NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND
IN DEN STRIJD BEPROEFD.
No. 35.
Zaterdag 30 April 1392.
Een-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
De Anti-Opiumbond.
BINNENLAND.
F e uilleton.
iMEHSFOORTSCII COURANT.
VOOR
abonnementsprijs:
Per 3 u,aa!.dea 1Franco per post door het geheele Kijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
ADVERTENTIE Ni
Van 1 6 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Er zijn vraagstukken, die men
niet mag loslaten, vóór zij tot een
beslissing zijn gebracht.
Wie eenmaal gekomen is tot
de overtuiging, dat hij gehoor
moet geven aan den innerlijken
of uitwendigen drang, die hem
aanspoort zich met een dier vraag
stukken bezig te houden, er zijn
aandacht aan te wijden, zijn rech
ten als staatsburger aan te wen
den om een oplossing in bepaalde
richting te verkrijgen, is voor
zijn geweten niet verantwoord,
wanneer hij zich op een afstand
houdt, of, als hij is begonnen
zich ijverig te toonen, zich terug
trekt vóór het doel is bereikt.
Het laatste ziet men iti ons
land vaak gebeuren. Er wordt een
denkbeeld uitgesproken, een plan
beraamd, een hervorming bepleit,
en- het ontbreekt niet aan bijval.
De pers bemoeit er zich mee, de
tegenstanders komen opdagen, en
wordt warm gedebatteerd, totdat
alle argumenten pro (-) en contra
zijn uitgeput, en dan Ja, dan
blijft de zaak een poos rusten,
totdat een nieuwe proef wordt,
gedaan om haar aan de orde te
stellen, wat in tweede instantie
niet altijd gelukt.
Het is daarom goed, dat de
voorstanders eener hervorming
met elkander in betrekking blij
ven, om, zoo noodig, het vuur at
en toe wat.aan te wakkeren, en
in overleg te treden over hetgeen
gedaan katï worden 0111 het doel
te hereiken.
Zoo achten wij het bestaan van
den anti-opiumhond een noodza
kelijkheid, om het misbruik te
bestrijden, dat als een kanker
knaagt aan de stoffelijke welvaart
en het zedelijk welzijn van de be
volking van het schoone Insulinde,
gelijk de jeneverhartstocht een
verterende kwaal is voor ons dier
baar Nederland. Men zal misschien
zeggenVereenigt liever alle be
schikbare krachten 0111 de laatste
weg te nemen, en als gij daar
mede klaar zijt, begint dau aan
het eerstgenoemde. Wij antwoor
den Dat is volstrekt niet nood
zakelijk; nien behoort het eene te
doen en liet andere niet na te
latenijver voor beide is geens
zins versnippering van krachten,
maar het uitvloeisel van een en
hetzelfde beginsel.
De anti-opiumbond beoogt als
einddoel geheele afschaffing van
het gebruik van een verderfelijk
genotmiddel. De voortreffelijke
secretaris, Jhr. mr. W. Elout van
Soetewoude heeft in de vorige
maand hier en daar voordrachten
gehouden, dooi lichtbeelden en
ethnographische voorwerpen op
gehelderd, om voor dat streven
sympathie te wekken en mede
werking te verkrijgen.
Zij, die beweren dat de gevol
gen van het opiumgebruik zo
erg niet zijn als gemeenlijk wordt
voorgesteld, vormen onder de des
kundigen de minderheid. Wie met
een matig gebruik begint, raakt
er meestal aan verslaafd, omdat
het gevoel van welbehagen, dat
er bijna onmiddelijk op volgt, een
veel sterker prikkel is dan de
jeneverdrinker ondervindt. Daar
entegen is ook de reactie zooveel
sterkerloomheid, lusteloosheid,
ongeschiktheid voor den arbeid.
Dat gaat wel weer over, als men,
door de ervaring geleerd, zich
verder onthoudt, maar gewoonlijk
is de verzoeking te krachtig om
er weerstand tegen te bieden. Om
echter hetzelfde zingenot weer op
te wekken, is een telkens groo-
tere dozis noodig, waarop een
toenemende uitputting volgt. Ieder
begrijpt waarop dit moet uitloo-
pen: de echte schuiver wordteen
sufferig, bevend, uitgemergeld
wezen, dat alleen in het vooruit
zicht, door ongeoorloofde middelen
geld te krijgen om aan zijn harts
tocht bot te vieren, of onder den
indruk van een heftige gemoeds
beweging voor een oogenblik tot
een aan razernij grenzende op
gewondenheid kan geraken, in
welken toestand hij tot de gru
welijkste misdrijven in staat is.
Menig schuiver eindigt zijn treu-
rigen loophaan in den ketting,
wegens deelneming aan een gewa
pende roofaanval, of valt onder de
slager zijner vervolgers, wanneer
hij, toornig geworden, de kris
heeft getrokken en amok heeft
gemaakt. Gewone, kalme schuiver
kan men nergens voor bezigen,
omdat hun krachten half verlamd
en hun hersens verdoofd zijnen
terecht wordt de regel streng toe
gepast dat inlandsche ambtenaren,
die zich aan opium-gebruik schul
dig maken, onmiddelijk worden
ontslagen.
De anti-opiumbond weet zeer
goed, dat algeheel verbod Van
opium onmogelijk zou zijn te hand
haven, en richt daarom zijn streven
op vermindering. Als middelen bij
uitnemendheid worden daartoe
aanbevoleninvoering van een
stelsel, waarbij niemand persoon
lijk belang heeft bij den verkoop,
dus verstrekking onmiddelijk
van Rijkswege, zonder tusschen-
komst van particulieren, Régie,
wordt noodig ge-
»De Regeering," zegt hij
en krachtige bestrijding van
den smokkelhandel.
Wij hebben vroeger, hij onze
beschouwing over het rapport van
den heer Groeneveldt, Lid van
den Raad van Nederlandsch-Indië,
aangewezen op welke gronden de
régie door hem
acht
met de welsprekendheid eener
gevestigde overtuiging, »heeft
op dat gebied een zeer ernstige
taak te vervullen, die aan rnilli-
oenen ten zegen verstrekken kan
maar alle streven der Regcering
tot nakoming der onafwijsbare
plichten, die op Haar rusten, zal
geheel ijdel wezen, zoolang zij
zich niet van het bondgenootschap
met de pacht heeft losgemaakt
De opiumpacht is veroordeeld,
en moge nu ook een overigens
prijzenswaardige voorzichtigheid
velen weerhouden, dat oordeel te
onderschrijven, ik vertrouw dat
de mogelijkheid eener andere rich
ting langzamerhand duidelijker
worden en ook bij hen ingang
vinden zal. Welke zal die nieuwe
richting zijn? Wij hebben gezien
dat men in Cochinchina met de
opiumpacht gelijke bezwaren heeft
ondervonden, als voor welke wij
hier staanalleen het ernstigste
ontbrak, om dat men daar nog
niet tot het besef is gekomen
van den heiligen plicht der Re
geering, om boven alles het ge
bruik van dit genotmiddel te be
perken en uitbreiding er van te
gen te gaan. Op welke wijze men
het ook met het pachtstelsel be
proefd heeft, steeds heeft men in
de pachters onvertrouwbare bond-
genooten gevonden. Ten slotte is
men tot eigen exploitatie van het
j monopolie overgegaan en toen het
beeld dier régie zich gelijdelijk
voor mij ontwikkelde, toen ik
haar leerde kennen in haar suc-
cès en in haren tegenspoed, in
hare kracht en hare zwakheid,
toen is bij mij met onweerstaanbare
kracht de
geworden,
overtuiging
dat
ons de
levendig
redding kon bren-
waarr.aar tot dusver vergeefs
gezocht
Regeerin
De
zij het was, die
ook bij
gen,
was."
is nog altijd be
zig te onderzoeken en adviezen
in te winnenen, het' is zeer
begrijpelijk dat zij in een zoo
ernstige zaak geen overijlde be
sluiten wenscht te nemen Inmid
dels is het onze plicht, de belang
stelling levendig te houdende
uitspraak van de openbare mee
ning toch legt geen gering ge
wicht in de schaal. Het doel van
den anti-opiumbond is voorshands
geen ander, en hij vraagt daartoe
de medewerking van allen.
Niemand zegge, dat zonder hem
de oplossing wel zal gevonden
wordenook niet, dat hij, als
niet-deskundige, zich geen oordeel
zou durven aanmatigen. Door aan
de bespreking deel te nemen, door
steun te verleenen aan pogingen
tot wegneming of vermindering
van een kwaad, dat ons, als ver
antwoordelijk voor het welzijn der
Indische broeders, tot schande
strekt, kwijt men zich van een
plicht der vaderlandsliefde, aan
welken geen onzer zich mag ont
trekken.
De commissie van Rapporteurs uit
de Tweede Kamer over de belastingont-
werpen komt Dinsdag bijeen om het
verslag vast testellen. Het is 45 pagina's
groot. In de vergadering der Kamer des
Novelle
VAN F. JUSTUS.
6) „Zeer begrijpelijkantwoordde Westheim
op zijn veranderlijk bedaarden toon; „zeer
begrijpelijkHet is al onaangenaam genoeg,
wanneer men niets heeft dat weet ik
bij eigen ervaring maar minder dan niets,
ik wil zeggen, om schulden te hebben
nou, ik dank je! Het moet een verduiveld
beroerde toestand zijnEr zijn nu na
tuurlijk," ging hij na eene poos voort, ge
durende welken tijd de president diep iu
gedachten verzouken had gezeten, „allerlei
maatregelen en formaliteiten noodig, opdat
het geld behoorlijk in uwe handen komt.
Onder de tegenwoordige tijdsomstandigheden
heeft natuurlijk zoo iets oneindig veel meer
bezwaren, dan anders. Maar dat doet tot de
zaak niet af, zij moet in orde komen en ik
stel mij met mijne veelvuldige connecti en
ervaringen in zaken gaarne ter uwer beschik
king. Nu, geen dank, het is volstrekt
niet zuivere edelmoedigheid van mijn kant.
Ik reken daarbij op eene wederdienst van
uwe zijde. Ik zeide u reeds, dat ik besloten
heb dat meisje te trouwen, eu dat moet wel
zeer spoedig gebeuren, want mijne tegenwoor
digheid aan den overkant is dringend
noodzakelijk, zóó driugeud, dat ik eigeulijk
geen dag, geen uur meer talmen mag met
mijn vertrek. Maar van zaken, als die waarover
we nu spreken, heb ik geen verstand en ik
ben daarin niet bedreven, daarom zou ik
die in uwe handen willen leggen. Gij
zult in elk geval beter advocaat voor mij zijn,
dan ik zelf het zou kunnen wezen.,'
„Ik zal zeker mijn best doen," antwoordde
de president, in wiens stem eenige gemoeds
beweging zich deed hooren, „alleen verzoek
ik u, er mij de schuld niet van te geven,
indien somtijds Eveline's antwoord anders
uitvalt, dau gij verwacht."
Weder maakte de Amerikaan dat zelfde
veelbeteekenende haudgebaar, dat Eckow
reeds eens had beleedigd, en dat eene volkomen
geringschatting te keuuen gaf van alles, wat
zich tegen zijne wenscheu mocht verzetteu.
Op dit oogenblik hoorde men het vroolijke
praten en lachen der kinderen op geringen
afstand en terstond daarna kwam Eveline
met alle drie van tusschen de booraen te
voorschijn, rijk beladen met bloemen en
allerlei groen. „Zoo als gezegd is, wij spreken
morgeu, of wat ten slotte nog beter is, van
avond daarover wel verder," zeide Westheim
met gedempte stem, „want langer uitstel
kan de zaak nu eens vooral niet lijden. Ik
ben bereid, u den geheelen staat van mijn
vermogen bloot te leggen, opdat mijne toe
komstige vrouw weet, wat haar tew.ichten
staat wanneer zij iu een ander land een nieuw
leven begint."
Zijne toekomstige vrouwOnwillekeurig
richtte de blik vau Eckow zich naar Eveline,
wier wangen in de frissche zomerlucht licht
gekleurd waren eu die in haar helder licht
gewaad hem op eens liefelijker en meer
jonkvrouwelijk scheeu dan ooit te voren. Op
een wenk van Westheim plaatsten de bedienden
opnieuw allerlei uitgezochte ververschingen op
de tafel; doch alleen de. kinderen deden het
gebak en de persikbowl eer aan De beide
heeren waren in eene ongewone stilzwijgend
heid vervallen en Eveline, bij welke onbe
paald gevool opkwam, alsof er in hare
afwezigheid iets onaangenaams en storends
was voorgevallen, gaf zich moei.e om, geheel
in strijd met hare gewone meer teruggetrokken
wijze, weder meer gang en levendigheid iu
het gesprek te brengen. Tegen hare eigeue
verwachting vond zij na eenigen tijd bij
Westheim steun iu deze poging. Hij vertelde
aan de kiuderen vau zijn rijden door de
eindelooze prairiën van het westen, van zijne
jachtavonturen in de sierra's van Californië
eu op verzoek van Paul liet hij zich zelfs
overhalen, om eene nauwkeurige beschrijving
te geven van de verschillende Indiaansohe
stammen, waarmede hij op zijn kruis- en
maal viel hem de edele vorm harer gelaatstrek
zwerftochten in aanraking was gekomen. De
president werd integendeel voortdurend stil
Ier en peinseuder. Slechts nu en dan, als
wenschte hij dat zijne stilzwijgendheid niet
al te zeer in het oog zou loopen, nam hij
aan liet gesprek deel met eene opmerking.
Toch had een nauwkeurig waarnemer gemak
kelijk kunnen opmerken, dat hij met zijne
gedachten eigenlijk geheel afwezig was en
dat hij ook de antwoorden, die hij op zijne
vragen kreeg, slechts met een half oor verstond.
Een aantal aandoeningen kookte in zijn
binnenste. Zou werkelijk het uitzicht, dat
hem zoo uitlokkend toescheen, eene tastbare
gestalte aannemen? Zou het hem ten deel
vallen, na lange, in drukkende, zware zorgen
doorgebrachtte levensjaren, nog eens uit
volleborst vrij te kunnen ademhalen? En
wanneer werkelijk het lot hem dit geluk had
beschoren waarom, zoo drong het onwil
lekeurig telkens en telkens weder zich op
den voorgrond, waarom moest Westheim die
eene noodlottige vraag niet iets later doen,
waarom niet n a die mededeeling, die eene
verandering in zijne geheele toekomst beloofde
te brengen? „Ik denk er niet aan?" Of hij
een kwartier later datzelfde onverschillige
antwoord ook zou hebben gegeven? Hij zag
weder naar Eveline, onder wier fraaie slanke
de kleurige veld- en boschbloeraen zich tot
een fraaien krans vormdenvoor de eerste
ken op, voor de eersto maal bespeurde hij,
iu de wijze waarop zij haar kiein hoofdje
droeg, iets trotsch, men zou kunnen zeggen
iets voornaams, iets aristocratisch lag. En dat
meisje zou in staat zijn, zich aan den snooden
mammon te verkoopen, '/ou er zich toe leenen,
om hare hand te reiken aan een man die
haar wel is waar met alle aard-che goederen
kon overladen, maar voor wien zij, voor de
rest, zoo weinig sympathie had als slechts
mogelijk was? Neen! en duizendwerf neen
riep het telkens weder in zijn binnenste. En
toch! En toch! Hij haalde diep adem
en wreef met zijne hand over zijn voorhoofd,
als wilde hij de hem knellende gedachten
verdrijven. „Papa, hebt gij hoofdpijn?"
vroeg Toni, haar hoofdje oprichtend, terwijl
zij voor Eveline stond en met hare beide
kleine armen op haren schoot steunende,
onafgebroken naar het afwerken van den krans
keek. De president gaf haastig een ontkennend
antwoord, het was bijna als vreesde hij,
dat bet kiud kon lezen op zijn gelaat wat er
in zijn binnenste omging. Met inspanning
vau alle krachten werd hij weder meester
over zich zei ven Inj wist het zelfs van
zich te verkrijgen, dat hij instemde met de
vroolijkheid der kiudereu, die Westheim,
door voortdurend de gla/en te vullen, steeds
meer en ineer deed toene.nen. .Vlaai hoe
goed het h m ook mocht gelukken onder
de blijde den schijn van blijdschap aan te