BINNENLAND. Plaatselijke berichten. Gemengd Nieuws. vrijheidstelling onder voorwaarde van verder goed gedrag, kunnen zonder eenig voorbehoud worden toegekend. Want als hij, wien een dezer gunsten ten deel valt, haar onwaardig is, en zulks toont door een nieuwe misdaad, dan is het slachtoffer de lijdende partij. Hem zou het toegebrachte leed niet zijn overkomen, als de dader zijn straf tijd had uitgezeten. Het is niet gemakkelijk te zeggen, aan welke soort van voorwaarden de ontheffing van een gedeelte der straf gebonden moet zijn dat hangt geheel van den persoon af. Dat hij zich in de gevangenis goed gedragen heeft, bewijst wel iets, maar toch niet veeldaar toch ontbreekt degelegenheidomkwaad te doen. In elk geval zou moeten blijken, dat hij zijn vrijheid waard is, en haar goed zal gebruiken; het is van belang te weten, of hij een bestaansmiddel heeft of zal kunnen vinden, dat hem in staat stelt zich op den goeden weg te handhaven: voorts zal hij wel onder scherper politietoezicht moe ten staan dan voor gewone burgers noodig is. Stuurt men hem de wijde wereld in, zonder verder naar hem orn te zien, dan wordt het gevaar voor recidive grooter. Ook zou moeten blijken, dat liet doel der strafoplegging ten zijnen opzichte is bereikt, dat hij er door tot inkeer is gekomen en het slechte van zijn euveldaad inziet. Berouw is de eerste stap tot verbetering, en deze stap moet werkelijk door hem zijn gedaan, wil men verzekerd zijn, dat de overige schreden niet achterwege zullen blijven. Het vraagstuk, dat we hier vluchtig hebben besproken, is van het uiterste gewicht uit een oog punt van bestrijding der misdaad. Vroeger, toen men de ergste boos doeners eenvoudig ophing en de overigen tot longen dwangarbeid verplichtte, dacht men over deze dingen niet. Thans eischen zij ieders aandacht. Naar de ilaasb. uit goede bron vei neemt, heeft de minister van marine op de begiooting van 1893 een post voor een paar groole oorlogschepen gebracht. De bij geruchte gemelde weigering door het hoofd van hel gemeente-bestuur te 's-Gravenhage van de gevraagde ver gunning tot het houden van eerie meeling op 18 September ten gunste van hel -n rn ym stemrecht, blijkt gegrond te zijn advies van de geneeskundige auto- die in deze dagen het houden van v volksvei zamelingen heeft outiaden. te. v 'jr De minister van Binnenl. zaken heeft i aald, dal, ten aanzien van personen 'nende uit Rusland, Hamburg, Altona, twerpen of Havre, ieder die, een of meer 'leisonen, komende uit genoemde plaat- en, in zijne woning huisvest, vei plicht is nmiddellijk na aankomst van dien per soon of die personen daarvan kennis te geven aan den burgemeester van elk verdacht ziektegeval in zijne woning, mitsgaders van het vertrek van bovenbe doelde personen en van de plaats, waai- lieen zij alsdan vertrokken zijn. Uit Tilburg wordt gemeld: «Op de werkplaatsen der Stautspooi- wegen 'zijn deze week verschillende werk lieden ongesteld geworden en van hun werk huiswaarts gebracht. Ook gister ochtend werd weder een 21-jarige werk man plotseling ongesteld en dadelijk naar de ouderlijke woning vervoerd. De ziekte nam zóó hevig toe, dat de jongeling heden middag overleden is. Naar inen verneemt, is door den dokter cholerine geconstateerd. Het lijk is hedenmiddag ter aaide besteld. De kleederen en het beddegoed zijn ver brand, de woning gedesinfecteerd en ver der zijn de noodige voorzorgsmaatregelen in de werkplaatsen genomen." Alhoewel bepaald is, dat, zoodra zich in Nederland een behooilijk ge constateerd geval van Aziatische cholera beeft voorgedaan alleen in dringeude ge vallen aan de militairen van de landmacht veiluven mogen worden veileend, heeft de M. v. O., met het oog op hel belang der koloniale werving, bepaald, dat aan Nederlanders, die zich te Harderwijk voor den kolonialen militairen dienst hebben verbonden, het gebruikelijke verlof wordt toegestaan, onder uitdrukkelijk voorbe houd, dal geen verlof zal worden ver leend naar plaatsen, waar een besmet telijke ziekte lieerschl of waar in de laat ste acht dagen voor het ingaan van het vei lof «cholera asiatica" is voorgekomen. Mocht in een plaats of in een streek, waarheen aan een militair van hel Kol. Werfdepot verlof is verleend, gedurende dat verlof, „cholera asiatica" voorkomen, dan behooren op zoodanige personen, bij hun teiugkoinsl te Harderwijk, maatre gelen voor desinlectie en observatie ie worden toegepast. Verder moet, ingeval te Harderwijk cholei a mocht voorkomen, het geven van vei lof onmiddellijk weiden gestaakt De Gemeeriteruad van Soest heeft een jaarlijksche subsidie van f 1000 toe gekend aan den heer Stevens voor diens aan te leggen paardentram van Baarn naar Amersfoort, via Soesldijk en Soest. De generaal-rnajoor Hennes, comman dant der le divisie Infanterie, die vanaf 31 Augustus l.l. met zijn staf gevestigd was te Laren, vertrok heden naar Soest- dijk om daar met het hoofdkwaï tier der divisie te blijven tot den 20en dezer maand. Een inan te Zullen bood een jon gen van 12 jaar een paar centen aan indien hij er in slaagde een duif van het dak van een huis te halen. De knaap be proefde het, wilde zich, boven gekomen, aan den schoorsteen vasthouden, doch weldra liet een steen las, en de jongen viel van de betrekkelijk aanzienlijke hoogte met het hoofd naar beneden op den grond. Hij bekwam eenige kneuzingen, doch kon na verbonden te zijn, huiswaarts gaan. Vreemd zag eene familie te Bergurn (I''r.) dezer dagen op, toen zij onverwacht bezoek kreeg van een neefje, le Krom menie woonachtig. Nog vreemder hoorde zij op, toen de jongen verleide dat hij in 4 dagen van Amsterdam geloopen was. Hij had daar bij zijn oom gelogeerd, met wien hij wat ruzie gekregen had, en toen had hij koers gezet naar de familie in Friesland. Per telegraaf werd papa te Krommenie van zoons reis op de hoogte gesteld en den volgenden dag kwam deze over, om den jeugdigen voetreiziger naar den Zaankant terng te haieri. Na de opening van de Kamer der Staten-Generaal zullen H.H. M.M. de Koninginnen zich naar het paleis Hel Loo begeven. Den 25slen September zal te Apeldoorn in tegenwoordigheid van H.H. M.M. de inwijding van het nieuwe kerkgebouw der Ned. Heiv. Kerk plaats hebben. De onder-olïicieren van de hoofd cursus te Kampen' die het officiersexamen hebben afgelegd, vertrokken den lOen dezer naar de verschillende infanterie- korpsen, waartoe zij belmoren, ten einde aldaar hunne benoeming tot officier af te wachten. Uit Barneveld meld men Tijdens een groot feest, door Baron van Nagell, Van de huize Schaff'elaar den ingezetenen aangeboden, had een hevige vechtpartij plaats. De boerenknecht G. B. werd door eenige jongelieden mishandeld. Hij trok toen zijn mes en gaf G. Vlastuiri, een snede over hel gezicht, dwars over liet oog, zoodal hij wellicht dat oog zal verliezen. Verder een diepe snede over de hand, waardoor de hand hoogstwaar schijnlijk onbruikbaar wordt. Aangezien wij vernamen dat enkele personen (gelukkig zijn bet zeer enkelen) in de meening verkeeren dat zij geen gevolg behoeven te geven aan den last tot herstelling van sekreten of tot op ruiming van mestvaalten, brengen wij de deswege bestaande bepalingen, vervat in de verordening houdende voorschriften in het belang der openbare gezondheid in herinnering, luidende: Art. 11. «Wanneer de eigenaars van sekreten, welke herstelling of vernieuwing behoeven, in het aanbrengen daarvan nalatig zijn, zijn zij gehouden op aan schrijving van Burgemeester en Wethou ders, die binnen den daarbij bepaalden termijn in voldoenden toestand te bren gen." Art. 14. «Het is verboden binnen de bebouwde kom der gemeente eenige ver zameling van mest of vuilnis te hebben of te houden, tenzij met schriftelijke ver gunning van Burgemeester en Wethouders, tot wederopzegging en op de daarbij te stellen voorwaarden verleend, welke ver gunning op aanvrage van de ir. aiukel 24 genoemde pei sonen zal moeten worden vertoond." Bij art. 25 der verordening is tegen overtreding van artikel 11 of 14 eene geldboete van hoogstens vijfentwintig gulden bedreigd. Bovendien geeft artikel 6 der wet op de besmettelijke ziekten, van 4 December 1872 (Staatsblad no. 134), aan Buigemeester en Wethouders de bevoegdheid om alle verzamelingen van mest en ander vuil, waar die zich ook bevinden, te doen opruimen of on schadelijk maken, goten en slooten te reinigen en andere voorzieningen ter be vordering der openbare reinheid te treffen, teiwijl verzet daartegen bij art. 31 dier wet strafbaar is gesteld met eene boete van hoogstens honderd gulden. De in de vorige week saamgeslelde cholera-commissie is aangevangen met het instellen van een onderzoek naar den toestand van huizen en erven in de gemeente. Ter Donderdagavond gehouden verga dering der Kamer van Koophandel en Fubiieken, is inet algemeene stemmen besloten, bij een zelfstandig adies aan den minister van financiën, het verzoek van de Kamer te Winschoten om afschaf fing van de wet op In t plakzegel, te onder steunen. Dit besluit werd genomen, nadat de heer Van Dam als zijne meening had te kennen gegeven, dat er een juichtoon onder den handelsstand zou opgaan, wan neet de hoogstlastige en ongelijkmatig diukkende wet werd opgeheven, en de heer A. F. R. Verinolen, benevens de voorzitter, de heer J. Ger. Kleber, den ongelijkmatige» druk, en de onbillijkheid waartoe de wet aanleiding geeft, door enkele vooi beelden in het licht hadden gesteld. Men betoogde dat de kleinhandel ten zeeiste werd gedrukt door de Wet. en vooral de tusschenpersonen in den bundel, terwijl de groothandel dien druk in veel geringer mate ondervond. De laatste brengt n.l., zonder dut dit eenig bezwaar ontmoet, het te bezigen plakzegel, op de nota in rekening, doch de eerste, die dit betaald en wel door de wet is ge rechtigd hetzelfde le doen, huivert daar voor, óf omdat hij een klant het daarom niet lastig durft maken, óf omdat de conciii rentie hem belet het le doen. Zoo doende betaalt de kleinhandelaar twee malen hel plakzegel en diaagt het zegel recht zelfs in veel grooter male, wanneer men nagaat dat voor eene kwitantie van f 10,01 evenveel zegelrecht verschul digd is als voor eene van f 10000. Na tuurlijk woiden er meer kwitantiëi» van eerstgenoemd dan van lautsgenoemd be drag afgegeven, en, wanneer men dat bedenkt, dun springt dadelyk de grove onbillijkheid in het oog. Kon men alzoo met vele van de grie ven in bet adres dei Kamer van Win schoten vervat medegaan, echter niet met de bewering dat er gevaar voor frauduleuze handeling bestaat door het plakzegel van eene kwitantie op eene uiet-betaaide nota overtenrengen, en het gedeelte der voldaan-teekening op hel zegel voorkomende, bijtewerken. In de tien jaren die de wet bestaat, is zulks nimmer voorgekomen, en op grond daarvan meende de kamei dat dit door de Winschoter Kamer gereleveerde bezwaar legen de wet hersenschiinnig was te noemen. De redactie van het adies werd opgedragen aan de lieeren H. C. Van Dam, A. T. R. Vermolen en den secretaris den heer H. P. Van llase- len. Het verzoek der Nedei landsche Kamer van Koophandel te Londen om ondersteuning van haar adres tot verge makkelijking der formaliteiten die moeten wonlen in achtgenomen lot behoud van de nationaliteit door in den vreemde ver toevende Nederlauders, werd voor ken nisgeving aangenomen. De 65 jarige P. W., aan bijziend heid lijdende, is Donderdagavond in de binnensingelgracht reruakt, en, hoewel nog levend op het droge gebracht, gister, Vrijdag, overleden aan de gevolgen. Ter hedenmiddag gehouden zitting van den gemeenteraad is een voorstel van Burgemeester en Wethoudeis aan genomen tot plaatsing van eene pomp aan het einde van het Kleine Spui, nabij de Koppelpoort, ter voorziening in de behoefte aan goed drinkwater in deom- geving van Markenhoef. Tot dusverie kunnen de bewoners van die buurt geen goed diirikwater bekomen dan op vrij ver verwijdeide» afstand, n.l. uit de pomp aan de algemeene begraafplaats of uit die op het Zand. Dit was het motief waarop het voor stel van het dagelijksch bestuur was ge grond en dat de gemeenteraad aanleiding gaf tot zijn besluit om aldaar eene pomp te doen plaatsen. De Burgemeester, die mededeeling deed van de voorzorgsmaatregelen in zake de Aziatische cholera reedsgenomen, als daar zijn het reinigen van straten, goten en riolen, het inrichten van de localiteit voor lijders aan besmettelijke ziekten, het verspreiden eener kennisge ving onder de ingezetenen, de plaatsing van een brancard in een houten gebouwtje nabij het politiebureau en het doen op ruimen van meslhoopen, erlangde voor het dagelijksch bestuur een onbepaald crediet tot bestl ijding van nog mogelijke uitgaven in deze te doen. Bij monde van de heeren Visser en Van Zijst werd het dagelijksch bestuur dank betuigd voor de genomen voor zorgsmaatregelen. Tot leden der commssie voor de straf verordeningen, bedoeld bij art. 166 der gemeentewet, werden benoemd de heeren M. L. Celosse en Mr. J. G. A. van Zijst. Vervolgens had de samenstelling der raadsufdeelingen plaats. Het lot bepaalde dat tot de le afdeeling zullen behooien de heeren Van de Wall Bake, Van Esveld, Van Beek, Van Ilardenbroek, Heyligers, De Jong, Van Lanschot Hu bi echt en Zandijk, en tot de 2e afdeeling de heeren Groeneboom, De Koningh, Tengbergen, Van Zijst, Van der Want, Visser en Kleber, terwijl de le afdeeling zal wor den gepresideerd door den wethouder Celosse en de 2e afdeeling door den wethouder Croockewit. Ter tafel werd gebracht een adres va» de kerkcruden der gereformeerde kerk A, der gereformeerde kerk B en der Vrije gereformeerde kerk, waarin a/'schaffing van de kermis wordt verzocht. De raad verzond hel adres aan Bur gemeester en Wethouders om prnead- vies. De Vooizitter deelde, naar aan leiding eener viaug van den heer Van Zijst mede, dat het bij Burgemeester en Wethouders een punt van overweging uitmaakt of zij een voorstel zullen doen om de kermis dit jaai, met het oog op de in het buitenland heerschcnde cholera, niet te doen houden. i«oi r iii»».ii"M»aw I _l_ la» Dezer dagen moest in de nabijheid van Guben, in Duitschland, een spooitrein ten gevolge van een jongens-grap stoppen. Verscheidene knapen waren iu de nabij heid der stad bij de spnoibaan aan het spelen, toer. een hunner, een twaalfjarige, hel voorstel deed orn den van Breslau komenden personcu-trein tot staan te brengen. De jongen ging, zonder zich om het gevaar te bekommeren, op de rails zitten en voegde zijn kameraden toe dat men hem zeker niet zou overrijden. De trein- beambten trachtten den jongen te verjagen dooi hein met stukken steenkool le gooien, maar slaagden daarin niet. Eerst toen men den trein had doen stoppen, stond de jongen, die zijn doel bereikt had, kalm van zijn gevaailijke plaats op. Een geducht pakt slaag en een stienge straf op school waren de eerste belooning van zijn «heldendaad." Meer dan waar schijnlijk zal hij zich ook voor den rech ter te verantwoorden hebben wegens het doen ontslaan van gevaar voor een spoortrein. De bekende hardrijder M. Kingma, te Grouw (Fr.), die tot nog toe het boeren bedrijf beoefende, zal de boerderij verlaten en gaan varen. Hij heeft de Grouw- ster stoomboot aangekocht, om daaimede naar de markten te Leeuwarden, Sneek, enz. te varen. Des winters, als er ijs is, heeft hij dan al den tijd, zich le oefenen en aan wed strijden deel le nemen. De vermindering van het aantal ge boorten in Frankrijk doet zich vooral gevoelen bij de toepassing der nieuwe legerwet. Reeds moeten plannen in de lucht hangen, om de bepaling in te voeren dal huwelijkscandidaten slechts één jaar behoeven te dienen, wanneer zij bij een te houden examen blijken hebben gege ven voldoende inet den dienst bekend te zijn. Tegelijk zou dan den huwelijkscan didaten de verplichting worden opgelegd binnen een zekeren tijd ook werkelijk te huwen. Zijn zij dan nog ongehuwd, don kunnen zij weder worden opgeroepen. De substituut van deri procureur des konings de Ryckere, te Brugge, is Maan dag namiddag ten 3 ure, in de speelzaal van de Kurzaal te Oslende gekomen, ver gezeld van vier gendarmen in burger- kleeren. Na zijnen naam en hoedanigheid te hebben doen kennen, trad hij plot seling de speelzaal binnen en gaf bevel aanstonds het spel te staken. Terwijl twee gendarmen de wacht hielden, om te zien dat niemand de kaarten of den inzet aanraakte, liet de heer de Ryckere zich al de boeken toonen, de aannemings- registers enz. Alles was, zegt inen, in orde, maar de substituut nam het mobi lair en den hoogen inzet, die op de tafels lag, in beslag. De gebeurtenis heeft in de stad veel opschudding veroorzaakt. Veischeidene vreemdelingen, die zich op 't oogenblik van 't bezoek des magistraals in den kring bevonden, hebben bij hunne consuls eene klucht neergelegd. De speel zaal wordt nu door de gendarmen be waakt. Het stoomschip Campania, het grootste, dat sedert de Great Eastern gebouwd werd, zal te Govan van stapel worden gelaten voor de Cunardlijn en zul gereed zijn tot vervoer van passagiers naar de tentoonstelling te Chicago. Ten volle ge laden, zul het een waterverplaatsing hebben van 19'000 ton, zijnde 3000 ton meer dan eenig bestaand koopvaardij- of oorlogsvaartuig. Men rekent er op een gemiddelde snelheid over de geheele reis te behouden van 21 knoopen of24.1 mijl en gelooft, dat na eenige reizen gedaan te hebben de snelheid zal ver meerderen. Het gewicht der boot zal bij het te water loopen ongeveer 9000 ton bedingen. De machinerie bestaat uit twee triple compound machines ieder van 15,000 paardenkracht en twee schroeven van phosphor bronze. De stoom wordt voortgebracht in 12 stalen ketels en de beide schoorsteenen zijn de grootste, die ooit vervaardigd zijn. Behalve het roer is alles in Engeland gemaakt. Dewijl het roer uit een enkelen stalen plaat wordt gemaakt, is er in Engeland geen machinerie om die te vervaardigen en is deze bij de firma Kiupp te Essen besteld. Een tweede dergelijk schip is voor dezelfde lijn in aanbouw. Eene bouwmaatschappijte Woolwich, werd dezer dagen gewaar, dat de admi nistrateur knoeide. Een onderzoek werd ingesteld en nu bleek, dat de boeken al 15 jaren waren vervalscht en daarmede 40,000 p. st. was verduisterd. Een bevel tot inhechtenisneming van deh ontrouwen administrateur volgde, maar hij had al wegens zwakke gezondheid zijn ontslag ingediend en was zoo vrij geweest om met de noorderzon te vertrekken. De reis van den President. Ieder heelt met veibazing, met angst, docii zonder genoegen gezien en gelezen, hoe vlug Sadi Cainot, de president der Fransche Republiek, zijn reisprogramma alwerkt in enkele uren. Twee en zeventig uur heeft hij gereisd en bijna onafge broken heeft hij dien tijd in den trein gezeten, met een oponthoud, aan de be langrijkste stations, van twee of drie mi nuten. Men heeft zich bijna suf gedacht over de wijze hoe men eenig ceremonieel in acht zou kunnen nemen bij deze korte oponthouden, om daardoor le voldoen aan de bewoners van de streken, welke onze sloompresident doortrekt. Gedurende die twee ruimten, kan de maire geen rede tol den president houden daarom is er besloten, dat alle maires over het gar.sche traject slechts één rede voering zullen uitspreken en dat de pre sident, maar één antwoord zal geven. Alben Millaud, de moppen-redacteur van de Figaro, vindt dit denkbeeld zoo kolossaal vernuftig, dat hij niet kon nalaten het verder uit le werken. De heer Carnot vertrekt om 8 uur 15 van Fontainebleau en houdt om 9 uur 43 op le Laroche, vanwaar hij om 9 uur 48 moet vertrekken. De maire nadert: „Mijnheer de president," zegt hij, «het is een gelukkige dag voor mij en voor de gemeente, die ik beheer...." Carnot valt hem in de rede: «En het is ook voor mij, mijnheer de maire, een der schoonste dagen van mijn leven Gil van de stoomfluit. Vertrek. Men komt aan de Nuits oin 10 uur 54. De maire is ook daar aanwezig en hij ver volgt «die ik beheer, dat wij uw dooiluchtige persoon hier zien, die Fran- kiijk heeft gekozen om haar le verte genwoordigen Daar de minuut om is, valt Carnot in «dagen van mijn leven, in deze zoo door en door Fransche streek, een werkzame en ijverige bevolking te mogen begroeten De twee minuten zijn om. De trein rolt weg. Dyon, drie minuten oponthoud. De maire nadeit buiten adem en ratelend neemt hij den draad op, die te Nuits was af gebroken vertegenwoordigen. Wees wel kom in de hoofdstad van een land, waar van men kan zeggen Bourgogne is ge lukkig!" Hier begint weer Carnot en vervolgt: Ik begroet in u een eerwaardigen grijsaard en ik wensch u toe Al weer op weg. Bij Macon. Hij komt om 2 uur 27 min. aan en vertrekt om 2 uur 30 min. De maire is zoo bewogen, dat hij niet anders kun zeggen dan Geluk gelukkig!" En Carnot reikt hem de hand en ver volgt waar hij te Dyon is gebleven wensch u toe alle geluk en voor spoed, voordeelige oogsten en vruchtbare wijnoogsten Enz. enz. enz. Wanneer de rede bij het einde der reis nog niet geheel geëin digd is, zal zij bij de volgende worden voortgezet. Nood leert bidden. Een meneer uit de provincie, die Amsterdam een bezoek bracht en den eersten dag den beste een kijkje ging nemen, ontmoette al spoedig eenige vrienden. De heeren namen 'ter goed van, zelfs zoo goed, dat onze provinciaal, toen hij naar zijn hotel wandelde lot de ontdekking kwam geen geld ineer te hebben om zijn hotel te betalen. Goede raad was duur, poffen in een hotel, een der voornaamste uit de stad ging niet. Bovendien had hij zijn naam des middags reeds ingeschreven, en een naam op te houden. Peinzend over een middel om aan geld te komen, nam hij plotseling «zijn draai," trok zijn pantalon uit en wierp hem in de gracht. Toen zijn lango regenjas weder dichtknoopende, kon niemand zien dat hij geen pantalon aan had. Des morgens wakker wordende, be gon hij om zijn pantalon te schellen. Het heele hotelpersoneel kwarn op de been, om den broek van meneer te zoeken, die natuurlijk niet te vinden was. Dan is hij gestolen. De hotelhouder kwam er aan te pas en verklaarde, dat dit nog nooit in zijn hótel gebeurd was. Men begreep echter, dat meneer niet zonder pantalon in het hotel zou zijn gekomen. De hotelhouder, beangst voor de repu tatie van het hötel, verzocht meneer asje blieft te zwijgen. Hij zou onmiddelijk een pantalon laten halen en vergoeden, wat er in zat. Zestig gulden antwoordde de logé. Een paar uur later stond hij met een nieuwen broek en f60 er in op straat, rnet moeite zijn lachen bedwingende. Toen het geld op was, vertrok de logé en zond van huis het geld en de kosten van den broek aan den verbaasden hotel houder, die er in gevlogen was. Hij verzocht vriendelijk hem het middel om aun geld te komen niet ten kwade te duideD, want, schreef hij, in zulke omstandigheden leert men bidden.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1892 | | pagina 2