Gemengd Nieuws. BUITENLAND. Plaatselijke berichten. den, neen het is een geluk, een waar geluk. Bestond de sociale quaestie niet het ware zaak ze in het leven te roepen. Haar bestaan toch is niet alleen voor de mi8deelden, maar ook voor demetaard- sche goederen gezegenden heilzaam. Ik erken, dat de sociale quaestie voor de bezittende klasse geen stoffelijke voor deden kan opleveren. Maar wel zede lijke en die zijn meer waard dan stof felijke. Het zou zonder twjjfel een groot kwaad wezen, voor armen zoowel als voor rij ken, indien privaat-eigendom werd af geschaft en het is te hopen dat dit nooit zal gebeuren, al was het alleen omdat dan het menschdom van verveling zou vergaan. Maar dat de rechtmatigheid van privaat-eigendom in twijfel wordt getrok ken, heeft zyn goede zijde. Dit toch noopt de rijken een beter gebruik van hunnen overvloed te maken, en door grooter liefdadigheid jegens hunne hulpbehoevende medemenscben, zich waardig te toonen, rijkdommen te bezitten. Bovendien: om gelukkig te zijn behoeft de mensch bezigheid. Zonder bezigheid toch verveelt hy zich en verveling is een ware foltering. Wie werken moet om zijn dagelijksch brood te verdienen, heeft altijd een bezigheid en ontsnapt daardoor aan de verveling. Dat is een groot voor recht der misdeelden. Want de gegoeden hebben niet noodig te werken en zyn dus blootgesteld aan de foltering der verveling. Ziedaar de keerzijde van den rijkdom. De armen verbeelden zich dat het zeer aangenaam is ledig te zijn. Als zij wisten hoe het den ledigen mensch te moede is, zij zouden God danken dat zij ge dwongen zijn te werken en vol mede lijden uitroepen: «Die arme rijken! Ik zou voor geen geld rijk willen wezen." Inderdaad zij zijn meestal beklagens waardig. Immers dooi de verveling ge dreven, gaan de sukkels allerlei verma kelijkheden zoeken, die meestal duur en schadelijk voor de gezondheid zijn. Wat deed vroeger de talrijke speel banken in Duitschland en thans nog te Monaco druk bezoeken en velen zich ruïneeren? Wat drijft zooveel rijke Hollanders naar Parijs, van waar zy beroofd en met geknakte gezondheid terugkomen? Wat is de ooi zaak dat vele aanzienlijke families in eens te grond gaan? De verveling, vriend, niets anders dan de verveliog. Welnu, om aan de verveling en hare verderfelijke gevolgen te ontsnappen, bestaat er geen beter middel dan weldoen Dit is niet alleen eene bezigheid, maar een der zaligste bezigheden, die den mensch gegeven zijn. 't Is zeker heel prettig de vruchten van zijnen arbeid voor zich te zien onverschillig centen of goud stukken en tot zich zeiven te zeggen «dat heb ik verdiend en daarmee kan ik mij en de mijnen onderhouden Maar duizend maal zoeter is 't met zijn geld de zorgen van anderen gelenigd te hebben en tot zich zeiven te zeggen Wat waren die arme lui in hun schik I Hoe gelukkig gevoelden zij zich." Men ziet, voor velen is de rijkdom een vloek voor den weldoener een zegen. Ziedaar eene reden waarom weldoen het grootste geluk der rijken is. IHrcclitsclieProv. vereeniging van burgemeesters en secretarissen. In de gewone driemaandelijksche ver gadering der «Utrechtsche Prov. ver- eeniging van burgemeesters en gemeente secretarissen," te houden op Donderdag 10 Januari e. k. des nam. half een uur in het Haagsche koffiehuis te Utrecht, zullen behandeld worden de volgende punten 1. Kan het verlof, verleend ingevolge de 2e zinsnede van art. 15 der begra feniswet, ingetrokken worden, indien in de hierbedoelde graven of grafkelders andere, niet tot de leden van bet ge slacht behoorende personen worden be graven. de kracht eener eerste liefde, en toch waren zij gescheiden, gescheiden voor eeuwig I Alma sloot de oogen en legde de hand op haar hart, dat dreigde te barsten. Toen zij het hoofd oprichte zag zij ir, de verte, in de duisternis, de twaalf ruiters met witte mantels, die op de vestingwerken stonden, welke het kasteel omringden. Eerst waande zij zich ten speel bal van de nachtmerrie; de gestalten bestonden slechts in hare verbeelding, zij zou ze binnen een oogenblik zien verdwijnenmaar de ruiters omringden hun jeugdigen hoofdman en reeds kwam er eenige opschudding in het kasteel. Heilige maagd I wat moet er ge beuren?" riep Alma uit, door een onbe- schrijfelijken angst bevangen. Zy blies dadelijk haar licht uit en ver borg zich achter de gordijnen. De schildwacht op de bolwerken had de kleine bende wel zien aankomen, maar verre van het musket te schouderen en alarm te maken door te roepen: »werda," liet hij zijn wapen dof op den grond vallen, en zyn patroon aanroepende, mom pelde hij «Bel Demonio!" 2. Rapport van de in de vorige ver gadering aangewezen commissie tot het ontwerpen eener verordening, het venten aan zekere voorwaarden verbindende. 3. Benoeming van een lid van het be stuur, ter voorziening in de vacature wegens het vertrek van den heer Ver- ploegh Chassé. Keizer Frans Jozef heeft den Ban van Croatië, graaf Khuen-Hedervary, met de samenstelling van een ministerie belast. Dit is de de uitslag van de talrijke con- ferentiën, welke de keizer te Buda Pesth met de voornaamste partijleiders over de oplossing der aanhangige crisis heeft ge houden. Voorloopig heeft graaf Khuen-Heder vary deze opdracht aanvaard, maar het is nog zeer twijfelachtig, of hij zal sla gen. Immers, deze staatsman, die tot den rechtervleugel der liberale party behoort, heeft uitdrukkelijk verklaard, dat hij al leen bereid is als minister-president op te treden, indien hij verzekerd is van den steun der geheele liberale paitij. Tot dusver echter is het nog onzeker, of het graaf Khuen-Hedervary zal geluk ken met de liberale leiders tot overeen stemming te geraken. Naar het heet, zal graaf Tisza, de zoon van den oud-minister Koloman T'sza, als minister van financiën optreden in het nieuwe kabinet. Tevens heeft graafKhuen- Hedervary beproefd graaf Szapary, die zich onlangs van de liberale partij heeft afgescheiden, te bewegen deel te nemen aan het ministerie. Tot nu exenwel zijn deze pogingen vruchteloos gebleven. Gisteren bezocht graaf Khuen-Heder vary de heeren Koloman Tiszy en Banffy. Mocht het hem gelukken althans baron Banffy, den voorzitter der Kamer, te be- wetten, zijn steun aan het ministerie te verleenen, dan zal wellicht de poging van den Ban van Croatië tot het vormen van een Kabinet gelukken. Voorloopig blijft in elk geval de kans op de totstandko ming van een ministerie, onder leiding van den Ban van Croatië, zeer gering. De vooruitzichten voor het spoedig her stel var. den vrede in Oost-Azië blijven ongunstig. De Japansche regeering be toont nog weinig lust, om ernstige vre desonderhandelingen te beginnen en zet de krijgsverrichtingen met kracht voort. De Engelsche bladen beginnen zich r,u ook weer tegen Japan te weren. De »Times" en de «Standard" later, zich weer zeer kras tegen de Japansche re geering uit, en wel op grond van de wreedheden, welke door de Japanners na de inneming van Port-Arthur zijn be dreven. Ondanks den vijandigen toon, dien de Engelsche pers tegenover Japan aanslaat, is het toch niet te verwachten, dat de Engelsche regeering iets ten gunste van China zul doen. Dat Engeland op de hand is van d Chineezen, is genoeg bekend, maar daarom zal toch Lord Rosebery, na zijn mislukte poging om ook de andere Euro- peesche mogendheden in eene interventie te bewegen, zich wel wachten, bij dezen strijd lusschenbeiden te komen. Trouwens, Lord Roseberry heeft voorloopig genoeg te doen met de politieke moeielijkheden in Engeland. De «Standard" en de «Times"ontvangen nu uitvoerige berichten van hun corres pondenten over hetgeen na de verovering van Port-Arthur in deze stad is voorge vallen. Daardoor wordt het bevestigd, gelijk reeds voorheen door de New-York- sche «World werd gemeld, dat de Japan sche soldaten het grootste gedeelte der inwoners over de kling hebben gejaagd. Tot dusver heeft de Bulgaarsche regee ring nog geen machtiging verleend tot inhechtenisneming van den oud-minister «Voorwaarts I" zeide toen de jeugdige hoofdman op spottenden toon. De paarden strekten de pooten en den hals uit en Verslonden op nieuw de ruimte. Weldra zag men in de dikke duister nis de witte muren en flikkerende lichten van eene stad; de torens staken tegen den hemel af, en te midden der stilte, hoorde men verwarde geluiden als van eene stad, waar feest is. Het was Spoleto. De ruiters hielden bij den ingang der stad onder het gewelf van een verlaten huis stil en alles verdween Een half uur later vertrok een prachtige draagkoets door vier mannen gedragen uit het huis, en sloeg den weg naar den schouwburg van Spo- leto in. En op hun weg ging de menigte met eene soort van bewondering aan eer bied gepaard, op zij en iedereen zeide luidop: «Plaats voor de gravin Orsini I Deze naam bracht in de straten van Spoleto een waarlijk tooverachtigen indruk teweeg en toen de deur der draagkoets geopend werd, verdron gen zich een aantal edellieden om de gravin te begroeten, en allen bogen Stambuloff, op grond van de leschuldi- ging, welke tegen hem is ingebracht, dat hij medeplichtig is aan den moord, in 1991 op den minister van financiën, Bellscheff, gepleegd. Wat er werkelijk aan is van de ernstige aanklacht, die nu legen den vorigen minis ter-president is ingebracht, moet natuur lijk nog blijken. Dat Stambuloff bij de vestigiug van Bulgarije's zelfstandigheid goede diensten heeft bewezen, is zeker, maar even zeker is het, dat de minister zich tijdens zijn bestuur door zijntyian- niek optreden vele vijanden heeft ge naakt. Gedurende vele jaren heerschte Stambu loff feiteljjk met onbeperkt gezag in Bul garije en natuurlijk heeft hij zich tijdeus de woelingen, welke in het vorstendom heerschten, zeer dikwijls aan eigenmach tige handelingen schuldig gemaakt. De gevolgen van zijn willekeurig op treden heeft Stambuloff ondervonden, toen hij door vorst Ferdinand werd ontslagen, onder algemeene instemming der bevol king. De heer Stoiloff, Slambuloff's tegen stander, die i,u als mini-ter-president den ineesten invloed oefent, gaat echter te ver, indien hij op losse gronden Stam buloff laat vervolgen op vrond, dal hij zijn ambtgenoot Beltscheff, die hem niets in den weg legde heeft laten vei moorden. Tot dusver schijnt de beschuldiging, die tegen Stambuloff is ingebracht, niet gegrond. Alleen is het mogelijk, dat de minister van het proces, dat op den moord volgde, gebruik heeft gemaakt om eenigen zijner tegenstanders voorloopig achter slot en grendel te zetten, maar ook deze beschuldiging zal moeielijk te bewijzen wezen. Men kan derhalve aannemen, dat vorst Ferdinand zich nog wel eens ernstig zal bedenken, voordat hij zijne toestemming geeft om zijn gewezen raadsman wegens deze beschuldiging in hechtenis te laten nemer,. Bij de jaarlijksche verloting der vereeniging tot bevordering, van beeldende kunsten ouder beheer van bestuurderen der Maaischappij «Arti et Amiciliae" is o.a hier ter stede een prijs gevallen op No. 1312. Het lidmaatschap dezer Vereeniging bedraagt f5.'s jaars. Behalve het lot in de Verloting van Schilderijen en Teekeningen, ontvangen de leden jaarlijks als Premie een groote Ets, Prachtwerk, etc. Voor het lidmaatschap wende men zich tot den Secretaris der Maatschappij «Arti et Amiciliae" of tot haren Correspondent voor Amersfoort den Heer R. Cruyff. De navolgende heeren hebben eene verbintenis aangegaan als vrijwilliger voor het Reserve-Kader bij het 5e Regiment Infanterie Jhr. E. A. van Berestein leerling van het gymnasium te Utrecht, A.BIoernsma Medisch student te Utrecht, G. J. Bolaud en H. J. Odé leerlingen aan de Veeartse nijschool te Utrecht, A. van Zanten leer ling van de Hoogere Burgerschool te Rotterdam, S. S. Elze Medisch student te Utrecht, J. Lancée onderwijzer te Haarlem, M. J. van Dobben student te Amsterdam, M. van der Horst, R. Fischer, H. C. Molijn en Fa'-ajee, beambten op de bureelen der Staatsspoorwegen te Utrecht. De Sergeant-titulair J. Hatlinga Raven van het 4e bataljon 5e Regiment Infanterie is bevorderd tot Sergeant effectief bij het 2e bataljon van gemeld regiment. De muzikant-titulair W. H. Huijgen, van het muziekkorps 5e Regiment Infan terie, wordt op zijn verzoek overgeplaatst als trompetter bij het 2e Regiment Huzaren. De van het Instructie Batailjon overgeplaatste korporaals-titulair J. W. G. Duijtshoff, H W. Wind en J. P. van Mastrigt ter vervulling van vacatures als kotporaal bij het 5e Regiment Infunterie zijn ingedeeld de twee eerstgenoemde diep voor de jeugdige dame die er uit stapte, en die waarlijk koninklijk gekleed was. De jonge gravin ontving met vriende lijke bevalligheid, de eerbetuigingen, die men haar deed, en zij bereikte hare loge, door luid gemompel van lof en bewon derenswaardige toejuichingen gevolgd men zou gezegd hebben, dat zij aan zulke bewondering gewoon was, want, behalve eenige gedwongen lachjes, die zij met zekere voorname heeren wisselde, teekende zich geene bijzondere levendige vergenoegdheid op haar gelaat. Men behoefde het haar ook niet te zeggen, dat zij schoon was, zij wist het! De gravin Orsini was waarlijk be wonderenswaardig schoon; haar schoone zijden zwarte haren vielen in overvloed over hare ronde schouders, wit als mar mer. Zij had levendige oogen en het schitterende licht der waskaarsen, zette de biuine kleur der wangen eene leven digheid en frischheid bij, die onwillekeu rig deden denken welk een wellust zulk een wezen beloofde I De gravin Orsrni was nauwelijks zeven tien jaar oud en toch ging zij reeds al leen in het openbaar uit. Men kende noch haar ouders, noch eenige bloed verwant van welken graad ook, maai bij het le bataljon en laatstgenoemde bij het 2e bataljon van dat korps De commissaris van politie alhier waarschuwt op zijn hoede te zijn voor een als dame gekleede vrouw, die onder voorwendsel dubbeltjes met de beeltenis van koningin Wilhelmina tegen andere in le wisselen; vooral bij winkeliers in de geldlade daarnaar zoekt en er zich arglistig mede verrijkt. De vrouw spreekt veelal Fransch. Gisteren deed hier ter slede het gerucht de ronde, dat een voerman van den Heer J, v. V. door den trein zou zijn overreden. Er waren zelfs, die be weerden het ongeval gezien te hebben. Bij een onderzoek, direct door den Heer v. V. ingesteld, bleek dat het geheele verhaal van het begin tot 't eind verzon nen was. 347ste STA A T N-l.lfJIRIJ Vijfde klasse. Eerste week. Trekking van 7 en 8 Jan. (1400 LOTEN.) Ten kantore van den Collecteur te Amersfoort zijn aan de navolgende num mers te beurt gevallen Prijzen van f 70. 4675 6706 6721 7023 15896 15922 15979 183,7 en 20828. Te zamen 9 prijzen. Zonder prijs zijn uitgetrokken 3665 3666 4638 4646 4654 4666 7i,26 7029 ,033 7078 7085 7088 1112411140 11173 11186 11188 Io9o9 15920 159j7 15950 15956 15968 15970 18284 18297 20825 20843 20864 en 20877. De Sclieveningsclie dnineii. De heer Lorié, een bekende geoloog, wenscht het publiek iets gerust te stel len na de onheils-profetie van dr. Van Rijckevorssel. Hij schrijft het volgende: «In de laatste drie jaren confereerde ik een paar malen met dr. v. R. over zijn beschouwingen, waaromtrent hij gaarne ook de meening var, een vader- landschen geoloog vernam. Die meening nu was vrij sterk afwijkend. Ik begreep dat dr. van R. voor eenige punten der kust tot deze onrustbarende gevolgtrek kingen kwam, maar wees er hem op, dat men op andere plaatsen tot een ge heel tegengestelde gevolgtrekking moest komen, M. i. waren er nog veel meer afzonderlijke waarnemingen noodig, oin tot voldoende gegronde gevolgtrekkingen te komen. Er zit wel wat in, maar wij zijn er nog lang riiet. In plaats van met eene rijpe vrucht, hebben wij slechts met een veelbelovende bloesemknop te doen. «En nok al waren de onderzoekingen veel verder gevorderd, dan nor: zoude de magnetiseur niet alleen den geoloog, maar ook met den ingenieur moeten te rade gaan, om tot zekere gevolgtrek kingen te komen. «Eerder zoude ik geneigd zijn met den heer B. G. van der Hegge Zijnen ook in het schelpenvisschen dicht aan de kust, een factor te zien van den sterken duin afslag. Daarbij komt, dat de regelmatige gang van de verwoesting onzer kust van Z. naar N. voorwaarts schrijdt. De oor spronkelijke duinenrij aan de Belgische kust builen het laagveen is vervangen door een jongere op dat veen en die moet met steenen hoofden beschermd worden. De oorspronkelijke duinenrjj van den Hoek vaD Holland naar Ter Heide, enz., zou ook reeds weggeslagen zijn, als zy niet dour de Westlandsche Hoofden beschermd was, waarbij dan nog de hoofden van het ververschingskanaal ko men. Nu zal men hoofden moeten maken bij Scheveningen, na x jaren nog meer noordwaarts, enz. Het kost geld, maar het is 's werelds loop en wij behoeven ons niets ongeruster te maken, dan een bewoner van Ostende of Blankenberghe." niemand zou gewaagd hebben van deze werkelijke of schijnbare eenzaamheid ge bruik te maken, want men vond eeoe wilskracht bij haar, die voldoende was om haar aanbidders binnen de enge peiken van eene bewondering te houden. In haar woorden was de gravin te gelijk spotziek, scherp en geestig. Een te vrij postige vereering zou weinig ingang bij haar hebben gevonden. Zij had altijd een dier scherpe woorden op de lippen, die als een pijl, zonder medelijden, deonbe- schaaniden doorboorden. Deze vlijmende woorden vervingen bij haar een ijverzuchtigen echtgenoot en een broeder met groote knevels. Van af haar eerste verschijningen te Spoleto, hadden eenige jonge dwazen het gewaagd hare loge te overstroomen met ruikers en welriekende briefjes, maar niemand beroemde zich op het onthaal, deze verliefde verklaringen aan gedaan. Zekere puntige gezegden, van den mond der gravin Orsini opgevangen, liepen over dit onderwerp, maar die gene der galante edellieden, die er het onderwerp van waren, ontkenden op hunne eer dat deze gezegden eenigzins op hen doelden, Er was echter niets meer noodig ge weest om de overigen af te schrikken, en van nu af aan kon de gravin overal De ditectie der Fransche poste rijen heeft eene mededeeling ontvangen van de Geneeskundige Faculitit te Parijs waarin gewezen wordt op het gevaar voor verspreiding van besmetting door de telephoon. Dit kan, naar er bij gevoegd wordt vermeden worden door het gebruik van anticeptische middelen Diphteiia wordt gezegd een der kwa len le zijn, die overal gemakkelijk door de telephoon kunnen verspreid worden en men gelooft gevallen van die ziekte onder de vrouwelijke geëmployeerden aan de centrale buraux aan die oorzaak te moeten toeschrijven. Een arme stakkerd liep eergisteren iu de buurt der «Halles" te Parijs eenige restjes van groenten te zoeken, om toch wat te eten te hebben. Tusschen een hoop afval vond hij een prop papier, vouwde die open en ontdekte dat het een opgerold schatkistbiljet was van 500 francs. Hij bracht zijn vondst onmiddelijk naar het politie-bureau, waar hij zijn naam opgaf en den nacht doorbracht omdat hij geen onderkomen had. Sinaasappelen. Nu de tijd van sinaasappelen weer nadert is het volgende artikeltje uit het «Tuinbouwbl." niet zonder actualiteit. Op geen enkele plek der aarde is de cultuur van oranjeboomen zoo hoog opge voerd als in Spanje, in de oude Konink rijken Valencia, Murcia en Andalusië en in 't bijzonder aan de kusten der Middel- landsche Zee, van Castellon af tot Grandja toe, waar de zachte temperatuur bij uit stek gunstig is voor deze boomsoort. In de provinciën Castellon en Valencia heeft de teelt der oranjeboomen zich uitgebreid ten koste van olijven-cultuur. Ze wordt zelfs uitgeoefend in dorre droge streken, waar de bodem kunstmatig bevochtigd wordt door onderaardsch water, dat door machines omhoog wordt gepompt. Oranjeboomen van acht tot tien Meter hoogte zijn geen zeldzaamheid, de op brengst van zulke boomen bedraagt ongeveer 1300 KG. aan vruchten. De grond, die met oranjeboomen beplant is, wordt gewoonlijk aangeduid met den naam van huertos (gesloten), hoewel het open velden zijn. Degredatie van Dreyfns. Zaterdagmorgen is de verrader Dreyfus op de Place de Fonter.oy te Parijs ge degradeerd. Reeds Vrijdag verkeerde hij den geheelen dag in een toestand var. zenuwachtigheid, welke hem het werken onmogelijk maakte. Ook raakte hij de spijzen, die hem werden voorgezet niet aan. Den geheelen dag wandelde hij op de binnenplaats rond, tegen het vallen van den avond ging hij gekleed te bed liegen, met het gelaat naar den muur. Eerst te acht uur ontkleedde hij zich. Zaterdagmorgen werd hij om vijf uur gewekt met het bericht, dat de degra datie zou plaats hebbenhij bleef eerst kalm, maar toen hij zijn kapiteins-uni form moest aantrekken, werd hij doods bleek. Al de knoopen, eereteekens enz., waren daarop heel losjes genaaid, of eventjes vastgelijmd. Met een rytuig, geëskorteerd door ruiters met getrokken sabel, werd daar op Dreyfus naar de Place de Fontenoy geleid, altijd tusschen twee gendarmen. Van halfnrgen af stonden de troepen daar gereed. Met den klokslag van negen werd roet de degradatie begonnen. Op het oogenblik, dat de adjudant op hem toetrad om de eereteekens van zijn uniform te rukken, riep Dreyfus uit: «ik beweer onschuldig te zijn! Leve Frankrijk De soldaten stonden in een ontzag gelijk carré geplaatst, daarbinnen Druyfus daarbuiten eene toekijkende menigte: «Weg met den verrader! Dood hem!" Toen greep de adjudant den degeu van den vroegeren officier en wierp dien op den grond, na hem in stukken te hebben gebroken. Weer herhaalde Dreyfus zijn uitroep, weer antwoordde het volk er op met dezelfde woorden. Daarna verschijnen met de zelfde veiligheid als had zij eene geheele familie engelsche puriteinen tot gezelschap. Ondanks hare buitengewone jeugd en de stilzwijgende eerbewijzeD, waarmede men haar omringde, bleef de gravin Or sini ongevoelig voor alles. Zij had nog geen enkelen onder de schitterende jonge edellieden van Spoleto onderscheiden en hnar gedrag gaf tot niet het minste ver moeden aanleiding In waarheid niemand kende haar bijzonder leven, zij ontving niemand en bezocht niemand. Haar bedienden verlieten nooit haar kasteel, builen de stad gelegen. Haar dragers waren stom als het graf; men kon ze in de herberg brengen en hen met den besten wijn dronken maken, hen zonder ophouden ondervra gen, zij spraken geen woord. Deze brave lieden waren van beproefde be scheidenheid; men had hun de tong uit gesneden. De voorname dames van Spoleto waren daardoor tot de zonderlingste veronder stelling gekomen. {Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1895 | | pagina 2