NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad UTRECHT EN GELDERLAND. NA KERSTMIS, Oficiëele Publicatie. Nü. 52. Woensdag 29 Juni 1892. Een-en-twintigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. BINNENLAND. F e uilleton. AMERSFOORT COURS VOOR abonnementsprijs: Per 3 maanden ƒ1.Franco per post door het geheele Rijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G J. SLOTHOUWER, Amersfoort. advertentien: Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, Gezien art 8 der wet van den 2. Juni 1875 (Staatsblad no. 95), Brengen ter kennis van het publiek, dat door hen aan Nathan Levie en zijne rechtverkiijgenden vergunning is verleend om eene slachterij oplerichlen in het perceel, alhier gelegen aan de Kampstraat, wijk C, no. 37, kadastraal bekend onder sectie E, no. 1428. Amersfoort, den 27. Juni 1892. Burgemeester en Wethouders voornoemd. De Burgemeester, F. D. SCHIMMELPENNINCK. De Secretaris, W. L. SCHELTUS. Maandag morgen ten 8% uur ver trok prinses Elisabeth van Waldeck Pyr- monl van Soestdijk naar Duitschland. H. M. de Koningin-Regentes geleidde hare zuster tot aan het spoorweg rijtuig, waar een hartelijk afscheid werd geno men. Een kwartier later kwam de Groother togin van Saksen-Weimar aan. H. K. H. zag er niettegenstaande haar hoogen leef tijd gezond uit. De Koningin-regentes wachtte haar af en de vorstelijke personen met gevolg begaven zich in de gereedstaande hol- rijtuigen dadelijk naar Soestdijk, aan welk lustslot voor H. K. H. zeker vele herinneringen aan een gelukkige jeugd verbonden zijn. Uit Friesland wordt aan de N. R. Ct. gemeld »Was er anders in dezen tijd van het jaar overvloed van werk voor den arbeider thans is dat, helaas, niet zoo. Reeds nu loopen er werklieden ledig, die gewoon zijn 's zomers een flink daggeld met maaien te verdienen. De oorzaak is, dal •r uit de Duitsche grensstreken, waar ook al gebrek aan werk is, vele maaiers overkomen, die den boeren hunne dien sten aanbieden tegen een veel geringer loon. Hun aantal is reeds gestegen tot meer dan 600. Daar komt nu nog bij de treurige weergesteldheid. In de la gere streken vooral heeft men op vele plaatsen het maaien moeten staken, om dat het afgesneden gras op het land be derft. Waar thans, in een tijd, dat de ver diensten heel goed moesten zijn, reeds werkeloosheid intreedt, ziet het er voor den volgenden winter al heel treurig uit. Veel vooruitzicht op verbetering is er voor het oogenblik niet, want is het maaien gedaan, dan zullen vermoedelijk vele buitenlanders ook als hooiers in dienst blijven." Men schrijft uit Amsterdam Trein 60 die Zondagmorgen om 9.13 van Haarlem aan het Centraalstation arriveerde, stoomde, in plaats van op de daarvoor aangewezen plaats te stoppen, in volle vaart daar voorbij. Volgens latei e verklaringen van den machinist wilde de rem (geen Westinghouse) niet werken. Hij gaf ook het noodsignaal, drie stooten op de stoomfluit, maar het was reeds te laat om te kunnen voorkomen, dat de lokaaltrein op den, voor de restauratie der Ie en He klasse, tot vertrek naar Amersfoort gereedstaanden trein 206 liep. De machinist en de stoker sprongen, toen zij het gevaar zagen aankomen, van den in vollen vaart zijnden trein, zonder ech ter letsel re bekomen. Een achttal personen, twee uit trein 206 en twee personen, die familieleden naar den trein hadden gebracht en voor de geopende portieren van trein 206 stonden, werd licht aan het hoofd ge wond. De verwarring en de ontsteltenis waren groot. Alle reizigers stormden het telegraafbureau binnen, waar zij als rade loos rondliepen, en de eerste oogenblik- ken geen woord konden uitbrengen. Een onmiddelijk ontboden geneesheer, dr. J. A. E. Coenen Jr., Prinsengracht 43, begaf zich per rijtuig naar het station, waar hij even over half tien aan kwam en met behulp van eenige omstan ders en de jlater ook komende doctoren Hendriks en Fuchs de patiënten verbond. De wonden werden door hen onderzocht en bevonden niet gevaarlijk te zijn; bin nen acht dagen, zeide dr. Coenen zullen allen volkomen genezen zijn. De materieële schade is betrekkelijk niet groot; alleen een bagagewagen is ernstig beschadigd. Aar, den weg is in het geheel geen schade toegebracht, zoo dat, toen tegen twaalf uur de ruïne der beschadigde wagens opgeruimd was, de passage weer geheel vrij was. Naar wij vernemen, heeft de hard draverij-en renvereeniging te Groningen, alsnog besloten 9 of 16 Juli a. s. de races te houden, welke wegens het ongunstige weder tijdens het verblijf van HH. MM. de Koningin werden uitgesteld. Donderdag 4 Augustus zal het Le ger des Heils in Holland zijn vijfde jaarfeest vieren en wel op het landgoed van jhr. R. A. E. Barnaart, te Vogelen zang bij Haarlem, dat die heer voor deze gelegenheid heeft beschikbaar gesteld, welbekend als de plaats, waar zendings- en zondagsschoolfeesien 2ijn gehouden. De demonstratie zal het karakter heb ben van een sLeger des Heils Zendings- feest" of nVelddag", zooals men het zal noemen en bijzondere schikkingen worden er gemaakt om soldaten en vrienden van alle deelen van het land, in de gelegen heid te stellen, tegenwoordig te zijn. Er zullen bijeenkomsten zijn, geleid door verschillende officieren sommigen zullen alleen door vrouwen geleid worden eene revue der troepen zal worden ge houden; alsmede tentoonstellingen van het maatschappelijk en van ander werk. De minister van binnenlandsche za ken heeft aan de Gedep. Staten der pro vinciën een schrijven verzonden, waarbij eenige nadere mededeelingen worden ge daan omtrent de te volgen gedragslijn in zake de subsidieering van noodlijdende gemeenten. Volgens dat schrijven zullen de gemeentebesturen zeiven het cijfer of de cijfers voor de aanvraag van de sub sidie hebben te bepalen. Naar het den minister echter voorkomt, is de te ver- leenen onderstand voor sommige gemeen ten voor beperking vatbaar, en zal dat wellicht ook het geval zijn in verband met het tijdstip, waarop de betrekkelijke wet is bekrachtigd, vermits toch de ko hieren van den hoofdelijken omslag zijn vastgesteld, en dus vermoedelijk voor 1892 op meer ontvangsten door sommige gemeenten te rekenen valt dan aanvan kelijk werd aangenomen. De minister ver klaart daarom ook een nader onderzoek wenschelijk te achten, en dat wel moet worden onderscheiden, of de behoefte aan geldelijken steun een gevolg is van de kosten van het lager onderwijs, zoodat er termen bestaan tot toepassing van art. 49 der wet op het lager onderwijs, dan wel of die geldelijke steun geheel of ten deele behoort te worden verleend ten gevolge van de overige kosten van de huishouding" der gemeente. Voor de aanvraag om steun ter voorziening in de kosten van het lager onderwijs en in die van de verdere huishouding, behooren af zonderlijke adressen aan de Koningin regentes te worden toegezonden. Door de Rotterdamsche Zwemclub is een onderlinge en nationale zwemwed strijd uitgeschreven op Zondag 24 Juli, in de zweminrichting aan de Boompjes. Verscheidene verguld-zilveren, zilveren en bronzen medailles zijn uitgeloofd, alsook een paar kunstvoorwerpen, voor jongens van 12 tot 14 en van 14 tot 16 jaar, abbonnés der zweminrichting. In eenige zandstreken van Noord- Brabant wordt, even als het vorige jaar, met bijzonder goed gevolg een pulverisa- teur gebruikt voor het besproeien der aardappelen, en dit op voorlichting van den rijkslandbouwleeraar, den heer P. van Hoek, terwijl mede op diens initiatief, centrifuges bij de boterbereiding worden in toepassing gebracht. Door de afdee- ling Gilze-Ryers van de Noord-Brabant- sche Maatschappij van Landbouw is aan elk der leden (landbouwers) eene subsi die verstrekt tot het aankoopen in dit jaar van den pulverisateur, terwijl zij te vens aan hem, die het eerst een centri fugen aankoopt, 10 pCt. van de aankoop som geeft. Ook deze laatste werkt met goede resultaten. H. M. de Koningin-Regentes heeft de heeren baron van Panhuys, baron van Heemstra, jhr. Alberda van Ekenstein en jhr. Alberda van Menkema, kamerheeren van wijlen Z. M. Koning Willem III, be noemd lot kamerheeren van H. M. Ko ningin Wilhelmina. De volontairs-sergeanten van het le studiejaar der militaire school te Haarlem worden van 15 Juli tot 15 Sept. e.k. gedetacheerd bij het 5e reg. inf. te Amersfoort en het 6e reg. inf. te Breda, om gedurende dien tijd den piactischen dienst als onder-officier in de compagnie te leeren. De gen.-maj., inspecteur van het onderwijs heeft de noodige wenken gegeven om in dien tijd eene oordeel kundige opleiding te verkrijgen. De volontairs van het oudste jaar blij ven te Haarlem om zich voor het officiers examen voor te bereiden. In den nacht van 20 op 21 dezer is er te Leiden ingebroken ten huize van een koffiehuisbediende en ten diens na- deele ontvreemd een paar goude oorbel len een dito broche en circa f 140 aan specie, welk laatste uit eene lade der chiffonnière is weggenomen.De dader heeft de achterkeukendeur geforceerd en is door de binnenkamer, alwaar de bestolene met zijn vrouw sliep, naar de voorkamer ge gaan, alwaar de chiffonnière staat. Door het geschrei van een der kinderen werd de vrouw wakker en zag toen een man van voren naar achteren door de slaap kamer vluchten, die al vluchtende nog iets van de tafel in die kamer wegnam, terwijl zij terzelfder tijd iets zwarts vun den stoel zag glijden en de dader zwe vende achterna ging. Aangezien onder het ontvreemde bedrag ruim f100 toebehoorde aan den broeder van dien koffiehuisbediende en het ver haal van de vrouw wel wat fabelachtig lijkt, zoo wordt betwijfelt of men in deze wel rnet een indringer van buiten te doen heeft. De politie doet echter onderzoek. Bij de reg. inf. ontbreken thans nog 332 korporaals. Daarentegen zijn bij die korpsen aanwezig 175.-iit en 343 mi litairen, die geschikt zijn ter bevordering tot sergeant of fourier. Door de politie te Houtrijk en Polanen werden Zaterdag aldaar twee personen gearresteerd, die juist des mor gens uit het huis van arrest te Haarlem waren ontslagengevankelijk naar deze plaats overgebracht werden zij echter als hebbende volgens hunne verklaring vaste woonplaats, Maandag voorloopig weder ontslagen. Op hunne wandeling naar de hoofdstad kon een hunner echter niet nalaten te Halfweg een winkellade te I ledigen; deswege werd hij door de politie I aldaar achtervolgd en weder gearresteerd. door WILKIE COLLINS. Naar het EngelscheMiss or Mrs?) 3)„Hier poosde Sir Joseph even met zija in- nemenden glimlach, ten einde zijn geheugen te raadplegen. Miss Lavinia (met haar innemenden glimlach) wachtte even op een volgende gele genheid ten einde haar broeder terecht te wijzen. Terzelfder tijd lei Nathalie haar mes neer en gaf Launce een tikje onder de tafel. Toen ze aldus zijue aandacht had wakker gemaakt, lagen de zes stukjes ham aldus op haar bord geschikt: Twee stukjes lagen tegenover elkander, en vier stukjes in eene rechte lijn daaronder. Launce sloeg er den blik op, en gaf aan Nathalie twee tikjes onder de tafel. Naar de vooraf tusschen beiden gemaakte af spraak beduidde het teeken op 't bord„Ik moet u onder vier oogen spreken," En Laun ce's dubbel tikje had aldus beantwoord„Na 't ontbijt." Sir Jozeph ging met zijn verhaal voort Nathalie vatte haar mes weder op. Er was een ander teeken ophanden I „We bevonden ons beiden in de kajuit, en waren juist aan 't oinde van 't middag maal „We waren juist gaan zitten aan ons twaalf uurtje, Jozeph." „Mijn waarde, ik dien het toch te weten." „Ik herhaal maar wat ik gehoord heb, broeder. De laatste reis toen ge 't verteld hebt,waart gij en uw vriend juist gaan zitten om 't twaalfuurtje te gebruiken." „We zullen niet specialiseeren, Lavinia, latea we onderstellen, dat we aan een „maal" zaten „Als 't van niet meer belang is dan dat, Jozeph, zou 't dau niet beter zijn, die bij zonderheid maar heel en al weg te laten?" „Laten wo 't punt in 't middeu laten. Nu, we werden eensklaps obgeschrikt door den kreet op 't dekeen man over boord. We snelden beiden dadelijk den kajuittrap op, natuurlijk meenende, dat een man vau 't scheepsvolk in zee gevalleu was; eene meening, die, ik dien er dat bij te voegen, door den man aan 't stuur gedeeld werd, die alarm geroepen had." Hier poosde Sir Jozeph nogmaals. Hij nader de een der groote dramatische punten van 't verhaal en was er dus op uit daar zooveel nadruk op te leggen als maar mogelijk was. Hij bedacht zich even en neigde ietwat't hoofd. Miss Lavinia bedacht zicli ook, met haar hoofd ietwat neigende. Nathalie legde haar mes weder op de tafel, en gaf aan Launce weer een tikje daaronder. Nu waren er vijf stukjes ham in de lengte op het bord gerang schikt met een stukje vlak daaronder iu 't midden van de lijn. Volgens de afspraak be duidde dit teekeu twee bedenkelijke woordeu „Slecht nieuws." Launce zag beteekenisvol naar den eigenaar van 't jacht (welke blik beduiddeBegrijpt bij den zin daarvan?") Nathalie fronste de wenkbrauwen ('t geen beteekeude„Ja, hij begrijpt 't"). Launce sloeg nogmaals zijn oog naar 't bord. Dadelijk schrapte Nathalie al de stukjes te zamen ("t geeu beduidde „Niets meer te zeggen") „Wel?" sprak Kichard Turlington, terwijl hij een scherpen blik op Sir Jozeph vestigde. „Ga met uw verhaal voort. Wat gebeurde toen Tot dusverre had hij zich de moeite niet eens gegeven, al ware 't slechts uit welle vendheid, een zweem van belangstelling in 't verhaal zijns vrieuds aau den dag te leggen, dat bovendien ook gestadig afgebroken wrerd. Eerst toen Sir Jozeph zijn laatste woorden gesproken had waaruit zooveel scheen te kunnen worden opgemaakt, dat de man die over boord geraakt was, in vervolg van tijd wel had kunnen blijken geen man van 't scheepsvolk te zijn geweest eerst toen richtte Turlington zich in zijn stoel op, en toonde plotseling dat hij een groot belang in de voortzetting van 't verhaal stelde. Sir Jozeph ging voort. „Zoodra wij op dek waren, zagen wij den mau in 't water aan de achtersteven. Ons schip was bij den wind bijgedraaid, en een boot werd neergelaten. De stuurman en een matroos grepen de riemen. Allen saamgenomen telde ons scheepsvolk zeven man. Twee waren er in de boot, en tot mijn verwondering be vonden zich, toen ik rondkeek, de vijf anderen achter mij, zoodat ons getal compleet was. Terzelfder tijd riep Mahogany Dobbs, die door een kijker zag, uit: „Wie voor den dui vel is hij De man drijft op een hoenderkorf, en wij hebben niets van dien aard aan boord van do loodsboot meegeaomen." De eenige der afwezigen, die bij toeval Richard Turliugton's gelaat, bij 't hooren van die woorden, gadesloeg, was Launcelot Lincie. Hij en hij alleen zag dat 't donkere uitzicht van den haudelaar op de Levant allengskeus tot een bleek, aschgrauw overging tegelijkertijd schoten zijn oogen op Sir Jozeph Graybrooke een blik zoo vlammende als het felbrandende vuur in de oogeu van een wild dier. Blijkbaar beseffende dat Launce hem aanzag ofschoon hij zijn hoofd niet naar de zijde van Launce gewend had legde hij den elleboog op de tafel, hief zijn arm op, en liet zoo, terwijl de verhaler voortgiug, 't gelaat op de hand rusten, als om hot tegen den aanblik des jongea geneesheers te verbergen. „De man werd aan boord gebracht," zoo vervolgde Sir Jozeph, „en wel op een hoender korf waarop men hem drijvende gevonden had. De arme man was blauw van den schrik eu de gevolgen van zijn spartelen in 't water hij bezwijmde toen wij hem op 't dek heescheu. Toen hij tot zich zeiven kwam, deed hij ons een vreeselijk verhaal. Hij was een ziek en verlaten vreemd matroos; en hij had zich in 't ruim van een engelsch schip verborgen, dat be stemd was naar eene haven in zijn geboorte land en dat dien dag van Liverpool was uitgezeild. Hij was ontdekt en voor den kapi tein gebracht. De kapitein, een woestaard in menschelijke gedaante, als er ooit een geweest is Voor het laatste woord van dezen volzin over Sir Jozeph's lippen komen kon, verbaasde Turlington 't kleine gezelschap in de kajuit, door plotseling op te springen met den uit roep „De bries! eindelijk, de bries!" Met deze woorden liep hij de kajuit dwars door, zoodat bij zijn gasteu den rug toekeerde, en hij schreeuwde naar 't dek „Welken wind hebben we?" „Er is geen tochtje aan de lucht, mijn heer r Niet de minste beweging van het vaartuig

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1892 | | pagina 1