek van de Schapensteeg, maar mocht het genot niet smaken mijn Herzallerliebste ook maar één oogenblik te zien. Die onze kerheid bracht mij beurtelings tot wauhoop en toorn. Het kwik in de barometer van mijne liefde begon onmerkbaar te dalen. Op Zondagmiddag zat ik voor het venster en beschouwde aandachtig de vele wandelaars, die mijne woning passeerden. Daar zag ik den man van de post regelrecht op mijne voordeur afkomen. Ik vloog op, struikelde over den drempel, waardoor ik bijna den hals brak, vloog weêr op en rukte den ver baasden bode, die intusschen de deur had geopond, een advertentieblad uit de handen. Woedend smeet ik het blad in een hoek van de kamer, waar het vijf dagen bleef liggen. Ik ging naar het Zuider koffiehuis, waar ik den ganschen avond bleef, het eene glas Beiersch na het andere dronk en met kennissen, die ik aantrof, wel twintig spelletjes op het dambort speelde, waarvan ik er achttien verloor. Beweer nu maar eens, dat het omgekeerde waar is van het bekende spreekwoordgelukkig in het spel, ongelukig in de liefde. Eindelijk maakte de Maandagmorgen een einde aan mijne onzekerheid. De brievenbestel ler bracht mij een brief, waarvan het adres luidde: „An de heer J. Hagenaar onderwijzer te G. TurffestraatNo. 13." Ik brak hem haastig open en las Meheer, Ik liep u brief uit dorterech ontfangen en en ik vont hem nog al aardig. Ik hat u wel eerder Geantwoort maar we hebben het zoo druk met den veele bestelingen van hoeden en anderen dingen. Die tot het vak van moodemaken behooren en daarom hep Ik van de week geen tijd gehat om u eenige regeltjes te doen schrijfen. Ik vint het gek van u dat u zoo lang Maandag avont op mij iu de reegen gewacht hep. U hat toch wel kunnen begrijpen dat Ik met zoo miseraabel weer niet uit zou gaan. Wat hep je er ook aan om in de reegen te gaan wandelen. Ik kan uit u heele brief wel merken, dat hij door een schoolmeester geschreven is. Andere menschen kunne zoo mooi en zoo verlieft niet schrijfen. Als U het eerlijk met mij meent, dan wil ik wel do kenuismaaking met u verder voort zetten. Het is van daag zondag en morgen ochtend ga ik met dc eerste trijn naar Amster dam, waar ik twee dagen bij vader en moeder blijft. Dinsdag avont komt ik met de laatste trijn terug, als U dan aan het staation op wil wagtten om mij tuis te brengen dat zou Ik aardig van u vinden. Ik begrijp heel goed hoe u mij naam te weelen gekomen is, dat zal Gerrit van Engel u wel verteld hebben. Non meheer hep nog wat gedult tot ik weer in G. komt. Ik teeken mij u diennaaresse. Rika Wagenhout. Het ge ooit, waarde lezers, het gezicht ge zien van iemand, die op een snikheeten dag in de maand Augustus een emmer met ijskoud water over het lijf kreeg? Zoo ja, dan kunt ge u een flauw idéé vormen van het gezicht, dat ik trok, toen ik dien brief gelezen had. Zulk een prozaïsch en koelbloedig antwoord op mijn epistel, dat ik geschreven had met een hart vol weemoed en verlangen, had ik nooit verwacht. Verdwenen was het ideaal, dat ik mij van Rika voorgesteld had. Die ontelbare taal- en stijlfouten leverden mij het duidelijkste bewijs, dat hare ontwikkeling beneden nul was. Eli hoewel ik een beslist tegenstander was van de emancipatie der vrouwen in den geest van Betsy Perk en Mina Kruseman, zou ik toch gaarne een meisje gehad hebben, dat bij een paar flinke handen eenige ontwikke ling en smaak voor litteratuur bezat. Zoo gaat het, dacht ik bij mij zeiven. Wij onderwijzers, doen alle mogelijke moeite om de jeugd tot de kennis onzer scboone moe dertaal te brengen, en de vruchten die men er later van ziet zijn bedroevend. Zou al dat onderwijs geen paarlen Maar ik ben weêr den schoolvos aan 't uitbangen en daarom vervolg ik mijne ge schiedenis. Nadat ik vijf minuten met den brief in de hand aan 't pijnzeu geweest was, barstte ik eensklaps in zulk een schaterlach uit, dat mijn vader, die intusschen binnen gekomen nas, verwondert uitriep „Gut, Jacob! wat scheelt je nou Ik kleurde, verzon een leugentje en maakte dat ik naar school kwam. Onderweg kon ik het mei mij zeiven niet eens worden, of ik den volgenden avond mejuffrouw Wagenhout al of niet aan het station zou afhalen. Eindelijk besloot ik mijn vriend Gorrit van Engel op te zoeken en over de zaak te raadplegen. •s Avonds om acht uur wandelde ik naar de Raamgracht No. 71 en had het geluk hem thuis te viuden. Hij verwelkomde mij met den uitroep„Zoo, moderne Don Juan, wanneer zal de bruiloff met bet modisje uit de Schapensteeg gevierd worden. Als je maar niet vergeet mij bij die festiviteit te noodigen I" „Niet zoo haastig gebakerd, raon cher!" antwoordde ik op zijn lustigen uitval. „Van trouwerij :s er minder dan ooit sprake. Ik stel mij niet veel voor van die heele historie- Maar lees eerst eens het afschrift van mijn brief uit Dordrecht." Met een kluchtig gebaar nam Gerrit het papier aan en las, zonder een woord te spreken, het afschrift van mijn minnebrief. En toen hij het geheel doorloopen had, riep hij in vervoering: „Hij is scharmant en ik wed, dat Rika op de vleugelen der liefde in uwe armen gesneld is," „HelaasI" antwoordde ik op droevigen toon, „niets minder dan dat. Zij heeft mij ecu stortbad toegedieud in den vorm van eene cacographie in de tweede macht. Lees dit haar antwoord eens. Nauwelijks had mijn collega het bewusto schrijven doorgezien, of hij viel in zijne leuningstoel en dreigde in een lachbui te stikken. „Heb ik ooit van mijn leven! 't is om de stuipen te krijgen I Arme Jacob I wat een raar stuk meid is dat!" dit waren de uitroepen, die hij onder het lachen liet hooren. En telkens als hij wat zei, kreeg hij een niewen aanval van lachtwoede. Vervolg in het bijvoegsel.)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1892 | | pagina 1