NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND.
mIMHLII"
DE FINLANDSCHE
No. 64.
Zaterdag 11 Augustus 1894.
Drie-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BINNENLAND.
Feuilleton.
iMERSFOORTSCHE COURANT.
VOOR
abonnementsprijs:
Per 3 maanden 1.— Franco per poet door het geheele Eijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentien:
Van 16 regels f 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
De Midd. Ct. bevat het volgend pro
gramma voor het bezoek van Hare Ma
jesteiten de Koningin en de Koningin-
regentes aan de provincie Zeeland:
Dinsdag 21 Augustus, 9.5 uurver
trek van Soest; 12.10: aankomst te Mid
delburg; 12.45 uur: dejeuner in het
gouvernements-hotel1.30 uur: hulde
aan Hare Majesteiten, te brengen door
de schoolkinderen op het Abdijplein,
onder leiding der vereeniging «Uit
het volk, voor het volk»; voorstelling
van meisjes in de verschillende kleeder
drachten der provincie. 2.304 uur
audiënties aan inwoners van Zeeland
door H.M. de Koningin-regentes, te yer-
leenen in het gouvernements hotel. 4—5
uurrytoer door de stad en bezoek
aan het Raadhuis. 0.30 uur: diner in de
Statenzaal der Abdij, HH. MM. aangebo
den door de Staten der provincie Zee
land. 8.30 uulh rjjtoer door de stad;
bezichtiging der illuminatie.
Woensdag 22 Augustus. 9.45 uur
rijtoer naBr Veere. 10.30 uur: aankomst
te Veere. Bezoek aan het raadhuis en
aan de groote kerk. 11 uur: vertrek
naar Domburg. Bezoek aan het kasteel
Westhove. 12.45 uur aankomst te Dom
burg. Déjeuner in het badhotel. 2.15 uur:
-ertrek naar Weslkappelle en Middelburg,
uur: terugkeer te Middelburg. 6.30 uur
'-2T in het gouvernements-hotel, 9 uur
it in het gouvernements-hotel.
"anderdag 23 Augustus, 10.30 uur.
Vërirek per extra-trein naar Vlissingen.
10.38 uur. Aankomst te Vlissingen.
11 11.45 uur. Tocht per stoomboot van
de maatschappij «Zeeland" 12.15 uur.
Déjeuner in het nieuwe stationsgebouw,
HH. Majesteiten aangeboden door den
gemeenteraad van Vlissingen, de directie
der Maatschappij tot exploitatie van
Staats-spoorwegen en de directie der
stoomvaartmaatschappij «Zeeland," Kon.
Nederl. Postyaart. 2 uur. Inkomst in de
stad per stoomboot. 2.15 uur. Bezoek
aan het raadhuis en de De Ruyter-ten-
toonstelling, 3 uur. Heronthulling van
het verplaatste standbeeld voor Michiel
Adriaanszoon de Ruyter. 4 uur. Rijtoer
door de stad en naar het badhuis 4 30
uur. Bezoek aan het badhuis, 5.30 uur.
Terugkomst te Middelburg. 6.30 uur.
Diner in het gouvernements-hotel. H. M.
de Koningin dineert afzonderlijk.
Vrijdag 24 Augustus. 10 uur. Bezoek
van H. M. de Koningin-regentes aan de
Nieuwe Kerk en het Gasthuis. Bezoek
van HH. MM. aan het gerechtsgebouw
en het burgerweeshuis. 12.30. Déjeuner
in het gouvernements-hotel. 24 uur.
Bezoek aan het Oude-mannen- en vrou
wenhuis en armenweeshuis. Bezoek aan
het Museum van het Zweedsch Genoot
schap der Wetenschappen." 6.30 uur,
diner in het raadhuis HH. MM. aange
boden door den gemeenteraad van Mid
delburg 8.45 tot 9.30 uur. rijtoer en be
zichtiging van den gondeltocht.
Zaterdag 25 Augustus, 9.30 uur. Ver
trek naar Soestdijk; 12.45 uur. Aan
komst aan het Station Soest.
Naar aanleiding van een door den
minister van Koloniën aan den Gouver
neur-Generaal van Nederlaodsch-Indië
gedane vraag, wanneer de terugkeer der
hoofdmacht van de naar Lombok gezon
den expeditie kon worden tegemoet ge
zien, berichtte de Landvoogd den 3den
dezer, dat die terugkeer nog niet te be
palen was, en dat generaal Vetter zich
Daar de Oostkust van het eiland had be
geven, daar de Sassaksche hoofden niet
te Malaram durfden komen.
Ten vervolge op dat bericht meldt de
gouverneur-generaal thans onder dagtee-
kening van 9 dezer, dat, na langdurige
bespreking met alle voorname Sassaksche
hoofden plechtig en schriftelijk is ver
klaard, dat zij onder door het gouverne
ment te geven waarborgen genegen zijn
onder het Balische bestuur terug te kee-
ren, en dat drie hunner als gemachtig
den van allen met generaal Vetter te
Ampenan zijn aangekomen, om de te
treffen regelingen te behandelen.
Een wanhopige.
Toen Maandag-avond het onweder los
brak bevond ik mij juist te Schevenin-
gen in zee om een bad te nemen, aldus
schrijft een inzender aan De Residentie
bode. Dat het regende, kon mij oatuur-
lijk minder schelen'k was toch nat.
Maar die hagel, die hagelt Daar heb ik
mij niet voor kunnen beveiligen.
Gauw naar mijn koetsje te loopen, was
wel het werk van een oogenblik, doch
die schuilplaats vond ik door wandelaars
bezet, zoodal ik er niet in kon. Blijven
staan wilde ik ook niet, want dan zou
de hagel, die juist begon te vallen, een
al te groot mikpunt gevonden hebben,
'k Besloot daarom, maar weer naar zee
en daar zooveel mogelyk onder water te
gaaD. Maar dat bekwam mij ook al niet
best. Als ik even ademhaalde, nam de
hagel de kans waar, om mij een steen op
't hoofd gooien, en niet zachtjes ook I 'k
Heb wel zes builen op mijn schedel.
Als ik weer ga baden en er is een
bui in aantocht, neem ik een parapluie
mede, aldus besluit de ongelukkige.
Meer licht gewenscht.
In de «Nieuwe Provinciale Groninger
Crt." lazen wij het volgende raadselach
tige berichtje:
Een treurig drama is in deze provincie
in de laatste dagen afgespeeld. Een land
bouwer te Uithuizen ontving van een
rechtsgeleerde uit Groningen een aan
maning om een groote som geld te zijnen
kantore te storten. Toen door den man
hieraan voldaan was, eischte de advocaat
nog meer geld. De landbouwer is plotse
ling gestoiven. De familie van den over
ledene stelde den officier van justitie te
Groningen met de zaak in kennis, en
naar men zegt, is ook de rechtsgeleerde
niet meer in het land der levenden.
Cholera.
Te Maastricht is sedert de vorige
opgave 1 persoon aangetast; drie der
vroeger aangetasten overleden. Totaal
aangetast 48, overleden 23.
Te Haarlem is de tweede patient over
leden, evenals een Dinsdagavond aange
taste huisgenoot van dien patient, die
niet geloovende aan het gevaar, geweigerd
had zich aan een onlsmettingskuur te
onderwerpen.
Door het hoofdbestuur van de «Bond
van Orde door Hervorming" is een com
missie benoemd, om te onderzoeker, waar
en tot welken piijs gronden in Wester-
wolde of in Drenthe te verkrijgen zijn,
ten einde ze te ontginnen, om zoodoende
een productieve wei k verschaffing iD het
leven te roepen.
Reeds hebben zich vele arbeiders aan
gemeld om op een boerderijtje te worden
geplaatst.
Z. H. de Khedive van Egypte, wiens
bezoek aan Nederland reeds voor ge-
ruimen tijd werd aangekondigd, bevindt
zich thans te 's-Gravenhage. De onder
koning kwam rechtstreeks van Frankfort
naar de residentie en koos tot zijn ver
blijf Hotel des Indes, alwaar tevens zijn
gevolg is afgestapt, bestaande uit een
tiental hooge staatsambtenaren, en leden
van zijn militair huis.
Abbats-Pacba is op zyn reis vergezeld
van den secretaris-generaal van zijn
Europeesch kabinet. Rouiller-Bey Abdnl
Aalim-Pacha, eerste adjudant van den
Khedive en Ahmed Chafk Peij, chef van
het bureau van vertolking.
Heden-voormiddag ging Z. H. per
rijtuig een toer door de stad en om
streken maken en werd in het Bosch
halt gehouden bij het paleis ten Bosch
dat de vorst met zijn gevolg bezichtigde.
Zooals men weet, bezocht deze Khedive,
4 jaren geleden, toen hij nog te Weenen
studeerde, de residentie. Bij Firnam
26 Maart 1892 werd hij tot Khedive
benoemd als zoodanig opvolgende Mehe-
med Tewfik, overleden 7 Januari te voren.
De Oostersche souverein, die thans in
Ons midden vertoeft heeft 14 Juli j.l.
zijn 20e levensjaar vervuld.
Een drama.
Omtrent een droevig ongeluk te Zeven
huizen (Groningen) meldt men de volgende
bijzonderheden
«Voor het hevig onweder beangst,
heeft de vrouw van den werkman Linker,
die zich voor den hooioogst in het veld
bevond en daar den nacht overbleef, zich
naar haar buurvrouw willen begeven, die
op nog geen vijf minuten afstands woont.
Zij nam hare drie kinderen mede.
iDoor het felle bliksemlicht misleid,
naar men vermoedt, is zij in het kanaal
langs den weg geloopen. In het holle
van den nacht het moet ongeveer 3
uur geweest heeft niemand hulpgeroep
kunnen hooren.
«Toen de morgen aanbrak, zag men
liet oudste kind schreiend aan den wal
zitten en klagen: «moeke ligt in't diep".
Men vond kort daarna de lijken van de
moeder en de twee kinderenhet jongste
had de moeder nog in den arm".
In de jury van de tentoonstelling
te Antwerpen zijn de volgende 28 Ne
derlanders benoemd
Dr. C. P. Burger, Leeuwarden P. L.
M. Boele van Hensbroek, den Haag, Afred
Daniels, Amsterdam J. G. Rueb, Breda
J. B. Timmei mans, Waalwijk J. Cuijpers
en C. A. A. Dudok de Wit, Amsterdam
H. van Aubel, Maastricht; mr. A. A. M;
Smits en J. C. Boldoot, Amsterdam
T. R. J. Albers, DordrechtChr. Crootes
Wrn., Westzaam; John Schmitz en Louis
Sieber AmsterdamKraijenhoff v. d.
Leur, Antwerpen mr. Th. Stuart, Am
sterdam Jacques de Kuijper, Antwerpen
E. H. Crone, Amsterdam; L. Snitsier,
Antwerpen; W. Prins, Wormerveer dr.
C. B. Tilanus, Amsterdam H. van Oordt,
Antwerpen; Jhr. H. J. Ortt van Schonau-
wen, Haarlem; A. Lips, Breda; Ant.
Prinzen, Hi-lmont; H. G. Jansen en W.
J. L'remers Jr.,, Amsterdam; E. J. van
der Heijden, Gouda.
De schade door den hagelstorm
veroorzaakt is vooral op het platte land
groot. Zoo is b.v. te Aalsmeer voor
f 12.000 schade toegebracht alleen aan
gebroken ruiten van broeibakken en kas
sen. Behalve de glazenmakers, hebben
■Ie agenten tan de liagelverzekering-maat-
schappijen het druk, want na de ramp
begint men zijn verzuim in te zien.
Midden in de Drentsche heide, waar
het oog zoo ver het reikt niets ziet dan
heide en oud boekweitveen, zal, aan den
zoogenaamden Matingerduijk in de ge
meente Westerbork eene fabriek verrij
zen van parfumeriën. De onderne
mende firma te Brussel heeft proeven
doen nemen met het in den bodem aan
wezige water welke bevredigende resul
taten hebben opgeleverd. De tot stand-
koming is zeker.
Het oude Wilhelmus.
Men schrijft uit Den Haag aan het
N. v. d. D.
„Toen dezer dagen bij gelegenheid van
het internationaal scbeepvaart-congres de
volksliederen der verschillende op het
congres vertegenwoordigde Rijken wer
den ten uitvoer gebracht, ging er een
algemeene roep uit over de verheven
schoonheid van ons Wilhelmus var. Nas-
sauen, volgens de oorspronkelijke toon
zetting, en werd het door vreemdeling
en landgenoot geprezen als het indruk
wekkendste en ingrijpendste ven al de
VAK
FEE1X DAHN,
DOOR
Pb. WIJSMAN.
6) «Ja hy was zwart gepluimd," ver
zekerde Harald.
Een zeldzaam voldaan gegrom, liet de
oude man hooren.
Nog een nydige bliken toen strom
pelde hy de hut uithet hoofd fier, als
zegepralend opgeheven.
„O, zeg het my toch," smeekte Ughlu
met slechts moeilijk verholen angst,
hoe hoe is het gekomen P En voor
alles, zeg mij hoe lang het geleden is.
Ik heb u immers nog in 't geheel niets
gevraagd
«Ja, dat is waar; het is uw eerste
vraag, gij goede, trouwe 1"
Toen kleurde een gloeiende blos haar
aangezicht: het was het eerste woord van
goedkeuring uit zijn mond.
«Maar daarom zult gij nu ook alles
vernemen. Ik ben een konings-zoon."
«Ik wist het I"
«EiP En vanwaar? Mijn ge
slacht stamt van Freyr, den stralenden
god."
«Ik vermoedde hel, nog eer gy 't had
gezegd."
«Mijn vader, Koning Harskjöld, regeert
wijs en heerlyk in de groote koningshal
onzer burcht."
«Ik kan 't gelooven I"
«In Harjadal. Liefelijk klinken daar
ginds de harptonen door het slot."
«Het is mij alsof ik het hoorde; mijne
moeder heeft er mij van verhaald.
««Schoon als de wyze van den zingend
stervenden zwaan"' aldus beschreef zij
die heerlyke zangen.
«Vele helden achten het eene eer hem
te mogen dienen. En mild is hij in het
geven van geschenkenen gastvry. O,
het is zeer goed bij ons in de hal mijner
vaderen!" Hij zuchtte.
«Gij verlangt naar uw land en Daar de
uwen!" klaagde Ughlu. «Mjjne moeder
zelfs, de krijgsgevangene, had «heimweh"
naar uw volk."
„Reeds menigen slag tegen den vjjand
heb ik gelukkig ten einde gevoerd. De
Wetier-Denen overwon ik met twaalf Dra
ken. Een skalde beeft daar een gedicht
op gemaakt."
«Kunt gy dat lied zingen?"
«Ik kan bet wel zingen, maar ik doe
het liever niet.
Hij bloosde.
«Plotseling kwam op Koning Harskjölds
burcht een tijding: Koning Hóko, op Hel-
singaland, de man zijner zuster was op
gevaren tot Ohdin's rijk. In een man
moedigen .strijd tegen de Kwenen, uwe
magen, was hij gevallenin het gevecht
tegen die door de goden gehaatte Noord
finnen. Hy liet geen zoon na slechts
eene dochter
Hij aarzelde even en vervolgde toen:
«Haralda heet de jonge Koningsdoch
ter..."
«Zij is uwe bruid I" gilde Ughlu luid
keels.
«Waarom schreeuwt gij toch zoo als
een door een pijl getroffen ree?" riep
Harald ongeduldig uit, en tevens ver
baasd.
«Vergeef het mij 1" Ootmoedig kruiste
zij haar armen over de borst.
«Ik heb haar nooit gezien, maar schoon
moet zij zijn, schoon als eene godin in
Asgardh." Zijn oog scheen in de verte te
staren. „Bijna zoo hoog ala ik, zegt Björn
dat is mjjr. oude wapenmeester. Hij
heeft haar gezien. Melkwit is hare huid
en het zonnige haar golft omlaag tot aan
hare enkels: de fiere borst is hoog ge
welfd en dit alles heeft Björn mij
verhaald."
Hij zweeg en staarde weder voor zich
uit in de verte.
Hierdoor had hij het niet gezien hoe
de bruine oogen al wijder en wijder
waren opengetrokkenwakend, spiedend
en innig treurig werden zij nu op hem
gericht.
Beiden zwegen een poos.
Thans kromp hij weer inéén door een
nieuwen aanval van pijn gekweld. Aldus
uit zijne droomen wakker geschud, ver
volgde hij
«Ja, zoo was het: de weduwe, vrouwe
Hnrhild, de zuster van mijn vader, ver
zocht hem mij tot haar te zenden als be
schermer van haar en hare dochter. Nu
Koning Héko gevallen was dreigden de
Kwenen wederom met den oorlog. Als
ongedierte op het veld, krielen zij overal
rond in ontelbare menigte. Mijn vader
rustte vier Draken uit: honderd twintig
helmen had ik onder mijn bevel. O, hoe
verheugde ik mij op dien rechtvaardi
gen strijd op de overwinning
op
iHoe heet zy Zeg het nog eens!"
«Haralda die naam is niet moeilijk
te onthouden, dunkt mij. Maar, wee
onsl Een ontzettende storm uit West
noordwest brak over ons los! Mijn „El-
lidlii" raakte van de andere schepen af;
tegeD scherpe rotskanten geslingerd, barst
te de kiel. Ik sprong met drie mannen
in de boot. Deze werd door de golven
naar een eiland in het Zuidoosten gedre
ven door Finnen bewoond zooals
gij er eene zijt; men herkent u van
verrel Want" hij lachte, «schoon zijt gij
niet."
«Maar trouw 1"
«Neen ongastvrij trouweloos, eerloos
en laf."
«O, Harald I
«Is het anders? Wel een honderdtal
Finnen kwamen op strand, waartegen
de bianding ons, hulpeloozen geworpen
had, aanloopen wij waren met ons
vieren. Eerst wenkten zij ons vriendschap
pelijk met groene twijgen, om nader te
komen; zoodra wij op een pijlschot af
stands den oever bereikt hadden, brachten
zij uit hunne mantels van rendiervellen
fluks boog en pijlen te voorschijn en als
een zwerm van witte en zwarte vogels
regende het op ons. Mijne drie medege
zellen werden gedood. Mij raakte eeu
pijl
«Met zwarten pluim?"