BINNENLAND.
LA SA IxA IVL^LiMjjatr.
BUITENLAND.
Plaatselijke berichten.
LOMBOK.
Het departement van Koloniën heeft
Zondag 14 October, het volgend telegram
van den gouverneur-generaal ontvangen
«Slechting van Mataram, noordelijk
deel, wordt voortgezet, waarbij geen
vijandelijkheden ondervonden.
Twee honderd Bahërs, waaronder vrou
wen en kinderen, hebben met een twaalf
tal hoofden zich onderworpen. Zij zijn ont
wapend en gezonden naar Lembar aan
baai Laboean Tring.
Toestand der gewonden algemeen gun
stig."
De hoofdzaak, in dit telegram vermeld,
was gelijk men ziet, reeds 48 uur vroeger
uit particuliere telegrammen bekend.
Zonderling blijkt zelfs nu nog niet, of
Mataram thans geheel in ons bezit is.
De Zondagnamiddag ontvangen mail
brengt wel veel berichten, maar weinig
of geen nieuws, alleen vinden wij kolom
men bijzonderheden over in hoofdzaak
bekende feiten.
In een Amslerdamsch blad, dat zich
in de Lombokzaak door een kwaadaardige
oppositie onderscheidt, kwam het bericht
voor, dat kapt. Lindgreen en zijne offi
cieren (dus ook de officier van gezondheid
dr. Ujlakil!) wegens de bekende capitu
latie voor een krijgsraad moeten ver
schijnen, en dat men in militaire kringen
niets tevreden was over hun gedrag.
In dien vorm is dit bericht laster. Alle
officieren, die capituleeren of hun schip
verliezen, moeten voor een krijgsraad
verschijnen, kapitein Lindgreen dus ook.
En daar men algemeen de houding van
den kapitein bewondert, is deze, om de
zaak spoedig zijn beslag te doen krijgen,
met den meesten spoed naar Soerabaya
gedirigeerd.
Overal is de kranige officier door zijn
wapenbroeders met de meeste warmte
en onderscheiding ontvangen. Zoo spoedig
de kapiten van zijn wonde hersteld is,
wordt hjj op Lombok terug verwacht.
In het Indische blad Mataram, zet een
»oud-officier" uiteen, dat de wijze van
plaatsing der bivakken bij Mataram en
Tjakra Negara geheel in strijd was met
de reglementen op den velddienst.
Het reglement op de velddienst schrijft
voor aan een bivakkeerenden troep
in vijandelijk land de inrichting van
voorpostendienst
In open terrein wil zij daarbij, dat de
uiterste schildwachten circa 100 passen
van de veldwachten, deze circa 250 passen
van de voorposten-detachementen en deze
laatsten ongeveer 600 passen van het
gros"
Eerst dan acht het Reglement, dat in
geval van verrassing of overrompeling,
de rustende troep slagvaardig kan komen,
alvorens de vijand tot haar zij doorge
drongen.
Arme sergeant, die dit niet weet, wan
neer zijn luitenant-adjudant op de theorie
hem terzake ondervraagt.
De taktiek echter heeft ook nog wat
te zeggen. Zij wil, dat de bivakplaats
niet van eenig nabijgelegen punt kan
worden beheerscht en dus blootgesteld
worden aan plongeerend vuur.
Zij wil, dat zoo eenigszins doenlijk
niet worde gebivakkeerd in of in de
nabijheid van kampongs, of bosschen
waarvan de randen niet hunnen bezet
worden, op plaatsen, waar geen drink
water aanwezig is of althans dit onont
beerlijke levensmiddel niet onvoorwaar
delijk in de macht is van den bivakkee
renden troep, is en moet blijven.
Vertrouwt men echter den toestand
zóódanig, dat men op eigen gezag de
reglementaire voorschriften buiten toe
passing stelt, kan er dan ooit verschoo-
ning worden gepleit, indien dat vertrou
wen misplaatst blijkt?
Bij de 15e comp. artillerie, welke 9
Sept. naar Lombok vertrok, waren: kapt.
Swarl en de luitenants Kreischeren Greve.
Mede zijn naar Lombok vertrokken kapi
tein-kwartiermeester M. N. Brets (eerst
stig en diep klonk.
«Mijn God, rajjn God I" zuchtte het
arme meisje, «ik gevoel vreugde en angst
tegelijk! Het is alsof een gioot ge
luk of een groot ongeluk over mij zal
komen."
«Dat is ook zoo, Lucrezia," zeide de
vreemdeling langzaam. «Luister. Na
eene vijftienjarige verbanning, waarvan
ik iederen dag aau u gedacht en voor u
gebeden heb, kwam ik machtig en sterk
in deze stad terug, waaruit men mij
zwak en arm verjaagd had I Ik wist niet
of gij leefdet of dood waart. Ik moest
het weten, Lucrezia, want op deze wereld
heb ik na mijn zoon, die nog een kind
is, niemand meer dan u om lief te
hebben."
»Ha," riep Lucrezia, terwijl een zon
derlinge glans haar gelaat verhelderde,
«gij hebt een zoon!"
«Luister, mevrouw," viel de vreemde
ling haar nogmaals in de rede, «ik heet
Andrea Vitelli, prins van Monteleone,
souverein heer van Ascoli en gij zijl
de gravin Lucrezia Vitelli."
«Kan het waar zijn!"
«En men zegt dat Lucrezia Mammone
hare eer verloren heeft."
»0!" riep de jonge vrouw snikkende
uit.
Wordt vervolgd.
wegens ziekte teruggezonden) en de paar
denarts De Jong. Bij de drie compagniën
der barisan van Bangkalan, die naar
Lombok gaan, zijn geplaatst de officier
van gezondheid 2e kl. Rinders en
luitenant-kwartiermeester Von Mauntz
Onze strijdmacht op Lombok.
Na de aanvulling der geleden verliezen
en de versterking der expeditie beschikt
de opperbevelhebber over de volgende
strijdmacht:
Infanterie: vier complete veldbataljons
(2e, 6e, 7e en 9e) en 2 compagnieën
barisans van Bangkalan, benevens een
landingsdivisie van 250 man tot bescher
ming van het strandbivak.
Artillerie: een batterij van 6 stukken
veldgeschut, 1 batterij van 6 stukken
berggeschut, 10 stukken belegeringsge
schut van 12 cM., 6 mortieren van 20
cM. en 6 Coehoornmortieren van 13 cM.
afdeelingen cavalerie, ger.ie
de noodige ambulances met
van gezondheid en hospitaal-
Verder
trein en
officieren
soldaten.
In een
uitvoerig hoofdartikel
in De
Java-Bode, over de aanleiding en d
oorzaken van onze nederlaag op Lombok,
verkla rt de schrijver het gepast er op
te wijzen, dat de vijand, gelijk men reeds
lang heeft gezegd, ook in het bezit van
dynamiet kan zijn.
Verder hoopt de schrijver, dat ons
Indische leger spoedig worde voorzien
van repeteergeweren, onze cavalerie van
lansen en onze bivaks van zoeklichten.
Hij herinnert en past op ons het woord
toe van Napoleon, die van Oostenrijk zeide
Elle est toujours en retard d'uae idéé;
wijst er nog eens op, dat onze nederlaag
behalve aan het nachtelijk uur, meer lag
aan de uitwerking van het klein geweer
des vijands, dm dat de aanval zelf ons
verraste.
Aanstaanden Zaterdag vertrekt, van
Amsterdam per stoomschip Koningin-
Regentes van de maatschappij Nederland
naar Oost-Indië een detachement aan-
vullingstroepen ter sterkte van 12 onderoff.
en 220 minderen, onder bevel van den
van verlof terugkeerenden kapt. der inf.
O.-I. leger W. L. Limmijser en onder
medegeleide van den voor het O.-I. leger
bestemden 2en luitenant der artillerie
J. G. Boom en de bij het O.-I. leger
gedetacheerde 2e luits. der art. H. A.
Zeilmaker en J. C. van Leeuwen en de
2e luit. der inf. A. Dudok van Heel.
Met dit stoomschip zullen tevens hunne
bestemming volgen de bij het O.-I. leger
gedetacheerde le luits. der art. P. G. A.
van den Hoff, C. L. G. Schrassert Bert
I G. Schuurman, de le luits. der inf.
3, te Loon-op-Zand en te Hoogemierde 2
valken buit gemaakt. Natuurlijk zijn niet
alle geschikt voor het doel: de valken
vangst in Engeland, waarvoor de Heer
M. ze africht. Zes werden door hem
goedgekeurd ei. zullen, na door hem ge
dresseerd te zijn, naar Engeland worden
gezonden, waar hij er dan nog negen
leveren moet
«De Heer Mollen vierde reeds eenige
jaren geleden zijne gouden bruiloft, doch
is nog steeds gezond en krachtig,
Het 1ste regiment huzaren met de
escadrons uit Deventer en Zuifen toi één
geheel vereenigd, is Zaterdag onder be
vel van kolonel baron Rengers op een
militairen marsch langs het paleis het
Loo getrokken. Bij de komst der cava
lerie verschenen H.H. M.M. de Koningin
nen aan het toegangshek van het paleis
Ter eere van de Vorstinnen liet de
kolonel-commandant het regiment voor
H.H. M.M. defileeren, eerst in stap en
daarna in draf.
Gedurende de maand September
jl. werden bij het Koloniaal-Werfdepot
voor den Indischen militairen dienst
aangenomen 388 personen, t. w. 358
Nederlanders, 11 Duitschers, 13 Belgen,
5 Luxemburgers en 1 Oostenrijker, en
werden overgenomen van de korpsen van
het leger h. t. I. 182 onderofficieren en
minderen, n.l. 112 van de inf., 44 van
de art., 13 van de cav 12 van de genie,
en een van de koloniale reserve.
Het totaal der werving bij genoemd
depót bedroeg dus in die maand 570,
aan wie aan handgelden en gratificatiën
werd uitbetaald een som van ƒ163150.
Onder de aangenomenen bevonden
zich 131 miliciens, die voor twee jaar,
onder de overgenomenen 13 onderoffi
cieren, die voor 4 jaar en 72 miliciens,
die voor 2 jaar bij het Indische Leger
werden gedetacheerd.
Van het Kol. Werfdepot werden in
September naar Oost-Indië uitgezonden:
3 detachementen ter sterkte van 10 offi
cieren, 21 onder-officieren en 470 korpo
raals en manschappen, terwijl afzonderlijk
vertrokken 8 officieren en 1 onderofficier.
Te Harderwijk keerden in die maand
uit O.-Indië terug 10 militairen, die óf
naar hun korps óf met groot verlof wer
den gezonden. De overige repatrieerende
militairen uit O.-Indië werden te Amster
dam en Rotterdam door de Commissa
rissen van Afmonstering aldaar, op hunDe
haardsteden gedirigeerd.
Naar West-Indië werden in Sept. geen
troepen uitgezonden; van daar en wel
van Suriname keerden naar Nederland
terug 2 militairen, die met paspoort den
dienst verlieten.
2e luits. der inf. ïfSWM -j*
ion t 4 „on Nipiiw. zending te 's-Grav<»i..iai
-i-'e
Rochell, -alsmede de
Brunstig, L. M. Keetell, J. A. van Nieuw-
land en J. C. C. Phaff, die allen 1 No
vember te Genua scheep gaan.
De bedrijfsbelasting.
De minister van financiën heeft bij
de indiening der Staatsbegrooting mede
gedeeld, dat de opbrengst der bedrijfs
belasting stellig niet het bedrag zal
bereiken, dat het patent in de vorige
jaren heeft opgebracht.
Een Rijksontvanger deelt in de IV. Rott.
Ct. omtrent zijn kantoor eenige cijfers
mede. Daar is de opbrengst 4i pet. lager
dan die van het patentin één gemeente
zelf 58 pet. De reden daarvan is, dat
van de vroeger patentplichtigen thans
gemiddeld 76 pet. zijn vrijgesteld (maxi
mum 73 pet.) Dan zijn er nog 16 pet.
bij wie de aanslag belangrijk lager is
geworden (25 tot 97 pet. verschil.) Gebaat
zijn dus 91 pet. der vroegere patentbe-
lalers. Van de overige 9 pet. zijn er
slechts 4. die belangrijk meer betalen.
Daarbij komen dan degenen, die geen
patent te betalen hadden, mear nu be
drijfsbelasting moeten opbrengen (ambte
naren, enz.), die te zamen aan genoemd
kantoor voor 26 pet. in de nieuwe belas
ting hebben bij te dragen (in ééne gemeente
zelfs 51 pet.)
De ontvanger deelt verder nog mede,
dat het verlies voor den fiscus grootendeels
wordt geleden op het platteland, en op
verre na niet word vergoed door hoogere
opbrengst in steden met veel handel of
vele ambtenaren. In ééne inspectie is het
verlies ongeveer 60 pet., in eene andeie
70 pet. Hij vreest dan ook, dat de opbrengst
wel 1 A. I1/, millioen minder zal zijn dan
die van het patent, de heffing van de
naamlooze vennootschappen medegere-
kend, welke eerst in het volgend voorjaar
terecht komt.
Werkstakingen.
De Ned. Babkerscourant meldt het
volgende
«Wij vernamen heden van terzijde, dat
eeo werkstaking van bakkersgezellen
wordt voorbereid over geheel het land,
over eenige weken aan te vangen.
Valkenvangst.
Uit Valkenswaard (N.-Br.) schrijft
men
«In dezen
hier bij de
tijd van het jaar heerscht
welbekende familie Mollen
groote bedrijvigheid. De oude Heer .Mol
len, oud-valkenier des Konings, is weder
druk bezig met de valkenvangst, en
onderscheidt zich nog steeds als een goed
kenner. In het naburige Heeze zijn drie
hutten opgeslagen, en daar werden reeds
.4-
zending te 's-Gravjf.mgfe uad Maandag
15 October in een der beruchtste buur
ten, waar de meeste publieke huizen zijn,
een openbare vergadering belegd.
In deze vergadering trad de heer J.
N. Van Munster, middernachtzendeling,
als spreker op, die voor een zeer groot
publiek, meestal uit bewoners dier buurt
bestaande, drie geschiedenissen uit het
leven vertelde.
Het doel van het verhalen dezer ge
schiedenissen waste wijzen op den de
moraliseerenden invloed van drank en
ontucht.
Er waren eenige dames, die de ver
gadering met haar zang opluisterden
Vooral verdient één der dames lof, die
uit een der naburige plaatsen kwam en
het publiek vergaste op drie prachtige
solo's welke veel indruk op 't publiek
maakten.
De vergadering mag wel geslaagd hee-
ten, daar juist dat volk kwam, waarmede
men anders zelden in aanraking komt.
Het doel was de publieke vrouwen te
bereiken en dat is voldoende gelukt.
Een tweetal kolonialen maakten
verleden week in een open rijtuig een
toer door Rotterdam en bemerkten een
man, die op den Schiedamschen dijk
stond te bedelen. Door medelijden be
wogen, namen zij den man in het rijtuig
en reden met hem naar zijn woning. Al
daar aangekomen, stapten zij uit en
schonken zijn vrouw een som, ruim vol
doende om een behoorlijken voorr&.d
steenkolen en aardappelen op te doen
voor den winter.
Niet minder dan 77 verzoekschriften
zijn bij de Tweede Kamer ingediend om
aan te dringen op maatregelen in het
belang van den landbouw. Twee daar
van verzoeken verlichting van lasten door
wijziging in de grondbelasting en het
personeel. De 75 overigen vragen óf
„flinke", óf «matige" invoerrechten op
granen, óf invoering van «schaalrechten,"
nog dit jaar. Dit laatste wordt o. a. in
46 adressen van gemeentebesturen ge
vraagd.
Een vijftienjarige knaap te Schoon
hoven, die nagenoeg alleen op de wereld
staat, had plaatsing verzocht bij de in
structie-compagnie in die gemeente, doch
kon niet voldoen aan de eischen bij de
geneeskundige keuring gesteld. De arme
jongen, ofschoon vreeseljjk teleurgesteld,
liet den moed niet varen. In een met
potlood geschreven brief aan H. M. de
Koningin-Regentes legde hij zijn toestand
bloot, en zijn hoop op hare grootmoe
dige bescherming werd niet beschaamd.
Na een door H. M. ingesteld onderzoek
zal de jongen op voorstel van den com
mandant en na ingewonnen advies van
den betrokken officier van gezondheid
zeer waarschijnlijk toch in dienst worden
gesteld.
Nienwe postzegels.
De tegenwoordig in gebruik zijnde
postzegels zullen eerlang door zegels in
andere kleuren worden vervangen, ten
einde de poststempels beter le doen uit
komen. De teekening der zegels is on
veranderd gebleven. De kleur van de
lichtgele 3 cents postzegel is olijfkleurig
geworden, din van het lichtblauwe 5 cents
zegel korenblauw, die van het rose 10
cents zegel paarsachtig rood, die van het
grauwe zegel van 12'/, cent lichter, on
geveer de kleur van een vetvlek. Ook
het blauw der verschillende zegels is meer
intensief geworden.
Ook naar Lombok.
Een briefkaart met duidelijk adres,
20 Juli jl. verzonden uit Middelburg naar
Breda, heeft een reisje naar Oost-Indië
remaakt en vermeld o. a. het postempel
Lombok 29 Aug. '94. Na 7 Oct. jl. als
nog op de terugreis, blijkens den stempel,
te Assen te zijn aangeland, werd zij op
8 dezer naar Bred.i verzonden en aldaar
besteld.
Onder den invloed van keizer Wil-
helm's liefde voor de oud-Nederlandsche
volksliederen, die door Kremser voor
concertgebruik bewerkt en vertaald zijn,
vinden deze in Duitschland zooveel aftrek,
dat er spoedig een zoogenaamde «school
uitgave" van zal verschijnen, en zij door
het ministerie van onderwijs ook voor
inrichtingen van meer gevorderden aan
bevolen zijn.
En hier?
Te St. Petersburg zijn gunstiger be
richten ontvangeu betreffende den toe
stand van Czaar Alexander. De keizer
bevindt zich beter en zal waarschijnlijk
den 22sten Oct. de reis naar Korfu aan
vaarden.
De Berlijnsche hoogleeraar Dr. Leyden,
die den Czaar vermoedelijk zal verge
zellen, is gisteren te Odessa aangekomen.
De heer Leyden is vandaar onmiddelijk
verder gereisd naar Livadia. De lijfarts
des Czaren, Dr. Hirsch, is daar reeds
aangekomen. Of Dr. Leyden te Korfu
zal blijven is nog niet zeker. Waarschijn
lijk zal Dr. Hirsch daar den patient be
handelen.
Ook te Weenen en te Berlijn denkt
men nu gunstiger over den toestand. Op
gezag van deskundigen blijft men ook
Czaar zeer wel mogelijk is. Hierover zijn
nu allen het eens, dat er nog geen on
middelijk levensgev iar bestaat.
Te Londen is nog niets nader verno
men betreffende de onderhandelingen,
die tusschen de Europeesche mogendhe
den gevoerd worden tot bijlegging van
den Chineesch-Japanschen oorlog. Voor-
loopig schijnt de kans nog niet groot,
dat weldra aan den strijd een einde zal
worden gemaakt.
Eveneens ontbreken nog verdere be
richten over de krijgsverrichtingen in
Korea en de plannen der J ipansche vloot.
Alleen komen nu weer verontrustende
tijdingen uit Shangaï aangaande den op
stand, die in de provincie Hoepee aan
den Jangtse-Kiang is uitgebroken. De
regeering te Peking maakt zich ernstig
ongerust over deze beweging, maar daar
men nog steeds in de eerste plaats er
aan moet denken om een aanval der
Japanners af te weren, zullen vooreerst
nog wel geen troepen beschikbaar zijn
om de rebellen te verdrijven.
Bijzonder rooskleurig is derhalve de
toekomst voorloopig nog niet voor de
Chineezen, vooral omdat de Japansche
regeering heeft geweigerd op de bekende
voorwaarden vredesonderhandelingen aan
te knoopen.
De Kaffers aan de Delagoa-t aai blijven
Lorenzo Marquez, den zetel van den
gouverneur der Porlugeesche kolonie,
ernstig bedreigen. Reeds hebben Maha-
zula's krijgsbenden een tweeden aanval
tegen de stad beproefd. Wel is waar
werd ook deze aanval met goed gevolg
afgeslagen, maar toch beginnen nu ook
de Portugeezen zich ongerust te maken
over den toestand.
Sedert Maandag zijn de Kaffers stouter
opgetreden en hebben zij zelfs de stad
aangevallen. De Portugeesche gouverneur
heeft daarom volgens een telegram uit
Lorenzo Marquez de hulp aangenomen,
hem door de Transvaalsche regeering
aangeboden. Gisteren is uit Lissabon
weer een stoomboot vertrokken met een
bataillon infanterie en een batterij artil
lerie aan boord.
Men vertrouwt te Lissabon, dat de
Portugeezen wel in staat zullei wezen
de Kaffers in bedwang te houdet totdat
deze nieuwe versterkingen bij de Dela-
goabaai ziin aangekomen Of dut echter
mogelijk zsl zijn, zonder hulp, hetzij van
de Transvalers, hetzij van de Engelsche
ooilogsschepen, die zich nog steeds in de
nabijheid bevinden, is, te oordeelen naar
de laatste berichten, zeer onzeker. In elk
geval kan men echter wel aannemen dat
de Portugeezen alleen in den uitersten
nood een beroep zullen doen op de onder
steuning der Engelschen, die, volgens hun
beweren, het verzet dei Kaffers in het
geheim hebben aangemoedigd.
De Portugeesche gezant te Londen ver-
klarrt in de Standard, dat er geen vrees
behoeft te bestaan voor Lorerizo-Marquez.
De stad wordt verdedigd door 500 inland-
sche soldaten, 300 Portugeesche mariniers
en een bataillon bereden politie agenten.
Behalve eene voldoende hoeveelheid ka
nonnen, hebben deze soldaten allen goede
repeteer-geweren te hunner beschikking.
Bovendien zijn nu reeds de eerste ver
sterkingen, die uit Lissabon zijn gezon
den, daar aangekomen, en daarbij is nog
een cuips Europeesche vrjjwilligers onder
de wapenen, terwijl de forten der stad
zich in goeden staat bevinden.
Hét is derhalve aldus eindigt de
gezant zijne mededeeling niet waar,
dat er gevaar bestaat voor eene verove
ring van Lorenzo Marquez door de Kaffers.
Voor het gebouw der Metropolitan-
Bank te Londen is Donderdag-avond een
bom met brandende lont gevonden. De
bom bestond uit een gaspijp van 20 M.
lengte gevuld met kruit, schroot en stukjes
oud ijzer. Was het gevaarlijke ding
ontploft, dan zou ontegenzeggelijk groote
schade zijn aangebracht. De gedachte
aan een misplaatste aardigheid is dan
ook geheel buitengesloten.
De politie heeft een streng onderzoek
ingesteld.
De Kiesvereeniging „Amersfoort"
zal op Donderdagavond vergaderen tot
liet stellen van vijf candidaten voor de
verkiezing van leden van de Kamer van
Koophandel.
De officier van gezondheid der 2e kl.
van het Indische leger J. Bonk, aan wien
was opgedragen den 27en Oct. e. k. naar
Batavia te vertrekken, zal in plaats daar
van den lOen November e. k. per stoom
schip Merapi zijne bestemming volgen
en te Marseille embarkeeren.
Bjj het 5e regiment infanterie hier
zijn bevorderd tot sergeant-effectief de
sergeanten-titulair: Roozendaal, Klem,
Meijer Timmerman Thyssen en Heijl, be
nevens de korporaals: Van den Belt,
Kroeze, Uding, Feenstra, Nikkels, Eymaal,
Courbois, Raeber en Zuiderhoek.
De le luitenant A. W. Bachmann,
van het 5 regiment infanterie hier, is
overgeplaatst naar het 2e regiment te
Nijmegen.
De beide Lombokavonden gisteren- en
eergisterenavond in »Amictia"gegeven zijn
in alle opzichten een waar succes geweest.
aTlnuciióèri wij' lii déze Cruiscc."én,
zouden wij niet aarzelen te verklaren,
dat alle nummers van het werkelijk zeer
gevarieerd programma hoogst verdienste
lijk weiden uitgevoerd. Daarom een
woord van hulde en dank allereerst aan de
Commissie die deze soirée's heeft op touw
gezet, voorts in het bijzonder aan de
dames en heeren die hunne tijd en beste
krachten er wel aan hebben willen wij
den, waardoor een zoo schoon geheel
werd verkregen. Hulde ook aan de heer
Van Aken die geheel belangeloos met
zijn synphonienrkest tot het welslagen
van het geheel niet weinig medewerkte.
Schoon wij het juiste bedrag nog niet
mogen noemen kunnen wij toch reeds
mededeelen dat aan entrees een groote
som werd ontvangen terwijl ook de
opbrengst der door zoo vele lieve handen
verkochte bloemen een zeer ruime bate
heeft opgeleverd, waardoor een som van
verscheidene honderden guldens zal kun
nen worden uitgekeerd aan het fonds
ter ondersteuning van weduwen en wee
zen der in Neèrlands-Indië gesneuvelde
dapperen.
De sociëteit «Burgerlust" biedt ha
ren leden en introducé's Zondag 21
October a. s. eene soirée aan, te geven
door een in ons land alom gunstig be
kend specialiteiten-gezelschap. Onder
meer zal de koninklijke hofmechanicus,
Tobius Bamberg, optreden als silhouet-
tist, in welk genre hij zich tot dusver
alhier niet deed kennen.
Het moet gezegd, dat het bestuur der
jongste sociëteit te dezer stede rusteloos
werkzaam is om de leden door de meest
verschillende uilvoeringen aangename
afwisseling te bezorgen.
Te beginnen met het volgend num
mer zullen we in onze kolommen een
schaakrubriek openen en daarin wekelijks
een aantal problemen en partijen van
erkende meesters in dit edele spel opne
men. Wij vertrouwen daardoor ons blad
een aantrekkelijkheid te meer te bezor
gen en stellen ons voor, wanneer het
blijkt, dat ons streven door de lezers
wordt geapprecieerd, eerlang aan de goede
oplossing der problemen verschillende
fraaie prjjzen te verbinden.
Lijst van brieven geadresseerd aan
onbekenden, verzonden van het postkan
toor te Amersfoort over de 2e helft der
maand Sept. 1894.
1. Mej. Brederode, Amersfoort.
2. F. W. Speekman,
3. Mej. S. van Beekman, Amsterdam.
4. den Horst,
5. M. Greve, 's Gravenh.
6. M. Rolandus Hagedoorn,