Gemengd Nieuws.
BUITENLAND.
Plaatselijke berichten.
den, neen het is een geluk, een waar
geluk. Bestond de sociale quaestie niet
het ware zaak ze in het leven te roepen.
Haar bestaan toch is niet alleen voor de
mi8deelden, maar ook voor demetaard-
sche goederen gezegenden heilzaam.
Ik erken, dat de sociale quaestie voor
de bezittende klasse geen stoffelijke voor
deden kan opleveren. Maar wel zede
lijke en die zijn meer waard dan stof
felijke.
Het zou zonder twjjfel een groot kwaad
wezen, voor armen zoowel als voor rij
ken, indien privaat-eigendom werd af
geschaft en het is te hopen dat dit nooit
zal gebeuren, al was het alleen omdat
dan het menschdom van verveling zou
vergaan. Maar dat de rechtmatigheid van
privaat-eigendom in twijfel wordt getrok
ken, heeft zyn goede zijde.
Dit toch noopt de rijken een beter
gebruik van hunnen overvloed te maken,
en door grooter liefdadigheid jegens
hunne hulpbehoevende medemenscben,
zich waardig te toonen, rijkdommen te
bezitten.
Bovendien: om gelukkig te zijn behoeft
de mensch bezigheid. Zonder bezigheid
toch verveelt hy zich en verveling is een
ware foltering. Wie werken moet om
zijn dagelijksch brood te verdienen, heeft
altijd een bezigheid en ontsnapt daardoor
aan de verveling. Dat is een groot voor
recht der misdeelden. Want de gegoeden
hebben niet noodig te werken en zyn
dus blootgesteld aan de foltering der
verveling.
Ziedaar de keerzijde van den rijkdom.
De armen verbeelden zich dat het zeer
aangenaam is ledig te zijn. Als zij wisten
hoe het den ledigen mensch te moede
is, zij zouden God danken dat zij ge
dwongen zijn te werken en vol mede
lijden uitroepen: «Die arme rijken! Ik
zou voor geen geld rijk willen wezen."
Inderdaad zij zijn meestal beklagens
waardig. Immers dooi de verveling ge
dreven, gaan de sukkels allerlei verma
kelijkheden zoeken, die meestal duur en
schadelijk voor de gezondheid zijn.
Wat deed vroeger de talrijke speel
banken in Duitschland en thans nog te
Monaco druk bezoeken en velen zich
ruïneeren? Wat drijft zooveel rijke
Hollanders naar Parijs, van waar zy
beroofd en met geknakte gezondheid
terugkomen? Wat is de ooi zaak dat
vele aanzienlijke families in eens te grond
gaan? De verveling, vriend, niets anders
dan de verveliog.
Welnu, om aan de verveling en hare
verderfelijke gevolgen te ontsnappen,
bestaat er geen beter middel dan weldoen
Dit is niet alleen eene bezigheid, maar een
der zaligste bezigheden, die den mensch
gegeven zijn. 't Is zeker heel prettig de
vruchten van zijnen arbeid voor zich te
zien onverschillig centen of goud
stukken en tot zich zeiven te zeggen
«dat heb ik verdiend en daarmee kan
ik mij en de mijnen onderhouden
Maar duizend maal zoeter is 't met zijn
geld de zorgen van anderen gelenigd te
hebben en tot zich zeiven te zeggen
Wat waren die arme lui in hun schik I
Hoe gelukkig gevoelden zij zich." Men
ziet, voor velen is de rijkdom een vloek
voor den weldoener een zegen.
Ziedaar eene reden waarom weldoen
het grootste geluk der rijken is.
IHrcclitsclieProv. vereeniging van
burgemeesters en secretarissen.
In de gewone driemaandelijksche ver
gadering der «Utrechtsche Prov. ver-
eeniging van burgemeesters en gemeente
secretarissen," te houden op Donderdag
10 Januari e. k. des nam. half een uur
in het Haagsche koffiehuis te Utrecht,
zullen behandeld worden de volgende
punten
1. Kan het verlof, verleend ingevolge
de 2e zinsnede van art. 15 der begra
feniswet, ingetrokken worden, indien
in de hierbedoelde graven of grafkelders
andere, niet tot de leden van bet ge
slacht behoorende personen worden be
graven.
de kracht eener eerste liefde, en toch
waren zij gescheiden, gescheiden voor
eeuwig I
Alma sloot de oogen en legde de
hand op haar hart, dat dreigde te
barsten.
Toen zij het hoofd oprichte zag zij ir,
de verte, in de duisternis, de twaalf
ruiters met witte mantels, die op de
vestingwerken stonden, welke het kasteel
omringden.
Eerst waande zij zich ten speel
bal van de nachtmerrie; de gestalten
bestonden slechts in hare verbeelding,
zij zou ze binnen een oogenblik zien
verdwijnenmaar de ruiters
omringden hun jeugdigen hoofdman en
reeds kwam er eenige opschudding in het
kasteel.
Heilige maagd I wat moet er ge
beuren?" riep Alma uit, door een onbe-
schrijfelijken angst bevangen.
Zy blies dadelijk haar licht uit en ver
borg zich achter de gordijnen.
De schildwacht op de bolwerken had
de kleine bende wel zien aankomen, maar
verre van het musket te schouderen en
alarm te maken door te roepen: »werda,"
liet hij zijn wapen dof op den grond
vallen, en zyn patroon aanroepende, mom
pelde hij
«Bel Demonio!"
2. Rapport van de in de vorige ver
gadering aangewezen commissie tot het
ontwerpen eener verordening, het venten
aan zekere voorwaarden verbindende.
3. Benoeming van een lid van het be
stuur, ter voorziening in de vacature
wegens het vertrek van den heer Ver-
ploegh Chassé.
Keizer Frans Jozef heeft den Ban van
Croatië, graaf Khuen-Hedervary, met de
samenstelling van een ministerie belast.
Dit is de de uitslag van de talrijke con-
ferentiën, welke de keizer te Buda Pesth
met de voornaamste partijleiders over de
oplossing der aanhangige crisis heeft ge
houden.
Voorloopig heeft graaf Khuen-Heder
vary deze opdracht aanvaard, maar het
is nog zeer twijfelachtig, of hij zal sla
gen. Immers, deze staatsman, die tot den
rechtervleugel der liberale party behoort,
heeft uitdrukkelijk verklaard, dat hij al
leen bereid is als minister-president op
te treden, indien hij verzekerd is van
den steun der geheele liberale paitij.
Tot dusver echter is het nog onzeker,
of het graaf Khuen-Hedervary zal geluk
ken met de liberale leiders tot overeen
stemming te geraken.
Naar het heet, zal graaf Tisza, de zoon
van den oud-minister Koloman T'sza, als
minister van financiën optreden in het
nieuwe kabinet. Tevens heeft graafKhuen-
Hedervary beproefd graaf Szapary, die
zich onlangs van de liberale partij heeft
afgescheiden, te bewegen deel te nemen
aan het ministerie. Tot nu exenwel zijn
deze pogingen vruchteloos gebleven.
Gisteren bezocht graaf Khuen-Heder
vary de heeren Koloman Tiszy en Banffy.
Mocht het hem gelukken althans baron
Banffy, den voorzitter der Kamer, te be-
wetten, zijn steun aan het ministerie te
verleenen, dan zal wellicht de poging van
den Ban van Croatië tot het vormen van
een Kabinet gelukken. Voorloopig blijft
in elk geval de kans op de totstandko
ming van een ministerie, onder leiding
van den Ban van Croatië, zeer gering.
De vooruitzichten voor het spoedig her
stel var. den vrede in Oost-Azië blijven
ongunstig. De Japansche regeering be
toont nog weinig lust, om ernstige vre
desonderhandelingen te beginnen en zet
de krijgsverrichtingen met kracht voort.
De Engelsche bladen beginnen zich r,u
ook weer tegen Japan te weren. De
»Times" en de «Standard" later, zich
weer zeer kras tegen de Japansche re
geering uit, en wel op grond van de
wreedheden, welke door de Japanners
na de inneming van Port-Arthur zijn be
dreven.
Ondanks den vijandigen toon, dien de
Engelsche pers tegenover Japan aanslaat,
is het toch niet te verwachten, dat de
Engelsche regeering iets ten gunste van
China zul doen.
Dat Engeland op de hand is van d
Chineezen, is genoeg bekend, maar
daarom zal toch Lord Rosebery, na zijn
mislukte poging om ook de andere Euro-
peesche mogendheden in eene interventie
te bewegen, zich wel wachten, bij dezen
strijd lusschenbeiden te komen. Trouwens,
Lord Roseberry heeft voorloopig genoeg
te doen met de politieke moeielijkheden
in Engeland.
De «Standard" en de «Times"ontvangen
nu uitvoerige berichten van hun corres
pondenten over hetgeen na de verovering
van Port-Arthur in deze stad is voorge
vallen. Daardoor wordt het bevestigd,
gelijk reeds voorheen door de New-York-
sche «World werd gemeld, dat de Japan
sche soldaten het grootste gedeelte der
inwoners over de kling hebben gejaagd.
Tot dusver heeft de Bulgaarsche regee
ring nog geen machtiging verleend tot
inhechtenisneming van den oud-minister
«Voorwaarts I" zeide toen de jeugdige
hoofdman op spottenden toon.
De paarden strekten de pooten en
den hals uit en Verslonden op nieuw de
ruimte.
Weldra zag men in de dikke duister
nis de witte muren en flikkerende lichten
van eene stad; de torens staken tegen
den hemel af, en te midden der stilte,
hoorde men verwarde geluiden als van
eene stad, waar feest is.
Het was Spoleto.
De ruiters hielden bij den ingang der
stad onder het gewelf van een verlaten
huis stil en alles verdween
Een half uur later vertrok een
prachtige draagkoets door vier mannen
gedragen uit het huis, en sloeg den
weg naar den schouwburg van Spo-
leto in.
En op hun weg ging de menigte met
eene soort van bewondering aan eer
bied gepaard, op zij en iedereen zeide
luidop:
«Plaats voor de gravin Orsini I
Deze naam bracht in de straten van
Spoleto een waarlijk tooverachtigen
indruk teweeg en toen de deur
der draagkoets geopend werd, verdron
gen zich een aantal edellieden om
de gravin te begroeten, en allen bogen
Stambuloff, op grond van de leschuldi-
ging, welke tegen hem is ingebracht, dat
hij medeplichtig is aan den moord, in
1991 op den minister van financiën,
Bellscheff, gepleegd.
Wat er werkelijk aan is van de ernstige
aanklacht, die nu legen den vorigen minis
ter-president is ingebracht, moet natuur
lijk nog blijken. Dat Stambuloff bij de
vestigiug van Bulgarije's zelfstandigheid
goede diensten heeft bewezen, is zeker,
maar even zeker is het, dat de minister
zich tijdens zijn bestuur door zijntyian-
niek optreden vele vijanden heeft ge naakt.
Gedurende vele jaren heerschte Stambu
loff feiteljjk met onbeperkt gezag in Bul
garije en natuurlijk heeft hij zich tijdeus
de woelingen, welke in het vorstendom
heerschten, zeer dikwijls aan eigenmach
tige handelingen schuldig gemaakt.
De gevolgen van zijn willekeurig op
treden heeft Stambuloff ondervonden, toen
hij door vorst Ferdinand werd ontslagen,
onder algemeene instemming der bevol
king. De heer Stoiloff, Slambuloff's tegen
stander, die i,u als mini-ter-president den
ineesten invloed oefent, gaat echter te
ver, indien hij op losse gronden Stam
buloff laat vervolgen op vrond, dal hij
zijn ambtgenoot Beltscheff, die hem niets
in den weg legde heeft laten vei moorden.
Tot dusver schijnt de beschuldiging,
die tegen Stambuloff is ingebracht, niet
gegrond. Alleen is het mogelijk, dat
de minister van het proces, dat op den
moord volgde, gebruik heeft gemaakt om
eenigen zijner tegenstanders voorloopig
achter slot en grendel te zetten, maar
ook deze beschuldiging zal moeielijk te
bewijzen wezen.
Men kan derhalve aannemen, dat vorst
Ferdinand zich nog wel eens ernstig zal
bedenken, voordat hij zijne toestemming
geeft om zijn gewezen raadsman wegens
deze beschuldiging in hechtenis te laten
nemer,.
Bij de jaarlijksche verloting der
vereeniging tot bevordering, van beeldende
kunsten ouder beheer van bestuurderen
der Maaischappij «Arti et Amiciliae" is
o.a hier ter stede een prijs gevallen op
No. 1312.
Het lidmaatschap dezer Vereeniging
bedraagt f5.'s jaars.
Behalve het lot in de Verloting van
Schilderijen en Teekeningen, ontvangen
de leden jaarlijks als Premie een groote
Ets, Prachtwerk, etc.
Voor het lidmaatschap wende men zich
tot den Secretaris der Maatschappij «Arti
et Amiciliae" of tot haren Correspondent
voor Amersfoort den Heer R. Cruyff.
De navolgende heeren hebben eene
verbintenis aangegaan als vrijwilliger voor
het Reserve-Kader bij het 5e Regiment
Infanterie Jhr. E. A. van Berestein leerling
van het gymnasium te Utrecht, A.BIoernsma
Medisch student te Utrecht, G. J. Bolaud
en H. J. Odé leerlingen aan de Veeartse
nijschool te Utrecht, A. van Zanten leer
ling van de Hoogere Burgerschool te
Rotterdam, S. S. Elze Medisch student
te Utrecht, J. Lancée onderwijzer te
Haarlem, M. J. van Dobben student te
Amsterdam, M. van der Horst, R. Fischer,
H. C. Molijn en Fa'-ajee, beambten op
de bureelen der Staatsspoorwegen te
Utrecht.
De Sergeant-titulair J. Hatlinga
Raven van het 4e bataljon 5e Regiment
Infanterie is bevorderd tot Sergeant
effectief bij het 2e bataljon van gemeld
regiment.
De muzikant-titulair W. H. Huijgen,
van het muziekkorps 5e Regiment Infan
terie, wordt op zijn verzoek overgeplaatst
als trompetter bij het 2e Regiment
Huzaren.
De van het Instructie Batailjon
overgeplaatste korporaals-titulair J. W. G.
Duijtshoff, H W. Wind en J. P. van
Mastrigt ter vervulling van vacatures als
kotporaal bij het 5e Regiment Infunterie
zijn ingedeeld de twee eerstgenoemde
diep voor de jeugdige dame die er uit
stapte, en die waarlijk koninklijk gekleed
was.
De jonge gravin ontving met vriende
lijke bevalligheid, de eerbetuigingen, die
men haar deed, en zij bereikte hare loge,
door luid gemompel van lof en bewon
derenswaardige toejuichingen gevolgd
men zou gezegd hebben, dat zij aan
zulke bewondering gewoon was, want,
behalve eenige gedwongen lachjes, die
zij met zekere voorname heeren wisselde,
teekende zich geene bijzondere levendige
vergenoegdheid op haar gelaat.
Men behoefde het haar ook niet te
zeggen, dat zij schoon was, zij wist
het!
De gravin Orsini was waarlijk be
wonderenswaardig schoon; haar schoone
zijden zwarte haren vielen in overvloed
over hare ronde schouders, wit als mar
mer. Zij had levendige oogen en het
schitterende licht der waskaarsen, zette
de biuine kleur der wangen eene leven
digheid en frischheid bij, die onwillekeu
rig deden denken welk een wellust zulk
een wezen beloofde I
De gravin Orsrni was nauwelijks zeven
tien jaar oud en toch ging zij reeds al
leen in het openbaar uit. Men kende
noch haar ouders, noch eenige bloed
verwant van welken graad ook, maai
bij het le bataljon en laatstgenoemde
bij het 2e bataljon van dat korps
De commissaris van politie alhier
waarschuwt op zijn hoede te zijn voor
een als dame gekleede vrouw, die onder
voorwendsel dubbeltjes met de beeltenis
van koningin Wilhelmina tegen andere
in le wisselen; vooral bij winkeliers in
de geldlade daarnaar zoekt en er zich
arglistig mede verrijkt. De vrouw spreekt
veelal Fransch.
Gisteren deed hier ter slede het
gerucht de ronde, dat een voerman van
den Heer J, v. V. door den trein zou
zijn overreden. Er waren zelfs, die be
weerden het ongeval gezien te hebben.
Bij een onderzoek, direct door den Heer
v. V. ingesteld, bleek dat het geheele
verhaal van het begin tot 't eind verzon
nen was.
347ste STA A T N-l.lfJIRIJ
Vijfde klasse. Eerste week.
Trekking van 7 en 8 Jan.
(1400 LOTEN.)
Ten kantore van den Collecteur te
Amersfoort zijn aan de navolgende num
mers te beurt gevallen
Prijzen van f 70.
4675 6706 6721 7023 15896 15922 15979
183,7 en 20828.
Te zamen 9 prijzen.
Zonder prijs zijn uitgetrokken
3665 3666 4638 4646 4654 4666 7i,26
7029 ,033 7078 7085 7088 1112411140
11173 11186 11188 Io9o9 15920 159j7
15950 15956 15968 15970 18284 18297
20825 20843 20864 en 20877.
De Sclieveningsclie dnineii.
De heer Lorié, een bekende geoloog,
wenscht het publiek iets gerust te stel
len na de onheils-profetie van dr. Van
Rijckevorssel.
Hij schrijft het volgende:
«In de laatste drie jaren confereerde
ik een paar malen met dr. v. R. over
zijn beschouwingen, waaromtrent hij
gaarne ook de meening var, een vader-
landschen geoloog vernam. Die meening
nu was vrij sterk afwijkend. Ik begreep
dat dr. van R. voor eenige punten der
kust tot deze onrustbarende gevolgtrek
kingen kwam, maar wees er hem op,
dat men op andere plaatsen tot een ge
heel tegengestelde gevolgtrekking moest
komen, M. i. waren er nog veel meer
afzonderlijke waarnemingen noodig, oin
tot voldoende gegronde gevolgtrekkingen
te komen. Er zit wel wat in, maar wij
zijn er nog lang riiet. In plaats van met
eene rijpe vrucht, hebben wij slechts
met een veelbelovende bloesemknop te
doen.
«En nok al waren de onderzoekingen
veel verder gevorderd, dan nor: zoude de
magnetiseur niet alleen den geoloog,
maar ook met den ingenieur moeten
te rade gaan, om tot zekere gevolgtrek
kingen te komen.
«Eerder zoude ik geneigd zijn met den
heer B. G. van der Hegge Zijnen ook in
het schelpenvisschen dicht aan de kust,
een factor te zien van den sterken duin
afslag. Daarbij komt, dat de regelmatige
gang van de verwoesting onzer kust van
Z. naar N. voorwaarts schrijdt. De oor
spronkelijke duinenrij aan de Belgische
kust builen het laagveen is vervangen
door een jongere op dat veen en die
moet met steenen hoofden beschermd
worden.
De oorspronkelijke duinenrjj van den
Hoek vaD Holland naar Ter Heide, enz.,
zou ook reeds weggeslagen zijn, als zy
niet dour de Westlandsche Hoofden
beschermd was, waarbij dan nog de
hoofden van het ververschingskanaal ko
men. Nu zal men hoofden moeten maken
bij Scheveningen, na x jaren nog meer
noordwaarts, enz. Het kost geld, maar
het is 's werelds loop en wij behoeven
ons niets ongeruster te maken, dan een
bewoner van Ostende of Blankenberghe."
niemand zou gewaagd hebben van deze
werkelijke of schijnbare eenzaamheid ge
bruik te maken, want men vond eeoe
wilskracht bij haar, die voldoende was
om haar aanbidders binnen de enge
peiken van eene bewondering te houden.
In haar woorden was de gravin te gelijk
spotziek, scherp en geestig. Een te vrij
postige vereering zou weinig ingang bij
haar hebben gevonden. Zij had altijd een
dier scherpe woorden op de lippen, die
als een pijl, zonder medelijden, deonbe-
schaaniden doorboorden.
Deze vlijmende woorden vervingen bij
haar een ijverzuchtigen echtgenoot en
een broeder met groote knevels.
Van af haar eerste verschijningen te
Spoleto, hadden eenige jonge dwazen
het gewaagd hare loge te overstroomen
met ruikers en welriekende briefjes,
maar niemand beroemde zich op het
onthaal, deze verliefde verklaringen aan
gedaan. Zekere puntige gezegden, van
den mond der gravin Orsini opgevangen,
liepen over dit onderwerp, maar die
gene der galante edellieden, die er het
onderwerp van waren, ontkenden op
hunne eer dat deze gezegden eenigzins
op hen doelden,
Er was echter niets meer noodig ge
weest om de overigen af te schrikken,
en van nu af aan kon de gravin overal
De ditectie der Fransche poste
rijen heeft eene mededeeling ontvangen
van de Geneeskundige Faculitit te Parijs
waarin gewezen wordt op het gevaar
voor verspreiding van besmetting door
de telephoon.
Dit kan, naar er bij gevoegd wordt
vermeden worden door het gebruik van
anticeptische middelen
Diphteiia wordt gezegd een der kwa
len le zijn, die overal gemakkelijk door
de telephoon kunnen verspreid worden
en men gelooft gevallen van die ziekte
onder de vrouwelijke geëmployeerden
aan de centrale buraux aan die oorzaak
te moeten toeschrijven.
Een arme stakkerd liep eergisteren
iu de buurt der «Halles" te Parijs eenige
restjes van groenten te zoeken, om toch
wat te eten te hebben. Tusschen een
hoop afval vond hij een prop papier,
vouwde die open en ontdekte dat het
een opgerold schatkistbiljet was van 500
francs.
Hij bracht zijn vondst onmiddelijk naar
het politie-bureau, waar hij zijn naam
opgaf en den nacht doorbracht omdat
hij geen onderkomen had.
Sinaasappelen.
Nu de tijd van sinaasappelen weer
nadert is het volgende artikeltje uit het
«Tuinbouwbl." niet zonder actualiteit.
Op geen enkele plek der aarde is de
cultuur van oranjeboomen zoo hoog opge
voerd als in Spanje, in de oude Konink
rijken Valencia, Murcia en Andalusië en
in 't bijzonder aan de kusten der Middel-
landsche Zee, van Castellon af tot Grandja
toe, waar de zachte temperatuur bij uit
stek gunstig is voor deze boomsoort.
In de provinciën Castellon en Valencia
heeft de teelt der oranjeboomen zich
uitgebreid ten koste van olijven-cultuur.
Ze wordt zelfs uitgeoefend in dorre droge
streken, waar de bodem kunstmatig
bevochtigd wordt door onderaardsch water,
dat door machines omhoog wordt gepompt.
Oranjeboomen van acht tot tien Meter
hoogte zijn geen zeldzaamheid, de op
brengst van zulke boomen bedraagt
ongeveer 1300 KG. aan vruchten. De
grond, die met oranjeboomen beplant is,
wordt gewoonlijk aangeduid met den
naam van huertos (gesloten), hoewel het
open velden zijn.
Degredatie van Dreyfns.
Zaterdagmorgen is de verrader Dreyfus
op de Place de Fonter.oy te Parijs ge
degradeerd. Reeds Vrijdag verkeerde hij
den geheelen dag in een toestand var.
zenuwachtigheid, welke hem het werken
onmogelijk maakte. Ook raakte hij de
spijzen, die hem werden voorgezet niet
aan. Den geheelen dag wandelde hij op
de binnenplaats rond, tegen het vallen
van den avond ging hij gekleed te bed
liegen, met het gelaat naar den muur.
Eerst te acht uur ontkleedde hij zich.
Zaterdagmorgen werd hij om vijf uur
gewekt met het bericht, dat de degra
datie zou plaats hebbenhij bleef eerst
kalm, maar toen hij zijn kapiteins-uni
form moest aantrekken, werd hij doods
bleek. Al de knoopen, eereteekens enz.,
waren daarop heel losjes genaaid, of
eventjes vastgelijmd.
Met een rytuig, geëskorteerd door
ruiters met getrokken sabel, werd daar
op Dreyfus naar de Place de Fontenoy
geleid, altijd tusschen twee gendarmen.
Van halfnrgen af stonden de troepen
daar gereed. Met den klokslag van negen
werd roet de degradatie begonnen. Op
het oogenblik, dat de adjudant op hem
toetrad om de eereteekens van zijn
uniform te rukken, riep Dreyfus uit:
«ik beweer onschuldig te zijn! Leve
Frankrijk
De soldaten stonden in een ontzag
gelijk carré geplaatst, daarbinnen Druyfus
daarbuiten eene toekijkende menigte:
«Weg met den verrader! Dood hem!"
Toen greep de adjudant den degeu
van den vroegeren officier en wierp dien
op den grond, na hem in stukken te
hebben gebroken. Weer herhaalde Dreyfus
zijn uitroep, weer antwoordde het volk
er op met dezelfde woorden. Daarna
verschijnen met de zelfde veiligheid als
had zij eene geheele familie engelsche
puriteinen tot gezelschap.
Ondanks hare buitengewone jeugd en
de stilzwijgende eerbewijzeD, waarmede
men haar omringde, bleef de gravin Or
sini ongevoelig voor alles. Zij had nog
geen enkelen onder de schitterende jonge
edellieden van Spoleto onderscheiden en
hnar gedrag gaf tot niet het minste ver
moeden aanleiding In waarheid
niemand kende haar bijzonder leven,
zij ontving niemand en bezocht niemand.
Haar bedienden verlieten nooit haar
kasteel, builen de stad gelegen. Haar
dragers waren stom als het graf; men
kon ze in de herberg brengen en
hen met den besten wijn dronken
maken, hen zonder ophouden ondervra
gen, zij spraken geen woord. Deze
brave lieden waren van beproefde be
scheidenheid; men had hun de tong uit
gesneden.
De voorname dames van Spoleto waren
daardoor tot de zonderlingste veronder
stelling gekomen.
{Wordt vervolgd